Commissie voor Leefmilieu en Natuur, Landbouw, Visserij en Plattelandsbeleid en Ruimtelijke Ordening en Onroerend Erfgoed Vergadering van 25/10/2007
Vraag om uitleg van mevrouw Vera Dua tot mevrouw Hilde Crevits, Vlaams minister van Openbare Werken, Energie, Leefmilieu en Natuur, over de realisatie van stadsbossen
De voorzitter: Mevrouw Dua heeft het woord.
Mevrouw Vera Dua: Mevrouw de minister, ik meende dat het goed was om een vraag om uitleg in te dienen over de stadsbossen, omdat het, in het algemeen, niet goed gesteld is met het bos in Vlaanderen.
We weten allemaal dat we in een zeer bosarme regio wonen, de derde meest bosarme van heel Europa. We hebben kleine stukken bos, bos dat zeer versnipperd is en onevenwichtig is verdeeld over de verschillende provincies.
Iedereen is er al lang van overtuigd dat, als we alle bosfuncties naar behoren willen vervullen, er meer bos moet komen in Vlaanderen. Er zijn daarover al heel wat studies gemaakt, ook door de administratie - ik denk dan onder meer aan de langetermijnplanning Bosbouw - waarin becijferd wordt wat de nood is aan bosuitbreiding.
Uit alle studies kwam naar voren dat het heel belangrijk is dat er stadsbossen komen, net omdat we in een dichtbevolkte regio wonen en onze stedelingen zeer weinig kans hebben om eens in een bos rond te lopen. Iedereen is het daar stilaan mee eens.
In de praktijk blijkt - en ik baseer me op een aantal cijfers die ook door de verschillende verenigingen naar voren werden gebracht - dat de toestand veeleer achteruit gaat in plaats van vooruit. In 2006 is de bosuitbreiding gedaald tot een historisch lage score van 224 hectare. 2003 was het maximumjaar, met 515 hectare. Er is dus echt een daling aan de gang.
Ondertussen gaat ook de vernietiging van bos voort. Er werd in 2006 voor 517 hectare vergunningen of ontheffing van vergunningen gegeven voor bosvernietiging. We zijn druk bezig met wat bos bij te planten, maar ondertussen gaat er meer bos verloren dan we aanplanten. We zitten dus echt helemaal op de verkeerde weg, want vorig jaar was er een netto bosverlies. Daarnaast zien we dat er ook op het vlak van boscompensatie een achterstand is.
Het gaat niet goed met het bos in Vlaanderen. Dat geldt zeker voor de stadsbossen.
In de langetermijnplanning Bosbouw staat dat we tegen 2010 moeten komen tot 12 percent bosoppervlakte - nu zitten we daar nog heel ver onder -, om te kunnen voldoen aan de vragen wat betreft recreatie, natuur, buffering, klimaat, houtproductie enzovoort.
Het uiteindelijke evenwicht kwam tot stand in het Ruimtelijk Stuctuurplan Vlaanderen, waar werd vastgelegd dat tegen 2007 10.000 hectare ecologisch verantwoorde bosuitbreiding gerealiseerd moest zijn. In de feiten zouden we eigenlijk 11.400 hectare moeten realiseren, want ondertussen is er netto meer bos verdwenen dan er is bijgekomen.
We gaan er dus absoluut niet op vooruit. Er moet effectief 11.400 hectare bos aangeplant worden, grotendeels overlappend met de ruimtelijke afbakening van bosuitbreidingsgebieden.
In deze taakstelling van het Ruimtelijk Structuurplan Vlaanderen werd altijd gezegd dat de prioriteit gelegd moest worden bij de stadsrandbossen. Mevrouw de minister, u zult ook wel het fameuze lijstje van de stadsbossen kennen. Op het kleurenkaartje gaat het van rood naar groen, om de prioriteiten voor de 51 projecten die gerealiseerd zouden moeten worden, aan te duiden. Enkele daarvan werden de voorbije jaren al gerealiseerd, maar op de kaart staan twee projecten in vurig rood, met name de stadsbossen voor Gent en Antwerpen. Daar liggen de hoogste prioriteiten.
