Commissie voor Binnenlandse Aangelegenheden, Huisvesting en Stedelijk Beleid Vergadering van 04/11/2003
Vraag om uitleg van mevrouw Veerle Heeren tot de heer Marino Keulen, Vlaams minister van Wonen, Media en Sport, over de niet-uitbetaling van huursubsidies en het aangekondigde nieuwe huursubsidiestelsel
De voorzitter : Aan de orde is de vraag om uitleg van mevrouw Heeren tot de heer Keulen, Vlaams minister van Wonen, Media en Sport, over de niet-uitbetaling van huursubsidies en het aangekondigde nieuwe huursubsidiestelsel.
Mevrouw Heeren heeft het woord.
Mevrouw Veerle Heeren : Mijnheer de voorzitter, mijnheer de minister, collega's, mijn vraag sluit enigszins aan bij de vorige. Ik heb signalen gekregen in verband met huursubsidies die niet worden uitbetaald. Ik denk dat het verhaal van de huursubsidies nog schrijnender is dan dat van de verbeteringspremies. In het geval van de verbeteringspremies praten we immers over eigenaars. Voor mij zijn mensen die een huursubsidie krijgen, de echte zwakken. Die huursubsidie is immers van levensbelang voor die mensen, en nu krijgen ze hun geld niet van de overheid.
Gisteren had ik het geluk om als gemeenteraadslid de lokale bouwmaatschappij te horen. Het ging toen over huurachterstallen. De zaakvoerder zei dat ze kort op de bal proberen te spelen. Ik vroeg wat hij daarmee bedoelde. Hij antwoordde dat wie de huur niet op tijd betaalt, de eerste maand een brief ontvangt waarin hij wordt aangemaand om te betalen. De tweede maand ontvangt die persoon een brief van het gerecht en de derde maand volgt er een dagvaarding. Heel veel mensen komen dus in een lastig parket te zitten omdat ze hun huursubsidie al enkele maanden niet hebben gekregen. Ze beschikken immers niet over reserves.
Mijnheer de minister, ik ben al enkele jaren lid van deze commissie. De burgemeester van Zaventem heeft tijdens de vorige legislatuur altijd gepleit voor het installeren van huursubsidies, maar ik merk daar niets van. Het staat nochtans in het regeerakkoord. Uit een andere vraag die hier deze namiddag aan bod is gekomen, heb ik begrepen dat het een opdracht zal zijn voor de volgende regering. Ik ga ervan uit dat u hoopt dat u dan nog steeds minister van Wonen bent.
De huursubsidie bedraagt 123,94 euro per maand, wat een heel grote steun is voor de mensen die ze moeten ontvangen. Blijkbaar heeft de maatregel van de Vlaamse regering een impact op heel veel beleidsdomeinen. Huisvesting is er daar een van. Ik vind wat er nu met de huursubsidies gebeurt bijzonder pijnlijk.
Ik was niet van plan een vraag te stellen, maar toen ik contact opnam met de administratie kreeg ik geen antwoord op mijn vragen. Ik denk dat de administratie niet mag of niet durft te antwoorden. Daarom heb ik uiteindelijk een vraag om uitleg ingediend.
Ik zou heel graag weten hoeveel mensen in Vlaanderen een huursubsidie krijgen. Kan ik dan ook een overzicht krijgen van de regionale spreiding van die mensen? Over welk bedrag gaat het in het totaal?
Minister Marino Keulen : U hebt recht op de cijfers, maar u hebt daar in de schriftelijke versie van uw vraag niet om gevraagd.
Mevrouw Veerle Heeren : Ik ga ervan uit dat uw administratie u die cijfers heeft bezorgd naar aanleiding van mijn vraag.
Minister Marino Keulen : Dat is niet zo. Ik wil u die zeker bezorgen, maar ik kan ze u nu niet geven.
Mevrouw Veerle Heeren : Het is interessant om ze te kennen.
Minister Marino Keulen : Ik wil de cijfers ook kennen.
Mevrouw Veerle Heeren : Ik wil graag weten hoeveel gedupeerden er zijn.
