Commissie voor Cultuur, Jeugd, Sport en Media Vergadering van 13/11/2008
Vraag om uitleg van de heer Paul Delva tot de heer Bert Anciaux, Vlaams minister van Cultuur, Jeugd, Sport en Brussel, over het Vlaams-Marokkaans Huis DAARKOM
Vraag om uitleg van de heer Erik Arckens tot de heer Bert Anciaux, Vlaams minister van Cultuur, Jeugd, Sport en Brussel, over mogelijke onregelmatigheden bij de constructie van het Vlaams-Marokkaans culturenhuis DAARKOM in Brussel
De voorzitter: De heer Delva heeft het woord.
De heer Paul Delva: Mijnheer de voorzitter, mijn vraag gaat inderdaad over het Vlaams-Marokkaans culturenhuis DAARKOM in Brussel. We hebben het daar heel kort over gehad in de commissie voor Brussel. Dat culturenhuis blijkt een wat moeilijke opstart te kennen. De pers maakt melding van vertragingen in de verbouwingen, die te maken hebben met een bouwvergunning. Volgens mij is het nog wachten op nieuws over de culturele programmering. Het is een op zich interessante, maar moeilijke constructie met het koninkrijk Marokko. Het is zeer positief dat aan de Marokkaanse overheid is gevraagd een bijdrage te leveren. Die overheid legt voorwaarden op en zou, als mijn informatie klopt, tot nu toe nog geen betalingen hebben gedaan voor de verbouwingen die lopende zijn of die zouden moeten beginnen.
Mijnheer de minister, ik heb u al een paar malen over dit dossier kunnen spreken. Met de oprichting van het huis op zich heb ik weinig problemen. Integendeel, waarschijnlijk is het een goed idee. Nu bijna twee jaar zijn er twee projectleiders aan de slag. Het is de bedoeling de contacten tussen de Vlaamse en de Marokkaanse gemeenschap in Brussel, en ook ruimer in Vlaanderen, vlotter te laten verlopen.
Ik zou graag een stand van zaken krijgen met betrekking tot dit dossier, over de infrastructuur, de verbouwingswerken, de financiering en de samenwerking met Marokko. Zijn er inderdaad knelpunten? Hoe worden die behandeld? Zijn er mogelijkheden om tot oplossingen te kunnen komen?
In uw antwoord op mijn schriftelijke vraag van april van dit jaar meldt u dat er ook met DAARKOM een beheersovereenkomst zal komen, wat logisch is. Hoe ver staat het met de besprekingen ter zake? Kunt u een idee geven van wat daarin zou worden vastgelegd?
Dan heb ik nog een vraag over het openingsprogramma. Misschien is het te vroeg om daar al iets over te zeggen of zijn de twee projectleiders, die mijn sympathie hebben, daar toch al mee bezig? Is het nuttig of interessant om daar al iets over te zeggen?
Hebt u al enig zicht op de concrete programmering van DAARKOM? Dat is misschien het interessantste onderdeel, los van al die infrastructurele en financiële beslommeringen. In welke richting zou dat kunnen gaan?
De voorzitter: De heer Arckens heeft het woord.
De heer Erik Arckens: Mijnheer de voorzitter, het zal de leden van deze commissie waarschijnlijk verbazen - maar niet de minister - te vernemen dat ik altijd een voorstander ben geweest van DAARKOM. Ik kom heel regelmatig in de buurt. Dat is aan de Wolvengracht. Ik sta altijd naar die vlaggetjes te kijken. Ondertussen zie ik aangekondigd wat er eigenlijk in DAARKOM zal worden gebracht, zoals poëzie en dergelijke. Dat wekt verwachtingen.
Ik zal u ook zeggen waarom ik er een voorstander van ben. Door omstandigheden heb ik maandenlang in Caïro verbleven. De Arabische cultuur is me niet vreemd. Ik heb er zelfs in een appartement gewoond, maar dat is een heel ander verhaal. Ik ben er altijd een voorstander van geweest. Het is iets dat me fascineert. Wel moet ik de bedenking maken dat, gelet op de buurt en dergelijke, ik altijd wel een beetje bang ben geweest dat dit ook wel eens een oord zou kunnen zijn waar hangjongeren uit de buurt nogal gemakkelijk een stek zouden kunnen vinden.
