Commissie voor Onderwijs, Vorming, Wetenschap en Innovatie Vergadering van 07/03/2006
Vraag om uitleg van de heer Johan Verstreken tot de heer Frank Vandenbroucke, vice-minister-president van de Vlaamse Regering, Vlaams minister van Werk, Onderwijs en Vorming, over de afschaffing van de opleiding tot gediplomeerde verpleegkundige
De voorzitter: De heer Verstreken heeft het woord.
De heer Johan Verstreken: Mevrouw de voorzitter, in België bestaan momenteel twee opleidingen verpleegkunde: gegradueerde verpleegkundige en de vierde graad van het aanvullend secundair beroepsonderwijs die de gediplomeerde verpleegkundige wordt genoemd. Deze twee opleidingen werden opgenomen binnen het sociaal akkoord van 2000 tot groot ongenoegen van de beroepsorganisaties.
Momenteel zijn er echter binnen de Nationale Raad voor Verpleegkunde plannen om de opleiding gediplomeerde verpleegkundige te schrappen. De beroepsorganisaties hebben in een gemeenschappelijke brief aan federaal minister Demotte gevraagd om de opleiding gediplomeerde verpleegkundige stop te zetten. Deze brief is reeds op het kabinet van minister Demotte besproken en het kabinet is reeds op de piste gestapt om een einde te maken aan de vierdegraadsopleiding verpleegkundige.
Het behoud van deze twee opleidingen is echter van groot belang omwille van een aantal redenen. Er zijn immense problemen om verpleegkundigen te vinden op de arbeidsmarkt. Via de vierde graad van het aanvullend secundair beroepsonderwijs krijgen laaggeschoolde jongeren, die het al wat moeilijker hebben op de arbeidsmarkt, toch de kans om voor het beroep van verpleegkundige te studeren. Het afschaffen van de vierdegraadsopleiding zou ook budgettaire gevolgen kunnen hebben binnen de gezondheidszorg. Gegradueerde verpleegkundigen zijn heel wat duurder dan de gediplomeerde verpleegkundigen.
Mijnheer de minister, bent u op de hoogte van de federale plannen om de vierdegraadsopleiding verpleegkundige af te schaffen? Hebt u hierover reeds overlegd met uw federale collega Demotte? Indien ja, wat zijn de resultaten van dat gesprek? Wat vindt u van de mening van de beroepsorganisaties om de opleiding tot gediplomeerd verpleegkundige te schrappen?
In mijn schriftelijke vraag van 23 december 2004 omtrent de opleiding verpleegkunde in de bamastructuur heb ik reeds gepleit voor het behoud van de twee opleidingen. De minister antwoordde toen dat hij de zinvolheid en opportuniteit van een verpleegopleiding buiten het hoger onderwijs niet in twijfel trekt, maar dat de vierde graad secundair onderwijs op tal van vlakken niet meer als leerplichtonderwijs in de bredere betekenis van deze term kan worden opgevat. Sommige andere opleidingen horen evenmin thuis op het onderwijsniveau waarop ze thans zijn gerangschikt. In uw beleidsnota wordt daarom een groepering van deze opleidingen onder de noemer?tertiair onderwijs´ in het vooruitzicht gesteld. Wat is de stand van zaken omtrent dit tertiair onderwijs, specifiek voor de verpleegkundigen?
De voorzitter: Minister Vandenbroucke heeft het woord.
Minister Frank Vandenbroucke: Mevrouw de voorzitter, wilt u me verontschuldigen dat ik een kleine tekst in het Frans zal voorlezen. In een werkdocument betreffende bijzondere beroepstitels en bijzondere beroepskwalificaties dat werd besproken op 6 maart 2006 in een interkabinettenwerkgroep, staat het volgende onder het kopje?Principes´:?Maintenir les deux filières de formation de praticiens de l´art infirmier jusqu´en 2010: la formation de bachelier en soins infirmiers organisée dans le cadre de l´Enseignement de supérieur de type court; la formation d´infirmier breveté/dipl?mé dans le cadre de l´Enseignement professionnel du 4ème niveau. La suppression de la formation d´infirmier breveté/dipl?mé est conditionnée à une proposition de la Commission de planification?offre médicale? sur la base d´une évaluation de l´offre et de la demande en praticiens de l´art infirmier. Pour ce faire, un cadastre des praticiens de l´art infirmier doit être établi dans les meilleurs délais.´
Ik ga ervan uit dat uw informatie onder meer op deze nota betrekking heeft. Ik zal alles op alles zetten om in dat dossier een actieve rol te spelen. Het is merkwaardig dat een scenario van 10 jaar geleden zich lijkt te herhalen, tenminste als we deze nota als uitgangspunt nemen. Ook toen werd overwogen de opleiding tot de toenmalige gebrevetteerde verpleegkundige te schrappen, nadat men ze had losgekoppeld van het hoger onderwijs. Onder meer door het acute tekort aan verpleegkundigen ging dat niet door. Het komt me voor dat heel velen het behoud erg positief inschatten. Het gaat immers om een uitstekend voorbeeld van maatschappelijke promotie in de letterlijke zin van het woord. Aan studenten, die voor een belangrijk deel instromen vanuit het technisch en het beroepssecundair onderwijs, wordt via een unieke opleiding - waarbij voor een belangrijk deel vanuit praktijkgericht handelen theoretische inzichten worden bijgebracht - de kans geboden op een kwalificatie die uitzicht biedt op een aantrekkelijk en boeiend beroep en quasi werkzekerheid.
