Commissie voor Cultuur, Jeugd, Sport en Media Vergadering van 26/05/2005
Vraag om uitleg van de heer Bart De Wever tot de heer Geert Bourgeois, Vlaams minister van Bestuurszaken, Buitenlands Beleid, Media en Toerisme, over de toekomst van de Koningin Elisabethzaal
De voorzitter: Aan de orde is de vraag om uitleg van de heer De Wever tot de heer Bourgeois, Vlaams minister van Bestuurszaken, Buitenlands Beleid, Media en Toerisme, over de toekomst van de Koningin Elisabethzaal.
De heer De Wever heeft het woord.
De heer Bart De Wever: Mijnheer de voorzitter, mijnheer de minister, u bent de voogdijminister van de Antwerpse Zoo en de daaraan verbonden Koningin Elisabethzaal. Daar vinden culturele evenementen plaats, dit is dan ook een beetje een koekoeksei in uw bevoegdheden. De Koningin Elisabethzaal zou een parel aan uw kroon kunnen zijn. Het is een unieke concertzaal met meer dan 2.000 plaatsen. Zo hebben we er niet te veel in Vlaanderen, alleen nog de Bozar in Brussel en enkele gelijkaardige zalen in Brugge. De zaal is ook prachtig gelegen, aan het station Antwerpen Centraal. Er gebeurt bovendien heel wat, cultuur met een grote C. De Filharmonie doet er haar optredens. Cofena doet er concerten. Er is ook cultuur met een kleinere C zoals de Plopshow en allerlei evenementen van Studio 100. K3 treedt er regelmatig op. Met een nog kleinere C treden de Chippendales er wel eens op. De zaal wordt in elk geval goed benut.
Er hangt een grote schaduw boven de toekomst van de Koningin Elisabethzaal. Er is een onderbenutting. In de zomer staat de zaal praktisch leeg en ongebruikt. De zaal heeft geen eigen artistiek profiel. Er gebeurt vanalles maar dat maakt geen profiel. Het zijn gewoon vier muren en een dak erop en zetels erin. Last but not least is het met die muren en die zetels niet zo geweldig gesteld. De zaal is in een vrij erbarmelijke toestand. Dat is op dit moment zo ver gevorderd dat het zo niet verder kan. De toestand is niet langer houdbaar. Er moet iets gebeuren, of de zaal zal binnenkort activiteiten beginnen verliezen. Alle tekenen wijzen erop.
In de beheersovereenkomst van de Koninklijke Maatschappij voor Dierkunde te Antwerpen (KMDA), de uitbater van de zoo en van de Koningin Elisabethzaal, van 2002-2006 staat de verbintenis om een visie uit te werken op de Koningin Elisabethzaal. Er waren allerlei plannen om elders in Antwerpen concertgebouwen neer te poten en congresfuncties uit te bouwen op het Eilandje. Over die plannen werd heel veel gesproken en geschreven, maar er kwam niks van in huis. De visie op de Koningin Elisabethzaal moet nu worden ontvouwd. De KMDA is alleszins vragende partij. Ze heeft daartoe een nota bezorgd aan de minister van Cultuur met een kopie aan u met de mogelijke visies op de toekomst van de zaal. De nota werd al een hele tijd geleden bezorgd. De heer Van Eysendeyk, die ik toevallig vanmiddag tegen het lijf liep in een restaurant, zei me dat hij al meer dan een halfjaar geleden informeel bezorgd is. Sindsdien heerst er een grote stilte aan de kant van de Vlaamse Regering. Er is dus niemand die het dossier op tafel legt, wat me het ergste doet vrezen.
Natuurlijk is er aan dit dossier een prijskaartje verbonden, en het is voor de Vlaamse Regering niet evident om dat in te vullen. Er staat niemand te springen om het naar zich toe te trekken, wat nochtans nefast is. Het is nodig een visie te ontwikkelen. We moeten de koe bij de horens vatten, en een scenario kiezen. Er zijn dure en minder dure scenario's, maar we moeten wel een keuze maken, want niet kiezen, is in dit dossier zeker verliezen.
Daarom wens ik als parlementslid uit de betrokken stad met deze vraag de stilte te verbreken. Mijnheer de minister, welke mogelijkheden ziet u? Kunt u een stand van zaken geven van het dossier van de Koningin Elisabethzaal en de infrastructuurproblemen? Wat zijn de ramingen van de kosten van de verschillende scenario's?