Mijnheer de minister, ik was me er ten volle van bewust dat een dergelijk project niet meteen op veel populariteit zou kunnen rekenen. Vele mensen in Brussel verwachten op de eerste plaats immers andere dingen van de Vlaamse Gemeenschap. Het kostenplaatje van DAARKOM zal voor sommigen dan ook altijd te hoog liggen. Als ik me niet vergis, hebben we vorig jaar nog in deze commissie bij de begrotingswijziging een verhoging van de vastleggingsmiddelen aan DAARKOM goedgekeurd. Er moest immers in bijkomende dingen worden voorzien.
Regelmatig wandel ik daar rond, aan de Wolvengracht. Ik hoop dan eindelijk eens iets te zien. Ik heb me vaak afgevraagd wanneer die zaak nu opengaat. Het zal veel mensen verbazen, maar ik wil daarbij zijn. Ik wil een van de eersten zijn.
Ik zal nu iets doen dat ik normaliter nooit doe: ik zal citeren uit de stadskrant Brussel Deze Week. Ik doe dat maar één keer per legislatuur.
Minister Bert Anciaux: En enigszins met tegenzin.
De heer Erik Arckens: Ja. De verhouding tussen dit blad en de partij waartoe ik behoor, is enigszins problematisch. Daar zal ik nu niet verder op ingaan. Misschien bezondig ik me aan intentieprocessen en ik wil u niet onheus behandelen, maar u bent de man die met het grote geld over de brug komt. De VGC geeft maar een tiende van wat u geeft aan Brussel Deze Week. Ik ga er dan ook van uit dat men daar zeer goed weet wat er aan de hand is met DAARKOM. Ik verwijs ook naar de filosofie van het blad en van de auteur. Of er moet iets zijn gebeurd: ik heb daar geen kijk op.
Welnu, in een artikel in Brussel Deze Week wordt DAARKOM een probleemdossier genoemd. Ik geef vlug de elementen die in het artikel worden opgesomd. U hebt de opening van DAARKOM al meermaals aangekondigd, maar al een jaar is er volledige windstilte. Vlaanderen heeft met de eigenaar van het pand een huurovereenkomst van veertien jaar getekend, maar de Inspectie van Financiën heeft het daar moeilijk mee. Veertien jaar is wat kort om daar profijt uit te halen, vindt de inspectie. In dergelijke gevallen is een huurovereenkomst gangbaarder.
De eigenaar zou een deel van de werken zelf uitvoeren. Dat bleek zo te zijn overeengekomen in het contract. De eigenaar verkiest echter zijn eigen aannemer, terwijl de wet bepaalt dat overheidsopdrachten uiteraard via een openbare aanbesteding moeten worden toegewezen. De vzw DAARKOM krijgt nu het hele verbouwingsdossier in de schoot geworpen, met alle gevolgen van dien. Het blijft wachten op een bouwvergunning en het is nog altijd niet duidelijk of er verdiepingen op worden gebouwd of niet. En ik die dacht er een dezer dagen eens een kijkje te kunnen nemen.
Een ander element is al even verbijsterend. DAARKOM is uiteraard een binationaal project van het koninkrijk Marokko en de Vlaamse Gemeenschap. We hebben het daar trouwens al eens over gehad in de commissie voor Brussel, maar toen ging het over taaltoestanden. Ik citeer uit Brussel Deze Week: ?Marokko stemde er twee jaar geleden mee in 1 miljoen euro te investeren, al dan niet in natura (tapijten enzovoort). Vlaanderen stopt 1,5 miljoen euro in de verbouwing. Twee jaar na die ondertekening is er nog geen euro bij de vzw beland.? Als ze waar is, lijkt dat me een zware aantijging.
Marokko stelt ondertussen ook eigen voorwaarden. Het interieurwerk moet worden uitgevoerd door bedrijven uit Marokko zelf, wat alweer problemen oplevert, aangezien in dat land andere regelingen met betrekking tot overheidsopdrachten gelden, waardoor dan weer andere juridische adviezen nodig zijn. Overigens had Marokko ook nog vragen bij de aangeduide interieurarchitect, de heer Karim Osmani. De Marokkaanse regering heeft vragen bij zijn afkomst. Hij zou immers niet van Marokkaanse nationaliteit zijn, maar wel van Algerijns-Tunesische afkomst. Kortom, de eerste steen van de nieuwbouw van DAARKOM, achter die prachtige gevel, is nog niet eens gelegd, aldus Brussel Deze Week. Dat is verbijsterend. Insiders stellen zich terecht de vraag of er wel voldoende garanties zijn voor het hele project, ondanks een brief van de zomer waarin het koninkrijk Marokko stelde dat het zijn zogenaamde belofte om te investeren wel zou nakomen.
