Commissie voor Openbare Werken, Mobiliteit en Energie Vergadering van 22/02/2001
Vraag om uitleg van de heer Dirk De Cock tot mevrouw Vera Dua, Vlaams minister van Leefmilieu en Landbouw, over de ingebrekestelling ten aanzien van de havenuitbreidingspolitiek door de Europese Commissie
De voorzitter : Aan de orde is de vraag om uitleg van de heer De Cock tot mevrouw Dua, Vlaams minister van Leefmilieu en Landbouw, over de ingebrekestelling ten aanzien van havenuitbreidingspolitiek door de Europese Commissie.
Minister Stevaert zal antwoorden in naam van minister Dua.
De heer De Cock heeft het woord.
De heer Dirk De Cock : Mevrouw de voorzitter, dames en heren, ik heb vernomen dat minister Stevaert namens de regering op mijn vraag zal antwoorden. In een actuele vraag van 7 februari gericht tot minister Stevaert, heb ik de problematiek al even aangehaald. (Gelach)
Mijnheer de minister, u hebt me toen geantwoord dat de administratie door u werd belast met het onderzoek van de brief van Europees Commissaris Wallström over de ingebrekestelling van de Belgische staat, en dus ook van het Vlaams Gewest als verantwoordelijke overheid. U hebt verteld dat we over twee maanden tijd beschikken om een antwoord te geven op het lijvige rapport van de Europese Commissie van 18 januari, dat de inhoud van het rapport zowel met inhoudelijke als procedurele bedenkingen wordt gestaafd en dat de diverse administraties een en ander momenteel bekijken.
Op 8 februari ontving ik van de minister-president een antwoord op een brief van mij van 26 januari, waarin ik hem vroeg of ik over het betreffende document zou kunnen beschikken. Hij antwoordde me dat hij nog steeds niet officieel op de hoogte werd gebracht van de ingebrekestelling door de Europese Commissie. Hij schreef me : 'Uit navraag bij mijn collega's blijkt dat minister Dua hieromtrent briefwisseling heeft ontvangen en voor onderzoek aan haar administratie heeft overgemaakt.'
Mijnheer de minister, de Vlaamse parlementsleden hebben nog geen kennis kunnen nemen van de brief van mevrouw Wallström. Kunt u me vertellen of het klopt dat minister Dua de zaak coördineert? Welke administratie is belast met het onderzoek? Wat is de stand van zaken? Klopt het dat het antwoord klaar moet zijn tegen 18 maart? Wanneer wordt het parlement op de hoogte gebracht van de klacht van de Europese Commissie en van de reactie van de Vlaamse regering erop? Is het mogelijk om een kopie krijgen van de brief van de Europees Commissaris?
De voorzitter : De heer Stassen heeft het woord.
De heer Jos Stassen : Mevrouw de voorzitter, mijnheer de minister, in maart 1999 heb ik u een soortgelijke vraag gesteld over de eerste brief. U hebt me toen geantwoord dat het de taak was van de toenmalige minister van Leefmilieu, de heer Kelchtermans, om te antwoorden. Ik veronderstel dat nu dezelfde procedures worden gevolgd en dat u een gelijkaardig antwoord zult geven.
Ik heb het al dikwijls gezegd, maar neem de kans nogmaals te baat te benadrukken dat niemand er baat bij heeft de ontwikkeling op Linkeroever, de bouw van het Deurganckdok en de gedeeltelijke bouw van het Verrebroekdok, tegen te houden. Het is niet verantwoord om de werken stil te leggen omwille van een paar problemen. Een MER van het gehele gebied kan de werken stilleggen voor een jaar of langer. Ik hoop dat we ons kunnen houden aan de beslissingen van de Vlaamse regering over het gewestplan van september 2000.
De voorzitter : Minister Stevaert heeft het woord.
Minister Steve Stevaert : Mevrouw de voorzitter, mijnheer De Cock, ik kan u nogmaals bevestigen dat mijn collega, bevoegd voor Leefmilieu en Landbouw, een brief van de Europese Commissie heeft ontvangen. De brief is gedateerd op 18 januari en is gebaseerd op artikel 226 van het EG-verdrag. Hij is een gevolg van twee klachten die in 1998 werden ingediend bij de Europese Commissie tegen de aanleg van het Verrebroekdok en het Deurganckdok in de Waaslandhaven. Op 7 februari jongstleden bevestigde ik dit reeds in een antwoord op gelijkaardige actuele vragen.
