Verslag plenaire vergadering
Actuele vraag over de verkeersveiligheid bij een eventueel proefproject met supertrucks
Actuele vraag over de federale beslissing om proefprojecten met ecocombi's mogelijk te maken en de reactie van de minister hierop
Verslag
De heer Vandenbroucke heeft het woord.
Mevrouw de voorzitter, mevrouw de minister, geachte leden, de voorbije dagen is er in de pers nogal wat te doen geweest over de LZV's, de langere en zwaardere vrachtautocombinaties, in de volksmond beter bekend als de supertrucks. Er zijn ter zake nogal wat gemengde reacties opgetekend. Ook in het parlement zijn de standpunten verdeeld. Dat merken we aan de namen die worden gegeven aan die LZV's. De ene fractie heeft het over ecocombi's, de andere over superlange monstertrucks. Onze fractie heeft geen oogkleppen op als het gaat over innovaties in de logistieke sector. Ik ga dan ook de neutrale benaming LZV gebruiken.
Onze fractie heeft met volle overtuiging een voorstel van resolutie van de meerderheid gesteund, waarin aan de Vlaamse Regering werd gevraagd een proefproject met LZV's op te starten, zij het onder twee belangrijke voorwaarden. De eerste voorwaarde was dat de afgebakende trajecten waarlangs die LZV's moeten rijden, moeten voldoen aan de strengste eisen op het vlak van verkeersveiligheid. De tweede was dat er niet mag worden geraakt aan het marktaandeel van spoor en binnenvaart.
Mevrouw de minister, u hebt nu drie trajecten voorgelegd aan het Steunpunt Verkeersveiligheid, met de vraag een reeks verkeersveiligheideisen op te stellen waaraan die trajecten moeten voldoen, en die dan ook daaraan te toetsen.
Dat heeft geleid tot 47 randvoorwaarden, waarvan 27 als minimumeisen gelden.
Het steunpunt heeft de drie trajecten, gaande van Volvo in Gent naar Zeebrugge, naar Dilsen in Limburg en naar Beringen in Limburg, getoetst aan een aantal minimumeisen. Het ging over een ruwe evaluatie, want bepaalde zaken inzake infrastructuur werden niet getoetst, bijvoorbeeld de draagkracht van bruggen en de inpasbaarheid van de rotondes, de verkeersarmen en de kruispunten. Het is nochtans belangrijk om te weten of ze voldoen, maar goed, ze werden niet opgenomen in het onderzoek.
De conclusie van het onderzoek luidt dat het traject naar Zeebrugge grote verkeersveiligheidsrisico's inhoudt, omdat het door dichtbebouwd gebied loopt, en dat het traject naar Dilsen grote problemen inhoudt, omdat de camions over het klaverblad van Lummen moeten rijden, en dat is daarvoor helemaal niet geschikt.
Mevrouw de minister, er blijft dus nog een derde traject over, namelijk dat van Gent naar Beringen. Ik plaats daar twee gigantische vraagtekens bij, want het traject loopt over de E313.
Iedereen die lid is van de commissie voor Openbare Werken en Mobiliteit, weet dat we al uren gedebatteerd hebben over de gigantische verkeersproblematiek op de E313, die leidt tot zware ongevallen. Ik herhaal de cijfers niet nog eens. Bovendien ligt naast de E313 het Albertkanaal. Nu investeren we massaal in het Albertkanaal om het klaar te maken om bepaalde trafieken te verschuiven van de weg naar de binnenvaart. Als we LZV's over de E313 laten rijden, dan gaan we de rechtstreekse concurrentie aan met het Albertkanaal.
Zo blijven er natuurlijk niet veel routes over. Ik denk dat we moeten zoeken naar alternatieve routes die voldoen aan alle minimumeisen inzake de verkeersveiligheid, of dat we een streep moeten trekken onder het verhaal. Dat is mijn opinie.