Mijnheer de minister, indien dit alles klopt, is dat heel ontnuchterend. Als dit klopt, waarom hebt u, in al die tijd dat DAARKOM op de financiële agenda van dit parlement stond, nagelaten minstens de stand van zaken en de problemen te vermelden? U moet toch op de hoogte zijn geweest, denk ik. Het parlement wil uiteraard wel kredieten, subsidies en begrotingen goedkeuren. Voor DAARKOM is dat een jaarlijkse werkingssubsidie van 809.000 euro. Het parlement wil echter tevens op de hoogte worden gehouden van wat er met dat geld gebeurt.
Wat voeren de door de Vlaamse overheid aangestelde opdrachthouders, Yamila Idrissi en Paul Corthouts, ondertussen uit in een culturenhuis waarvan de eerste steen nog moet worden gelegd? Wat doen die mensen ondertussen? Waarom is er geen cent van Vlaanderen en Marokko te verkrijgen om de culturele programmering, in afwachting van de eventuele materiële voltooiing van het culturenhuis DAARKOM, elders uit te voeren, los van het gebouw?
Ik moet die vraag meteen nuanceren. In Knack van deze week staat een interview met de heer Rachid Benzine, een Marokkaans denker. Op uitnodiging van DAARKOM komt hij morgen en de volgende dagen naar Flagey. Dat argument is dus zeker al fout.
Mijnheer de minister, welke stappen zult u nemen om vooruitgang te boeken in elk van de concrete punten die ik heb aangehaald? Wat gebeurt er als Marokko zijn beloftes niet naleeft?
De voorzitter: Minister Anciaux heeft het woord.
Minister Bert Anciaux: Collega´s, ik dank u voor de terechte vragen. Een deel van het ongeduld deel ik ook. U begrijpt dat ik ook de opening graag zou meemaken.
In deze zaak is alles met alles verbonden. Dit is een moeilijk dossier. Er zijn een aantal aspecten die de vooruitgang van het dossier hebben bemoeilijkt. Zo is er de inderdaad niet zo vanzelfsprekende samenwerking tussen de Vlaamse Gemeenschap en het koninkrijk Marokko. De regels lopen niet noodzakelijk altijd samen. Daarnaast is er het probleem van het gebouw, de ligging, de verbouwingen en, ten slotte, de werking zelf.
De sterkte, maar tegelijkertijd ook de moeilijkheid, van het dossier is natuurlijk om de samenwerking met het koninkrijk Marokko te veruitwendigen, te concretiseren. In het verleden zijn er vanuit Marokko sporadisch al samenwerkingsverbanden afgesloten die een beetje vergelijkbaar waren met dit project. De basis was echter nooit bicommunautair. Marokko heeft vroeger wel al ooit een cultureel centrum in het buitenland opgericht of een bijdrage geleverd voor de bouw van een Marokkaans gebouw. Er is al enige ervaring opgedaan over de regels in het buitenland. Dat is echter nooit op basis van een cobeheer gebeurd.
In het verleden kwamen de gelden voor projecten in het buitenland uitsluitend via de ambassades. De ambassades zorgden zelf voor de noodzakelijke betalingen in het betrokken land. In dit geval vragen we voor de eerste keer aan het koninkrijk Marokko om op een andere wijze te werken.
Het dossier werd ongeveer anderhalf jaar geleden opgestart. Sindsdien zijn er verkiezingen gehouden in Marokko. Dat heeft geleid tot een vertraging van bijna een half jaar. De eerste afspraken had ik gemaakt met de vorige regering. Er was daarover een groot enthousiasme. We zijn ginder op bezoek geweest. De toenmalige verantwoordelijke voor het beleid inzake de Marokkanen in het buitenland is vervangen. Er werd ook een andere meerderheid gevormd.
Na die zes maanden en intense contacten is er een grote eensgezindheid ontstaan in de Marokkaanse regering om op een andere manier te werken. Er is nu zelfs een heel plan uitgetekend om de samenwerking die in Brussel wordt gerealiseerd, als basis te gebruiken voor het buitenland.