Daarnaast hebben we ook nog Mechelen, Aalst, Brugge, Kortrijk, Roeselare. De afgelopen tien jaar werden er inderdaad hier en daar een bepaalde stukken gerealiseerd. Het is echter absoluut nog niet genoeg. Ik heb heel sterk de indruk dat de afgelopen jaren de dynamiek is stilgevallen. Dat is trouwens ook de mening van de verenigingen die zich daarmee bezighouden en van de administratie. De mensen trekken dan ook aan de alarmbel.
Mevrouw de minister, u bent nog niet zo lang in functie. U hebt de belangrijke taak om die trend te keren. Naar aanleiding van de Week van het Bos bent u met de problematiek in aanraking gekomen. Een aantal natuurverenigingen in Gent hebben er - terecht - op gewezen dat er genoeg gepland is en dat het nu tijd is om te planten.
Uw persconferentie ging over het Gentse Parkbos. Aan dat bos gaat een lange en bewogen geschiedenis vooraf. Er is zeer veel over gepraat, zeer veel over vergaderd. Ook op planologisch vlak is er een heel traject afgelegd. Dat was absoluut niet gemakkelijk. De zaken zijn ook niet altijd verlopen zoals wij wilden. Er zijn stukjes verloren gegaan. We zullen die discussie hier echter niet heropenen. Ik vind het nog altijd spijtig dat een stuk is ingekleurd als bedrijventerrein, niettegenstaande men er onmiddellijk een bos had kunnen planten. Planologisch bestaat het niet-bestaande bos op de kaart.
Ook in dit dossier is er de afgelopen drie jaar heel weinig gebeurd. Ik heb de beelden en foto´s gezien van het persinitiatief waarop u aanwezig was. Dat heeft trouwens heel mooie plaatjes opgeleverd. Ik heb me laten vertellen dat de foto is genomen op de plaats waar een illegaal bos is aangeplant. Ik heb er zelf aan meegewerkt, samen met de verenigingen die u hebben uitgenodigd. De boodschap van de samenleving was wel heel symbolisch: de wil dat daar een bos kwam.
Het trio op de foto werd onder andere gevormd door de ons allen bekende provinciegouverneur, de heer Denys, die, enthousiast en dynamisch als hij is, heeft beloofd aan de kar te trekken. Hij zal dus zorgen voor de co?rdinatie. Hij wil daar ook een brug plaatsen naar een voorlopig niet-bestaand bos, de zogenaamde gouverneursbrug. Die brug hebben we dus al. Nu nog het bos. Daarnaast waren er ook nog de schepenen. Volgens de krant stonden ze welwillend te knikken. U was er ook bij. U hebt toen een aantal beloftes gedaan. We hebben dus een stap vooruit gezet.
Na al die jaren hebben we echter toch het gevoel dat een proces wordt opgestart van veel vergaderen, veel overleg, veel co?rdinatie. De vrees is dat we weer vele maanden tijd zullen verliezen. Er liggen ondertussen al heel wat aankoopdossiers klaar. Eigenlijk hadden die al ondertekend moeten zijn. Uw voorganger heeft dat echter niet gedaan. Hij was niet geneigd om de dossiers vooruit te helpen.
U zou nu willen overgaan tot de aankoop. Ik heb echter vernomen dat er een nieuw schattingsverslag moet worden gemaakt, een nieuw verslag van de Inspectie van Financiën, dat een nieuwe procedure moet worden opgestart omdat de dossiers al zo oud zijn. Dat betekent dat we weer voor minstens een paar maanden zoet zijn.
In ieder geval zijn er twee grote dossiers die vrij vlug kunnen worden afgewerkt: het domein de Giey, waar men met een erfpachtovereenkomst zou kunnen werken, en het eigendom van de familie de Ghellinck. Mevrouw de minister, wat het eerste dossier betreft, hebt u beloftes gedaan. Wat is daar de stand van zaken? De familie de Ghellinck zou onmiddellijk het eigendom willen verkopen. Blijkbaar is er een probleem met een gebouw. Daarnaast is er nog 232 hectare bij verschillende kleine eigenaars. Ook die zaak zou zo snel mogelijk afgehandeld moeten worden.
