Verslag plenaire vergadering
Verslag
De heer Van Rompuy heeft het woord.
Voorzitter, vorige week heeft de minister-president aangekondigd dat hij werkt aan een pact ter versterking van de concurrentiekracht. Daarnaast zijn al een aantal andere maatregelen genomen. Na vijf jaar crisis hebben de ondernemingen en de burgers wel degelijk nood aan wat meer perspectieven. Dit pact lijkt me een goede maatregel.
We stellen vast dat er dit jaar omwille van een aantal opvallende bedrijfssluitingen in ons land meer ontslagen vallen dan de afgelopen drie of vier jaar. Dat heeft het consumentenvertrouwen absoluut geen deugd gedaan. Ik druk me hier nog voorzichtig uit.
We zien een zekere ontspanning op de financiële markten, maar niet in de hele economie. Het afgelopen jaar heeft het beleid vooral een aantal begrotingsmaatregelen omvat om de financiële markten te kalmeren. Nu volgen structurele maatregelen in functie van de economische groei. Volgens mij past het voorstel van de minister-president hierin.
Minister-president, u hebt vorige week, tijdens het interministerieel overleg, met uw collegas overlegd. Welke maatregelen hebt u toen naar voren geschoven? Gaat het, bijvoorbeeld, om een regeling voor de btw op investeringen of om maatregelen in verband met de loonkostverlaging? Welke concrete maatregelen hebt u voorgesteld? Hebt u bij uw collegas de politieke wil gezien om daar nog dit jaar werk van te maken?
Minister-president Peeters heeft het woord.
Voorzitter, ik wil eerst de heer Van Rompuy feliciteren met zijn eerste actuele vraag. (Applaus)
Ik ga ervan uit dat het niet zijn laatste actuele vraag zal zijn. Deze actuele vraag vind ik in elk geval zelf ook zeer belangrijk. Naar aanleiding van een aantal dossiers, zoals Volvo Gent en andere dossiers waarbij we trachten bedrijven aan te trekken om in Vlaanderen te investeren, is uit de uitdagingen gebleken dat we dringend verder moeten werken aan de concurrentiepositie en aan de problematiek van de groei en de creatie van werkgelegenheid in Vlaanderen.
Vorige week vrijdag, tijdens het onderhoud met de ministers-presidenten en met de premier, heb ik de eerste keer de gelegenheid gehad om duidelijk te maken dat we het debat over de usurperende bevoegdheden nog een tijdje kunnen laten duren. Ik krijg hierover vandaag trouwens geen actuele vragen, waarvoor dank. Het is immers belangrijker met alle overheden in dit land, de lokale overheden, de Vlaamse overheid, de federale overheid, binnen de eigen bevoegdheden en met respect voor elkaars bevoegdheden, samen iets te kunnen doen.
We kunnen dat een pact noemen. Er moet een grote eensgezindheid bestaan om dit aan te pakken. Ik heb zelf een aantal persoonlijke ideeën, maar die moeten nog verder worden uitgewerkt.
Voorzitter, u moet toch eens naar die installatie laten kijken. Het geluid blijft kraken. (Opmerkingen van de voorzitter)
Ik heb tijdens die vergadering een aantal zaken aangehaald om duidelijk te maken dat niet elke maatregel zware budgettaire implicaties moet hebben.
Ik geef u een voorbeeld: Vlaanderen investeert, als u alles bij elkaar telt, meer dan 3 miljard euro. Dan heb ik het nog niet over de gemeenten. Daar hebben we in de begrotingscontrole nog iets bij gedaan. Op die 3 miljard euro mag u 21 procent rekenen. Dat is een extra inkomst voor de federale overheid.
Kunnen we niet verder bekijken hoe we, omdat we een investeringsregering zijn en ook de steden en gemeenten investeren, daarmee omgaan? U krijgt bijkomende inkomsten, die trouwens gedeeltelijk van ons komen. Daar is niets verkeerds mee. We kunnen toch bekijken of die extra btw-inkomsten kunnen worden gebruikt voor relance. In een ver verleden hebben we al btw-compensatiefondsen en dergelijke gehad. Dit idee moet verder worden bekeken.
Een ander voorstel dat ik heb gedaan, is om te kijken naar het volgende. Op federaal niveau is afgesproken om de loonkloof tussen Frankrijk, Nederland, Duitsland en België te dichten tegen 2018. U zegt dat we budgettair weinig of geen ruimte hebben. Misschien kunnen we, ook met de sociale partners, kijken of dat niet sneller kan dan 2018.
Het is ook evident dat we stappen zetten voor het consumentenvertrouwen, ook voor arbeiders en werknemers. Het moet een evenwichtig plan zijn, niet enkel in één richting.
Deze middag heb ik daarover een gesprek gehad met Rudy Demotte. Al die zaken hebben we overlopen. Het is belangrijk dat niet enkel vanuit Vlaanderen, maar ook vanuit Wallonië een insteek wordt gedaan. De afspraak is dat het nu verder wordt bekeken. Ook in de schoot van de Vlaamse Regering moet dat worden besproken.
Wij moeten zeer grondig kijken hoe we onze positie kunnen verbeteren. We moeten daaraan zeker de nodige aandacht schenken en er de nodige energie in steken, zeker ook in het debat met het federale niveau en de collegas van de deelregeringen. Het is van essentieel belang, als we Vlaanderen in Actie en het Nieuw Industrieel Beleid willen uitvoeren, dat er in die richting antwoorden komen.
Minister-president, ik dank u voor het antwoord. Vanuit Europa is er budgettair toezicht. In het kader van de two-pack zal ons land vanaf dit jaar in het najaar, omdat we boven de 3 procentnorm zitten, een economisch partnerschapsprogramma met Europa moeten afsluiten. De deelstaten hebben daarin een grote rol te spelen, ook de federale overheid. Uw pact voor de concurrentiekracht zal er hoe dan ook dit jaar moeten komen, anders zijn wij in overtreding.
