Commissie voor Economie, Landbouw, Werkgelegenheid en Toerisme Vergadering van 16/10/2003
Vraag om uitleg van de heer Jan Laurys tot de heer Renaat Landuyt, minister vice-president van de Vlaamse regering, Vlaams minister van Werkgelegenheid en Toerisme, over de continuïteit van de buurt- en nabijheidsdiensten
De voorzitter : Aan de orde is de vraag om uitleg van de heer Laurys tot de heer Landuyt, minister vice-president van de Vlaamse regering, Vlaams minister van Werkgelegenheid en Toerisme, over de continuïteit van de buurt- en nabijheidsdiensten.
De heer Laurys heeft het woord.
De heer Jan Laurys : Mijnheer de voorzitter,mijnheer de minister, dames en heren, misschien is mijn vraag enigszins achterhaald door de Werkgelegenheidsconferentie. Ik heb gelezen dat er al formules zijn. Dat vernemen we zo dadelijk.
De buurt- en nabijheidsdiensten, de BND's, een experiment van de Koning Boudewijnstichting, zijn opgericht om een duurzame tewerkstelling te realiseren voor kansgroepen, en om tegemoet te komen aan behoeften die door de klassieke kanalen niet worden vervuld. Ze worden meestal in één adem genoemd alhoewel er een verschil bestaat. De buurtdiensten werken onder meer aan participatie. Naast de dienstverlening proberen ze de buurt te betrekken bij de detectie van de behoeften en mogelijkheden, én bij het oplossen van tekorten. Er is permanente dialoog met de werkzoekenden. De nabijheidsdiensten staan in voor effectieve dienstverlening. Tewerkstelling speelt daarbij een rol, maar de detectie van de behoeften gaat uit van de werkgever.
Het personeel maakt zich zorgen. Het experiment zou eind deze maand aflopen. Niemand weet wat er met hen zal gebeuren. De Vlaamse regering zou een tijdelijke verlenging beloofd hebben als overgangsmaatregel. Dat verandert op termijn niets aan de zaak. De werknemers maken zich zorgen over het voortbestaan van hun project. Naast de budgettaire zijn er nog andere problemen gesignaleerd.
De instrumenten die ter beschikking staan om werkgelegenheid te creëren, zijn niet aangepast aan de specificiteit van de BND's. Het gaat om een doorstromingsprogramma. Dat is nuttig voor werkervaring, maar voor permanente dienstverlening is het minder geschikt. In de BND's zitten veel deeltijdse werknemers. Er wordt veel rekening gehouden met de situatie van de doelgroepen. De doorstromingsprogramma's die zich richten op sociale werkplaatsen, invoegbedrijven en -afdelingen, zijn economische projecten. Ze vertrekken vanuit een commerciële redenering en die verschilt nogal eens van het dienstenaanbod van de BND's.
Het geld voor de uitbouw van de dienstverlening vormt eveneens een probleem. De beschikbare middelen dienen voor de tewerkstelling, maar werkingskosten worden niet vergoed. De BND's proberen al lang aan te sluiten bij de sector, maar dat houdt in dat ze hun eigen specificiteit moeten prijsgeven en zich moeten schikken naar de reglementering van de sector. Het dilemma blijft : zich inschakelen in de sector of de eigenheid behouden. Zonder duurzame financiering zullen de BND's op korte of middellange termijn hun personeel moeten ontslaan terwijl ze degelijk en zinvol werk leveren. Het gaat om 428 jobs. Ik geloof dat u en de sociale partners naar een oplossing zoeken.
De BND's vragen om een sectorfonds op te richten dat dient als brug naar de sectorale middelen. Met dat geld zouden nieuwe projecten kunnen starten en zou men bestaande projecten verder kunnen uitbouwen. Met deze overbrugging kunnen ze zich volledig ontwikkelen en nadien overgaan in de reguliere sector. Ten slotte zou het fonds kunnen dienen om de sectoren te stimuleren om hun werking af te stemmen op de eigenheid van de BND's.
Wat is de stand van zaken, mijnheer de minister? Welke toezeggingen hebt u gedaan? Heeft Vlaanderen geld voor de BND's? Werd dat ingebracht in de banenconferentie? Welke engagementen wilt u opnemen om de federale regering aan te sporen werk te maken van het samenwerkingsakkoord over deze BND's?