Mevrouw de minister, we kijken vol verwachting naar wat de volgende maanden zal gebeuren. Gelet op de voorgeschiedenis doen we dat met enige achterdocht. Ik hoor ook dat de Vlaamse Landmaatschappij (VLM) niet direct de zaken vooruit helpt, wel integendeel. U bent toch bevoegd voor die administratie. Ik hoor dat die de zaken meer vertraagd dan versneld.
Mevrouw de minister, hoe staat u tegenover de realisatie van die stadsbossen? Wat zult u op korte termijn realiseren? Hoe komt het dat er tijdens deze legislatuur zo weinig vooruitgang is geboekt op het vlak van stadsrandbossen? Welke stappen worden nu concreet gezet om het Parkbos in Gent te realiseren? Wat verwacht u van de stad Gent? Daar zit men nu in een zetel. U moet maar zorgen voor een oplossing, wordt daar gezegd. Welke rol kan de stad spelen om alles vlot te laten verlopen?
De voorzitter: De heer Callens heeft het woord.
De heer Karlos Callens: Mevrouw Dua, waarom heeft Natuur en Bos 35 hectare bos in Grobbendonk weggenomen terwijl wij moeten trachten meer bos te realiseren?
De voorzitter: De heer Verfaillie heeft het woord.
De heer Jan Verfaillie: Mevrouw Dua, we hebben als stadsbestuur recentelijk 4 hectare landbouwgrond aangekocht om te bebossen, autonoom, zonder enige steun van het Vlaamse Gewest. Een lokaal bestuur kan dus heel wat goede zaken doen. We zullen de minister te gelegener tijd uitnodigen om de eerste legale boom te komen planten.
De heer Erik Matthijs: Mevrouw Dua, we komen van hetzelfde arrondissement. Ik ken het dossier ook. Het is een hele mooie regio, namelijk Zwijnaarde en De Pinte, met een heel mooie open ruimte. Er zijn heel wat levenskrachtige tuinbouwbedrijven. Ik zou willen dat er maximaal rekening wordt gehouden met de mensen die daar hun brood mee moeten verdienen. Als we willen vooruitgaan, moeten we daar samen aan denken en samen de problemen die zich stellen, bespreken.
De voorzitter: Minister Crevits heeft het woord.
Minister Hilde Crevits: Mevrouw Dua, ik dank u voor uw vraag. Ik heb daarover zelf geen persconferentie georganiseerd. Uw opmerkingen wat dat betreft, zijn voor uw rekening. Ik ga graag in op de uitnodigingen die me gegeven worden, ook al zijn ze niet in mijn eigen provincie West-Vlaanderen.
Er zijn 53 realisatieprojecten van stadsbossen in Vlaanderen. Ik kan u te gelegener tijd een tabel overhandigen, die een deels kwantitatief en deels kwalitatief weergegeven stand van zaken geeft van de stadsbossen voorzien in de gewenste bosstructuur van Vlaanderen.
In deze legislatuur zijn de kredieten voor de aankoop van bossen en te bebossen gronden, de post Mina 7003, elke jaar voor zo goed als 100 percent opgebruikt. Ook de kredieten voor boscompensatie, programma 61.3 op de post 71.90, zijn voor een hoger aandeel besteed dan in de vorige legislatuur. In deze legislatuur is er aldus tot vandaag ongeveer 1500 hectare aangekocht. Iets meer dan de helft hiervan zijn te bebossen gronden. 410 hectare van deze aankopen kan worden gecatalogeerd als aankopen voor stadsbos, waarvan 290 hectare te bebossen gronden. De realisatie van stadsbossen is een prioriteit binnen het aankoopproces, en daarom wil ik het aandeel aankopen voor stadsbossen binnen de beschikbare kredieten voor bosverwervingen opdrijven. Van de totale som moeten we prioritair aandacht geven aan die realisaties. Ik denk dat iedereen het daarmee eens is. Dit aandeel is al verbeterd ten opzichte van de voorgaande jaren, maar is nog voor verbetering vatbaar.