Minister Marino Keulen : Wanneer u me vlakaf om die cijfers vraagt, doodt u elke vorm van spontaneïteit in de commissie.
Mevrouw Veerle Heeren : Toen ik 2 weken geleden telefonisch contact opnam met uw administratie, weigerde de ambtenaar me terug te bellen. Ik zal zijn naam niet vermelden. Ik zei dat ik parlementslid ben. Ik heb toch het recht om die cijfers te krijgen.
Zijn de mensen die geen huursubsidie hebben ontvangen, ingelicht over het feit dat de betaling niet op het normale tijdstip zal gebeuren? Indien dat niet is gebeurd, vraag ik me af of u weet tot wat dat kan leiden.
Op welk tijdstip wordt een huursubsidie eigenlijk uitbetaald? Welke reglementering is er van toepassing in verband met het tijdstip? Krijgen de mensen maandelijks een bedrag of om de drie maanden?
Het systeem van huursubsidies mag zeker niet voor iedereen worden opengesteld. Welke krijtlijnen hebt u uitgetekend voor de huursubsidies? Hoe zult u dat systeem verbreden?
De voorzitter : Minister Keulen heeft het woord.
Minister Marino Keulen : Mijnheer de voorzitter, collega's, de mensen die in de openbare sector huren, ondervinden geen hinder omdat de openbare verhuurders de subsidie automatisch van de normale huur aftrekken. De SHM's moeten natuurlijk wel op hun geld wachten. Dat is toch belangrijk, want zo blijven de meest kwetsbaren in onze samenleving van problemen gespaard. Mensen die op de privé-markt huren, komen wel in de problemen wanneer ze hun huursubsidie niet tijdig ontvangen. Ik geef dat toe.
Voor de VAP moet er 1,679 miljoen euro worden uitbetaald. Dat geld ligt klaar. Als we daar groen licht krijgen, zullen we de uitbetaling doen. Voor de huursubsidie is er in 1,701 miljoen euro voorzien. Ik heb in antwoord op de vraag van de heer Verfaillie al geschetst waarom dit is gebeurd, namelijk omwille van de begrotingsrichtlijn van begin augustus. Dit is ook het kader waar uw probleem zich situeert.
In de praktijk is er enkel een achterstand bij de particuliere huurders die normaal gezien hun trimestriële huursubsidie in oktober uitbetaald zouden krijgen. Dankzij de daarstraks aangehaalde aangevraagde afwijkingen, hoop ik dat in de maand november te regulariseren.
Gelet op de eerder beperkte vertraging in de uitbetaling van de huursubsidie, is ervoor geopteerd om de begunstigden niet allemaal individueel aan te schrijven. Aan de personen die de administratie contacteerden, is uiteraard wel meegedeeld dat enige vertraging niet uitgesloten was. We waren zelf vragende partij om dat vroeger te klaren. Dat is spijtig genoeg niet gelukt. Voor mij is elke dag langer er ook een te veel. Ik vind dat dit euvel zo snel mogelijk moet worden weggewerkt.
Zoals daarstraks aangehaald, zal - zodra het aangepaste rapport door de arbitragecel is overgemaakt - de uitbetaling van de huursubsidies hervat worden.
Momenteel ontbreken de middelen voor de implementatie van een nieuw huursubsidiestelsel. Pas tijdens de volgende legislatuur kan een herwerking van de thans vigerende reglementering overwogen worden. Nu is dat gekoppeld aan een verhuisbeweging. Het is uiteraard noodzakelijk om het huidige stelsel, gebaseerd op de Huisvestingscode, in de toekomst te enten op de Vlaamse Wooncode. Meer personen zouden in aanmerking moeten kunnen komen voor een subsidie, die hen in staat zou moeten stellen om een woning op de private huurmarkt te betrekken, ter ontlasting van de wachtlijsten voor de sociale huurwoningen.