Een van de gevolgen is dat voor het eerst middelen rechtstreeks aan een vzw betaald zullen worden. Dat is nog nooit gebeurd. Dat gebeurde altijd via de ambassade. Ik heb daarover een nieuwe - schriftelijke - belofte gekregen.
De ambassadeur met wie we altijd hebben samengewerkt, is sinds een paar maanden vervangen. Ook dat heeft voor enige vertraging gezorgd. De nieuwe ambassadeur staat radicaal achter het voorstel. Een aantal opmerkingen in Brussel Deze Week, zoals die over de architect, zijn nu van de baan. Het klopt wel dat men in Marokko verbaasd was over de keuze van de architect. Ik heb me daar niet mee bemoeid. Het is de vzw zelf die een beslissing heeft genomen een Algerijns-Tunesische architect onder de arm te nemen. Marokko heeft de gewoonte om met eigen architecten in het buitenland te werken. We zijn daar nu door. Er is echt een bereidheid, ook bij Marokko, om de vzw onafhankelijk te laten werken. Ook dat is nieuw voor Marokko. Vroeger werd alles sterk in de hand gehouden door de ambassades. We hebben dit proces moeten doormaken. Dat heeft de zaak vertraagd.
Door de afspraken die we nu gemaakt hebben, zullen de financiële regels natuurlijk veel eenvoudiger verlopen. De vzw, die voor 100 percent met Vlaams en Marokkaans overheidsgeld werkt, moet zich volledig houden aan de financiële regels, de regels van openbaarheid, van Europese aanbesteding enzovoort. Het opstellen van een bouwdossier moet dus verlopen volgens die regels. Vandaag is dat allemaal volledig uitgeklaard.
Een ander aspect is het gebouw. Het klopt dat er in de oorspronkelijke visie werd van uitgegaan dat DAARKOM zelf een lening zou aangaan en dat ook de eigenaar een bijdrage zou leveren. De eigenaar wilde werken met zijn eigen aannemer. Dat hield in dat een aantal regels vermengd werden. Dat gaat niet. We hebben ook afgesproken dat die lening geen doorgang kan vinden. De middelen moesten beperkt blijven tot wat de Vlaamse Gemeenschap en het koninkrijk Marokko hadden beslist.
Het eerste plan van de vzw zou, als ik me niet vergis, meer dan 5 miljoen euro kosten. Nu spreken we over een plan dat, alles inbegrepen, 3,3 miljoen euro zal kosten. Dat is een forse vermindering. De Inspectie voor Financiën stelt terecht dat er een huurovereenkomst is voor een periode van vijftien jaar. Ze stelt dat de inspanningen van de Vlaamse Gemeenschap toch belangrijk zijn voor een dergelijke periode. Daarom hebben we met de eigenaar afgesproken de mogelijkheid van verlenging in het addendum van het contract op te nemen. Volgens ons kan de inspectie nu ook daar haar zegen over geven.
Ondertussen hebben we het gebouw aan de binnenkant volledig gestript. Dat is een belangrijk werk. We hebben dat kunnen doen zonder bouwvergunning. Om een bouwaanvraag in te dienen voor een vzw die volledig met overheidsgeld werkt, moeten natuurlijk de aanbestedingsprocedures gevolgd worden. De aanbesteding kan pas gebeuren op het moment dat de Vlaamse Gemeenschap haar fiat geeft. De opmaak van het dossier en het fiat hingen dan weer samen met de duur van het huurcontract. De indiening van de aanbesteding kan vandaag gebeuren. Dat maakt dat we over een goede maand wellicht kunnen overgaan tot de aanbesteding van het dossier.
Ik zal nu antwoorden op de concrete vragen. Er is geen probleem van concrete betalingen. In Brussel Deze Week stond niet alleen dat er nog geen euro was uitgekeerd voor de verbouwing, maar ook dat er nog geld was voor de werking. Dat is natuurlijk compleet absurd. Zowel het bedrag van 700.000 euro voor 2007 als dat van 800.000 voor 2008 is in grote mate uitbetaald. Alleen het saldo voor 2008 is nog niet uitgekeerd. Dat is ook logisch. Als ik me niet vergis, wordt dat steeds bij het begin van het volgend jaar gedaan. Voor 2007 hebben we een reserve aanvaard omdat de werking toen nog niet was opgestart. In 2008 zullen we opnieuw een reserve aanvaarden voor de werking omdat ze nog niet voldoende is opgestart. Maar de beheersovereenkomst moet vanzelfsprekend worden afgesloten voor 1 januari 2009. In het ministerieel besluit over de uitbetaling van de subsidie zal vanzelfsprekend staan dat het bedrag alleen maar kan worden overgemaakt als de beheersovereenkomst op dat moment ondertekend is. Aan de beheersovereenkomst is ook een volledige jaarplanning gekoppeld.
