Commissie voor Leefmilieu en Natuur, Landbouw, Visserij en Plattelandsbeleid en Ruimtelijke Ordening en Onroerend Erfgoed Vergadering van 14/02/2008
Vraag om uitleg van de heer Stefaan Sintobin tot de heer Dirk Van Mechelen, viceminister-president van de Vlaamse Regering, Vlaams minister van Financiën en Begroting en Ruimtelijke Ordening, over de procedure bij het formuleren van het gemeentelijk advies voor de afbakening van een regionaal stedelijk gebied
De voorzitter: De heer Sintobin heeft het woord.
De heer Stefaan Sintobin: Voor sommige collega's is deze vraag misschien evident. Met mijn West-Vlaamse logica kon ik er echter niet bij. Vandaar dat ik het nuttig vond om er een vraag over te stellen. Mijn vraag is ingegeven door een praktijkvoorbeeld en gaat over de afbakening van regionaal stedelijk gebied. Ik veronderstel dat deze vraag ook van toepassing is in andere dossiers waarbij een gemeentelijk advies inzake ruimtelijke ordening wordt gevraagd.
Ik zal het probleem even kort schetsen. Bij de afbakening van een regionaal stedelijk gebied wordt er ook advies van de gemeente gevraagd. Dat advies wordt in een agendapunt aan de gemeenteraad voorgelegd. Het is aan de gemeenteraadsleden om op basis van de informatie waarover ze beschikken, hun stemgedrag te bepalen. Voor mij is het zo dat ik in dergelijke dossiers niet alleen luister naar wat de experts daarover te vertellen hebben, maar ook de rechtstreeks betrokkenen, de bewoners, de adviesraden en dergelijke meer.
Uit een praktijkvoorbeeld blijkt dat op 20 januari in een bepaalde gemeente een gemeenteraad werd georganiseerd waar dit punt, namelijk advies verlenen bij de afbakening van het regionaal stedelijk gebied, stond geagendeerd. Het bleek dat de bezwaartermijn waarover men beschikt om bezwaar in te dienen, pas verliep tien dagen later. Er kwam nog bij dat ook enkele adviesraden zoals GECORO (gemeentelijke commissie voor ruimtelijke ordening), Landbouw- en Minaraad, dat op hun agenda hadden geplaatst, maar op een vergadering die pas plaatsvond na een stemming over het gemeentelijke advies. Ik heb nog geprobeerd om de stemming te laten verdagen, maar blijkbaar wilde men daar niet op ingaan.
Vandaar mijn vraag. Het lijkt me logisch dat de gemeenteraadsleden hun stemgedrag afstemmen op de eventuele bezwaren die worden ingediend. Maar ook op de mening van de diverse adviezen van de adviesraden die al dan niet voorhanden zijn.
Vandaar mijn concrete vragen, mijnheer de minister. Werd de procedure in dat geval correct gevolgd? Als dat het geval was, is het dan logisch dat de gemeenteraadsleden moeten stemmen over een advies betreffende de afbakening van een regionaal stedelijk gebied alvorens de bezwaartermijn is verstreken en advies is ingewonnen van diverse adviesorganen?
Ik begrijp dat om een advies vragen aan de verschillende adviesraden niet wettelijk verplicht is. Toch lijkt het me vanuit een democratisch oogpunt een gezond principe. Is het aangewezen om dit gemeentelijke advies pas te formuleren en goed te keuren na het verstrijken van de bezwaartermijn? Dat is een gemakkelijke oplossing. Ik ken een stad waar dat ook aan bod is gekomen. Daarvoor heeft men speciaal een extra gemeenteraad georganiseerd, net op de dag dat de bezwaartermijn verstreek.
Hoeveel waarde heeft het gemeentelijk advies? Als u straks zou zeggen dat alles volgens de procedure verlopen is, dan vind ik dat een gemeentelijk advies vooraleer de bezwaartermijn verstreken is en vooraleer advies werd ingewonnen bij de diverse adviesorganen, tot weinig of niets strekt.
Kan het goedkeuren van dit gemeentelijk advies voor het verstrijken van de bezwaartermijn, aanleiding geven tot procedurele disputen?
De voorzitter: Minister Van Mechelen heeft het woord.
Minister Dirk Van Mechelen: Mevrouw de voorzitter, dames en heren, mijnheer Sintobin, ik zou me er gemakkelijk van af kunnen maken door te verwijzen naar de literatuur van artikel 42 van het decreet van 18 mei 1999 houdende de organisatie de ruimtelijke ordening, waarin de procedure van totstandkoming van een gewestelijk ruimtelijk uitvoeringsplan (RUP) geregeld is.