Om op een efficiënte en gedragen wijze stadsbossen te realiseren - ik beklemtoon de woorden efficiënt en gedragen - is echter een driesporenbeleid noodzakelijk. In de eerste plaats is er het planologisch spoor, waarbij voor geschikte locaties voor stadsbossen geëigende bestemmingsvoorschriften worden vastgelegd. In de tweede plaats is er de effectieve realisatie op het terrein door enerzijds eigen aankopen en anderzijds een stimulerend beleid naar derden, namelijk de lagere overheden, verenigingen en particulieren. In de derde plaats moet ervoor worden gezorgd dat de planologische wijzigingen dan wel de aankopen op een billijke wijze gebeuren en lokaal gedragen worden.
Het Agentschap voor Natuur en Bos bewandelt, in mijn opdracht, al deze sporen gelijktijdig. Het is dus niet de bedoeling dat het afbakeningsproces het realisatieproces afremt. Het is tegelijk duidelijk dat bij de behandeling van de aankoopdossiers moet worden afgetoetst dat de aankoop niet in tegenstrijd is met de visies die ontwikkeld worden in de context van het afbakeningsproces. In dit opzicht valt wel degelijk te verwachten dat de realisatie van stadsbossen kan versnellen als ook de afbakening vastligt. Bovendien zal voor prioritaire projecten ook in een mogelijkheid op voorkooprecht kunnen worden voorzien.
Er zijn evenwel een aantal oorzaken die bemoeilijken dat het percentage aankoop voor stadsbossen stijgt in het totale pakket bosrelevante aankopen. Er is vandaag beduidend meer minnelijk aanbod van aankoopdossiers in en omheen de historische bosgebieden in het buitengebied dan in de locaties van de stadsbossen. Bij bosuitbreidingsdossiers wordt zowel een minnelijk akkoord met de eigenaar als met de grondgebruiker nagestreefd. Zowel eigenaars als grondgebruikers nemen soms een afwachtende houding aan als de overheid polst naar een mogelijke verkoop. Bovendien stellen we vast dat de openheid en het draagvlak in dezen bijzonder belangrijk zijn. Het is van belang dat op dat vlak open kaart wordt gespeeld, ook door de eigen administratie, en dat er een intense communicatie kan zijn met een open vizier om tot de realisatie over te gaan. Enkel op die manier zal er een draagvlak kunnen worden bereikt om de procedure te versnellen.
Er wordt dikwijls een hogere vraagprijs gesteld dan de schatting van het aankoopcomité.
Het bereiken van voldoende draagvlak bij lokale belangengroepen en gemeentebesturen vergt de nodige tijd. Er is in de meeste gevallen geen voorkooprecht of onteigeningsmogelijkheid. Als die er wel zijn, moeten we daar omzichtig mee omspringen.
Het dossier van het Parkbos te Gent nemen minister Van Mechelen en ik ter harte, vermits het een van de weinige stadsbossen is die planologisch zijn vastgelegd. Mevrouw Dua, u verwijt het dossier een zekere traagheid. Toen ik zeven dagen minister was, werd gouverneur Denys aangesteld als co?rdinator voor dat project. Er kan me dus bezwaarlijk enige traagheid worden verweten, veeleer enige snelheid, gelet op de reacties na de aanstelling van de gouverneur.
Tijdens de Week van het Bos ben ik me overigens zelf gaan vergewissen van de situatie, en ik heb ter plaatse vastgesteld dat niet alleen de natuurverenigingen, maar ook een afvaardiging van de lokale landbouwers aanwezig waren. Die aanwezigheid is van heel groot belang om het draagvlak van dat dossier te versterken.
De gouverneur van Oost-Vlaanderen, de heer Denys, heeft zijn opdracht als co?rdinator aanvaard, en ik ben hem daar dankbaar voor. Hij heeft te verstaan gegeven dat hij bezig is met het opzetten van een forum om in gedragen partnership te komen tot realisaties op het terrein.
