Commissie voor Openbare Werken, Mobiliteit en Energie Vergadering van 11/01/2000
Vraag om uitleg van de heer Johan Malcorps tot de heer Steve Stevaert, minister vice-president van de Vlaamse regering, Vlaams minister van Mobiliteit, Openbare Werken en Energie en tot de heer Dirk Van Mechelen, Vlaams minister van Economie, Ruimtelijke Ordening en Media, over mobiliteitsinvesteringen
De voorzitter : Aan de orde is de vraag om uitleg van de heer Malcorps tot de heer Stevaert, minister vice-president van de Vlaamse regering, Vlaams minister van Mobiliteit, Openbare Werken en Energie en tot de heer Van Mechelen, Vlaams minister van Economie, Ruimtelijke Ordening en Media, over mobiliteitsinvesteringen.
De heer Malcorps heeft het woord.
De heer Johan Malcorps : Mevrouw de voorzitter, mijnheer de minister, vorig jaar mochten we via de pers vernemen dat u samen met minister Van Mechelen een plan klaar hebt om nieuwe middelen vrij te maken voor mobiliteitsinvesteringen in Antwerpen en Gent. De participatie van het Vlaams Gewest in de GIMV zou worden gereduceerd van 70 tot 51 percent, en later zelfs verder tot een minderheidsparticipatie.
Deze eerste beweging, met name het verzilveren van een aandeel van bijna 20 percent, zou ongeveer 10 miljard frank opleveren. Met dit geld zou een privaat-publieke samenwerking worden opgestart zodat de fileproblemen in Antwerpen en Gent kunnen worden aangepakt. Men denkt daarbij in eerste instantie aan het sluiten van de kleine ring in Antwerpen. Dat project op zich zal echter al een slordige 15 miljard frank kosten, zodat dit beginbedrag meteen opgesoupeerd zou zijn.
Verder denkt men aan het financieren van tunnels onder de Singel of een parkeergarage en tunnel onder de Leien. Recent las ik in de krant dat er ook wordt gedacht aan de ondertunneling van de kruispunten aan de Boomsesteenweg door middel van deze financieringswijze. Men baseert zich daarbij op voorstellen van de Antwerpse gouverneur Paulus, waarbij blijkbaar wordt verwezen naar de staten generaal die de gouverneur voorzit, maar waar Vlaamse parlementsleden uitdrukkelijk niet worden uitgenodigd. Opmerkelijk is in elk geval dat in het kader van die staten-generaal en de genoemde voorstellen voor privaat-publieke samenwerking enkel autoweginfrastructuur in aanmerking schijnt te komen voor alternatieve financiering.
Dit staat haaks op afspraken die werden gemaakt in verband met het Vlaams mobiliteitsplan. Zoals reeds herhaaldelijk was gezegd in deze commissie zou begin 2001 moeten blijken welke ontbrekende schakels er moeten worden ingevuld, onder andere rond het Antwerpse, om de bereikbaarheid van de stad en de haven te verzekeren. Dit kunnen ontbrekende autoschakels zijn - daar is iedereen het over eens -, maar het kunnen ook ontbrekende tram- of spoorlijnen, fietsassen of waterwegen zijn. Bij de begrotingsbespreking werd dit door iedereen - ook door u en door de VLD-fractie - bevestigd. Bovendien worden ook investeringen opgenoemd die nu zijn ingeschreven op het normale meerjareninvesteringsprogramma. Ik denk bijvoorbeeld aan de investeringen in verband met de Singel. Hierdoor neemt de onduidelijkheid nog toe.
Daarom wou ik de volgende vragen stellen aan de ministers Stevaert en Van Mechelen. Klopt het dat een verzilvering van de aandelen van de GIMV wordt overwogen en dat dit geld zal worden toegewezen aan mobiliteitsinvesteringen, meer in het bijzonder aan het opstarten van een publiek-private samenwerking? Wordt een vermindering van de participatie van het Vlaams Gewest beneden de 51 percent ook overwogen?