Mevrouw Ceysens heeft het woord.
Mocht het niet de eerste actuele vraag zijn, zou ik zeggen dat het een getelefoneerde vraag is, maar omdat het de eerste is, wil ik dat achterwege laten en gewoon het debat aangrijpen om te zeggen dat alles goed is dat kan helpen om ons economisch weer in groeibanen te krijgen. Hoe meer, hoe beter.
Ik wijs op het feit dat u samenzit met de andere gewesten en de eerste minister. We moeten toch ook blijven kijken naar wat er in Vlaanderen zelf gebeurt. Veel heeft nog te maken met het federale niveau, maar niet alles. We kunnen er niet omheen dat het economisch bijzonder moeilijke tijden zijn in Vlaanderen.
Gisteren was er het nieuws over de starters. Karel Van Eetvelt stelt dat we op een punt komen dat de twee curves elkaar op een slechte manier kruisen: meer stoppers dan starters. Er zijn nog wel starters, maar we komen toch op een kritisch punt. Dat is voor een stuk dramatisch. We weten allemaal dat de toegevoegde waarde, de welvaart en de jobcreatie gaan moeten komen van startende ondernemers, van ondernemers die doorgroeien. Dat punt willen we niet bereiken in Vlaanderen, maar we stevenen er wel op af.
Ik lees in nieuwsberichten van Voka dat Vlaanderen het qua economische groei slechter doet dan Wallonië. Wallonië laat vandaag een betere economische groei optekenen. Zij moeten het doen met dezelfde federale hefbomen. Blijkbaar zetten zij de gewestmaatregelen anders in. Alles wat kan helpen, moeten we doen, maar dat ontslaat ons niet van de plicht kritisch te kijken naar wat er in Vlaanderen gebeurt, en economisch is dat vandaag niet goed.
De heer Diependaele heeft het woord.
Wij hebben vorige week samen met collega Deckmyn en collega Bothuyne een vraag gesteld naar aanleiding van het overleg dat vrijdag plaatsvond en waar dat pact ook ter sprake kwam. Wij hebben toen al gezegd dat wij er absoluut mee akkoord gaan, en dat wij inderdaad het pact en het idee dat de minister-president heeft gelanceerd steunen.
Minister-president, wij hebben dat ook al vorig jaar gedaan toen u de hand uitstak naar de Federale Regering, maar toen is er niet zoveel reactie op gekomen. Wij hebben één voorstel uitgewerkt gekregen rond de btw, en dat was een goed voorstel. Maar als u effectief wilt tegemoetkomen aan de opmerkingen die Volvo en zovele andere bedrijven maken, dan zal het zeker wat federale bevoegdheden betreft heel wat meer moeten zijn. We zijn het momentum aan het verliezen.
Ik wil hier nog één punt aan toevoegen. Mevrouw Ceysens, ik ga er volledig mee akkoord dat wij als Vlaamse Regering ook zelf onze verantwoordelijkheid moeten nemen, maar ik denk dat er vorige week vrijdag door ministers Muyters en Schauvliege al een heel grote stap is gezet. Wat al voor problemen zorgde sinds eind de jaren 80, waar de werkgevers al sinds eind de jaren 80 om vragen, is nu door deze regering met die omgevingsvergunning verwezenlijkt. Ik denk dat dat wel een mooi voorbeeld is waar wij als Vlaamse Regering wel degelijk onze verantwoordelijkheid opnemen voor de economische relance.
Voorzitter, het is hier geen spelletje zwartepiet. Wij moeten ook doen wat van ons verwacht wordt. De cijfers over de starters heb ik gisteren ook gehoord. De kloof die er nog altijd is tussen de starters en de stoppers, 9 procent in Vlaanderen en 8 procent in Wallonië, die kloof is vroeger groter geweest, en we moeten alles doen om die kloof terug groter te maken. Als die kloof samenvalt, of de lijnen elkaar oversnijden, betekent dit dat er meer stoppers zijn dan starters, wat zeer problematisch is. Ik ben mij daar terdege van bewust, en ik onderstreep dat wij sterkere starters moeten hebben, starters die niet failliet gaan binnen de vijf jaar, en we hebben meer dan 71 procent starters die overleeft. In het cijfermateriaal dat de Unie van Zelfstandige Ondernemers (UNIZO) gisteren heeft gelanceerd en door Graydon is verzameld, zitten ook positieve punten.
Collega Diependaele, we zijn de zaken nu volop aan het voorbereiden, zowel met Wallonië als federaal, en hoe sneller we ertoe komen hoe beter, dat weet ik ook heel goed. Europa zal ons dwingen, waar collega Van Rompuy ook al naar verwees, als we zelf geen stappen ondernemen om effectief een visie en pact te hebben over de concurrentie en competitiviteit van onze bedrijven en over de mensen die daar werken.
Collega Diependaele, ik heb nog in het federale parlement gezeten. Ik heb daar heel lang gewacht op het eerste voorstel van uw fractie, dus ik stel voor dat u die mensen aanmoedigt. Want zo ziet het eruit: op het vlak van structurele hervorming van de arbeidsmarkt: nul wetsvoorstellen, op het vlak van structurele hervorming van de pensioenhervorming: nul wetsvoorstellen, en een begrotingsplan is bij hen onbestaand. U mag ze altijd aanmoedigen, en misschien zal dat helpen om ook daar dingen in beweging te brengen, maar uw opmerking wordt ten zeerste geapprecieerd. (Applaus bij CD&V)
De actuele vraag is afgehandeld.