Voor de realisatie van het Parkbos Gent is, naast het Agentschap voor Natuur en Bos, ook de Vlaamse Landmaatschappij ingeschakeld om het aankoopcomité bij te staan bij de verwerving van de gronden. Tot hiertoe zijn alle aankopen minnelijk gebeurd en zijn de lopende minnelijke onderhandelingen opgestart op basis van eerdere contacten met eigenaars en gebruikers.
Door de goedkeuring van het aan het ruimtelijk uitvoeringsplan of RUP verbonden onteigeningsbesluit, dat loopt tot 2010, is een nieuwe aanpak mogelijk. Daarom zullen de lopende onderhandelingen verder worden afgehandeld en zullen er nieuwe onderhandelingen per deelgebied worden aangepakt. Deze deelgebieden zijn: Scheldevelde, Grand Noble - dit dossier is opgelost. Over de Ghellinck zijn verkennende gesprekken aan de gang, er is nog geen oplossing. Ten slotte gaat het ook over het natuurgebied Hooglatem en het Schermbos.
In totaal ligt nu 189 hectare klaar bij het aankoopcomité. Er waren schattingen die dateerden van 2002. Het is in elk geval de bedoeling om in het dossier Parkbos vooruitgang te boeken. De VLM wordt daarbij betrokken. In de zone zijn 70 boerderijen gelegen, waarvan vandaag de helft levenskrachtig is. We moeten het draagvlak dus stimuleren om tot realisaties op het terrein over te gaan.
De voorzitter: Mevrouw Dua heeft het woord.
Mevrouw Vera Dua: Mevrouw de minister, u hebt gezegd dat de ruimtelijke afbakening heel belangrijk is. Gelukkig is dat in Gent gelukt, zij het niet op de manier die iedereen wilde. Het ruimtelijk uitvoeringsplan is klaar, het stedelijk afbakeningsproces ook. Maar van de 10.000 hectare bosuitbreidingsgebieden die we volgens het Ruimtelijk Structuurplan Vlaanderen moeten realiseren, zijn er eind 2006 maar 2000 afgebakend. We hebben dus nog een hele lange weg te gaan.
Ik vind het geen slechte zaak dat de gouverneur dit co?rdineert. Of hij goed zal landen, weet ik niet, maar als hij iets doet, doet hij het met enthousiasme. Een hele tijd geleden al werd de VLM gevraagd om via het systeem van de grondenbank te zorgen voor een oplossing, voor een draagvlak en een forum. De aanstelling van een co?rdinator wil eigenlijk zeggen dat de eigen administratie faalt en dat men dan maar aan de mouw van de gouverneur trekt om het probleem op te lossen. Dat is de wereld op zijn kop. Gelukkig wil de heer Denys dit aanpakken. We zullen zien waar hij terechtkomt.
Mevrouw de minister, hoe ziet u de rol van de stad Gent in deze zaak? Men vertelde me dat een aantal aankoopdossiers wordt geblokkeerd, omdat de stad een deel zou moeten realiseren. Het zou gaan om de aankoop van gebouwen. Klopt dat?
Minister Hilde Crevits: Op uw laatste vraag kan ik nu niet antwoorden. Ik moet dat nagaan.
In dat dossier bestond en bestaat een grote behoefte aan een co?rdinator die door iedereen als neutraal wordt gepercipieerd. U formuleert het nu negatief, maar de gouverneur kan fungeren als neutrale trekker van het project. Zowel de administratie als de VLM benaderen het dossier vanuit hun eigen invalshoek. Ik ervaar de inschakeling van de gouverneur eerder als een katalysator dan als een remmende factor. U erkent dat enigszins. Dat is de bedoeling van de aanstelling van de gouverneur: het project Parkbos versnellen. Het dossier wordt niet aan zijn lot overgelaten: de gouverneur wordt bijgestaan door een heleboel mensen. Er komen opvolgingsvergaderingen met mijn kabinet.
De voorzitter: Het incident is gesloten.