Commissie voor Welzijn, Volksgezondheid en Gelijke Kansen Vergadering van 21/01/2003
Vraag om uitleg van mevrouw Trees Merckx-Van Goey tot mevrouw Mieke Vogels, Vlaams minister van Welzijn, Gezondheid, Gelijke Kansen en Ontwikkelingssamenwerking, over het stijgend aantal diabetespatiënten onder jonge kinderen
De voorzitter : Aan de orde is de vraag om uitleg van mevrouw Merckx tot mevrouw Vogels, Vlaams minister van Welzijn, Gezondheid, Gelijke Kansen en Ontwikkelingssamenwerking, over het stijgend aantal diabetespatiënten onder jonge kinderen.
Mevrouw Merckx heeft het woord.
Mevrouw Trees Merckx-Van Goey : Mevrouw de voorzitter, mevrouw de minister, collega's, het aantal kinderen met diabetes stijgt.Wat ook opvalt is dat de ziekte op steeds jongere leeftijd wordt vastgesteld.
Uit onderzoek is gebleken dat de toename zich vooral manifesteert bij kinderen onder de 5 jaar. De gemiddelde leeftijd waarop kinderen diabetes krijgen is nu 7,5 jaar. In 1988 en 1990 lag die leeftijd nog boven de 9 jaar. Een andere vaststelling is dat bij Marokkaanse kinderen diabetes vaker voorkomt dan bij Vlaamse kinderen.
Er moet dringend onderzoek gebeuren naar de oorzaak van het stijgende aantal jonge diabetespatiënten. De prevalentie bij allochtone kinderen moet in dat onderzoek bijzondere aandacht krijgen. De resultaten van die onderzoeken zouden dan moeten leiden tot een preventie- en informatiecampagne waarbij kinderen, ouders, scholen en andere verantwoordelijken bewust worden gemaakt van de problematiek. Kinderen regelmatig laten controleren en in staat zijn de symptomen vroegtijdig te ontdekken, kan veel leed besparen. Ook voor de Marokkaanse kinderen is het belangrijk dat er campagnes worden georganiseerd. Tijdens de ramadan worden immers heel wat suikerrijke voedingsmiddelen gegeten om voldoende energie te hebben om de rest van de dag door te komen.
In Nederland is al heel wat onderzoek gevoerd en zijn er al een hele reeks campagnes gevoerd.
Van een aantal factoren en evoluties in onze samenleving staat het vast dat ze de toename van diabetespatiënten in de hand werken. Overgewicht is de epidemie van deze eeuw. Mensen eten meer eiwitten en worden dus langer. Ze eten meer suiker en vet en worden daardoor ook zwaarder. Dat kan onze gezondheid bedreigen. Overgewicht is belastend voor het hart en voor de beenderen en kan diabetes versnellen. We hebben dat in de commissie al veel gehoord en gezegd. Kinderen krijgen bijzonder veel suiker binnen, zelfs al wordt de hoeveelheid snoep beperkt. Ik denk onder meer via drank, ontbijtgranen, koekjes en snoep.
Daarnaast bewegen kinderen steeds minder. Daar zijn tal van redenen voor. In grote steden bijvoorbeeld is het te gevaarlijk op straat. Er zijn ook nog maar weinig ouders bereid om na het werk met hun kinderen te gaan wandelen of ravotten in het park. Het enige lichaamsdeel van de jongere dat echt beweging krijgt, is ongetwijfeld de vinger of duim. Op de computer of de gsm wordt die dagelijks getraind.
Net als volwassenen vinden kinderen suiker en vet heerlijk. De oorzaak daarvan is terug te vinden in vroegere tijden, toen er nog regelmatig periodes van voedselschaarste en hongersnood waren. De mens had toen een voorraad vet nodig, maar bij ons is dat niet meer aan de orde.We hebben echter blijkbaar nog niet geleerd hoe om te gaan met wat goed en slecht is voor ons. Gezond eten komt ook niet vanzelf. Kinderen weten niet wat ze nodig hebben om te groeien. Het is de taak van de ouders om erop te letten dat ze voldoende en de juiste voedingsstoffen binnen krijgen. Kinderen die veel zoetigheid eten, hebben elk uur bij een daling van de suikerspiegel behoefte aan meer. Het is een vicieuze cirkel. Scholen hebben ook een belangrijke invloed. Ze stimuleren bijvoorbeeld het plaatsen van waterkraantjes in plaats van grote frisdrankautomaten.
Mevrouw de minister, welke specifieke preventiemaatregelen hebt u genomen om diabetes bij jonge kinderen te voorkomen, zowel gericht op kinderen als op ouders? Bent u in het bezit van een onderzoek naar de omvang en redenen van de verhoogde vaststelling? Bent u op de hoogte van een toename van diabetes bij Marokkaanse kinderen? Hebt u maatregelen genomen om in allochtone groepen hieromtrent informatie te verstrekken aan ouders en zorgverleners?
