Commissie voor Economie, Werk en Sociale Economie Vergadering van 06/12/2007
Vraag om uitleg van de heer Frank Creyelman tot de heer Frank Vandenbroucke, viceminister-president van de Vlaamse Regering, Vlaams minister van Werk, Onderwijs en Vorming, over de aanvraag van een leefloon door geschorste werklozen
De voorzitter: De heer Creyelman heeft het woord.
De heer Frank Creyelman: Mevrouw de voorzitter, mijnheer de minister, volgens berichten in de Franstalige pers neemt de werkloosheid in Wallonië af, maar wendt een deel van de door de RVA geschorste werklozen zich vervolgens tot het OCMW om een leefloon te krijgen. Volgens de Waalse minister van Economie Marcourt zouden zo tot eind vorig jaar 551 geschorste werklozen een leefloon hebben aangevraagd bij de OCMW´s van Luik, Charleroi, Namen, Bergen, Doornik en La Louvière.
Aangezien de strijd tegen de werkloosheid een prioriteit blijft van de Vlaamse Regering is het belangrijk een duidelijk zicht te krijgen op eventuele verschuivingen van de werklozensteun naar het leefloon. Uiteindelijk is het de bedoeling van het activeringsbeleid om mensen aan het werk te krijgen en niet van ze van de ene sociale steun naar de andere door te sluizen. Dit laatste betekent voor de publieke financiën immers niet meer dan een broekzak-vestzakoperatie en baat de werkloze zelf ook niet.
Omwille van het belang van deze materie blijken juiste cijfers zeker aangewezen. De laatste wetenschappelijke studies dateren echter van voor de intensivering van het activeringsbeleid. In 2003 maakte het Centrum voor Sociaal Beleid een evaluatie bekend van het schorsingsbeleid wegens langdurige werkloosheid in 2000. Daaruit bleek dat ruim 1 op 10 van deze geschorsten bij het OCMW ging aankloppen. Hierbij ging het enkel om samenwonende werklozen, vandaag komen alle werklozen in aanmerking voor een schorsing en is de te verwachten impact op de OCMW´s bijgevolg groter. Als meer mensen voor wie de werkloosheidsuitkering het enige inkomen was, worden geschorst, lijkt het logisch dat er ook meer naar het OCMW stappen of zullen stappen.
Op een aanvraag naar een leefloon reageren OCMW´s trouwens heel verschillend. Sommige OCMW´s beschouwen de schorsing van de werklozensteun als het weigeren van een passende dienstbetrekking, wat ook de deur sluit voor het leefloon. Andere OCMW´s vertrekken van de maatschappelijke nood en geven wel een leefloon aan geschorsten.
Hebt u zicht op het aantal geschorste werklozen dat een leefloon heeft aangevraagd? Zo ja, in welke steden en gemeenten doet zich deze verschuiving van werkloosheid naar leefloon voor? Denkt u eraan om aan de werkloosheidscijfers tevens de geschorste werklozen toe te voegen die een leefloon aanvragen?
De voorzitter: Minister Vandenbroucke heeft het woord.
Minister Frank Vandenbroucke: De OCMW-regelgeving is een federale regelgeving. De VDAB beschikt niet over cijfers van het aantal geschorste werklozen dat een leefloon heeft aangevraagd. De cijfers die minister Marcourt geeft, heb ik niet ter beschikking en komen niet rechtstreeks van hemzelf. De cijfers met betrekking tot de leefloontrekkers moeten opgevraagd worden bij de federale minister van Maatschappelijke Integratie.
Wij beschikken wel over de cijfers van het aantal ingeschreven werkzoekende leefloontrekkers. Dit cijfer kent de laatste jaren een dalend verloop. Daarmee zeg ik ook meteen dat het aantal werkzoekende leefloontrekkers mee is opgenomen in de statistieken van de werkzoekenden. Ik geef u de cijfers uit de tabel. Het totaal aantal ingeschreven werkzoekende leefloontrekkers bij de VDAB bedroeg in 2003 9420, in 2004 10.474, in 2005 11.167. Dat ging dus in opgaande lijn. Toen kwam er een ommekeer: in 2006 8916 en in 2007 6836. Dat is momenteel relatief evenwichtig verdeeld tussen mannen en vrouwen. In de periode van de opgaande lijn ging het om iets meer mannen.
Prima facie hebben we niet echt een aanduiding dat een grote stroom mensen én werkzoekend is en blijft én een leefloon aanvraagt. Dat zien we niet in deze cijfers. Dat is natuurlijk maar een ruwe benadering van het probleem. We zouden een beetje dieper moeten graven. Gelukkig lopen er twee onderzoeken naar het effect van de RVA-controle in het kader van de activeringspolitiek. In deze onderzoeken wordt onder andere de al dan niet verschuiving van geschorste werklozen naar de OCMW´s onderzocht. Het eerste onderzoek is een langetermijnstudie van Institut des Recherches Economiques et Sociales? (IRES). In deze studie worden gegevens van OCMW-klanten verzameld via de kruispuntbank. Het tweede onderzoek is een schriftelijke enquête die Idea Consult uitvoert voor de federale overheidsdienst bij een steekproef van gecontroleerde werkzoekenden. De resultaten van dit onderzoek zullen begin volgend jaar opgeleverd worden.
De voorzitter: Het incident is gesloten.