Mevrouw de minister, mijn vragen aan u zijn de volgende. Wat zijn uw conclusies van de studie? Welke gevolgen verbindt u eraan en meer bepaald aan de drie concrete trajecten die werden voorgesteld door de regering? Gaat u bijkomend onderzoek vragen naar de infrastructuur en de modal shift? Is het uitgesloten dat er wordt gezocht naar nieuwe proefprojecten, naar nieuwe trajecten om ervoor te zorgen dat we niet de E313 gebruiken? Ik hoorde graag uw standpunt hierover.
De heer Glorieux heeft het woord.
Mevrouw de voorzitter, mevrouw de minister, collega's, een paar dagen geleden hebben zowel u als gewezen federaal minister Landuyt zich in scherpe bewoordingen uitgelaten over het proefproject met superlange monstertrucks in Vlaanderen. Uw bemerkingen en kritiek waren heel terecht. Ik vind het wel jammer dat u en uw fractie mee aan de grond liggen van de invoering van dit project, maar ook in dezen is het voortschrijdend inzicht een goede deugd.
Mevrouw de minister, ondertussen zijn zich twee duidelijk kampen aan het onderscheiden. Enerzijds is er het kamp met de werkgeversorganisaties en de transportbedrijven. Anderzijds is er het kamp waarin de milieuorganisaties zitten. Zij zeggen heel duidelijk dat de invoering van dit soort monstertrucks in Vlaanderen absoluut geen positief effect hebben voor de CO2-reductie. Ook de organisaties die werken aan duurzame mobiliteit stellen heel duidelijk dat het niet zal werken als we op deze manier de overbelasting van onze wegen willen tegengaan en dat andere, veel efficiëntere middelen voorhanden zijn. Ook de topman van de NMBS, Jannie Haek, stelt in heel duidelijke bewoordingen dat een dergelijke invoering op onze wegen een omgekeerde modal shift tot stand zal brengen: het vrachtvervoer dat nu via de spoorweg gaat, zal dan via de weg gaan. Dat is natuurlijk een evolutie die we absoluut niet wensen. Ook het ABVV, de Belgische transportarbeidersbond, heeft begin deze week duidelijk zijn bezorgdheid geuit en stelde dat als de invoering van de monstertrucks zal leiden tot minder vrachtwagens, er ook vrachtwagenchauffeurs ontslagen zullen worden en de werkdruk voor de overblijvende chauffeurs die met de enorm lange trucks moeten rijden, enorm zal toenemen. Rijden met dat soort mastodonten is immers niet evident.
Mevrouw de minister, ik stel vast dat deze regering dus vooral kiest voor de kant van de werkgeversorganisaties en dat de standpunten van de andere organisaties veel minder aan bod komen, maar u hebt gezegd dat we moeten opletten en beter twee keer nadenken.
U hebt een studie naar de veiligheidsaspecten laten verrichten. De resultaten waren duidelijk. Een van de drie trajecten is weerhouden, namelijk van Gent Volvo Trucks naar Beringen TI Group. Het verwondert me dat dit traject überhaupt is voorgesteld, want een paar maanden geleden zei minister Crevits in de commissie nog dat ze geen trajecten zou selecteren die concurrent waren voor het spoor of de waterweg. Tussen Gent en Beringen liggen er spoorwegen en een kanaal. De twee andere trajecten die rood licht kregen in de studie, zijn duidelijk geen alternatieven, bijvoorbeeld Gent-Zeebrugge. Maar nee, men kiest ervoor de monstertrucks op de oververzadigde E313 te sturen. Dat is waanzin.
Mevrouw de minister, vindt u het nog altijd opportuun om dit proefproject voort te zetten? Is het in Vlaanderen wel verantwoord dat soort vrachtwagens de weg op te sturen? Wat zijn de kosten van de infrastructuuringrepen? Ik stel de vraag aan u, want minister Crevits beweert dat er geen kosten zullen zijn. Er zullen geen rotondes, kruispunten, noch op- en afritten worden aangepast. Dat is natuurlijk flauwe kul. Dat kan niet in België.