Hoe kan de Vlaamse overheid dit invullen? Bent u bereid het gesprek aan te gaan met de vele actoren en partners in dit verhaal? Ik denk hierbij aan de stad Antwerpen, de provincie Antwerpen, en de KMDA als eigenaar en uitbater. Daarnaast zijn er de belangrijke huidige gebruikers, zoals Studio 100, de Filharmonie, Cofena, Clear Channel Entertainment Belgium en eventuele andere privé-partners die interesse kunnen betonen voor deze zaal. Ik denk ook aan de functie van congresruimte, die er nu niet is, maar waar Antwerpen echt wel behoefte aan heeft. Ook dat zou in een investeringsdossier kunnen zitten. Bent u daartoe bereid? Hebt u daar al stappen voor ondernomen?
Mijnheer de minister, ik kan me niet voorstellen dat het niet mogelijk zou zijn een goed verhaal te schrijven voor een zaal met zo'n potentieel, zo'n ligging en zo veel mogelijke partners.
De voorzitter: De heer Caron heeft het woord.
De heer Bart Caron: Mijnheer de voorzitter, mijnheer de minister, collega's, ik sluit me graag aan bij de heer De Wever, maar ik zou de problematiek wat verder willen opentrekken. Er zijn in Vlaanderen heel wat interessante infrastructuren waar kosten aan zijn, en waarvan de rol opnieuw of toch preciezer gedefinieerd moet worden.
De Koningin Elisabethzaal maakt weliswaar deel uit van de Zoo, maar in de beheersovereenkomst met de KMDA is er ook een culturele rol gedefinieerd. Een verantwoordelijkheid van de minister van Cultuur wordt in deze dan ook mogelijk geacht. In het verleden is al een aantal denkoefeningen over deze zaal gemaakt, net als over andere.
Het probleem is echter dat Vlaanderen momenteel niet in een hausse van de financiële middelen zit. De noden op het gebied van culturele infrastructuur zijn vrij ruim. Het is absoluut noodzakelijk tot een globaal plan voor culturele infrastructuur te komen. Ik doe dan ook een oproep tot de minister. Er moet niet alleen een evenwicht tussen de steden komen, ook de Vlaamse Regering moet ten volle haar verantwoordelijkheid nemen.
Daarin zitten elementen van stedelijk beleid, omdat het vaak over infrastructuur gaat in grote steden. Denk maar aan de plannen voor het muziekforum in Gent, de Vlaamse Opera, de verbouwingen aan De Singel, de tekorten bij het Concertgebouw in Brugge, en het beleid ten aanzien van het Flageygebouw hier in Brussel. Er zijn dus heel wat uitdagingen waarop antwoorden moeten komen van financiële aard, die te maken hebben met de verbouwingskosten en met de werking van die gebouwen.
Mijnheer de minister, kunt u het ermee eens zijn dat het hier om een collectieve verantwoordelijkheid gaat van de hele Vlaamse Regering? Is het mogelijk in de meerjarenbegroting tot een oplossing te komen? Is er, vooral dan in het dossier van de Koningin Elisabethzaal, geen mogelijkheid om via PPS tot oplossingen te komen? De musicalproducenten en Studio 100 willen de preferentiële partners in een eventuele samenwerking zijn. Ze hebben indertijd zelfs voorstellen voor een verbouwing geformuleerd.
Zijn er met de stad Antwerpen al gesprekken over gevoerd? Die andere grote zaal waar musicals en zo worden opgevoerd, de stadsschouwburg, is in concessie gegeven aan een andere musicalproducent, wiens financiële situatie niet al te rooskleurig is.
Op het terrein is een evolutie merkbaar. Ik deel de bekommernis van de heer De Wever maar roep tegelijk op om dat in een totale Vlaamse en collectieve verantwoordelijkheid te stoppen.
De voorzitter: Minister Bourgeois heeft het woord.
Minister Geert Bourgeois: Ik had nooit gedacht dat de Koningin Elisabethzaal nog een parel aan mijn kroon zou zijn. Ik ben als minister van Toerisme verantwoordelijk voor de beheersovereenkomst van de KMDA. Ik zal in mijn antwoord ingaan op de aspecten die betrekking hebben op het beheer van het toeristische beleid. Ik zal niet ingaan op het cultureel politieke aspect. Mijnheer Caron, u hebt wel gelijk dat een meerjarenplanning een collegiale verantwoordelijkheid is. We zullen samen onze verantwoordelijkheid moeten opnemen over de bestemming van dit dossier, want dat kan niet langer onbeslist blijven.
