Commissie voor Openbare Werken, Mobiliteit en Energie Vergadering van 27/06/2002
Vraag om uitleg van de heer Johan Malcorps tot de heer Steve Stevaert, minister vice-president van de Vlaamse regering, Vlaams minister van Mobiliteit, Openbare Werken en Energie, over de veralgemening van het inhaalverbod voor vrachtwagens
De voorzitter : Aan de orde is de vraag om uitleg van de heer Malcorps tot de heer Stevaert, minister vice-president van de Vlaamse regering, Vlaams minister van Mobiliteit, Openbare Werken en Energie, over de veralgemening van het inhaalverbod voor vrachtwagens.
De heer Malcorps heeft het woord.
De heer Johan Malcorps : Mevrouw de voorzitter, mijnheer de minister, collega's, deze vraag om uitleg betreft een idee dat niet nieuw is, wel integendeel.
In Nederland komt er een inhaalverbod voor vrachtwagens op alle wegen. Ik heb in de pers kunnen lezen dat minister Stevaert ook een enthousiast voorstander is van dat inhaalverbod en dat graag bij ons gerealiseerd zou zien. Deze namiddag zal ik in de Senaat dezelfde vraag stellen aan minister Durant. Ik hoop dus tegen vanavond te weten wat de stand van zaken is in dit dossier.
In Nederland werd over dit inhaalverbod een akkoord bereikt tussen de aanstaande coalitiepartners, maar ook de vorige regering stond al ver. Op 1 februari van dit jaar werd het inhaalverbod voor vrachtwagens door de uittredende minister Netelenbos al uitgebreid naar zowat de helft van alle autosnelwegen met 2 maal 2 rijstroken. Het verbod geldt nu voor maar liefst 1.011 kilometer snelweg en zowat alle drukke stukken snelweg in Nederland. Ook de duur van het inhaalverbod is sinds 1 februari verlengd op de zwaarst belaste routes : het inhaalverbod geldt daar nu ononderbroken van 6 uur 's morgens tot 7 uur 's avonds. Een mogelijk inhaalverbod op snelwegen met 2 maal 3 rijstroken wordt nog onderzocht. De nieuwe regering die binnenkort zal aantreden, zal deze doelstellingen overnemen en zelfs nog verstrakken.
Mijnheer de minister, wat is de stand van zaken voor het inhaalverbod in Vlaanderen? Begin 1998 begonnen we in Vlaanderen te experimenteren met een inhaalverbod tijdens de spitsuren. De evaluatie was positief en het inhaalverbod werd uitgebreid naar een nieuwe reeks wegvakken. Betekent dit nu dat we uit de experimentele fase zijn en dat een stelselmatige invoering mogelijk wordt? Wat zijn de concrete mogelijkheden, gezien de bevoegdheidsverdeling tussen het gewestelijk en federaal niveau? Overweegt u een verdere uitbreiding en veralgemening naar Nederlands model, bijvoorbeeld op meer wegvakken, voor alle vrachtwagens boven de 3,5 ton, gedurende langere periodes, en eventueel op snelwegen met 2 maal 3 rijstroken? Wordt hierover overleg gepleegd met de andere gewesten en de federale overheid? Is er geen akkoord mogelijk?
De voorzitter : Minister Stevaert heeft het woord.
Minister Steve Stevaert : Mevrouw de voorzitter, collega's, reeds enkele jaren geleden werd op vrij uitgebreide schaal een inhaalverbod voor vrachtwagens ingevoerd op de Vlaamse autosnelwegen met 2 rijstroken per rijrichting. Als criterium voor de invoering van dit inhaalverbod gold een intensiteit van het autoverkeer die de theoretische wegcapaciteit zeer dicht benadert. Hetzelfde criterium wordt ook in Nederland gehanteerd. Dit inhaalverbod geldt thans enkel in de spitsuren.
Ten gevolge van het inhaalverbod verloopt het verkeer rustiger en gelijkmatiger tijdens de spits. Dit is positief voor de verkeersveiligheid en de verkeersafwikkeling. Mogelijke negatieve effecten zoals een probleem om ter hoogte van de op- en afritten doorheen de rij vrachtwagens te weven worden nauwelijks vastgesteld en wegen in elk geval niet op tegen de voordelen van het gelijkmatiger verkeersverloop.
In het begin stond de sector van vrachtwagentransporteurs vrij sceptisch tegenover het inhaalverbod. De sector heeft ondertussen zelf kunnen vaststellen dat er geen enkele vertraging is ten gevolge van het inhaalverbod voor vrachtwagens. Op dit ogenblik is zelfs de beroepsorganisatie Febetra gewonnen voor een veralgemening van het inhaalverbod voor vrachtwagens.
Het Vlaams Gewest is daarom ook voorstander van een veralgemening van het inhaalverbod waarvan afgeweken kan worden in bijzondere lokale omstandigheden. Op een aantal wegvakken met 3 rijstroken of meer, zoals op de E17 tussen Gent en Antwerpen, is een inhaalverbod voor vrachtwagens immers niet haalbaar omdat er meer vrachtverkeer is dan één rijstrook kan verwerken. Aan de andere kant is op sommige vakken van het autosnelwegennet de verkeersbelasting zodanig laag dat een inhaalverbod overbodig is. Het betreft hier vooral een aantal overgedimensioneerde autosnelwegen in Wallonië. Om deze reden lijkt een veralgemening van het inhaalverbod met afwijkingsmogelijkheid mij de beste oplossing.
Vlaanderen heeft in het verleden heel wat kritiek gekregen toen het dat inhaalverbod installeerde, omdat men ervoor vreesde dat er een muur van vrachtwagens zou ontstaan op het rechterrijvak. We hebben toen video-opnames gemaakt, en daaruit bleek dat er geen muur ontstond. Er was ook vrees voor tijdverlies, maar uit de praktijk bleek dat de doorstroomsnelheid hoger ligt bij een inhaalverbod omdat het vervelende weefgedrag wegvalt.
In Vlaanderen moeten we dat inhaalverbod opleggen met verkeersborden. Indien het verbod algemene regel wordt, moeten we veel minder verkeersborden plaatsen. Ik pleit dus voor het invoeren van dat verbod als algemene regel waarbij er afwijkingsmogelijkheden zouden zijn voor de regio's. Dan kan Wallonië doen wat het wil, en dan kunnen wij ook doen wat wij willen. Voor Wallonië zal dat misschien betekenen dat ze wat extra borden moeten kopen, terwijl wij er moeten verwijderen.
De voorzitter : De heer Malcorps heeft het woord.
De heer Johan Malcorps : Mijnheer de minister, ik volg u dat we naar een veralgemening zouden gaan om minder borden te hebben. De facto kunt u via verkeersborden een veralgemening in het Vlaams Gewest realiseren en ook gedurende een langere periode en voor alle types van vrachtwagens.
Minister Steve Stevaert : Dit heeft ook zijn limieten. Wij moeten dat elke keer uittesten. Het is momenteel nog altijd een uitzonderingsregime. Wij zijn het verbod nu aan het veralgemenen, maar het is in feite geen goed systeem om dat met borden te doen.
De voorzitter : Het incident is gesloten.