Commissie voor Buitenlands Beleid, Europese Aangelegenheden, Internationale Samenwerking en Toerisme Vergadering van 16/10/2007
Vraag om uitleg van de heer Johan Verstreken tot de heer Geert Bourgeois, Vlaams minister van Bestuurszaken, Buitenlands Beleid, Media en Toerisme, over toeristische promotie op invalswegen
De voorzitter: De heer Verstreken heeft het woord.
De heer Johan Verstreken: Mevrouw de voorzitter, mijnheer de minister, waarde collega´s, deze vraag dateert in feite van begin juli 2007. Ten gevolge van het zomerreces is ze toen niet meer ingediend geraakt. Ondertussen heb ik de inhoud lichtjes aangepast.
Op 6 juli 2007 heeft het nieuwe infokantoor?Visit Flanders´ aan de Grasmarkt te Brussel de deuren geopend. Dit kantoor vormt de eerste schakel in een nieuw netwerk van infokantoren die een internationaal publiek in vijf talen informatie over Vlaanderen moeten bezorgen. Het is de bedoeling dat in andere steden met een grote internationale aantrekkingskracht, zoals Antwerpen, Gent, Brugge en Oostende, ook dergelijke kantoren komen.
Het nieuwe infokantoor in Brussel wordt door de buitenlandse toeristen alvast goed onthaald. Het kantoor is makkelijk toegankelijk. De infokiosken zijn gebruiksvriendelijk. Het kantoor maakt gebruik van de nieuwste technologische snufjes om toeristen uit te nodigen Vlaanderen te bezoeken.
Sommige toeristen doen Brussel pas als laatste halte aan en vinden het bijgevolg jammer dat ze pas op het einde van hun reis deze toeristische informatie te zien krijgen. Om die reden lijkt het me essentieel werk te maken van de verspreiding van toeristische informatie op invalswegen als treinstations, luchthavens en wegrestaurants.
Mijnheer de minister, in oktober 2005 heb ik u reeds een vraag over toeristische informatie op de luchthaven van Zaventem gesteld. U hebt me toen geantwoord dat u voorstander van elektronische dienstverlening of van een digitaal informatieplatform op de luchthaven bent. Verschillende leden van deze commissie hebben zich hier toen bij aangesloten. Wat is in dit verband de stand van zaken?
In de beheersovereenkomst met Toerisme Vlaanderen staat dat de organisatie werk zal maken van een actieplan inzake het onthaal op snelwegen en in treinstations. Is in de wegrestaurants voldoende toeristische informatie over Vlaanderen terug te vinden? Zo neen, zal hier in de toekomst wel werk van worden gemaakt en hoe zullen deze inspanningen dan worden geco?rdineerd?
Hoe evalueert u het aanbod aan toeristische informatie in de treinstations? Naar aanleiding van een aantal recente buitenlandse werkbezoeken van de commissie voor Cultuur en de commissie voor Buitenlandse Zaken - sommigen hebben beide bezoeken kunnen meemaken - hebben we duidelijk ondervonden dat in de meeste Europese stations toeristische informatie te verkrijgen is. Bij ons is dat zelden het geval. Vlaanderen kan nog iets leren van landen zoals Hongarije en Roemenië, waar dat wel het geval is.
De voorzitter: De heer Sintobin heeft het woord.
De heer Stefaan Sintobin: Ik sluit mij graag aan. De heer Verstreken heeft er zelf op gewezen dat wij in het verleden in deze commissie al verschillende malen zijn tussengekomen. Hij verwijst naar een vraag om uitleg. Op een iets latere datum heb ik ook een interpellatie ingediend, naar aanleiding van een interview met mevrouw Verdyck, waarin werd gesteld dat er nog wat schort aan het toeristisch onthaal in Vlaanderen. Op de deelfacetten wil ik niet meer ingaan.