De inzet van cultuurbudgetten en de artistieke profilering van de zaal behoort uitdrukkelijk tot het cultuurbeleid en moet ook worden doorgepraat met andere actoren, zoals de stad Antwerpen. U stelt een PPS als mogelijke oplossing voor voor musicalproducenten. We moeten nagaan of dat strookt met de artistieke profilering. Ik wil me daar niet in mengen. Voor de tweede optie in de beheersovereenkomst, een congreszaal, is ook een PPS-constructie mogelijk.
Ik verwijs naar de beheersovereenkomst 2002-2006 die mijn voorganger heeft gesloten met de KMDA. Daarin staat dat de KMDA de provinciale en stedelijke overheden van Antwerpen zal uitnodigen om samen te onderzoeken welke bestemming van openbaar nut aan de Koningin Elisabethzaal en aan het historische gebouwencomplex aan het Koningin Astridplein kan worden gegeven. Er moet worden bepaald of Antwerpen behoefte heeft aan een grote concertzaal, en zo ja of en hoe de Koningin Elisabethzaal in de toekomst deze eventuele behoefte op de meest aangepaste manier kan invullen.
Gezien de synergie van de andere ruimten in het complex, zowel met de Koningin Elisabetzaal als met de Zoo, en gezien de unieke locatie in het centrum van de stad, naast het HST-station en in de omgeving van grote hotels, zal in tweede orde met dezelfde overheden worden onderzocht of het complex voor Antwerpen en Vlaanderen een rol kan spelen als congrescentrum. In afwachting van concrete resultaten van dit overleg zal de KMDA het roerend erfgoed behouden en onderhouden zodat het in goede staat blijft. Het zal niet worden vervreemd, tenzij na toestemming van de vertegenwoordiger van de Vlaamse Regering, maar het zal ook niet systematisch worden aangevuld.
Eveneens in afwachting van concrete resultaten zal de KMDA de Koningin Elisabetzaal en de andere zalen van het complex zo commercieel mogelijk uitbaten ten einde maximale financiële middelen te verzamelen voor het uitvoeren van haar globale missie. In het jaarverslag zal de KMDA de vooruitgang van het onderzoek toelichten. Zodra dit bijkomende onderzoek tot concrete resultaten leidt, zullen die in een bijzondere overeenkomst worden omgezet en aan deze overeenkomst worden toegevoegd.
Op 24 februari 2005 heeft de algemeen directeur van de KMDA een schrijven gericht tot minister Anciaux, met kopie aan de minister-president, de beide vice-ministers-presidenten, de minister van Begroting, en aan mezelf als minister bevoegd voor Toerisme. In deze brief stelt de KMDA het volgende: 'De KMDA heeft de opdracht die ze in de beheersovereenkomst kreeg in verband met de Koningin Elisabethzaal in een ruimer kader willen plaatsen. De Koningin Elisabethzaal staat immers niet op zichzelf, maar wordt gezien als een groter geheel.
Alvorens met de stad en de provincie te praten, heeft de KMDA intensief vooroverleg gepleegd met de Vlaamse Culturele instellingen, die op gebied van podiumkunsten actief zijn en voor wiens werking de Koningin Elisabethzaal van reëel of potentieel belang is. Op die manier kwamen de Filharmonie, de Vlaamse Opera, de Singel, het Koninklijk Ballet van Vlaanderen en de KMDA tot een gemeenschappelijke visie, die er op neerkomt dat de betrokken zalen, die op de een of andere manier allemaal met overheidsgeld werken, beter zouden samenwerken dan elkaar beconcurreren.
Daarop is overleg gevolgd met de provincie en de stad Antwerpen, waarin deze visie verder werd uitgewerkt en waarbij ook de privé-musicalsector, met name Studio 100 en Music Hall, werd betrokken. De genoemde visie bestaat erin dat Vlaanderen op een centrale locatie twee zalen van ongeveer 2.000 zitplaatsen nodig heeft, die complementair zijn met elkaar en met andere kleinere en grotere culturele infrastructuur. De ene zaal is dan een zuivere concertzaal waarbij akoestische kwaliteiten primeren; hiervoor zouden de Koningin Elisabethzaal of een nieuw te bouwen concertzaal op het Eilandje in aanmerking komen. De tweede zaal is dan een theaterzaal waarbij technische kwaliteiten primeren; hiervoor zou de Antwerpse stadsschouwburg in aanmerking komen.
