Commissie voor Openbare Werken, Mobiliteit en Energie Vergadering van 16/11/2004
Vraag om uitleg van mevrouw Dominique Guns tot mevrouw Kathleen Van Brempt, Vlaams minister van Mobiliteit, Sociale Economie en Gelijke Kansen, over de doorstroming van het verkeer in stedelijke gebieden
De voorzitter: Aan de orde is de vraag om uitleg van mevrouw Guns tot mevrouw Van Brempt, Vlaams minister van Mobiliteit, Sociale Economie en Gelijke Kansen, over de doorstroming van het verkeer in stedelijke gebieden.
Mevrouw Guns heeft het woord.
Mevrouw Dominique Guns: Mijnheer de voorzitter, mevrouw de minister, iedereen stelt sinds jaar en dag vast dat het fileprobleem steeds groter wordt.
Op de E40 van Gent naar Brussel begon de file vroeger in Affligem, daarna in Aalst en nu staat er een file vanaf Wetteren en Erpe-Mere.
Ik heb met verbazing vastgesteld dat de werken aan de Antwerpse ring niet hebben geleid tot de in alle kranten voorspelde verkeerschaos. De capaciteit van de Antwerpse ring werd verminderd met 50 percent, maar ik kan me moeilijk indenken dat 50 percent van het verkeer plots niet meer over de Antwerpse ring moest tijdens de periode van de werken.
Tijdens de werken op de E40 tussen Affligem en Brussel was het veel interessanter in Brussel het doorgaand verkeer te volgen naar Aalst, daar om te draaien en zo naar Affligem te rijden. Op die manier werd een half uur tijd gewonnen in vergelijking met het volgen van de strook die de afrit van Ternat en Affligem nog bediende.
De organisatie van de verkeersstromen tijdens de werken was succesvol. Het was opvallend dat er een splitsing ontstond tussen het doorgaand en het plaatselijk verkeer. Daardoor ondervond het doorgaand verkeer minder hinder.
Mevrouw de minister, bestaan er vergelijkbare verkeerstellingen over de drukte voor en tijdens de werken aan de Antwerpse ring? Als deze gegevens niet beschikbaar zijn, wilt u hierover dan de komende maanden een studie organiseren? Kan een studie gemaakt worden over de effecten op het fileprobleem van de splitsing van het doorgaand en het lokaal verkeer? In de toekomst kunnen we hiermee rekening houden in stedelijke gebieden waar het verkeer ook dreigt vast te lopen.
De voorzitter: De heer Peumans heeft het woord.
De heer Jan Peumans: Mijnheer de voorzitter, mevrouw de minister, het zou zinvol zijn dat we een overzicht krijgen over de manier waarop verkeersstudies gebeuren in Vlaanderen. In de krant verschijnen regelmatig commentaren dat de verkeersstromen worden gereduceerd, maar ik vind dat we in Vlaanderen, in tegenstelling met Nederland, te weinig studeren op bepaalde domeinen.
We mogen niet alleen naar het autoverkeer kijken. In het kader van de werken aan de Antwerpse ring zijn ook andere begeleidende maatregelen genomen. Er was ook een afschrikkingseffect, want iedereen zou over Brussel rijden om Gent te bereiken. In de studie moet worden bekeken of zich een verplaatsing van de verkeersstromen heeft voorgedaan.
De ring van Antwerpen is geen autosnelweg, maar een veredelde steenweg. We moeten eerlijk zijn: er zijn heel veel op- en afritten. Bij wijze van spreken gaan mensen uit Borgerhout via de ring een pakje sigaretten halen in Berchem. De ring is bedoeld als een doorstromingsweg, niet als weg met een verdelend effect.
Ik hoop dat in de studie ook Brussel wordt bekeken, want veel mensen verplaatsen zich nu op een andere manier. Daarnaast moeten we ook bekijken wat de effecten zijn van een aantal andere begeleidende maatregelen.
De voorzitter: Mevrouw Guns heeft het woord.
Mevrouw Dominique Guns: We zagen veel auto's langs de E40 passeren en een aantal mensen hebben het openbaar vervoer genomen, maar de verkeersstroom is niet met 50 percent gedaald.