Is er al zicht op het vervolg van het verhaal? Met 10 miljard frank alleen zijn we er natuurlijk nog lang niet. Als de verkoop van de GIMV-aandelen nu al in de pers wordt gelanceerd, betekent dit dan dat de lopende studies nu zijn afgerond? Is er al zicht op mogelijke partners voor zo een publiek-private samenwerking? Zal de 10 miljard frank van de GIMV sowieso ook zonder verdere inbreng van de privé-sector voor mobiliteitsinvesteringen worden ingezet?
Aan welke investeringen wordt nu eigenlijk gedacht? Gaat het enkel om investeringen in Antwerpen en Gent, en over welke verhouding tussen die beide steden gaat het dan? Komen ook andere dan auto investeringen eventueel in aanmerking? Wordt voor de concrete toewijzing van middelen gewacht op het Vlaams mobiliteitsplan, of is er bijvoorbeeld via de Antwerpse provinciegouverneur toch een soort parallelle besluitvorming bezig?
De voorzitter : De heer Caluwé heeft het woord.
De heer Ludwig Caluwé : Mevrouw de voorzitter, met twee aspecten van de vraag van de heer Malcorps ben ik het volledig eens. Het gaat dan over de besteding van de gelden die van de GIMV zouden komen. Er is sprake van 10 miljard frank. Op basis van alles wat in de pers verschijnt, kan ook ik niet anders dan de indruk krijgen dat die gelden al vijf keer zijn besteed. Men kan in het Antwerpse of het Gentse geen project opnoemen of men verwijst voor de financiering ervan naar de gelden van de GIMV. Het sluiten van de kleine ring, de werken aan de Singel, de A12 : al die werken zullen zogezegd met die kredieten worden gefinancierd.
Een snelle optelsom leert dat er wel degelijk prioriteiten moeten worden gesteld. De heer Malcorps heeft dat terecht opgemerkt. Als de minister telkens beweert dat er middelen voorhanden zijn, geeft hij veel mensen eigenlijk valse hoop. Er zal dus onvermijdelijk een terugslag komen als blijkt dat die financiering niet mogelijk is. Misschien beschikt de minister over een vorm van toverkracht om de beschikbare gelden te vermenigvuldigen en zo elk investeringsdossier te financieren. Als dat het geval is, wil ik hem echt wel vragen hoe hij dat doet. Als hij daarin slaagt, zullen we zeker proberen om hem heilig te laten verklaren.
De heer Malcorps heeft ook al naar de volgende vraag verwezen. Wat is nu eigenlijk het statuut van de gesprekken die de gouverneur hierover voert? Ik kan enkel zien dat hij dat doet als medewerker van de minister, maar dat uiteindelijk de politieke verantwoordelijkheid toch bij de minister ligt. Eventuele keuzes die uit de gesprekken voortvloeien, behoren tot de verantwoordelijkheid van de minister. In die voorbereiding doet men jammer genoeg op geen enkele wijze een beroep op parlementsleden. Welke keuze maakt u eigenlijk? Wat is het statuut? Gaat het hier louter om een voorbereiding? In dat geval is het de politieke verantwoordelijkheid van de minister. In het andere geval kan het ook gaan om een beslissing die wordt genomen in de staten-generaal, en die de minister uitvoert zonder zelf een keuze te maken.
De voorzitter : Minister Stevaert heeft het woord.
Minister Steve Stevaert : Mevrouw de voorzitter, collega's, ik zal eerst antwoorden op de opmerkingen van de heer Caluwé. Ik dank hem dat hij mij heilig wil verklaren. Ik ben echter al tevreden indien hij mij zalig zou verklaren. Een zaligverklaring komt immers voor een heiligverklaring.
Een belangrijk aspect van deze vraag om uitleg gaat over het statuut van de gouverneur in het kader van de staten-generaal. Ik heb daar op andere momenten al uitspraken over gedaan. Een en ander ressorteert uiteraard onder de politieke verantwoordelijkheid van de bevoegde minister en van de regering. Ik heb al toegezegd dat dit ook in het parlement nog aan de orde zal komen. Het gaat immers over een belangrijke som aan middelen. Het gaat daarbij deels om de middelen die vrijkomen wanneer de overheid terugtreedt uit de GIMV. In het regeerakkoord staat dat bij zo een verdere terugtreding de middelen zullen worden aangewend voor de financiering van starters, het bevorderen van de omschakeling naar een duurzame economie en het verstrekken van middelen aan de overheid voor het uitvoeren van taken waar de markt in gebreke blijft.