De voorzitter : Mevrouw Hermans heeft het woord.
Mevrouw Margriet Hermans : Mevrouw de voorzitter, mevrouw de minister, deze discussie kan uren doorgaan. Mevrouw de minister, ik zou u bewonderen als u straks het passende antwoord gaf op dit probleem. Daar lig ik al een hele week van wakker, nog meer dan van het uit de bocht gaan met hoge snelheden.
Mijn eigen dochtertje bleek plots ook aan diabetes te lijden. Ik wil de diabetesvereniging feliciteren met hun goede begeleiding, zowel in het ziekenhuis als thuis. Ik ben verrast over de degelijkheid van de organisatie.We moeten wel het onderscheid maken tussen type 1 en type 2. Ik weiger te geloven dat type 1 bij kinderen alleen te maken heeft met voeding en beweging.We leven al 40 jaar met de beroemde voedseldriehoek en we worden bij wijze van spreken met zijn allen steeds dikker en ongezonder.
Er is ook een stijging van allerlei vormen van allergieën bij kinderen. Ik denk bijvoorbeeld aan astma. Het gaat vooral om stofwisselingsstoornissen. Heeft dat alleen met onze voeding te maken? Of spelen er milieufactoren mee? Mevrouw de minister, wordt deze problematiek in het algemeen genoeg opgevolgd?
De voorzitter : Minister Vogels heeft het woord.
Minister Mieke Vogels : Mevrouw de voorzitter, dames en heren, mevrouw Hermans heeft natuurlijk gelijk als ze zich afvraagt wat ik hier als minister op moet antwoorden. Het zal zeker niet de absolute waarheid zijn. De wetenschap weet ook nog altijd niet goed wat de oorzaken zijn, zeker van type 1-diabetes. Type 1 is de insuline-afhankelijke diabetes. Deze komt de jongste jaren in westerse landen meer voor bij kinderen van steeds jongere leeftijd. We zitten in een samenleving die steeds op zoek gaat naar een schuldige. Ouders krijgen een schuldgevoel aangepraat omdat het kind te zoet of te vet heeft gegeten, ook al zijn daar geen wetenschappelijke bewijzen voor.Type 1 komt voor 'door een selectieve destructie van bepaalde cellen in de eilandjes van Langerhans in de pancreas'. De wetenschap staat voor een raadsel waarom die destructie begint.
Dat betekent dat het niet zo evident is om preventiecampagnes op te zetten. Het is helemaal niet bewezen dat dit een gevolg is van slechte voeding. Er zijn wel een aantal werkhypotheses. Zo komt het meer voor in westerse landen, waardoor de link wordt gelegd met onze manier van leven en eten. Er wordt altijd verwezen naar de consumptie van snel resorbeerbare suikers en vetrijke voeding en naar minder lichaamsbeweging. Informatie over gezonde voeding is belangrijk voor alles. Vandaar dat de Vlaamse overheid als een van de gezondheidsdoelstellingen 'gezonde voeding' naar voren heeft geschoven.We proberen dat te promoten via de consultatiebureaus van Kind & Gezin.We stellen vast dat de problemen beginnen eens de kinderen van de melkvoeding af zijn. De grote hoeveelheden roosvicee in de fruitpap zorgen voor problemen. Kind & Gezin probeert nu duidelijk te maken dat bij de omschakeling van melkvoeding naar vaste voeding, kinderen geen zoete toevoegingen nodig hebben.
Ook in de scholen is het vechten tegen de bierkaai. Als we ingaan tegen de cola- en wafelautomaten, en waterfonteintjes promoten, krijgen we in de eerste plaats de ouderverenigingen tegen, omdat die automaten zorgen voor extra-inkomsten voor buitenschoolse activiteiten. Vertel me niet dat dit het gevolg is van het feit dat het onderwijs ondergesubsidieerd is. Vroeger waren er andere manieren om aan geld te geraken, nu is een automaat gemakkelijk en het wordt aangepraat door de cola-industrie.
Het gaat trouwens van kwaad naar erger. Sommige CLB's melden me dat in bepaalde scholen kinderen zonder ontbijt naar school gaan. Ze brengen dan een zakje chips en een blik cola mee als ontbijt. De verantwoordelijkheid van de ouders is zeer groot. De vraag blijft hoe we dat kunnen omkeren.
Van diabetes type 1 is niet bewezen dat er een rechtstreeks verband is met het voedingspatroon. Bepaalde onderzoeken wijzen op een genetische voorbeschiktheid. Het is niet evident om kinderen met een bepaald gewicht, of om de hele schoolbevolking te screenen op diabetes.