Ik heb het voorbeeld gegeven van de werken aan de E40, waarbij je veel sneller naar Aalst en terug naar Affligem kon rijden dan gewoon aan te schuiven.
De voorzitter: Minister Van Brempt heeft het woord.
Minister Kathleen Van Brempt: Mijnheer de voorzitter, collega's, ik kan niet op alle vragen antwoorden, maar we moeten wel op zoek gaan naar de antwoorden.
Het hoofdwegennet in Vlaanderen is uitgerust met een aantal geautomatiseerde meetpunten die bijna continu een beeld geven van de gemeten intensiteit, met name het totaal aantal voorbijrijdende voertuigen.
Tijdens de werken aan de binnenring rond Antwerpen kon het meetsysteem weinig bruikbare gegevens leveren omdat de rijstroken herschikt waren. Het onderliggende wegennet is maar in erg beperkte mate uitgerust met geautomatiseerde meetapparatuur. Om toch indicaties van de verschuivingen van de verkeersstromen in kaart te kunnen brengen, werden vanaf het voorjaar van 2004 een beperkt aantal bijkomende meetpunten aangebracht op de belangrijkste gewestwegen in het Antwerpse. De hiermee opgemeten intensiteit moet periodiek en lokaal bekeken worden. De resultaten worden doorgaans herleid tot kwartier- of uurwaarden.
U vroeg of we hierover een studie zouden kunnen laten maken. De resultaten van de metingen van voor, tijdens en na de werkzaamheden laten toe een zicht te krijgen op de evolutie van de verkeersdrukte en de heroriëntatie van de verkeersstromen. De analyse wordt op dit moment uitgevoerd maar is nog niet afgesloten. Ik kan u dus nog geen gegevens leveren. Er moet echter worden opgemerkt dat de dichtheid van het meetpuntennet globaal genomen beperkt is, wat maakt dat de resultaten niet als absolute waarden kunnen worden gebruikt maar veeleer als een relatieve vergelijking tussen verschillende periodes en tussen verschillende wegvakken.
Om een meer nauwkeurige opvolging van het verkeer in Vlaanderen toe te laten, investeert het gewest continu in de uitbreiding en opwaardering van geautomatiseerde meetsystemen. Zo zullen in de komende maanden een aantal bijkomende meetpunten worden geïnstalleerd, vooral met de bedoeling de vrachtverkeersstromen beter te situeren. Aldus zou ook de evaluatie van de verkeerssituatie tijdens de hoofdperiode van de renovatie van de ring beter kunnen worden onderbouwd.
U vroeg naar een studie over de effecten op het fileprobleem door de splitsing van het lokaal en doorgaand verkeer. Het kunnen beheersen van de verkeerssituatie tijdens de werkzaamheden is het resultaat van een groot aantal diverse maatregelen. Naast een focussen op het geïntegreerd en dynamisch verkeersmanagement werden tal van minder-hindermaatregelen doorgevoerd, denk maar aan het tijdelijk heroriënteren van de Singel tot een alternatieve stadsring, de uitbreiding en de promotie van alternatieve vervoerswijzen, de spreiding van de havenactiviteiten enzovoort. Er werd bovendien erg veel energie gestoken in sensibilisering en communicatie die leidde tot de zogenaamde chaos. Bovendien toonden de meetresultaten aan dat behoorlijk wat buitenlands verkeer de regio tijdens de werkzaamheden heeft vermeden. Het buitenlands verkeer dat is weggebleven, is moeilijk in te schatten, alsook het binnenlands verkeer dat zich heeft verplaatst naar alternatieve wegen.
Het zo goed als uitsluiten van het lokale verkeer op de ring heeft uiteraard een gunstig effect gehad op de verkeersvraag op de ring. We mogen echter niet vergeten dat het maar mogelijk was door een verregaande opwaardering van de Singel. Denk aan de tijdelijke bruggen, het aanpassen van de kruispunten en verkeerslichten en de snelle interventie bij incidenten. Ik benadruk het tijdelijk karakter daarvan. Verder was er ook een voorbeeldig verkeersbeheer op de Singel plus het geheel onderliggende wegennet en een erg strakke coördinatie van alle andere verstoringen, zoals het uitstellen van kleine werkzaamheden, zeker op de belangrijkste alternatieve routes.