In 2008 zijn er al activiteiten georganiseerd. Maar, laten we eerlijk zijn, er zijn er veel te weinig. Ik heb aan de vzw duidelijk gezegd dat we ondertussen wel de huurgelden betalen. Die komen overeen met 40 percent van de werkingskosten. De huur is hoog. Het gebouw is echter wel ideaal gelegen. Om op die plaats vandaag iets te huren, is onbetaalbaar. De investeringen die we zowel in het Huis van het Nederlands als in het Vlaams Communicatiehuis hebben gedaan, zijn van onschatbare waarde. Ik kan u verzekeren dat de schattingen vandaag veel hoger liggen dan wat we er ooit voor hebben betaald, zelfs na nieuwbouw en renovatie. Hetzelfde geldt voor het Vlaams-Marokkaans Huis. Wel hebben we te maken met een eigenaar die niet van gisteren is. Hij wil niet verkopen omdat het gebouw ideaal gelegen is. Het ligt naast de duurste en drukste winkelstraat van het land, aan een van de meest centrale pleinen van de stad. Juist door de uitstraling is het verantwoord om die investering daar te doen. De zaken moeten wel vooruit gaan, want ondertussen betalen we wel huur.
Ik heb aan de vzw laten weten dat de werking natuurlijk niet volledig afhankelijk moet zijn van de bouw. Het is goed een eigen stek te hebben. Ik hoop dat ze ook zo snel mogelijk open gaat. Vanaf 1 januari 2009 moet de volwaardige werking van het cultuurhuis, desnoods op andere plaatsen, zichtbaar zijn. Vandaag is het nog wat occasioneel. Er zijn goede initiatieven. Er is het Festival van de filosofie, en er worden nog andere initiatieven genomen. Vanaf 1 januari 2009 heb ik een volwaardige werking, zelfs voor de eerste jaarhelft. Ik ga ervan uit dat de opening in de eerste jaarhelft plaatsvindt, wellicht niet v??r maart, maar hopelijk in april, mei of juni. Ik zou graag hebben dat dat voor de verkiezingen gebeurt.
Ik wil een volwaardige werking, los van het gebouw. De opstart van de werken zal voor het einde van dit jaar gebeuren en ze moeten klaar zijn voor het bouwverlof 2009. De vzw en de twee overheden hebben al voorstellen en denken na over een openingsprogrammatie, maar dat is nog niet concreet ingevuld.
Mijnheer Arckens, u vraagt waarom ik die pijnpunten niet heb meegedeeld. Ik weet niet of ik die niet heb meegedeeld. Ik word in deze commissie snel aangesproken op pijnpunten, maar misschien zijn daar geen vragen over geweest. Ik heb in elk geval geen behoefte om pijnpunten weg te stoppen. Het is mijn taak om niet te veel te communiceren over pijnpunten, maar om ze op te lossen. Als daar vragen over zijn, wil ik daar altijd klaarheid over geven. Ik had niet kunnen denken dat alle problemen op een halfjaar van de baan waren. Ik zal ze een na een oplossen.
Het is later dan ik had gehoopt, maar een deel van de punten die in Brussel Deze Week stonden, kloppen niet, noch wat de werkingsmiddelen betreft, noch wat de investeringen betreft. Er is al voor 300.000 euro investeringen gedaan voor de plannen van de architecten en het bouwrijp maken van de binnenkant. De eerste steen is een absurditeit, want het gaat niet over een nieuwbouw. Het gaat over de inrichting van het huis. Een goede werking hoeft niet in een paleis te zitten.
Voor mij is het belangrijk dat hoge en lage cultuur er aan bod komen, dat er hoogstaande kwaliteit wordt gebracht in alle mogelijke kunstrichtingen, en dat er uitwisselingen zijn inzake culinaire kunsten. Het moet een toegankelijk huis zijn waarop de twee grote institutionele gemeenschappen fier kunnen zijn. Ik geloof sterk in dit dossier en hoop dat ik de opening zelf kan meemaken.