Het Antwerps college van burgemeester en schepenen heeft in juli 2004 beslist om niet te opteren voor de bouw van een nieuwe concertzaal en er de voorkeur aangegeven dat de Koningin Elisabethzaal zou worden geherwaardeerd. Na deze beslissing van het college is een technische werkgroep aan de slag gegaan, samengesteld uit deskundigen uit de culturele sector. Het is deze werkgroep die een nota over de toekomst van de Koningin Elisabethzaal heeft uitgewerkt.
De KMDA vraagt de Vlaamse Regering om de voorgestelde visie te beoordelen en de tijdelijke opdracht om de zaal zo commercieel mogelijk te exploiteren, te vervangen door een definitieve. De KMDA wijst erop dat de Koningin Elisabethzaal dringend structureel onderhoud nodig heeft. De KMDA wil dit zelf niet ten laste nemen omdat het slechts zinvol is investeringen te doen die ook in de lijn liggen van de uiteindelijke visie. Het ten laste nemen van deze investeringen door de KMDA zou ook in strijd zijn met de geest van de beheersovereenkomst, omdat op die manier middelen zouden worden afgewend, die moeten worden gebruikt voor het aantrekkelijk maken en houden van de Zoo en van Planckendael als toeristische attracties.
De KMDA beaamt wel haar verantwoordelijkheid te willen opnemen in dit dossier. Ze wenst, nadat de Vlaamse Regering zich over de visie heeft uitgesproken, met de regering een constructieve dialoog aan te gaan om een voor allen haalbare financiering uit te werken.
Bij deze brief is als bijlage de al vermelde visienota van de technische werkgroep gevoegd, met een technisch dossier met kostenraming en stedenbouwkundige invulling. In deze nota wordt zeer duidelijk gepleit voor een, op alle gebieden, uitstekende concertzaal waarbij zowel de akoestiek, de architectuur, de aankleding, de verleende diensten als de logistieke mogelijkheden optimaal zijn voor het nagestreefde doel. Voor de programmatie wordt gerekend op de publieke partners die het plan onderschrijven - de Singel, de Vlaamse Opera en de Filharmonie - en op commerciële organisatoren voorzover hun producties aansluiten bij het nagestreefde zaalprofiel.
Volgens de opstellers van de nota impliceert deze visie dat er investeringen worden uitgevoerd naar rato van minimaal 18 miljoen euro, en maximaal 32 miljoen euro. De minimale ingreep bestaat uit een herstel en het binnen de huidige comfort- en veiligheidsnormen brengen van de bestaande zaal. De kostprijs bedraagt dan 18 miljoen euro. Wil men ook de logistiek van de zaal verbeteren en de zaal logistiek ontsluiten langs de Carnotstraat, wat wenselijk is gezien de slechte toegankelijkheid van de zaal voor toeleveringen - probleem dat zich nog meer zal voordoen vanaf 2006 wanneer het vernieuwde Koningin Astridplein zal afgewerkt zijn - dan wordt de investeringskost geraamd op 21 miljoen euro. Indien de Filharmonie de zaal als residentie neemt, dan is in totaal ongeveer 27 miljoen euro nodig. Wil men ook een minimale theaterinfrastructuur voor moderne concerten installeren, dan is in totaal 32 miljoen euro nodig.
Minister Anciaux heeft op de brief van 24 februari geantwoord met een brief van 12 april 2005. Hij bevestigt de brief ontvangen en gelezen te hebben, en wijst erop dat de middelen waarover hij beschikt om nieuwe dossiers van culturele infrastructuur te betoelagen, momenteel heel beperkt zijn en dat hij onmogelijk een gunstig gevolg kan geven aan de heel talrijke verzoeken om steun die hij ontvangt. Hij meent daarenboven dat het voorgelegde dossier moet worden bekeken binnen het masterplan van de zalen in Antwerpen en dat dit dossier niet uitsluitend kan worden beschouwd als een verantwoordelijkheid van de Vlaamse Gemeenschap. Op dit vlak is verder overleg nodig met de stad en de provincie. Binnen de middelen van het FOCI worden zeer grote inspanningen geleverd voor de bouw en de restauratie van de cultuurinfrastructuur te Antwerpen.
Minister Anciaux zegt dat hij overleg zal plegen met mij en met de heer Heylen, schepen van Cultuur van Antwerpen, nadat over de totale cultuurinfrastructuur te Antwerpen en over dit dossier meer duidelijkheid is. Twee weken geleden ontving hij vanwege de KMDA, naar jaarlijkse gewoonte, het verslag over de uitvoering van de beheersovereenkomst. In zijn begeleidende brief heeft de algemeen directeur van de KMDA hem verzocht om de aandacht van de Vlaamse Regering te vestigen op de problemen van de Koningin Elisabethzaal. Hij heeft dit ook gedaan, bij wijze van mededeling op de agenda van de Vlaamse Regering van vrijdag 20 mei. Nu de meerjarenbegroting er aankomt, zullen we dit dossier ter hand moeten nemen.