De voorzitter : Minister Landuyt heeft het woord.
Minister Renaat Landuyt : Mijnheer de voorzitter, dames en heren, ik wil eerst een rechtzetting doen. De BND's zijn geen initiatief van de Koning Boudewijnstichting maar van federaal minister Vande Lanotte en mijzelf. Via de KBS hebben we 3 jaar geleden een fonds opgericht waarmee de BND's worden gefinancierd. De KBS beheert en bewaakt het fonds. De toewijzingen van projecten gebeuren door een jury.
Mijnheer Laurys, om u niet langer in spanning te houden, bevestig ik dat ik gisteren de verlenging van de positief geëvalueerde diensten heb ondertekend. Uw vraag om uitleg heeft me een duwtje gegeven. Vorige maandag hadden we een bijeenkomst met de Koning Boudewijnstichting en de vertegenwoordigers van de diensten om de op de Werkgelegenheidsconferentie afgesproken maatregelen aan te kondigen. Met de bevoegde minister Anciaux werd afgesproken om alles in het werk te stellen om die projecten te verlengen.
De federale overheid zal haar sociale-inschakelingsinitiatieven verruimen. Op het gewestelijk niveau zullen we een erkenningsniveau uitwerken voor de BND's. We proberen dat via de bestaande instrumenten te doen. Enerzijds zijn dat de sociale-inschakelingsinitiatieven van de federale overheid, en anderzijds de ondersteuning van de Vlaamse sociale economie en de technieken inzake invoegbedrijven en -afdelingen. We hopen dat er een structurele subsidiëring kan worden uitgewerkt voor de aard van de dienstverlening en niet alleen voor de tewerkstelling.
De voorzitter : De heer Laurys heeft het woord.
De heer Jan Laurys : Mijnheer de minister, ik ben verheugd dat mijn vraag om uitleg u heeft aangezet tot het goedkeuren van de gunstig geëvalueerde projecten. Ik vermoed dat u ook het beleidsrapport van de BND's hebt ontvangen. Ik begrijp dat het statuut zelf en het sectorfonds binnen de bestaande instrumenten blijven, om de tewerkstelling van de BND's in Vlaanderen te behouden. De BND's zelf vragen een aangepaste structuur.
Minister Renaat Landuyt : Mijnheer Laurys, dat uw vraag om uitleg me heeft aangespoord om de projecten goed te keuren, was een grapje. Via het experimentenfonds wilden we nagaan of er BND's zouden ontstaan. Dat blijkt zo te zijn. Uit het experiment is gebleken dat er een structurele nood is aan die diensten. We moeten echter oppassen dat de betrokkenen zichzelf niet zien als een heel speciale dienst. Een goed beleid zorgt ervoor dat algemene instrumenten worden toegepast in verschillende materies.
Als ik de tekst van het forum lees, dan ben ik bang dat er een gespecialiseerde sector wordt gevormd. De BND's behoren tot de algemene diensten economie, met de bijzonderheid dat ze lokale banden hebben en dat ze een beroep doen op mensen die zichzelf als nutteloos beschouwden.
Ik pleit ervoor om koepels zo algemeen mogelijk te erkennen. We proberen nu om verschillende koepels samen te brengen, om geen verwarring te scheppen op het terrein. Het is niet nodig om een gespecialiseerde koepel te maken.
De heer Jan Laurys : Mijnheer de minister, ik lees in het verslag dat de werkgever bij de aanwerving vertrekt vanuit de noden van de officiële werknemer, van wat hij of zij graag wil en kan, hoeveel uren hij of zij kan combineren met gezin en kinderopvang. Dat is een goed uitgangspunt, maar het is gevaarlijk als dat wordt bevestigd. Als de experimenten eenmaal lopen, begrijp ik dat er geen doorstroming mag zijn. Het is moeilijk omdat er bepaalde verwachtingen worden gecreëerd voor de werknemers, terwijl ze eigenlijk geen volwaardige arbeid kunnen leveren. Die spanning zal er altijd zijn in de sociale economie, en zeker in de BND's. Maar we zijn verheugd dat er een overgangsregeling is voor volgend jaar.
De voorzitter : Het incident is gesloten.