De voorzitter: De heer Delva heeft het woord.
De heer Paul Delva: Als ik het goed begrijp moet de beheersovereenkomst op 1 januari 2009 ondertekend zijn en moet de werking volwaardig opgestart zijn. Mijnheer de minister, rekent u erop dat de verbouwing niet langer zal duren dan zes tot zeven maanden?
Minister Bert Anciaux: Ik ga ervan uit dat dat inderdaad niet langer duurt. Het gaat niet over een nieuwbouw. Dat gebouw moet aan de binnenkant worden ingericht. Een van de grootste werken is het vervangen van de elektrische trap door een gewone trap. Het zijn aanzienlijke werken want ze kosten een paar miljoen euro, maar het gaat niet over stabiliteitswerken of het bijbouwen van verdiepingen. Die zaken zaten oorspronkelijk in het plan van vijf miljoen euro, maar we hebben ze geschrapt.
De heer Paul Delva: Mijnheer de minister, u zei dat u graag een toegankelijk, laagdrempelig en kwaliteitsvol gebouw wilt. Ik vrees er een beetje voor, maar ik hoop dat het geen huis zal zijn waar ministers en andere hooggeplaatsten elkaar ontmoeten. Ik hoop dat het een huis is waar de doorsnee-inwoner van Sint-Jans-Molenbeek zijn weg zal vinden. Het wordt een boeiende opdracht om alle vzw´s van de Marokkaanse gemeenschap in Molenbeek, Anderlecht enzovoort bekend te maken. Het welslagen van het project zal ook daarvan afhangen.
Minister Bert Anciaux: Mijnheer Delva, uw bekommernis is absoluut de mijne. Als ik prachtige, ingewikkelde filosofische teksten krijg, dan vind ik dat mooi. Maar alstublieft, werk ook voor gewone mensen. Het mag geen elitaire, intellectuele, hoogdravende ontmoeting zijn, waar men elkaar amper verstaat, maar toch heel sterk die indruk geeft. Daar hou ik niet van.
De voorzitter: De heer Arckens heeft het woord.
De heer Erik Arckens: Ik ga volledig akkoord, maar wat aangekondigd wordt, laat vermoeden dat het een het ander niet moet uitsluiten. Ik hoop dat de gewone Vlaming daar zijn weg zal vinden. De bekommernis van de heer Delva is heel terecht.
Mijnheer de minister, het is goed dat Vlaanderen en niet de Franse Gemeenschap zo´n gebouw aanlegt. U bent een flamingant, u kent de gevoeligheden, ik denk dat de Franstalige kant zo´n projecten niet graag ziet omdat men de Marokkaanse gemeenschap als een exclusief Franstalige gemeenschap ziet.
Wat zijn de door u aangestelde opdrachthouders Yamilla Idrissi en Paul Corthouts momenteel aan het doen? Uw verhaal is een heel ander verhaal dan wat Brussel Deze Week brengt, wat mijn opinie over Brussel Deze Week nogmaals bevestigt. Maar deze keer in een totaal onverwachte vorm. Heeft de auteur van het doelbewuste stuk contact met u opgenomen voor hij dit heeft geschreven?
Minister Bert Anciaux: In hetzelfde nummer van Brussel Deze Week heeft dezelfde auteur een uitgebreid interview met mij over de Brusselnorm geschreven. Daaronder stond een artikel over DAARKOM. Tussen de twee artikels is een klein stukje gewijd aan wat ik zeg over DAARKOM. Dat staat in schril contract met wat daaronder staat.
Mevrouw Idrissi en de heer Corthouts hebben een aantal zaken uitgewerkt rond het Festival van de filosofie, hebben vrij veel tijd gestoken in interieurarchitecten en het bouwdossier en de opmaak van een essay over DAARKOM, dat binnenkort in de fifth conference verschijnt. Een aantal concerten en een aantal festivals zijn gepland voor volgend jaar.
Maar voor de rest moet ik zeggen dat ik toch ook vraag dat wat duidelijker wordt wat de concrete inbreng is.
De heer Erik Arckens: Ik dank u voor uw antwoorden.
De voorzitter: Het incident is gesloten.