De beurswaarde van de GIMV wordt geraamd op 65 tot 70 miljard frank. Als Alpinvest wordt overgenomen, dan stijgt de waarde van de totale portefeuille tot 94 tot 99 miljard frank. Voor op het overnamebod op Alpinvest wordt ingegaan, zal de GIMV een lening van 30 miljard frank aangaan. Daardoor zal de nettowaarde van de GIMV, nadat de overname is gebeurd, 64 tot 69 miljard frank bedragen. Als de Vlaamse overheid beslist haar aandeel terug te brengen van 70 tot 51 percent, dan zal, bij gelijkblijvende beurskoersen, het Vlaams Gewest aanspraak kunnen maken op 12 tot 13 miljard frank. Er is echter nog niet beslist of dat aandeel zal worden teruggeschroefd tot 51 percent, dan wel of we minder ver zullen gaan. De bevoegde instanties moeten zich daar nog over uitspreken.
Er zijn nogal wat misvattingen over de doelstellingen, en ik richt me nu in het bijzonder tot de heren Caluwé en Malcorps. Het is niet juist dat we een beperkte opvatting hanteren over de missing links. We hebben het over een bedrag van 12 tot 13 miljard frank, maar dat zou ook veel hoger kunnen oplopen. Men mag er niet van uitgaan dat het om een uniek financieringskanaal gaat. Over de PPS modellen zullen we het ook in de toekomst nog hebben. Het gaat om bijkomende middelen. Veronderstel even dat men een investering van 15 miljard frank overweegt. Dat betekent nog niet dat de GIMV dan de volle pot moet betalen, want er zullen ook andere financieringskanalen worden aangewend. Het is dus niet juist dat we de middelen al verschillende keren hebben uitgegeven.
Ons optreden draagt bij tot een goed bestuur, en kadert in het pact dat de Vlaamse overheid is aangegaan met de steden en de gemeenten. De lokale overheden moeten daarbij op de beste wijze worden betrokken. De gouverneur heeft daarin een rol te vervullen. We hopen dat Antwerpen ons een evenwichtig, eensluidend en duidelijk signaal geeft. Daarna zal de minister zijn verantwoordelijkheid opnemen.
De voorzitter : De heer Malcorps heeft het woord.
De heer Johan Malcorps : Mijnheer de minister, die 10 miljard frank vormt een soort start- of aanvullend kapitaal. Alles zal ervan afhangen hoe de PPS in de praktijk wordt georganiseerd. Het stoort me dat men het altijd maar heeft over de investeringen ten behoeve van het autoverkeer. Ik heb altijd begrepen dat de zogenaamde missing links uit erg verschillende zaken kunnen bestaan. Ik neem aan dat mensen uit de privé-sector, die zich interesseren voor de PPS, niet automatisch denken aan sneltramlijnen. Ik herinner me nochtans dat tijdens de begrotingsbesprekingen werd gezegd dat dit toch een mogelijkheid is. Als de overheid, via de GIMV, geld ter beschikking stelt, dan moeten we ook dat soort missing links wegwerken, en niet enkel degene die te maken hebben met het autoverkeer.Ik hoop dat u het daarmee eens bent.
De voorzitter : Minister Stevaert heeft het woord.
Minister Steve Stevaert : De staten-generaal mag zich niet enkel buigen over de missing links die men traditioneel voor ogen had en heeft. Aan die staten-generaal nemen ook de vertegenwoordigers van de openbare vervoersmaatschappij deel. Ik heb al vernomen dat het de bedoeling is om werkelijk alles op tafel te leggen. Ook andere vervoersmodi, zoals het openbaar vervoer en het vervoer over het water, worden onderzocht. De grote omvang van de beschikbare middelen bieden een enorme kans om daar iets aan te doen. In het regeerakkoord staat overigens dat terzake een evenwicht moet worden gezocht.
De voorzitter : Het incident is gesloten.