Mijnheer de minister, wij debatteren al jaren over het toeristisch onthaal in Vlaanderen, al van voor mijn tijd in het parlement. In hoeverre zullen wij binnenkort resultaat zien, onder andere van de?werkgroep onthaal´, die al geruime tijd bezig is? In het verleden hebt u op mijn vragen en die van collega´s telkens geantwoord dat de werkgroep heel actief is. Ik geloof dat natuurlijk wel, maar het zou op termijn tot concrete resultaten moeten leiden.
Ik verwijs naar mijn interpellatie van vorige week over het project Honderd Jaar Grote Oorlog. Een en ander ligt misschien nog veraf, maar het is het ideale moment om Vlaanderen in de hele wereld op de kaart te zetten. Naar aanleiding van dit project zullen wij ongetwijfeld duizenden tot mogelijks zelfs honderdduizenden toeristen ontvangen. Ik zou graag hebben dat wij er op zijn minst klaar voor zijn met een goed onthaal.
Wat betreft het onthaal op de luchthaven van Zaventem: de heer Van Nieuwenhuysen en ik zijn hierover ook al verschillende keren tussengekomen. Het stoort mij dat mensen van over de hele wereld die op Zaventem aankomen, nog altijd geconfronteerd worden met een servicedesk Wallonie-Bruxelles. Van een Vlaamse aanwezigheid in de luchthaven valt weinig of niets te merken. Ik weet dat er budgettaire overwegingen spelen om dit niet te doen, maar, zoals de heer Verstreken gezegd heeft, vorige keer maakte u melding van een digitale ontvangst. Is dit er al? Wat kunt u verder nog doen om toeristen het gevoel te geven dat wanneer ze aankomen in Zaventem, ze wel degelijk in Vlaanderen komen? Zoals ik ook de vorige keren gesteld heb, zit er tevens een politiek aspect aan het onthaal op de luchthaven.
De voorzitter: De heer Loones heeft het woord.
De heer Jan Loones: Bepaalde dingen zijn al gezegd, maar nu mevrouw Verdyck hier is, is het interessant om ze nog eens te herhalen. We waarderen dat zij onze bekommernissen wil komen beluisteren.
Bestaande kantoren zijn uiteraard de ideale verdelers voor toeristische informatie. Daarvan is Brussel nu het paradepaardje. Het is prachtig geslaagd. De bestaande toeristische kantoren, bijvoorbeeld aan de kust, hebben ook een dispatchingtaak naar alle andere. Daar zitten we goed voor een klein landje, naast de andere communicatiemethoden.
Ik maak een uitzondering voor de toegangspoorten tot Vlaanderen en sluit me daarvoor aan bij de heer Verstreken. Ik wil extra de autosnelwegen vermelden. De auto blijft nog altijd, ook al probeert men die soms te bannen, hét belangrijkste toeristische vervoermiddel. Als ik denk aan de prachtige?aires de repos´ op de autostrades in Frankrijk - aan de Somme bijvoorbeeld: dat is een visitekaartje voor het land.
Begin jaren negentig hebben we een kans gehad met het Groot Moerhof. Die kans bestaat nog altijd. Het is een historische hoeve. De onderhandelingen zijn afgesprongen. Het is een prachtige site op de grens van Frankrijk en Vlaanderen. Zulke dingen zouden we moeten hebben als uitstraling, al gaat het natuurlijk niet om een investering van Toerisme Vlaanderen alleen.
De voorzitter: Mevrouw Demeulenaere heeft het woord.
Mevrouw Stern Demeulenaere: Ik was inderdaad ook een van de mensen die ooit tussengekomen zijn. Ik ga in op de vraag naar brochures in tankstations. Vorig jaar in maart gaf ik aan dat OPT, het Office de Promotion du Tourisme, daar heel mooi werk van had gemaakt. Handelaars kregen ook de mogelijkheid om te adverteren in die brochures. Heeft men de intentie om dezelfde weg op te gaan?
