Commissie voor Woonbeleid, Stedelijk Beleid en Energie
Vergadering van 04/02/2010
Vraag om uitleg van mevrouw Michèle Hostekint tot mevrouw Freya Van den Bossche, Vlaams minister van Energie, Wonen, Steden en Sociale Economie, over het toekennen van premies voor de verwijdering van asbest uit woningen
De voorzitter : Het antwoord wordt gegeven door minister Lieten.
Mevrouw Hostekint heeft het woord.
Mevrouw Michèle Hostekint : Voorzitter, minister, collegas, asbest werd vanaf de naoorlogse periode tot in de jaren 80 heel vaak gebruikt en was zeer populair omwille van het feit dat het een goedkoop en slijtvast materiaal is. Het is ook geen geheim dat asbest heel wat ziektes veroorzaakt: asbestose, longkanker en andere kankers. In ons land wordt over een paar jaar een piek verwacht in het aantal sterfgevallen ten gevolge van asbest. Dat zijn er ongeveer 700 per jaar.
Asbest komt in heel wat materialen voor die gebruikt worden in woningen. Het boren, slijpen en breken van die materialen zorgt ervoor dat er veel vezels vrijkomen. De blootstelling aan asbest is zeer gevaarlijk. Eén ingeademde vezel is al voldoende om gezondheidsschade op te lopen. Het risico op verspreiding van asbest in isolatiemateriaal is beperkt zolang dit materiaal in goede staat is. De problemen beginnen pas op het moment dat het isolatiemateriaal of de cementproducten die asbest bevatten, verouderen en desintegreren en men eigenlijk een beroep zou moeten doen op een gespecialiseerde firma om het asbest te verwijderen.
Eigenaars van een oudere woning hebben bijzonder veel kans dat er asbest in de woning aanwezig is. De problemen ontstaan wanneer de houdbaarheidsdatum verstreken is en dergelijke woningen toe zijn aan renovatie. Voor veel van die woningen is het moment daarvoor aangebroken. We weten dat veel doe-het-zelvers tijdens renovatiewerkzaamheden de gevaren niet of onvoldoende kennen of ze tegen beter weten in relativeren omwille van het feit dat het verwijderen van asbest door gespecialiseerde firmas een dure aangelegenheid is.
Minister, op termijn gaat het over duizenden mensenlevens en de federale overheid, bevoegd voor volksgezondheid, neemt hier geen wetgevende initiatieven in.
Een aantal werkzaamheden die met asbestverwijdering te maken hebben, kunnen ons inziens mogelijk binnen het kader van de renovatiepremie betoelaagd worden. Is dit vandaag al mogelijk? Ziet u mogelijkheden om de regelgeving met betrekking tot de renovatiepremie aan te passen zodat alle werkzaamheden met betrekking tot asbestverwijdering ook kunnen worden betoelaagd? Bent u van oordeel dat een specifieke premie moet worden ingesteld voor de verwijdering van asbest? Mogen we hieromtrent een initiatief verwachten? Het lijkt logisch dat ook in veel sociale woningen asbest is gebruikt. Zijn er ter zake specifieke richtlijnen opgesteld door de Vlaamse Maatschappij voor Sociaal Wonen (VMSW)?
Bent u van oordeel dat er naast het eventueel geven van premies ook meer dwingende maatregelen moeten komen met betrekking tot asbestverwijdering uit particuliere woningen?
De voorzitter : De heer Sanctorum heeft het woord.
De heer Hermes Sanctorum : Het is een grote uitdaging om die historische aanwezigheid van asbest op te ruimen. Een uitbreiding van de renovatiepremie zoals mevrouw Hostekint voorstelt, lijkt me een goed initiatief.
Minister, de vraag komt uit uw partij. Ik heb een licht vermoeden dat u een premie of zo zult aankondigen en dat het een getelefoneerde vraag is. (Opmerking van minister Ingrid Lieten)
Dan was ik te snel in mijn veronderstellingen. Ik wacht uw antwoord af.
