Verslag plenaire vergadering
Verslag
Dames en heren, het debat is geopend.
De heer Vereeck heeft het woord.
Voorzitter, ik vraag me af of het niet interessant zou zijn indien u zou deelnemen aan het debat. U hebt vanochtend belangrijke uitspraken gedaan. Ik zou u willen uitnodigen om plaats te nemen in het halfrond. Indien u dat niet doet, zal het soms moeilijk worden omdat u dan een beetje rechter en partij bent. Het zou een meerwaarde zijn indien u aan dit debat zou deelnemen. De eerste ondervoorzitter zou u kunnen vervangen, maar ook hij heeft belangrijke uitspraken gedaan in dit debat. Bijgevolg zou ik willen voorstellen om u te laten vervangen door de tweede ondervoorzitter. (Applaus bij LDD en het Vlaams Belang)
Mijnheer Vereeck, mevrouw Dillen heeft me al een keer vervangen. Zij heeft dat toen heel goed gedaan, nietwaar mevrouw Dillen?
Ik ben iemand die altijd terugvalt op het reglement. Artikel 18, punt 3, bepaalt: Als de voorzitter in een beraadslaging het woord wil voeren, tenzij dat nodig is voor de uitvoering van zijn taken als voorzitter, verlaat hij de voorzittersstoel. Hij neemt die niet weer in zolang de betrokken beraadslaging aan de orde is. Welnu, ik wens daar geen gebruik van te maken. Dus ik blijf zitten waar ik zit.
De heer Gatz heeft het woord.
Voorzitter, ik wens een schorsing van de vergadering tot de minister-president is aangekomen.