Commissie voor Onderwijs, Vorming en Wetenschapsbeleid Vergadering van 11/02/2003
Vraag om uitleg van de heer Kris Van Dijck tot mevrouw Marleen Vanderpoorten, Vlaams minister van Onderwijs en Vorming, over de gebrekkige toegankelijkheid van scholen voor mensen met bijzondere noden
De voorzitter : Aan de orde is de vraag om uitleg van de heer Van Dijck tot mevrouw Vanderpoorten, Vlaams minister van Onderwijs en Vorming, over de gebrekkige toegankelijkheid van scholen voor mensen met bijzondere noden.
De heer Van Dijck heeft het woord.
De heer Kris Van Dijck : Mijnheer de voorzitter, mevrouw de minister, collega's, u herinnert zich ongetwijfeld dat ik begin november 2002 in deze commissie een interpellatie heb gehouden over de problematiek van de toegankelijkheid van schoolgebouwen voor mensen met andere noden. Ik wil de situatie verder opvolgen. Ik heb bovendien minister Vanhengel ondervraagd over de toegankelijkheid van sportinfrastructuur voor mensen met andere noden.
Ook minister Vogels heeft verantwoordelijkheid in deze materie naar aanleiding van het Europees jaar voor mensen met andere noden. Ik heb haar hierover dus eveneens vragen gesteld. Minister Vogels heeft toen verklaard dat ze elke minister zou vragen om in 2003 een initiatief te nemen waarmee tegemoet wordt gekomen aan de noden van deze mensen.
In mijn eerder gestelde interpellatie verwees ik naar de wet op de toegankelijkheid van gebouwen voor mensen met andere noden. Deze wordt echter niet als norm gehanteerd bij de inrichting van schoolgebouwen. Ik heb toen een aantal cijfers aangehaald uit een studie die in de provincie Antwerpen werd gevoerd. Toegankelijkheid en dies meer scoorden benedenmaats.
We hebben toen een met redenen omklede motie ingediend. Die was op dergelijke manier geformuleerd dat er zowel binnen de DIGO als de ARGO aandacht werd gevraagd voor de toegankelijkheidsproblematiek. U hebt toen gesteld dat de verschillende instanties de wetgeving op een adequate manier moeten toepassen.
Mevrouw de minister, wat is er gebeurd met dit dossier sinds de plenaire zitting van 6 november 2002? Werd dit al geagendeerd op de raden van bestuur van de DIGO en de ARGO? Wat zijn de resultaten? Indien niet, wat is de reden daarvoor? Mevrouw Vogels heeft gezegd dat ze van elke minister voor het einde van 2003 een voorstel verwachtte. Wat is uw voorstel?
De voorzitter : Minister Vanderpoorten heeft het woord.
Minister Marleen Vanderpoorten : Mijnheer de voorzitter, dames en heren, de vraag met betrekking tot de toegankelijkheid van scholen voor personen met bijzondere noden en hoe hiermee wordt omgegaan bij de scholenbouw, is gesteld aan het gemeenschapsonderwijs en aan de DIGO. Ik heb het antwoord van het gemeenschapsonderwijs ontvangen, maar van de DIGO nog niet. Van zodra ik van beide instellingen de antwoorden in mijn bezit heb, kan ik u uitgebreid informeren.
Dan had u nog een vraag over initiatieven voor het Europees jaar van personen met een handicap. Uw vraag had betrekking op de toepassing van de wet van 17 juli 1975 betreffende de toegang van personen met een handicap tot gebouwen. Ik moet daarvoor ook eerst de antwoorden van het gemeenschapsonderwijs en de DIGO ontvangen. Of bedoelde u iets anders?
De heer Kris Van Dijck : Ik heb tijdens een actuele vraag minister Vogels gevraagd of de Vlaamse regering initiatieven zou nemen met betrekking tot het Europees jaar van personen met een handicap. De minister heeft toen gezegd dat ze aan elke minister zou vragen om een voorstel neer te leggen dat daarin past. De problematiek van personen met een handicap strekt zich uit over alle beleidsdomeinen. Ze zijn zelf vragende partij voor een geïntegreerd beleid dienaangaande. Toen ik minister Vogels begin januari vroeg naar een stand van zaken, zei ze dat ze dit had aangekaart binnen de Vlaamse regering. Elke minister zou tegen 31 januari 2003 een voorstel neerleggen. Ik zal minister Vogels hierover trouwens opnieuw een vraag stellen. Ik veronderstelde echter dat u uw voorstel klaar zou hebben. Vandaar mijn vraag aan u.
Minister Marleen Vanderpoorten : Ik sluit niet uit dat er initiatieven genomen zijn op het niveau van de verschillende administraties. Ik had de indruk dat het uw bedoeling was om concrete beleidsvoorstellen te doen. Er wordt bij ons uiteraard veel gepraat over personen met een handicap. De voorstellen die worden gedaan, passen in het dagelijks beleid en niet speciaal in het Europees jaar van personen met een handicap.
Op het vlak van de gebouwen heb ik nog een antwoord tegoed van de DIGO.Van zodra ik dat heb, zal ik daarover uitgebreid verslag uitbrengen in deze commissie. Voor het tweede deel van uw vraag, moet u zich richten tot minister Vogels.
De voorzitter : De heer Van Dijck heeft het woord.
De heer Kris Van Dijck : U zegt dat u wacht op het antwoord van de DIGO. Hoe gaat het dan verder? Moet ik u over 14 dagen opnieuw een vraag om uitleg stellen over dit onderwerp?
Minister Marleen Vanderpoorten : We zullen de DIGO vragen wanneer we het antwoord mogen verwachten. We zullen een deadline voorstellen. Daarna kan u opnieuw een vraag stellen.
De voorzitter : Het incident is gesloten.