Commissie voor Cultuur, Jeugd, Sport en Media Vergadering van 16/02/2006
Vraag om uitleg van de heer Jurgen Verstrepen tot de heer Geert Bourgeois, Vlaams minister van Bestuurszaken, Buitenlands Beleid, Media en Toerisme, over de uitspraken van de heer Bert Anciaux, Vlaams minister van Cultuur, Jeugd, Sport en Brussel, over het digitaal sportkanaal van de openbare omroep
De voorzitter: De heer Verstrepen heeft het woord.
De heer Jurgen Verstrepen: Mijnheer de voorzitter, mijnheer de minister, geachte leden, het wordt steeds moeilijker in deze commissie. Ik wacht op een uitspraak van minister Vandenbroucke dat hij een digitaal jobkanaal wil. Minister Moerman zal wel een businesskanaal willen, de minister-president een zee- en landbouwkanaal, minister Keulen een inburgeringszender en minister Vervotte een kindermeisjeskanaal. Dat laatste is niet denigrerend bedoeld: het zou gewoon leuk zijn. (Gelach)
Minister Peeters zal waarschijnlijk graag een groenevingerskanaal willen.
Met dit alles wil ik bedoelen: als elke minister zich vanuit zijn bevoegdheid nu plots gaat bemoeien met de beheersovereenkomst en zijn verlanglijstje geeft, dan wordt het voor ons vrij moeilijk. Dan wordt het een ondoorzichtig kluwen.
Minister Anciaux heeft de bal aan het rollen gebracht. Vooral zijn woordgebruik is mooi: hij stelt dat de Vlaamse Gemeenschap 'verplicht' is dit te doen. Voor hem 'moet' er een sportzender komen. Dat geeft de toon al aan. Voor hem 'moet' dit worden opgenomen in de beheersovereenkomst. Eigenlijk zou ik hem eens moeten vragen of hij verantwoordelijk is voor Media.
De VRT zou links en rechts dan wat extra geld krijgen om wat bijkomende sportprogramma's te maken. Dat geld zou dan komen uit het budget voor Sport, niet uit dat voor Media. Voor cultuur worden er dan waarschijnlijk ook wat initiatieven genomen. Zo wordt het heel ingewikkeld.
Mijnheer de minister, het probleem met uw collega is dat hij nogal veel proefballonnetjes oplaat. Af en toe rollen er rare voorstellen over media uit zijn kabinet. Hij doet sterke uitspraken, en er is sprake van eisen. Zowel ik, als lid van de Commissie voor Media, als u, als bevoegd minister van Media, kunnen ons afvragen of hij gewoon hardop aan het nadenken is, of het een ideetje van zijn kabinet of van hemzelf is. Heeft hij u op de hoogte gebracht? Zit u met hem rond de tafel? Is het een deal of een luchtzak? (Gelach)
Met 'luchtzak' doelde ik niet op de minister.
Op den duur weet een mens het niet meer. Daarom wou ik u deze vragen stellen. Werd dit besproken door de Vlaamse Regering? Voert uw kabinet hierover gesprekken met minister Anciaux, met het kabinet Cultuur? Bent u bereid er een agenda op na te houden waarbij elke minister vanuit zijn bevoegdheid gaat zeggen welk palet en welke digitale zender er nodig is in de beheersovereenkomst? Dat lijkt me niet de bedoeling. Hebt u overleg gepleegd met minister Anciaux over dat driesporenbeleid van de openbare omroep? U hebt immers al duidelijk stelling ingenomen en daar duidelijk over gecommuniceerd. Plots wil minister Anciaux de zaken echter een andere richting in sturen. Spreekt hij voor de Vlaamse Regering, of is het zijn ego dat spreekt? Er worden heroïsche discussies gevoerd over Sporza en de digitale kanalen van de openbare omroep. Ik dacht dat ik het tot nu toe zeer duidelijk had begrepen. Bent u een voorstander van het ideetje van minister Anciaux om de openbare omroep een digitaal sportkanaal te laten maken? De minister noemt dat trouwens ook Sporza.
De voorzitter: De heer Decaluwe heeft het woord.
De heer Carl Decaluwe: Mijnheer de voorzitter, om te beginnen wil ik benadrukken dat ik niets te maken heb met deze vraag van de heer Verstrepen. (Gelach)
Wellicht zal minister Anciaux, gezien zijn bevoegdheden, voorstellen dat er ook nog een jeugdkanaal en een Brusselkanaal zou komen. Mijnheer de minister, onze enige zorg voor een volgende beheersovereenkomst is hier dat sport in al zijn diversiteit aan bod kan komen, zonder discriminatie tussen de verschillende sporttakken. Het kan immers niet dat de openbare omroep rechtstreeks of onrechtstreeks veel geld op tafel legt voor de ene sport, terwijl de andere sporten moeten betalen. Net zoals inzake cultuur moeten we in een toekomstige beheersovereenkomst de notie van 'sport' voort verfijnen, zodat de openbare omroep aandacht heeft voor iedereen. Een programma als Hands Up is verdienstelijk, maar nu wordt sport verengd tot voetbal en wielrennen.