Wat zullen de effecten zijn op de binnenvaart en op het spoor? Dat moet toch ook onderzocht worden. De heer Haek maakt zich alleszins zorgen daarover.
Een van de aanbevelingen in de veiligheidsstudie is dat zo'n proefproject - als het er dan toch komt - op zijn minst moet samengaan met een inhaalverbod. Bent u van plan dat inhaalverbod in te voeren op de E313?
De heer Van Dijck heeft het woord.
Mevrouw de minister, het is ongewoon dat ik u een vraag stel over dit onderwerp. De heer Peumans was verhinderd en daarom neem ik het van hem over.
Mijn vraag is meer van politieke aard. Dit parlement heeft in juli vorig jaar een voorstel van resolutie goedgekeurd rond de randvoorwaarden voor proefprojecten met ecocombi's. En ik gebruik wel degelijk de positieve term. Naar aanleiding van dat voorstel van resolutie werd de regering belast met een opdracht. De federale minister van Mobiliteit heeft oor naar dit dossier, dat was in het verleden wel anders, en is bereid maatregelen te nemen om deze proefprojecten mogelijk te maken. En dan lees ik in een krant uw woorden, mevrouw de minister: "Zo lang er geen consensus in de Vlaamse Regering bestaat is de toelating van supertrucks voorbarig. In een uitgestrekt land zoals Noorwegen acht ik dergelijke wagens mogelijk, maar in ons land vrees ik voor de verkeersveiligheid." Hoe rijmt u dit met de resolutie die hier werd goedgekeurd?
Minister Van Brempt heeft het woord.
Dames en heren, ik wil u bedanken voor de vele attenties en kaartjes die ik in de afgelopen weken ontving. Het was hartverwarmend.
Laat me beginnen met de verkeersveiligheidsstudie. De studie heeft drie uitgangspunten. Eén is de literatuurstudie over verkeersveiligheid en lange en zware vrachtwagens. Twee is de situatie in Nederland. Dat is zeer zinvol, daar liepen reeds twee proefprojecten en die zijn ook geëvalueerd. Een derde proefproject wordt nu opgestart. Drie is de implementatie van de twee eerste punten.
Wat kunnen we leren uit Nederland, meer in het bijzonder in verband met de drie trajecten die zijn voorgesteld door de minister van Openbare Werken?
De studie leert ons dat er 27 minimumeisen worden voorgesteld en 20 aanbevelingen worden gedaan inzake verkeersveiligheid. Die eisen betreffen het voertuig zelf, bijvoorbeeld de remmen, het gewicht enzovoort. Verder zijn er ook eisen inzake de infrastructuur. Zo wordt aanbevolen niet te rijden langs gevaarlijke punten, langs kruispunten waar fietsers op de baan komen, door de bebouwde kom en langs kruispunten waar voorrang van rechts geldt. Tot slot heeft een aantal eisen te maken met de vrachtwagenchauffeurs zelf. Zij moeten bijvoorbeeld minimum vijf jaar rijervaring hebben en/of een LZV-certificaat hebben.
Wanneer die eisen worden toegepast op de drie voorstellen die de minister van Openbare Werken heeft gedaan, dan concludeert de studie dat twee van de trajecten niet aan de 27 minimumeisen voldoen. Een derde voldoet wel aan de minimumeisen maar niet aan een aantal aanbevelingen. Bovendien moeten sommige zaken verder worden onderzocht met betrekking tot het derde traject. Dat is het traject over de E313. Dat is echter niet het onderwerp van deze studie. Net op dat traject is het alternatief aanwezig langs het Albertkanaal. Dat is de doelstelling van de verdere ontwikkeling van alle bedrijventerreinen. Er is ook een alternatief langs het spoor, met name spoor 218.
Ik denk dat we een heel goede verkeersveiligheidsstudie hebben. Die is voor mij de leidraad om mogelijke voorstellen over proefprojecten te evalueren. Alle toekomstige voorstellen moeten de toets doorstaan.