De Vlaamse regering beschikt over een termijn van twee maanden om haar argumentatie kenbaar te maken bij de Europese Commissie. De mogelijkheid bestaat om een verlenging van de antwoordtermijn te vragen. Het multidisciplinair karakter van de problematiek en de complexiteit ervan zouden een vraag tot verlenging kunnen verantwoorden. Over de aanvraag tot een verlenging van de termijn werd nog geen formele beslissing genomen. In de regel beperkt de Commissie de mogelijkheid tot verlenging van de termijn tot maximaal twee maanden.
Momenteel onderzoeken diverse administraties het schrijven van de Europese Commissie op multidisciplinaire wijze. Er wordt een inbreng verwacht van diverse afdelingen van Aminal, AWZ en van Arohm. Minister Dua verzocht de secretaris-generaal van LIN om de werkzaamheden te coördineren. De afdeling Europa en Milieu van Aminal zal instaan voor de redactie.
Vermits de Europese Commissie een lijvig document bezorgde met een groot aantal vragen, zal het formuleren van een antwoord enige tijd in beslag nemen. Het is de intentie van de Vlaamse regering om op gecoördineerde wijze haar argumentatie binnen de beschikbare termijn over te maken aan de Europese Commissie.
De brief van 18 januari is in feite het begin van een juridische procedure die een voorbereiding kan zijn voor een contentieuze procedure bij het Hof. Het gaat bijgevolg om een document dat het voorwerp is van een Europees rechterlijke procedure. Daarenboven kan het worden aangewend door derden om geschillen voor Belgische rechtbanken aanhangig te maken. Ik betreur dat delen van de brief in de media aan bod kwamen. Het is niet gebruikelijk om stukken met betrekking tot een juridisch geschil ter beschikking te stellen van het parlement. In de gegeven omstandigheden lijkt het niet gepast om vanuit de regering inhoudelijke informatie of commentaar te verstrekken.
Als zou blijken dat de opmerkingen van de Europese Commissie gegrond zijn, zal er ten volle rekening mee worden gehouden bij de huidige projecten. We zullen er ook op toezien dat voor de toekomstige projecten in de Waaslandhaven en elders, de Europese regels correct worden nageleefd. Alle betrokken diensten en besturen zullen duidelijk worden geïnformeerd. Op korte termijn wordt werk gemaakt van een verankering in het intern recht van de Europese richtlijnen met betrekking tot de vogel- en Habitatrichtlijngebieden.
De voorzitter : De heer De Cock heeft het woord.
De heer Dirk De Cock : Mijnheer de minister, ik sluit me aan bij de heer Stassen. Het stilleggen van de werken heeft geen zin en zou bovendien nefast zijn. Ik roep dan ook op om een heel degelijk antwoord te geven zodat de werken niet in het gedrang komen.
Ik blijf nog een beetje op mijn honger zitten, want u hebt nog niet verteld of wij een kopie van de brief kunnen krijgen.
De voorzitter : Minister Stevaert heeft het woord.
Minister Steve Stevaert : Mijnheer De Cock, ik herhaal nog even waarom we geen kopie ter beschikking stellen van het parlement. Misschien lijkt het vreemd, maar ik verzeker u dat er een logica zit achter onze reden.
De brief van 18 januari is in feite het begin van een juridische procedure die een voorbereiding kan zijn voor een procedure bij het Hof. Het gaat bijgevolg om een document dat het voorwerp is van een Europees rechterlijke procedure. Daarenboven kan het worden aangewend door derden om geschillen voor Belgische rechtbanken aanhangig te maken. Ik betreur dat delen van de brief in de media aan bod kwamen. Het is niet gebruikelijk om stukken met betrekking tot een juridisch geschil ter beschikking te stellen van het parlement. Van zodra de zaak is afgesloten, is uw vraag naar een kopie meer dan opportuun. Het is echter niet verstandig om nu al een tussenstand mee te delen.
De voorzitter : Het incident is gesloten.