De voorzitter: Minister Bourgeois heeft het woord.
Minister Geert Bourgeois: Sta me toe dat ik begin met mijn antwoorden op de tweede en de derde deelvragen. Op de eerste deelvraag zal de administrateur-generaal van Toerisme Vlaanderen een aanvulling geven omdat er recente informatie is.
Eind februari van dit jaar werd mij door Toerisme Vlaanderen een visienota bezorgd over het toeristisch onthaal. Ik heb aan Toerisme Vlaanderen meteen de opdracht gegeven om op basis van deze nota een concreet implementatietraject voor te bereiden dat rekening houdt met de beschikbare middelen en de diverse opportuniteiten. De operationele vertaling van deze nota - althans voor wat de timing betreft - werd opgenomen in de beheersovereenkomst met het agentschap, die we hier besproken hebben en waarvan u dus de details kent.
Met het actieplan toeristisch onthaal wil Toerisme Vlaanderen ingrijpen op verschillende schakels van de toeristische keten. Het is belangrijk te vertrekken van een juist begrip van de noden, die heel erg divers kunnen zijn en ook afhankelijk van de plaats waar een toerist zich bevindt en het tijdstip. Het heeft geen zin om overal folders te verspreiden als toeristen op die plek en op dat moment niet ge?nteresseerd zijn in die informatie. Dan heeft de investering in een folder dus geen duidelijke impact. Bovendien valt het toeristisch onthaal niet altijd of eenduidig samen met de zichtbaarheid van de bestemming of wervende info.
Voor het onthaal op de snelwegen zijn meerdere invalshoeken mogelijk: wegrestaurants, informatie op stopplaatsen, tankstations enzovoort. Er is door Toerisme Vlaanderen gekozen om eerst te werken rond de wegrestaurants. In de beheersovereenkomst met het agentschap Toerisme Vlaanderen is de concrete uitvoering gepland vanaf 2008.
Dat betekent dat Toerisme Vlaanderen samen met de wegrestaurants een proeftraject uitzet, dat daarna geëvalueerd wordt. Zoals u weet, moet normaal gezien voor displays in de distributie, bij krantenkiosken enzovoort, flink betaald worden. Bij wegrestaurants is dat niet anders. Die meest eenvoudige weg, een display plaatsen en Toerisme Vlaanderen betaalt, willen we uitdrukkelijk niet opgaan.
We willen integendeel bevestiging van de rol van de private partner als schakel in de toeristische promotie door een gezamenlijk traject uit te stippelen dat ook een effect heeft op langere termijn. Een verbetering van het onthaal kan dus samengaan met extra toeristische promotie voor de wegrestaurants. Toerisme Vlaanderen beoogt dus een?joint promotion´.
Toerisme Vlaanderen meldt mij naar aanleiding van uw vraag dat de concrete onderhandelingen met de vertegenwoordigers van de wegrestaurants nog moeten starten. Het agentschap blijft natuurlijk afhankelijk van de bereidwilligheid van de private partijen. Gezien de schaalomvang van deze actie is het realistisch om concrete realisaties op het terrein pas vanaf eind 2008 te verwachten.
Het aanbod van toeristische informatie in stations moet beoordeeld worden vanuit de noden en wensen van de klanten zelf. Op dit ogenblik zijn hierover nog maar weinig systematisch verzamelde gegevens beschikbaar.
Een eerste steekproef leert dat in de meeste stations?toeristisch Vlaanderen´ niet of weinig zichtbaar is. Stations worden ook maar zeer beperkt en bescheiden gebruikt als distributiepunt van toeristisch materiaal. Er is dus weinig doorverwijzing. Wellicht liggen hier nog extra kansen en opportuniteiten.
Vandaar ook de opname van de treinstations in het actieplan. Ik heb dat voor het eerst mee opgenomen in de beleidsbrief vorig jaar. Ik heb er ook over gesproken met de verantwoordelijken van het spoor, die daarvoor open staan.