Het is die procedure die uiteraard ook van toepassing is bij de vaststelling van een RUP voor de afbakening van een regionaalstedelijk gebied. Als u artikel 42, paragraaf 4 zou lezen, hebt u meteen het antwoord op al uw vragen, maar ik zal u een handje helpen.
Paragraaf 4 luidt: "Opmerkingen en bezwaren worden uiterlijk de laatste dag van de termijn van het openbaar onderzoek per aangetekende brief toegezonden aan de Vlaamse commissie voor ruimtelijke ordening of afgegeven tegen ontvangstbewijs.
De bezwaren en opmerkingen kunnen ook uiterlijk de laatste dag van die termijn aan het gemeentehuis van elke gemeente bedoeld in paragraaf 2, worden afgegeven tegen ontvangstbewijs." Dit is met andere woorden een gemeente binnen het plangebied.
Ik vervolg het citaat: "De gemeente bezorgt in dat geval uiterlijk de derde werkdag na het openbaar onderzoek, de bezwaren en opmerkingen aan de Vlaamse commissie voor ruimtelijke ordening. Met bezwaren en opmerkingen die laattijdig aan de Vlaamse commissie voor ruimtelijke ordening worden bezorgd, moet geen rekening worden gehouden. De Vlaamse Regering kan nadere regels vaststellen met betrekking tot het ontvangen en bijhouden van bezwaren en opmerkingen door de gemeente en met betrekking tot de wijze waarop deze aan de Vlaamse commissie voor ruimtelijke ordening worden bezorgd.
De gemeenteraad en de provincieraad van respectievelijk de gemeenten en de provincies waarvan het grondgebied door het gewestelijk ruimtelijk uitvoeringsplan geheel of ten dele wordt bestreken, bezorgen hun advies aan de Vlaamse commissie voor ruimtelijke ordening uiterlijk de laatste dag van het openbaar onderzoek. Wanneer geen advies is verleend binnen die termijn, mag aan de adviesvereiste worden voorbijgegaan.
De gemeenteraad en de provincieraad van respectievelijk de gemeenten en de provincies die grenzen aan gemeenten waarvan het grondgebied door het gewestelijk ruimtelijk uitvoeringsplan geheel of ten dele wordt bestreken, kunnen de Vlaamse commissie voor ruimtelijke ordening een advies bezorgen uiterlijk de laatste dag van het openbaar onderzoek."
Uit deze tekst zijn een aantal principes duidelijk af te leiden. Een, zolang het openbaar onderzoek duurt, kan iedereen, individuele particulieren, verenigingen, zelfs instanties uit de publiekrechtelijke sfeer, opmerkingen indienen, advies geven, bezwaren uiten.
Twee, de reacties kunnen rechtstreeks aan de Vlaamse Commissie voor Ruimtelijke Ordening (VLACORO) bezorgd worden. Burgers van een bepaalde gemeente kunnen ervoor opteren om ze te sturen naar de commissie, maar men kan ze ook tot het einde van het openbaar onderzoek tegen ontvangstbewijs afgeven bij het gemeentebestuur van elke gemeente en de gemeente moet ze dan binnen drie werkdagen doorsturen.
Drie, het advies van de gemeenten binnen het plangebied of buurgemeenten, moet in principe uitgaan van de gemeenteraad, maar moet binnen dezelfde termijn van het openbaar onderzoek bezorgd worden aan de VLACORO.
Daarmee hebben we meteen een antwoord op uw concrete vragen. Een advies van de gemeente moet uitgaan van de gemeenteraad en het moet verzonden zijn of afgegeven worden bij de VLACORO uiterlijk op de laatste dag van het openbaar onderzoek. Het is dus niet voldoende dat de gemeenteraadsbeslissing zelf binnen de termijn genomen is, het uitgeschreven advies moet ook nog binnen die termijn ingediend zijn. En zoals u weet, geldt bij verzending de postdatum.
Adviezen die na de einddatum van het openbaar onderzoek verzonden worden of afgegeven worden, zijn laattijdig en de VLACORO hoeft er dus in principe geen rekening mee te houden.
Gelet op de decreettekst is het dus helemaal niet de bedoeling dat de gemeenteraad wacht tot na het openbaar onderzoek om een standpunt te formuleren, integendeel.
Uw vraagstelling bevat ook de vraag of de gemeenteraad niet moet uitgaan van of rekening houden met de bezwaren en opmerking van de burgers in de gemeente. Zoals de tekst vandaag wordt geformuleerd, is dat niet de bedoeling. Bezwaarindieners kunnen kiezen: ze kunnen hun bezwaren rechtstreeks aan de VLACORO overmaken of ze kunnen ze indienen bij de gemeente. De gemeente heeft dus sowieso geen volledig zicht op de bezwaren die worden ingediend. Bovendien hoeven bezwaren die onder gesloten omslag worden afgegeven op een gemeente, zelfs niet te worden geopend, maar ze kunnen aldus worden overgemaakt aan de VLACORO. Het is de VLACORO die de bezwaren uiteindelijk behandelt.