Minister Anciaux is de geadresseerde van de brief van 24 februari 2004 en de bijhorende visienota. Het komt hem toe om het voorstel dat hierin wordt gedaan over de toekomst van de zaal, namelijk uitbouw tot hoogwaardige concertzaal en eventueel residentie van de Filharmonie, te beoordelen, en de Vlaamse Regering een voorstel van antwoord voor te leggen. Ik ben wel de mening toegedaan dat, gelet op de situatie van de zaal en de opstelling van de KMDA in verband met het uitvoeren van investeringen op korte termijn, dit antwoord niet lang meer mag uitblijven. Pas als de Vlaamse Regering heeft geantwoord op het voorstel van de KMDA en van de technische werkgroep, is het mobiliseren van de nodige middelen om de gekozen strategie waar te maken aan de orde. Beide zijn onlosmakelijk met elkaar verbonden. Het is goed om strategische opties te nemen, maar als we ze niet kunnen betalen, staan we nergens.
Tot nu toe is de KMDA uitsluitend het engagement nagekomen om na te gaan of Antwerpen behoefte heeft aan een grote concertzaal en zo ja of en hoe de Koningin Elisabethzaal deze eventuele behoefte op de meest aangepaste manier kan invullen. In de beheersovereenkomst staat ook dat in tweede orde zal worden onderzocht of het complex voor Antwerpen en voor Vlaanderen een rol kan spelen als congrescentrum. De logica is dat als het vandaag voorliggende plan om een of andere reden geen doorgang kan vinden, de optie van het congrescentrum zo snel mogelijk moet worden onderzocht. In de beheersovereenkomst wordt trouwens verwezen naar de troeven die het complex als congrescentrum zou hebben: de unieke locatie in het centrum van de stad, de nabijheid van het HST-station en van grote hotels.
Vanuit toeristisch perspectief zou dit alvast een interessante optie zijn, gezien het ontbreken van grootschalige en hoogwaardige congresinfrastructuur in Antwerpen en in Vlaanderen, en gezien de impuls die de uitbouw van een degelijk congrescentrum zou kunnen betekenen voor het zaken- en congrestoerisme naar Vlaanderen. Dat soort toerisme moet nog fors kunnen groeien. Het zakentoerisme is hoofdzakelijk op Brussel gericht. Vlaanderen speelt daarin een veel te kleine rol. Het is ook een interessante vorm van toerisme vanuit economisch oogpunt, het is een bron van welvaart en van groeiende tewerkstelling.
Alleszins is duidelijk dat om de zaal een toekomst te geven, hetzij als concertzaal, hetzij als congrescentrum, hetzij met een combinatie van functies, er zwaar moet worden geïnvesteerd, en dat de middelen voor de noodzakelijke investeringen moeten worden gevonden. Niet investeren in de zaal, en geen beslissingen nemen over de toekomstige bestemming ervan, kan in geen geval een optie zijn. Creativiteit en overleg tussen de verschillende beleidsniveaus, en wellicht ook met de privé-sector, zullen inderdaad nodig zijn om tot een oplossing te komen. Alleszins zal ik, als minister van Toerisme, mee helpen zoeken naar een toekomstgerichte en voor alle partijen aanvaardbare oplossing.
De voorzitter: De heer De Wever heeft het woord.
De heer Bart De Wever: Mijnheer de minister, ik dank u voor het voorlezen van de nota, die de basis vormde voor mijn vraag en van de brief van minister Anciaux, die ik samenvat als: 'Ik heb geen geld, Antwerpen krijgt al genoeg en minister Bourgeois moet het dan maar oplossen.' Ik pleit ervoor die zaak toch ter harte te nemen, de vis niet te verdrinken in de oceaan van culturele noden, die ongetwijfeld allemaal terecht zijn. Dit is een kwestie van verantwoordelijkheid nemen op grond van een beheersovereenkomst die de Vlaamse overheid zelf met de KMDA heeft afgesloten. Ik ben dan ook verheugd met uw antwoord, waaruit ik afleid dat minstens u van plan bent om de koe bij de horens te vatten en dat u zich rekenschap geeft van het feit dat investeringen in de Koningin Elisabethzaal niet verloren zijn.
De voorzitter: Het incident is gesloten.