Natuurlijk zijn er ook nog problemen voor het zogenaamde onmiddellijke onthaal. Daarmee bedoel ik de beschikbaarheid van plannetjes en informatie over de nabije omgeving, een duidelijke signalisatie in de stations zelf, de aanwezigheid van informatie over vervolgtrajecten met bus en metro, de toegankelijkheid voor mensen met bagage, fietsers, andersvaliden enzovoort.
Ook belangrijk als randvoorwaarde voor een goed onthaal zijn veiligheid en netheid in de stations en de stationsomgeving. Het gaat hier om zogenaamde absolute demotivatoren als de voorwaarden niet zijn vervuld. Veiligheid en netheid mogen zeker niet worden verwaarloosd omdat ze de resultaten van alle inspanningen op het vlak van Vlaamse zichtbaarheid en toeristische informatieverschaffing negatief be?nvloeden. De stations in Brussel scoren momenteel zeker niet zo goed op deze punten, al zijn er zeker al veel verbeteringen, bijvoorbeeld de werken in Brussel-Centraal.
Binnen het traject toeristisch onthaal zijn door Toerisme Vlaanderen onderhandelingen gestart met de NMBS om te komen tot betere benutting van de toegangspoorten die de stations zijn.
Op relatief korte termijn, maar toch ook wat afhankelijk van de vorderingen van de lopende renovatie van het station, komt er een vernieuwd toeristisch onthaal in het station van Brugge. Het gaat hier om een initiatief van de stad Brugge en Toerisme Brugge. Er komt een betere locatie voor en herinrichting van het toeristisch infopunt in het station. Belangrijk is dat het onthaal weg raakt uit de vertrekhal. De nieuwe onthaalplek in het station zal een cruciale rol vervullen in de eerstelijnsinformatie voor toeristen die via het spoor in Brugge aankomen. Het onthaal in het station wordt een belangrijk antennepunt, aanvullend bij het hoofdonthaal in het In&Uit-kantoor op het gelijkvloers van het Concertgebouw op?t Zand.
Vanuit de subsidielijn toeristisch-recreatieve projecten subsidieer ik hier 36.000 euro. Dat is 60 percent van de subsidiabele kosten. Het Brugse stadsbestuur sloot alvast een concessie af met de NMBS. De planning voorziet een opening in het late voorjaar van 2008.
Daarnaast start Toerisme Vlaanderen onderhandelingen met de NMBS om ook in het station Brussel-Zuid en in het station in de luchthaven een internationaal onthaalluik uit te werken. Het is ook hier wachten wat het concrete standpunt wordt van de NMBS. Er kan momenteel geen concrete timing gegeven worden voor de mogelijke realisatie, wellicht ten vroegste in 2009.
Over het eerste deel van uw vraag zijn er in deze commissie al meerdere vragen om uitleg, interpellaties en besprekingen geweest naar aanleiding van de beleidsbrieven. Toen heb ik al aangegeven dat Toerisme Vlaanderen op de luchthaven van Zaventem samenwerkt met de luchthavenexploitant Brussels Airport om zo een meer zichtbare aanwezigheid voor Vlaanderen te krijgen bij buitenlandse luchtvaartmaatschappijen, in het vliegtuig, via gemeenschappelijke promotie en dergelijke.
In het kader van een ruilovereenkomst tussen Toerisme Vlaanderen en Brussels Airport, afgesloten voor een termijn van één jaar maar verlengbaar, werden volgende initiatieven overeengekomen: beelden over Vlaanderen met een welkomstboodschap in het Chinees ter hoogte van de transportband van Hainan Airlines, eventueel uit te breiden in de toekomst naar andere lijnen; mogelijkheid voor een klein, tijdelijk onthaal op Zaventem voor de opvang van aankomende congresgangers naar aanleiding van grote congressen en links en informatie over Vlaanderen op de website van Brussels Airport.