In 1989 werd het Belgisch diabetesregister opgericht. Sinds 1991 wordt het financieel gesteund door de Vlaamse Gemeenschap. Ook het Wetenschappelijk Instituut Volksgezondheid heeft via de huisartsenpeilpraktijken in 2000 voor de tweede maal een registratie van diabetes type 1 en type 2 in kaart gebracht. Over beide registraties hebben we gerapporteerd in de publicatie 'Gezondheidsindicatoren' van de Vlaamse administratie. Het Belgisch diabetesregister registreert alle nieuwe gevallen van diabetes bij personen van minder dan 40 jaar, indien de patiënten daarin toestemmen. Initieel werden alleen de type 1-patiënten geregistreerd, maar sinds 1994 kunnen ook andere types worden opgenomen. De registratie gebeurt door diabetologen, die verbonden zijn aan 7 universitaire en meer dan 65 niet-universitaire instellingen.
Het arrondissement Antwerpen, waar de registratie werd opgestart en waar een zeer intense samenwerking bestaat met huisartsen, pediaters en endocrinologen, fungeert als referentieregio voor het hele land. Als over Antwerpen iets positief gezegd kan worden, dan mag dat ook eens.
In Antwerpen is de registratie, blijkens een controle- onderzoek, van diabetes type 1 nagenoeg volledig. In andere regio's is de registratie minder volledig. Voor Vlaanderen komt het diabetesregister uit op een incidentie van 7 op 100.000 inwoners per jaar. Er wordt vermoed dat het reële cijfer 10 per 100.000 is. In verscheidene Europese landen, onder andere Finland en Groot-Brittannië, werd recentelijk een toename waargenomen van de incidentie van diabetes type 1 bij jonge kinderen, vooral bij kinderen onder de 5 jaar. Ons diabetesregister stelt in het arrondissement Antwerpen dezelfde trend vast. In de leeftijdsgroep van 0 tot 14 jaar is de gemiddelde jaarlijkse toename 1,8 percent, bij kinderen onder de 5 jaar zelfs 5 percent. Tegelijk is de toename bij volwassenen, 15- tot 39-jarigen, afgenomen. Als gevolg van die tegengestelde bewegingen wijzigde de totale incidentie van diabetes type 1 in die regio niet noemenswaardig. De toename berust misschien wel op een vroegtijdiger expressie van diabetes. Hoe komt het dan dat diabetes zich vroegtijdiger manifesteert? Heeft dat te maken met voeding? Zo komen we terug bij de eerste vragen.
In Vlaanderen wordt wel degelijk goed geregistreerd. Er zijn heel wat contacten met andere Europese landen, ook op universitair niveau. Dat belet echter niet dat over oorzaak en gevolg van de toename bij jonge kinderen geen sluitend antwoord kan worden gegeven.
Marokkaanse kinderen lopen een grotere kans op diabetes. Men vermoedt dat de registratie in Vlaanderen niet perfect verloopt. Men legt ook een verband met andere gegevens, die wel zijn bestudeerd. Zo zouden vooral Marokkaanse meisjes duidelijk meer tandcariës vertonen, zelfs van blijvende tanden vanaf de kleuterleeftijd. Dat kan wijzen op een verhoogd gebruik van snel resorbeerbare suikers. Door het LOGO Brussel werd, in samenwerking met het Vlaams Instituut voor Gezondheidspromotie, voor buurtwerkers en vormingswerkers een specifiek pakket voor gezonde voeding voor allochtone vrouwengroepen uitgewerkt, met als doel de preventie van diabetes te bevorderen en het gebruik van suikers te verminderen. De pakketten staan ter beschikking van de LOGO's. Ten slotte, naar aanleiding van de opleiding van gegradueerde in de dieetleer wordt momenteel in het VIG nagedacht over het toepasbaar maken van voedingsdriehoeken op voedingsmiddelen uit de Maghreblanden om zo gezonde voeding te promoten.
Het probleem is dus reëel, maar de oorzaak ervan is niet duidelijk afgelijnd. Er is een spoor dat leidt naar voedingsgewoonten en hoger suikerverbruik. De toename bij de jonge kinderen gaat gepaard met een afname bij de jonge volwassenen. Het totale aantal diabetespatiënten type 1 neemt dus niet echt toe.
Mevrouw Trees Merckx-Van Goey : Dat is niet zo'n verheugend nieuws. Diabetes is een ziekte die op de ontwikkeling van kinderen weegt, hun kansen aantast en voor de rest van hun leven een nood aan zorg met zich meebrengt. Ik dank u, mevrouw de minister, voor het feit dat zij dit ook bevestigt.
Lopen er op dit ogenblik onderzoeken over dit probleem, die u financiert? Ik heb het hier niet over de registratie. Plant u nog verder onderzoek naar de oorzaken? Overweegt u het pakket dat in Brussel ter attentie van allochtone gezinnen is uitgewerkt, ook in Vlaanderen te verspreiden?
Ook in deze commissie woedt de discussie over inburgering. We hebben het altijd over de plichten van allochtonen. We moeten het beleid echter beter differentiëren en rekening houden met culturele verschillen. Blijkbaar komen de verschillen slechts terloops, zoals via gegevens over tandcariës, aan bod. Er zou verder onderzoek naar de oorzaken moeten gebeuren.
De voorzitter : Het incident is gesloten.