In de Vlaamse Regering zal er een discussie moeten worden gevoerd en een consensus moeten worden bereikt over de minimumeisen en de aanbevelingen die zijn afgeleid uit de Nederlandse studie en uit de literatuurstudie. In Nederland is men begonnen met heel sterke eisen die gaandeweg enigszins zijn versoepeld. Ik stel eenzelfde procedure voor. Het is niet de bedoeling een proefproject in te voeren en achteraf na te gaan wat dat heeft opgeleverd. Dat zou bijzonder cynisch zijn wanneer het over verkeersveiligheid gaat. Bij verkeersveiligheid moet altijd het voorzorgsprincipe worden gehanteerd en moeten de meest strenge eisen naar voren worden geschoven.
Op het vlak van ruimtelijke ordening en van verkeersveiligheid hebben we nog een achterstand in te halen in vergelijking met Nederland.
Wat de modal shift betreft, verwijs ik naar de resolutie. Daarin staat heel duidelijk dat er geen concurrentie mag worden aangedaan aan het vervoer over water en spoor. De Vlaamse Regering heeft nog geen afspraken gemaakt over de monitoring. Dat moet nog gebeuren. Ik verwijs nogmaals naar het proefproject op de E313. De vraag is of we lange en zware vrachtwagens moeten toelaten wanneer er alternatieven zijn langs de weg en langs het spoor.
Ik wil ook nog even iets zeggen over de E313. Dat onderwerp is bij mijn afwezigheid al uitgebreid besproken tijdens een plenaire vergadering. Ik heb de zaak uiteraard wel gevolgd via de pers. Ik verwijs naar het initiatief van de minister van Openbare Werken. Ze zal een werkgroep opstarten, waarin ik ook zal participeren. Ze zal de hele problematiek inzake de E313 bekijken: de infrastructuur, de mobiliteit, de multimodaliteit. Ik heb een corridorstudie besteld over de multimodale afwikkeling van alle vervoer van Luik, Hasselt tot en met Antwerpen. Het is niet meer dan evident dat dit vraagstuk mee in rekening wordt genomen.
Het klopt dat het Vlaams Parlement een resolutie heeft goedgekeurd. Voor alle duidelijkheid, het is de Vlaamse Regering die daar uitvoering aan geeft en niet de federale regering of de federale minister van Mobiliteit. Het is aan ons om die resolutie ter harte te nemen. In die resolutie staat nu net dat een pilootproject aan voorwaarden moet voldoen. Het gaat daarbij met name over de verkeersveiligheid. Als bevoegd minister heb ik op dat vlak toch mijn verantwoordelijkheid genomen door die studie te bestellen. Het is niet de bedoeling die studie in de schuif te leggen. We zullen ze ook gebruiken om mogelijke proefprojecten te toetsen. Over de multimodaliteit heb ik al gezegd dat er nog wel wat studiewerk en goede afspraken nodig zijn.
In de resolutie zijn voorwaarden opgenomen. De Vlaamse Regering moet daar invulling aan geven. Het is onder die voorwaarden dat wordt beslist of er al dan niet een proefproject wordt opgestart. Het is aan de Vlaamse Regering om een consensus te zoeken en te vinden voor mogelijke initiatieven. Naast de minister van Openbare Werken en ikzelf zullen ook nog andere ministers een inbreng doen.
Mevrouw de minister, ik dank u voor uw uitgebreid en zeer duidelijk antwoord. U schaart zich achter het ingenomen standpunt zoals het werd verwoord in de resolutie van de meerderheid. Ik herhaal de twee belangrijke voorwaarden die erin zijn opgenomen: de verkeersveiligheid en de multimodaliteit. Het Steunpunt Verkeersveiligheid heeft een aantal duidelijke uitspraken gedaan over de voorgestelde trajecten. Ik ben benieuwd wat de mogelijke consensus binnen de Vlaamse Regering zal opleveren.