Tot gisteren had ik nog weinig concrete informatie over de afspraken tussen Toerisme Vlaanderen en Brussels Airport. Maar terwijl ik gisteren in Polen was, is nog heel recente informatie binnengekomen. Dat is de reden dat ik gevraagd heb aan mevrouw Verdyck van Toerisme Vlaanderen om aanwezig te zijn. Ze kan ons uit eerste hand de laatste stand van zaken geven.
De voorzitter: Mevrouw Verdyck heeft het woord.
Mevrouw Raymonda Verdyck: Ik ga in op de zichtbaarheid in de luchthaven en het concept dat wij hebben toegepast op de Grasmarkt in ons vernieuwd onthaalkantoor en waarnaar vandaag ook al verwezen is. De vraag werd op een bepaald moment geopperd of we dit niet zouden kunnen transfereren naar andere punten waar toeristen aankomen en waar de zichtbaarheid voor toeristen qua onthaal alleszins een belangrijk gegeven is.
We hebben de gesprekken daarover aangevat met Brussels Airport. Het is prettig dat ik vandaag kan meedelen dat we de toezegging hebben gekregen om het concept dat we op de Grasmarkt toepassen - de letters, het Visit Flandersverhaal en alle multimediale elementen -op te nemen in een project op de luchthaven.
Het zal uiteraard niet op dezelfde manier kunnen worden ingeplant. In het geval van de Grasmarkt gaat het om een oppervlakte van 15 meter. Dat zal binnen de luchthaven niet mogelijk zijn. We zullen dus het concept, de inplanting en de manier waarop we de informatie up-to-date houden in de kiosken op de luchthaven, herbekijken. Volgende week is er al een eerste concreet werkbezoek om verder te praten over de locatie en de invulling van het concept.
Het zal zeker niet geplaatst worden bij de uitgang van de luchthaven. Wij hebben vastgesteld dat mensen niet verwijlen op plekken zoals deze, waar ze op zoek zijn om zo snel mogelijk de bestemming te bereiken. We gaan het plaatsen in omgevingen waar mensen blijven hangen. Het is de bedoeling om zichtbaarheid en herkenbaarheid bij een volgend bezoek te creëren. Zo willen we mensen bewustmaken van wat Vlaanderen te bieden heeft. We zetten in het onthaal dus een belangrijke stap vooruit.
Ondertussen is ook het onbemande onthaalkantoor voor de congrestoeristen gerealiseerd. We hebben reeds een eerste project gehad. Mensen waren zeer tevreden dat de luchthaven dit aanbod heeft.
Brussels Airport is zelf ook volop bezig met een eigen bemand onthaal, waar de verschillende toeristische bestemmingen van het hele land aan bod zullen komen. Vanuit Toerisme Vlaanderen zullen wij een heel belangrijke input geven voor de informatie over onze bestemmingen.
De voorzitter: De heer Vrancken heeft het woord.
De heer John Vrancken: In het verlengde van de vragen die over de wegrestaurants zijn gesteld, zou ik een suggestie naar voren willen brengen. Ik weet niet of er al eens aan gedacht is de wegenkaarten bij wegrestaurants met informatiepunten, vooral met betrekking tot de toeristische steden, uit te breiden. Dit lijkt me een mogelijke informatiebron die weinig geld kost. Als er één plaats is waar toeristen wat blijven rondhangen, zijn het wel de wegrestaurants. Veel mensen komen aan in een land en bekijken hun route op een wegenkaart bij een wegrestaurant. In Frankrijk bestaan dergelijke informatiepanelen reeds. Mijns inziens, kan dit met een minimum aan kosten worden gerealiseerd.