Elke beoordeling die we maken, moet dan ook rekening houden met al die flankerende maatregelen, alsook met de aanwezigheid van een onderliggend wegennet, wat perfect toeliet een valabel alternatief voor het lokaal verkeer uit te werken. Die laatste factor moet mogelijk als eerste worden onderzocht als er een scheiding van lokaal en doorgaand verkeer zou worden overwogen. De doorgevoerde categorisering van het wegennet en de bepaling van onder meer het RSV blijven uiteraard van uitzonderlijk belang.
Ik weet dat mijn antwoord vrij technisch is, maar het is belangrijk om het toch eens op deze wijze toe te lichten. Ik benadruk dat ik samen met minister Peeters moet vaststellen dat we vandaag te weinig gegevens hebben en dat de gegevens waarover we wel beschikken op dit moment nog worden geanalyseerd. Als de analyses er zijn, brengen we u daar uiteraard van op de hoogte. Dit moet ons echter aanzetten om tijdens deze regeerperiode erg ambitieus te zijn. Als we de ambitie hebben om het verkeer meer te managen, dan moeten we over betere gegevens kunnen beschikken.
De voorzitter: Mevrouw Guns heeft het woord.
Mevrouw Dominique Guns: Mevrouw de minister, ik dank u voor uw antwoord. Er moet nog een tweede deel van de werkzaamheden aan de Antwerpse ring worden uitgevoerd. Het zou goed zijn dat we ons dan nog beter zouden voorbereiden om de tellingen te kunnen zodat het niet meer gebeurt dat de tellingen niet optimaal zijn omwille van technische gebreken.
Ik vind het wat spijtig dat u zegt dat we een deel van het lokaal verkeer terug op de Singel hebben kunnen brengen door de opwaardering ervan. U benadrukt dat dit tijdelijk is. Dan komen we echter bij wat de heer Peumans opmerkte, namelijk dat de mensen de autostrade gebruiken om die twee afritten verder weer te verlaten in plaats van de Singel te gebruiken omdat ze daar te lang moeten aanschuiven.
Er bestaat een vrij goede studie over mobiliteit in Nederland. Ik heb ze spijtig genoeg opzij gelegd en vind ze niet meer terug. Daarin stond onder meer dat kruispunten en verkeerslichten enorm veel opstoppingen veroorzaken. Het zou interessant zijn deze studie ook eens op te zoeken. Mocht ik ze terugvinden, dan zal ik ze bezorgen.
De voorzitter: Minister Van Brempt heeft het woord.
Minister Kathleen Van Brempt: Ik benadruk het tijdelijk karakter omdat de wijze waarop vandaag de opwaardering van de Singel tot een soort stadsring is georganiseerd, erg nefast is voor de inwoners van Antwerpen en vooral voor de districten buiten de Singel. Deze inwoners zijn op dit ogenblik eigenlijk afgesloten van de binnenstad, en dat kan moeilijk het beeld zijn op de toekomstige ontwikkeling van de stad Antwerpen en haar districten.
U weet ongetwijfeld ook dat er wel een mobiliteitsvisie is ontwikkeld in Antwerpen en dat daarin eigenlijk de omgekeerde beweging wordt gemaakt. Van de Singel wordt een groene boulevard gemaakt, die echt een link legt tussen de districten en de binnenstad. Er wordt gezorgd voor een vrije tram- en busbaan en voor wandelmogelijkheden, terwijl de ontwikkeling van onder andere kantoorgebouwen mogelijk wordt gemaakt. De ring zal dan enerzijds het doorgaand verkeer en anderzijds het verkeer van de Singel en het binnenringverkeer te verwerken krijgen.
Dat is echter toekomstmuziek. Het zal wel enige tijd duren vooraleer alles klaar is. De visie is er echter. Er wordt rekening gehouden met de mobiliteit en de leefbaarheid van de stad, de districten en de omliggende gemeenten.
De voorzitter: Het incident is gesloten.