Ik heb er echter nu de middelen niet voor. We gaan nu resoluut voor bouwen en nog eens bouwen, voor het op de markt brengen van nieuwe sociale wooneenheden. Op termijn zijn twee belangrijke dingen nodig om die wachtlijsten te verkorten, namelijk verder investeren in nieuw woonpatrimonium en het geven van huursubsidies voor de mensen die vandaag op een wachtlijst staan en zich pijn moeten doen omdat ze moeten huren op de privé-markt. Door een huurcheque kunnen ze op de privé-markt terecht. Dat verkort de wachtlijsten. Dat is ook goed voor de sociale mix, en zo zitten deze mensen in het normale circuit.
Wel moeten we oppassen voor een 'huurval'. Mensen krijgen toelagen en subsidies vanuit verschillende hoeken. Als we dan de rekening beginnen te maken van eventueel een werkloosheidsuitkering en een huursubsidie, wordt de prikkel om terug in het actieve arbeidscircuit te stappen wel erg klein. Dit kan men immers niet terugverdienen op de reguliere arbeidsmarkt. Het is een systeem dat niet aanzet om het eigen lot weer in handen te nemen en te verbeteren. Dit is een grote bekommernis. Ik hoop een wetenschappelijk antwoord te krijgen op de vraag hoe we dat kunnen remediëren.
De voorzitter : Mevrouw Heeren heeft het woord.
Mevrouw Veerle Heeren : Mijnheer de minister, ik dank u voor uw antwoord. Het moet me echter van het hart dat hier de voorbije jaren enorme bochten werden genomen. U kunt daar als vijfde bevoegde minister natuurlijk niet aan doen. Er werd in 1999 een regeerakkoord afgesloten. In elke beleidsbrief werd een nieuw huursubsidiestelsel aangekondigd. Nu zegt u dat u het doorschuift naar de volgende legislatuur en dat uw prioriteit ligt bij het bouwen. Uw voorgangers wilden ook bouwen in 1999, want ze hadden ingeschreven dat ze 15.000 bijkomende sociale huurwoningen zouden realiseren.
Ik blijf erbij dat er een optie is genomen om de contractant niet te informeren. Ik vind dat dit niet kan. Mensen hebben een overeenkomst met de overheid. De overheid zegt nu : 'We hebben geen geld, bel maar eens, want het zal misschien voor deze maand zijn.' U zegt dat u dit niet hebt gewild, en dat het waarschijnlijk voor volgende maand zal zijn. Mijnheer de minister, ik weet niet of u persoonlijk veel mensen kent die recht hebben op een dergelijke huursubsidie. Mocht u de situaties kennen van die gezinnen, dan zou u weten dat ze elke maand alles bij elkaar moeten krabben om rond te komen.
U zegt dat u zich moet schikken naar de begrotingsmaatregel van de Vlaamse regering en dat u het ook niet leuk vindt, maar dat de begroting in evenwicht moet blijven. Bij een begroting bepaalt men een aantal doelstellingen en weet men wat men binnen zal krijgen en wat zal worden uitgegeven. Als er verplichtingen zijn, zeker ten aanzien van de zwakkeren in de samenleving, dan is het de verdomde plicht van de overheid om die na te komen.
De voorzitter : Minister Keulen heeft het woord.
Minister Marino Keulen : Ik communiceer eerlijk over de huursubsidies. Ik acht het ook voor 2004 niet haalbaar. Ik zou er ook mist over kunnen spuien, maar ik geloof in eerlijke communicatie. Ik geloof wel in het instrument als zodanig.
Wat betreft het niet communiceren naar de contractanten, heb ik aangegeven in mijn antwoord dat dit kwam omdat men denkt dat het om een korte vertraging zal gaan van een uitbetaling die normaal gebeurt in oktober. We zitten nu in november en ik hoop dat we er over een paar dagen uit zijn. Ik vind het ook spijtig dat het nog niet is gebeurd, maar men dacht dat men het in oktober zou hebben kunnen doen. Ik heb de term 'leuk', die u aanhaalt, niet gebruikt. Ik heb alleen gezegd binnen welk kader de richtlijn zich situeert. Ik probeer altijd zo zakelijk mogelijk over dergelijke zaken te communiceren.
De voorzitter : Het incident is gesloten