Ik wil graag wijzen op een belangrijk aandachtspunt, namelijk de prioritaire bescherming van kinderen en jongeren. Er is bijvoorbeeld de aanwezigheid van asbest in scholen en jeugdinfrastructuur. Vandaag zijn er nog tal van scholen en gebouwen van jeugdverenigingen die nog veel asbest bevatten, en soms is dat niet geweten. Indien het geweten is, is de stap naar een professionele asbestverwijderaar vaak te groot omwille van de kostprijs. Ik denk dat ze beter worden geïnformeerd, aangespoord en ondersteund, zowel bij de screening als bij de verwijdering van asbest.
Besturen van dergelijke jeugdverenigingen beheren die jeugdinfrastructuur vaak op korte termijn, aangezien daar een groot verloop is. Minister, ik weet dat ik op een domein kom van uw collegas, want het gaat over de algemene asbestproblematiek. Ik vraag me toch af of u samen met de andere ministers bereid bent een extra inspanning te leveren, omdat steeds meer asbest zal zijn verweerd in ons gebouwenbestand. Die extra inspanning moet dan ten goede komen van jongeren en kinderen, zodat we scholen en jeugdinfrastructuur asbestvrij kunnen houden.
Minister, wat vindt u van het Nederlandse model van een asbestaudit bij de verkoop van woningen?
De voorzitter : Mevrouw Homans heeft het woord.
Mevrouw Liesbeth Homans : De vraag om uitleg van mevrouw Hostekint is heel waardevol, maar de suggestie om het eventueel op te nemen bij de toegestane werken in het kader van de renovatiepremie, is gevaarlijk, omdat we die net hebben aangepast. In de communicatie naar de burgers kan dat verwarrend overkomen. Zoals in het regeerakkoord en de beleidsnota is aangekondigd, moeten we de integratieoefening van de verbeterings- en aanpassingspremie (VAP) en de renovatiepremie afwachten. Dan kunnen we overwegen om dat erin te op te nemen.
Een afzonderlijke premie strookt niet met de visie van de regering dat er al te veel premies zijn, en dat er een integratieoefening moet komen. Minister, ik stel voor dat u dit opneemt in de integratieoefening voor de geïntegreerde premie die er in het najaar 2010 komt. De suggesties van mevrouw Hostekint zijn heel waardevol, maar ik zou ze liever in dit kader zien.
De voorzitter : De heer Hendrickx heeft het woord.
De heer Marc Hendrickx : Ik deel de mening en suggesties van mijn collegas inzake preventie, maar ik vraag me toch ook af of dat in een renovatiepremie moet worden opgenomen. Ik heb daar een technische bedenking bij. Hoe kun je vaststellen dat asbestverwijdering kan worden betoelaagd? Dat moet toch technisch worden gecontroleerd, en niet enkel op basis van verklaringen, zoals bijvoorbeeld: er zit asbest in mijn huis en dat moet worden verwijderd, dus ik maak aanspraak op die premie.
Dat moet dus worden gecontroleerd en gescreend. Nu kan dat door privéfirmas, maar als de overheid daar premies voor geeft, moet ze ook een aangepast controlesysteem uitwerken. Er is een beperkt aantal mensen bij de overheid die dit kunnen doen, maar als dat in een premiestelsel wordt opgenomen, zal dat aantal significant moeten verhogen. We moeten daar dus ernstig over nadenken.
De voorzitter : Minister Lieten heeft het woord.
Minister Ingrid Lieten : Een gecoördineerde aanpak van de verwijdering van asbest, behoort tot de bevoegdheden van minister Schauvliege.
De problematiek laat ons echter niet koud. In de mate dat de instrumenten van het woonbeleid kunnen bijdragen tot een stimulerend beleid, gebeurt dit ook. De meeste werkzaamheden in het kader van een renovatie van een woning waarbij asbesthoudende materialen worden verwijderd en vervangen door nieuwe bouwonderdelen, worden gevat door de huidige premieregeling.
Ik som kort de meest voorkomende toepassingen op: het vervangen van dakbedekking, onderdakplaten bij hellende daken, dakbeschot bij platte daken, goten en afvoerbuizen, schoorsteenpijpen, traptreden, vensterbanken en raamdorpels; het vervangen van raampanelen van Glasal in gordijngevels, deuren en raamgehelen of muurafdekkappen; het bestrijden van optrekkend grondvocht in muren door het verwijderen van asbesthoudende lambriseringen; en de vervanging van asbesthoudende hittebestendige isolatie in cv-installaties en sommige pleisters.