Dat brengt me terug bij uw eerste vraag over de vereiste procedure voor het gemeentelijk advies. Daar zijn geen bijzonderheden en dat is volgens mij ook niet nodig. Er is enkel gesteld dat het advies moet uitgaan van de gemeenteraad. Dat veronderstelt dus een gemeenteraadsbeslissing. De gemeentelijke overheid beslist autonoom hoe ze tot dit advies komt. Met andere woorden: ook de inhoud van het advies wordt autonoom door de gemeentelijke overheid bepaald. In principe wordt het advies voorbereid door het college.
Het staat de gemeentelijke overheid vrij om een voorafgaand advies te vragen aan één of meer gemeentelijke adviesraden, zoals bijvoorbeeld de Gemeentelijke Commissie voor Ruimtelijke Ordening, de GECORO.
Wil men de inwoners vooraf kennen, dan lukt dat - zoals al vaak gebleken is - niet door kennis te nemen van opmerkingen en bezwaren die ingediend worden, maar wel bijvoorbeeld door een aparte informatie- en discussievergadering te organiseren. Alleen moet men bij dit alles de timing nauwkeurig in het oog houden, omdat de gemeenteraad tijdig moet beslissen en het advies uiterlijk de laatste dag van het openbaar onderzoek moet verzenden aan de VLACORO.
De openbare onderzoeken over gewestelijke ruimtelijke uitvoeringsplannen duren 60 dagen. Een gemeenteraad moet toch een beetje inspelen op de termijnen die gekoppeld zijn aan dit openbaar onderzoek. U weet dat de gemeenten heel goed op de hoogte zijn van het tijdstip van de effectieve start van zo'n openbaar onderzoek. Het is nodig dat men vooraf goed plant en dat men ervoor zorgt dat men kan participeren aan de adviesprocedure.
Wat de positie van de adviesraden zoals de GECORO betreft, zijn er twee mogelijkheden. De GECORO adviseert de gemeenteraad en het college stelt op basis van dit advies een standpuntbepaling in. Maar het is niet uitgesloten dat de GECORO zelf een advies indient bij de VLACORO. Dit is perfect mogelijk volgens de decretaal vastgelegde procedures.
Zoals ik al zei, kunnen ook individuele particulieren, verenigingen en andere instanties hetzelfde doen. De GECORO kan dit advies conform het decreet uit eigen beweging geven.
Om verwarring te vermijden lijkt het mij echter beter dat dit advies wordt gegeven aan het college en de gemeenteraad en dat de gemeenteraad uiteraard rekening houdt met het standpunt van de eigen GECORO.
Volledigheidshalve wil ik nog het volgende vermelden. We hebben in de praktijk al heel wat vragen gekregen van gemeentebesturen die er door omstandigheden niet in slaagden een tijdige gemeenteraadsbeslissing over een gemeentelijk advies te laten nemen. In dergelijke gevallen dient het betrokken college soms een advies in. Het moet duidelijk zijn dat zo'n advies niet kan worden beschouwd als het door het decreet bedoelde gemeentelijk advies, want dat moet uitgaan van de gemeenteraad. Maar als het tijdig is, is het wel een geldige reactie, die net als andere bezwaren, opmerkingen en suggesties van particulieren, verenigingen en dergelijke, zal worden behandeld door de VLACORO, waarna de gemeenteraad dit advies, ingediend door het college, bevestigt via een gemeenteraadsbeslissing.
Door deze toelichting is het heel duidelijk wat de visie was van de decreetgever op 18 mei 1999 toen artikel 42 werd goedgekeurd. Het is dus niet de gemeenteraad, maar wel de VLACORO die de afweging moet maken in het kader van de beoordeling, ook van de afbakening van een regionaal stedelijk gebied.
De heer Stefaan Sintobin: Mijnheer de minister, ik dank u voor uw antwoord. Ik ken de grote principes van de procedure. Er kunnen nog bezwaren worden ingediend, maar toch denk ik dat de gemeenteraad zijn stemgedrag voor een deel laat bepalen door bezwaren die worden ingediend.
U hebt het over de datum waarop het gemeentelijk advies moet worden ingediend. Ik wil echter verwijzen naar een bepaalde stad die een extra gemeenteraad heeft bijeengeroepen om zoveel mogelijk rekening te kunnen houden met bezwaren die werden ingediend door burgers en verenigingen.
De voorzitter: Het incident is gesloten.