De voorzitter: Minister Bourgeois heeft het woord.
Minister Geert Bourgeois: Mijnheer de voorzitter, geachte leden, op 4 november 2005 bezorgde de VRT me zijn visienota over de evolutie van VRT naar een digitale openbare omroep. In deze nota werd het driesporenbeleid dat de VRT wil invoeren, uitvoerig toegelicht. Zoals u weet, wil de VRT het driesporenbeleid invoeren voor vijf specialistische domeinen: cultuur, educatie, de Vlaamse identiteit, nieuws en sport. Elk van deze domeinen zou zowel het onderwerp zijn van een generalistisch programma, wat spoor 1 is, het voorwerp van speciale programma's op de generalistische netten, wat spoor 2 is, en het voorwerp van een specialistisch aanbod, wat spoor 3 is.
Op 30 november 2005 overhandigde de gedelegeerd bestuurder van de VRT me het dossier dat ik had gevraagd over een digitaal themakanaal. Over dit VRT-voorstel is overleg gepleegd binnen de Vlaamse Regering, dus ook met minister Anciaux. Nog op 19 januari 2006 werd in deze commissie een voorstel van resolutie goedgekeurd, waarin een aantal dingen worden gevraagd aan de Vlaamse Regering. Ik zal die hier nu niet herhalen.
Een VRT-themakanaal inzake sport is nooit officieel aan de orde geweest, zelfs niet in de brief die de VRT me in mei 2005 stuurde. In de visienota van de VRT over het driesporenbeleid wordt wel melding gemaakt van een derde spoor inzake sport: 'De verdere ontwikkeling van een digitaal kanaal op basis van een centraal gestuurd multimediaal sportmerk. In dit specialistische sportaanbod is onder andere plaats voor niet-gebruikte uitzendrechten op de generalistische netten, voor lokale sportbeleving, voor de uitzending van kleinere sporten, voor de promotie van de actieve sportbeoefening en voor het algemene sportbeleid in Vlaanderen en daarbuiten.'
Dit werd echter nog niet geconcretiseerd in een volledig dossier over een sportkanaal, en dus kan ik er niet over oordelen. Een en ander moet uitvoerig besproken worden tijdens de opmaak van de nieuwe beheersovereenkomst.
Ik ga niet in op de uitspraken van minister Anciaux in de pers. Ik heb gelezen wat hij verklaard heeft in de commissie, als antwoord op een vraag van de heer Decaluwe. Ik citeer hem: 'Ik heb er geen probleem mee dat de VRT hiernaast nog over een afzonderlijke sportzender nadenkt. De sfeer rond die zender is evenwel heel anders. De oprichting van een afzonderlijke sportzender zou voor het hele medialandschap in Vlaanderen grotere gevolgen hebben dan de oprichting van een afzonderlijke digitale cultuurzender. Ik ben hier persoonlijk niet tegen, maar deze aangelegenheid is hier vandaag niet aan de orde.'
Dat is trouwens ook mijn stelling. De kwestie zal deel uitmaken van de besprekingen over de beheersovereenkomst die volop bezig zijn. Ik sluit niet uit dat de VRT in de toekomst digitale initiatieven neemt voor sport, maar we weten dat daar een aantal condities aan verbonden zijn. Een voorwaarde die hier algemeen leeft en die ik van meet af aan verwoord heb, luidt dat er niets mag gebeuren ten koste van het generalistische aanbod. Integendeel, het generalistische aanbod moet worden versterkt. De heer Decaluwe merkte terecht op dat er een vraag bestaat om ook andere sporten dan wielrennen en voetbal aan bod te laten komen. Uiteraard is er ook het budgettaire plaatje - of beter gezegd: 'de budgettaire plaat'. We zullen dit alles opnemen in de lopende bespreking van de beheersovereenkomst waarvoor een schema werd vastgelegd. Ik zal er niet om de haverklap publieke verklaringen over afleggen, want ik wil dat er een sfeer is die leidt tot een goed gesprek en goede onderhandelingen.
De voorzitter: De heer Verstrepen heeft het woord.
De heer Jurgen Verstrepen: Mijnheer de voorzitter, ik dank de minister voor zijn antwoord. Ik wil nogmaals benadrukken dat ik hoop dat niet elke minister van de Vlaamse Regering plotse uitspraken doet over een stukje van de mediasector, want dat zou de zaak alleen nog maar verwarrender maken.
De voorzitter: Het incident is gesloten.