Aangezien de huidige premieregeling de meeste vervangingen dekt, zijn er niet onmiddellijk aanpassingen van de reglementering nodig. Het is aan minister Schauvliege om te oordelen of er in het kader van haar beleid ter bestrijding van asbest nood is aan een afzonderlijke premie, of aan meer dwingende maatregelen voor deze of gene doelgroep of in een specifieke situatie.
Het ABC van de Vlaamse Maatschappij voor Sociaal Wonen, de handleiding voor het bouwen en verbouwen van sociale woningen, omvat een luik A met een algemene handleiding voor werken, een luik B met bouwtechnische beschrijvingen en een luik C met concept- en ontwerponderrichtingen. Zowel in het B- als het C-luik besteedt de VMSW expliciete aandacht aan de verwijdering van asbest. Het C-luik werd de laatste keer aangepast in 2008. De C2008-concepten voor sociale woningbouw leggen een aantal richtlijnen voor asbestbehandeling vast.
Sociale huisvestingsmaatschappijen moeten bij renovatie- en afbraakwerken een asbestinventaris toevoegen aan het aanbestedingsdossier. Indien uit de asbestinventaris blijkt dat er asbest aanwezig is, moet een beheersprogramma worden opgesteld door de inventarisatiefirma of de veiligheidscoördinator in opdracht van de bouwheer. De manier waarop moet worden omgegaan met de asbesthoudende toepassingen wordt hierin vastgelegd en opgenomen in het aanbestedingsdossier.
De meest voorkomende asbesttoepassingen zijn in de C2008-regeling opgenomen, zodat ontwerpers zelf ook een beeld hebben van waar ze asbest kunnen aantreffen. Het B-luik werd laatst aangepast in 2005. In het typebestek dat daarin is opgenomen, worden eveneens een aantal bepalingen betreffende asbestverwijdering opgenomen. De Vlaamse Maatschappij voor Sociaal Wonen (VMSW) is momenteel bezig met een update van het B2005-luik. Hierin zal uitvoeriger op de asbestproblematiek worden ingegaan met verwijzing naar de meest recente wetgeving.
De veiligheidscoördinator moet na aanbesteding de offertes en de bijgevoegde veiligheidsvoorstellen beoordelen. Bij een negatief oordeel van de veiligheidscoördinator over onder andere de voorgestelde asbestaanpak, kan niet worden gegund aan de inschrijver. De VMSW verleent subsidies voor sloopwerken. Deze subsidies worden enkel toegekend als de wijze van asbestverwijdering onbetwist is vastgesteld.
Het is niet opportuun om alle asbesttoepassingen te verwijderen als dit niet past in bredere renovatie- of afbraakwerken. Asbest is pas gevaarlijk als de vezels kunnen loskomen. Voor heel veel hechtgebonden toepassingen zoals vensterbanken en asbestplaten achter elektriciteitskasten is het veiliger voor de bewoners om deze toepassingen ongemoeid te laten. Ze kunnen die pas laten verwijderen bij een hele renovatie, want een blootstelling aan asbest is in deze gevallen immers nihil.
De voorzitter : Mevrouw Hostekint heeft het woord.
Mevrouw Michèle Hostekint : Mijnheer Sanctorum, hiermee is bewezen dat het hier niet om een getelefoneerde vraag gaat. U onderschat de kritische ingesteldheid van onze fractie.
Ik wil de minister bedanken voor haar antwoord. Het lijkt me nuttig eens na te gaan welke premies momenteel bestaan en wie recht heeft op die premies. Ik was niet op de hoogte van die premies. Ik veronderstel dat dit voor heel wat mensen geldt. We zouden die oefening best eens doen. Naast de integratie van de verschillende premies zou er ook een oplijsting moeten komen en zouden die premies ruimer moeten worden bekendgemaakt. In mijn ogen knelt het nu toch wat. Veel mensen weten niet voor wat ze precies een premie kunnen krijgen.
Ik zal deze vraag ook nog eens aan minister Schauvliege voorleggen. Dat lijkt me een goede suggestie.
De voorzitter : Het incident is gesloten.