De arbeidsmarkt voor verpleegkundigen lijkt niet meer zo acuut als v??r enige jaren maar het beroep blijft vooralsnog een knelpuntenberoep. Het feit dat de sectorfondsen nog steeds het zogenaamde 600-project in stand houden, waarbij verzorgenden in een bijzonder regime op drie jaar kunnen?opstromen´ naar verpleegkundige, bewijst dat. Mij lijkt het hoogst verrassend en voorbarig dat bij de eerste forse stijging van studentenaantallen meteen het eenfilièrescenario weer de kop opsteekt. Dat de Nationale Raad voor Verpleegkunde er zelf mee komt, is eveneens merkwaardig.
In het verleden werd de zinvolheid van de vierdegraadsopleiding verpleegkunde, voorheen het aanvullend secundair beroepsonderwijs, dus ook al in twijfel getrokken. Mijn voorgangers hebben met succes steeds afdoende argumenten kunnen aanreiken om het dubbele leertraject, namelijk secundair en hoger onderwijs, dat leidt tot gekwalificeerd verpleegkundige, te handhaven.
Anderzijds betekent een en ander niet dat ten aanzien van opleidingen een absolute status-quo moet worden bewaard. Maar precies rond de verpleegkunde in de vierde graad werden de voorbije jaren heel wat bijsturingen en actualiseringen doorgevoerd, zoals de samenvoeging van de afzonderlijke opleidingen psychiatrische verpleegkunde en ziekenhuisverpleegkunde tot verpleegkunde, gelet op de Europese richtlijnen terzake, de bijna volledige omschakeling naar het modulair onderwijssysteem, de specifieke instroommogelijkheden enzovoort.
Het profiel van de student, dat zich onder meer vertaalt naar andere toelatingsmogelijkheden, de optimale tewerkstellingsperspectieven, mede gelet op demografische ontwikkelingen, de invulling van verschillende zorgsettings naargelang van het doorlopen onderwijsniveau enzovoort, blijven gegronde redenen om de studierichting verpleegkunde ook buiten het hoger onderwijs te behouden. Vanuit mijn gecombineerde bevoegdheden voor Onderwijs en Werk zal ik dit standpunt onverkort blijven verdedigen.
De arbeidsmarkt is wat deze sector betreft grondig anders in de beide gemeenschappen van dit land. In ieder geval is het aanbod van verpleegkundigen in de Franstalige Gemeenschap groter. Ik zal met de Vlaamse minister voor Welzijn overleggen en pogen tot een gezamenlijk Vlaams standpunt te komen. Ik zal mijn medewerkers vragen daar meteen werk van te maken. Wat mij betreft, betekent dat het behoud van de genoemde opleiding.
U hebt een aantal specifieke vragen gesteld over de organisatie van het tertiair onderwijs. Een andere geplande structurele wijziging is inderdaad de omvorming naar een tertiair onderwijsniveau, of met een betere term: een niveau van hoger beroepsonderwijs. We gaan ervan uit dat de vierdegraadsopleidingen bezwaarlijk als leerplichtonderwijs kunnen blijven fungeren. De integratie in het mogelijk te creëren hoger beroepsonderwijs impliceert echter niet dat het intrinsieke van de opleiding verdwijnt, integendeel. Mijn administratie heeft intussen de concrete voorbereiding van het hogerberoepsonderwijsconcept aangevat.
De voorzitter: De heer Verstreken heeft het woord.
De heer Johan Verstreken: Ik dank de minister voor het zeer duidelijke antwoord. Dit scenario is inderdaad tien jaar geleden al eens opgedoken. Het lijkt misschien niet meer zo acuut maar het blijft wel een knelpuntenberoep. Ik deel uw vaststelling van een aantal eigenaardigheden in dit dossier. Bedankt dat u de opleiding ook buiten het hoger onderwijs wilt behouden, er meteen werk van wilt maken en overleg zult hebben met minister Vervotte.
De voorzitter: Het incident is gesloten.