Wat de andere informatiepunten betreft, kan op een gelijkaardige wijze worden gewerkt. De meeste toeristen die op een luchthaven aankomen, willen zo snel mogelijk naar hun bestemming. Een gedeelte van de toeristen wendt zich evenwel tot balies van autoverhuurbedrijven als Avis. We zouden die bedrijven kunnen vragen om bij de ondertekening van een huurcontract ook een folder over Vlaanderen te overhandigen. Ook dit kan volgens mij met een minimum aan kosten worden gerealiseerd.
De voorzitter: De heer Loones heeft het woord.
De heer Jan Loones: Ik heb hier belangrijk nieuws over de luchthaven van Zaventem gehoord. Blijkbaar is de situatie sterk geëvolueerd. Vroeger luidde het dat affiches op zich te duur waren. Nu komt er een prachtig kantoor, gemodelleerd naar het infokantoor nabij de Grasmarkt. Hoewel dit voor mij een aangename verrassing is, stel ik me toch vragen bij het vroeger gehanteerde financiële argument. Volgens de vorige minister van Toerisme en de vorige leidinggevende ambtenaren bleek uit de kosten-batenanalyse dat dit te duur was. Er worden al lang vragen over dit onderwerp gesteld en er werd steeds afwijzend gereageerd. Ik zal dit alvast met aandacht blijven volgen.
Op belangrijke plaatsen hangen uithangborden met de boodschap?Bruxelles-Wallonie´. De Franstaligen verbinden beide woorden steeds met elkaar. Ik vind dat Brussel op onze borden met de boodschap?Visit Flanders´ ook nadrukkelijk moet worden vermeld. Brussel maakt deel uit van Vlaanderen. We moeten die verbinding maken. We moeten niet toelaten dat Wallonië Brussel accapareert. Dit lijkt me zeer belangrijk.
De voorzitter: De heer Verstreken heeft het woord.
De heer Johan Verstreken: Ik sluit me aan bij de vorige sprekers. Ik vind het alvast een goede zaak dat de minister van Toerisme tracht een joint promotion met de wegrestaurants langs de snelwegen op poten te zetten. Ik hoop alleszins dat die samenwerking zal lukken.
Ik illustreer het belang hiervan even met een voorbeeld. Vorige zomer ben ik op een zondag naar Limburg getrokken om ginds een aantal zaken te bekijken. Op een bord langs de snelweg stond te lezen dat zich drie kilometer verder een kantoor van de VVV bevond. Toen ik daar aankwam, bleek dat kantoor op zondag gesloten te zijn. Zondag is echter de dag waarop de meeste mensen een daguitstap kunnen doen. Het verstrekken van dergelijke informatie via de wegrestaurants lijkt me een zeer goede oplossing.
Tot slot wil ik mevrouw Verdyck bedanken voor de bijkomende informatie die ze heeft verstrekt.
De voorzitter: Minister Bourgeois heeft het woord.
Minister Geert Bourgeois: De praktische suggesties moeten nader worden bekeken. Ze kunnen eventueel deel van de joint promotion uitmaken. Het zijn ideeën die misschien verder kunnen worden uitgewerkt. De samenwerking met de autoverhuurbedrijven is in elk geval afhankelijk van hun bereidheid hieraan mee te helpen.
Wat de opmerking van de heer Loones over de luchthaven van Zaventem betreft, wil ik hier toch benadrukken dat het om een digitaal kantoor gaat. Zoals ik in vorige antwoorden al heb verklaard, opteren we niet langer voor een bemand kantoor. Dit vergt immers enorm veel mankracht en bovendien heeft het vroegere kantoor slechts een achttal mensen per dag bereikt. Het is de bedoeling alle informatie die in het infokantoor op de Grasmarkt wordt verleend, daar digitaal aan te bieden. Brussel komt hierbij prominent in beeld. Het is de bedoeling dat mensen goede informatie over onze producten ontvangen en goed ge?nformeerd naar Vlaanderen en naar Brussel kunnen gaan.
De voorzitter: Het incident is gesloten.