Commissie voor Cultuur, Jeugd, Sport en Media Vergadering van 09/10/2008
Vraag om uitleg van de heer Karlos Callens tot de heer Bert Anciaux, Vlaams minister van Cultuur, Jeugd, Sport en Brussel, over de erkenning van de damsport als volwaardige sport
De voorzitter: De heer Callens heeft het woord.
De heer Karlos Callens: Mijnheer de voorzitter, mijnheer de minister, collega's, binnenkort, van 3 oktober tot 18 oktober, worden de World Mind Sport Games in Beijing georganiseerd. 3000 denksporters op het vlak van bridge, gewoon en Chinees schaken, go en dammen zullen daar strijden om de hoogste eer. Dit is een prachtige kans om de damsport aan de wereld voor te stellen. Het is een ideale stap om een olympische sport te worden - misschien zouden we dan een extra medaille kunnen halen - en om erkend te worden door het Internationaal Olympisch Comité, zodat deze games een onderdeel kunnen worden van de olympische gemeenschap.
Ook ons land stuurt een delegatie met drie deelnemers. De federatie, de Koninklijke Belgische Dambond die 2 liga's overkoepelt, waaronder de Vlaamse Damsportliga, zal instaan voor het inschrijvingsgeld en de deelnemers zorgen zelf voor de kosten van de reis en van het verblijf - dat zijn de echte sporters!
Momenteel is de damsport binnen Vlaanderen nog geen erkende sporttak, waardoor de betrokken federatie niet voor structurele subsidiëring in aanmerking komt. In andere landen, zoals Nederland en Italië, is dit wel het geval. We herinneren er bovendien aan dat de federaties bevoegd voor andere denksporten, zoals als bridgen en schaken, reeds erkend zijn.
Mijnheer de minister, volgens ons is de damsport op ruime schaal bekend in Vlaanderen en wordt ze door velen beoefend. Wat is uw visie op de erkenning van de dam- en denksporten als een sporttak?
Kan deze Vlaamse liga rekenen op ondersteuning vanuit het Vlaamse sportbeleid met betrekking tot de sportfederaties, de federaties van het schaken en het bridgen worden immers ook ondersteund?
Kan er ook op steun gerekend worden vanuit Vlaanderen om de damsport te laten erkennen door het Internationaal Olympisch Comité? Op dit moment hebben de denksporten schaken en bridgen reeds de status van een door het IOC erkende sport.
De voorzitter: De heer Van Dijck heeft het woord.
De heer Kris Van Dijck: Mijnheer de voorzitter, mijnheer de minister, ik kan de vraag van de heer Callens heel goed begrijpen, maar volgens mij is er nog een probleem. Ik zou daarom ook graag vernemen in welke positie een aantal zaken zich bevinden. De heer Callens heeft het over de problematiek van het dammen en in het verleden heb ik al meermaals vragen gesteld over de problematiek van het schaken en van schaken op school.
Ik meen me te herinneren dat een aantal volkssporten die waardevol zijn voor onze samenleving en een meerwaarde betekenen voor onze cultuur, niet direct voldoen aan de definitie van sport die wij hanteren. Zo moet onder meer een fysieke inspanning geleverd worden. Een dampartij kan natuurlijk lang duren, maar ik durf er aan te twijfelen of die ook cardiovasculaire inspanningen met zich meebrengt. Ik wil hiermee niets afdoen aan de waarde van het dammen, het bridgen, het schaken en zo meer. Ik kijk dus uit naar het antwoord, want ook al zijn die sporten naar mijn aanvoelen geen sporten volgens de definitie die wij hanteren, ze verdienen toch ook een plaats. Ik vrees dat de damsport niet als olympische discipline zal worden erkend.
De voorzitter: Minister Anciaux heeft het woord.
Minister Bert Anciaux: Mijnheer de voorzitter, dames en heren, ik erken dat de damsport, en ook andere denksporten, in Vlaanderen op ruime schaal bekend zijn en beoefend worden. Bij de erkenning van een sporttak zijn er echter nog andere voorwaarden die ervoor zorgen dat de sporttak al dan niet erkend wordt.
Erkende sporttakken worden opgenomen op de Sporttakkenlijst. Deze Sporttakkenlijst is een bijlage bij het decreet op de sportfederaties en vormt het oriënterende kader voor de subsidiëring van sportfederaties. De belangrijkste voorwaarde voor de opname van een sporttak op de Sporttakkenlijst door de Vlaamse Gemeenschap, is waarschijnlijk de graad van fysieke inspanning bij het uitoefenen van de sport. Daar er bij dammen nauwelijks of geen fysieke activiteit komt kijken, komt deze sporttak niet in aanmerking voor erkenning bij de Vlaamse Gemeenschap. Dit is echter niet enkel zo voor de damsport, geen enkele andere denksport komt, wegens het gebrek aan fysieke activiteit, in aanmerking voor de opname in de Sporttakkenlijst, dus ook schaken en bridgen niet.
Zoals reeds aangehaald, zijn ook het schaken en bridgen niet door de Vlaamse Gemeenschap erkend als sporttak. Zij komen, evenmin als de damsport, voor op de Sporttakkenlijst en komen dus ook niet in aanmerking voor subsidies van de Vlaamse Gemeenschap binnen het decreet op de sportfederaties.
Mijnheer Callens, er is wel een mogelijkheid, want via het Participatiedecreet bestaat de mogelijkheid om dit soort van brede groep van hobbyverenigingen financieel te laten ondersteunen. Alle Vlaamse federaties die hobbyverenigingen overkoepelen, werden betreffende dit Participatiedecreet aangeschreven en aangemoedigd om hun leden hiervan op de hoogte te brengen. Meer informatie hierover vindt u terug op de zeer transparante website van het departement Cultuur, Jeugd, Sport en Media.
Daar de Vlaamse Gemeenschap denksporten niet erkent als sporttak, is zij ook niet geneigd om de damsport actief te steunen voor de erkenning van de Fédération Mondiale du Jeu de Dames (FMJD) en de Europese Damfederatie door het IOC als 'Recognised International Sports Federation'. Dit betekent echter evenmin dat de Vlaamse Gemeenschap weigerachtig staan ten opzichte van het bekomen van deze internationale erkenning door het IOC. Ik wens de federatie daar heel veel succes mee.
De voorzitter: De heer Callens heeft het woord.
De heer Karlos Callens: Mijnheer Van Dijck, u hebt ongelijk, want ik daag u uit om iemand die damt, bridget of schaakt met een cardiometer te onderzoeken. U zult zien dat er fysieke inspanningen geleverd worden.
Ik dank de minister voor zijn antwoord. Ik zal het doorspelen aan de voorzitter van de damfederatie. Die man is bij mij geweest. Vroeger werd hij altijd van het kastje naar de muur gestuurd, van Cultuur naar Sport, en daardoor zijn ze nergens uitgekomen. (Opmerkingen van minister Bert Anciaux)
De voorzitter: Het incident is gesloten.