Mevrouw de minister, het is heel goed dat u op de rem bent gaan staan. Ik hoop dat u nu ook voet bij stuk zult houden. Indien alle voorwaarden en minimumeisen die in de studie naar voor werden geschoven, geïmplementeerd worden, kan er van een dergelijk project met dat soort van superlange monstertrucks in Vlaanderen geen sprake zijn.
Ik herinner me trouwens dat minister Crevits heel recent nog zei dat de signalisatie langs de autosnelwegen verbeterd moet worden omdat heel wat automobilisten problemen ondervinden door die muur aan vrachtwagens. De situatie zal natuurlijk alleen maar erger worden als op een weg als de E313 een Atlantic wall van dergelijke vrachtwagens wordt toegelaten. Dan is er helemaal geen doorkomen meer aan.
U stelt dat de concurrentie met de trein en de binnenvaart nog moet worden onderzocht. Ik ga ervan uit dat op korte termijn nog geen proefproject wordt opgestart. Binnen de regering moeten daarover nog afspraken worden gemaakt. Hebt u daarover al met de heer Haek of met andere topmensen van de NMBS overleg gepleegd? Bent u van plan dat alsnog met andere collega's van de Vlaamse Regering te doen?
Mevrouw de minister, ik dank u voor uw antwoord.
Mijnheer Glorieux, ik ben niet goed in wiskunde. Dat zal wel aan mij liggen. Als twee trucks de veiligheidsafstand respecteren of er zijn er drie die een te beperkte afstand houden, dan moet u me eens zeggen in welk geval we met een 'wall' te maken hebben.
Mevrouw de minister, de resoluties die hier worden goedgekeurd, moeten door de regering worden uitgevoerd.
Ik stel vast dat de bevoegde minister van de federale regering bereid is om in een proefproject te stappen en om maatregelen met betrekking tot de verkeersreglementering te nemen. Ik neem akte van de praktische bezwaren tegen de verschillende onderzochte projecten. Ik vraag me alleen af of er nog wel proefprojecten zullen komen. Nu ik het antwoord van de minister heb gehoord, heb ik stellig de indruk dat er geen proefproject zal komen. Ik vind dat we hierover duidelijkheid moeten krijgen.
De heer Penris heeft het woord.
Mevrouw de voorzitter, volgens mij moeten met betrekking tot dit debat drie elementen in overweging worden genomen. Het debat ten gronde hebben we reeds gevoerd. We hebben de pro's en contra's afgewogen.
We weten wat in dit verband leeft. We weten dat de transportsector om transporteconomische redenen voorstander van ecocombi's is. We weten dat de mensen van de milieubeweging voorstander zouden moeten zijn. Ecocombi's genereren immers een milieuwinst. We weten dat de werknemers tegen dergelijke experimenten zijn. Ze vrezen immers dat de tewerkstelling in het gedrang zal komen. We weten dat een aantal gebruikers van onze autosnelwegen dergelijke transportmodi met een ongerust hart op zich zien afkomen.
Dat is echter de essentie van het verhaal niet. We hebben het debat gevoerd. Dat debat heeft geleid tot de goedkeuring van een voorstel van resolutie. Deze resolutie is bindend voor de Vlaamse Regering. De federale regering hoeft hier niets mee te maken te hebben. Vanwege de onvolkomenheden van onze staatshervorming kan de federale regering hier, spijtig genoeg, nog iets mee te maken hebben. Ik ben blij dat de minister daarnet heeft verklaard dat ze het waardeert dat de federale regering onze denkpiste volgt, maar dat dit voor haar zelfs niet hoefde. Op dat vlak zitten we op dezelfde golflengte.
We zitten echter niet meer op dezelfde golflengte wanneer het over de consensus binnen de Vlaamse Regering gaat. De minister heeft daarnet verklaard dat ze nog op zoek naar een dergelijke consensus moet. Ons kan het niet schelen of de minister al dan niet een consensus tot stand kan brengen. Het kan ons nog minder schelen op welke manier dat zou kunnen gebeuren. Het Vlaams Parlement heeft de Vlaamse Regering een resolutie voorgelegd. Die resolutie zou bindend moeten zijn. Indien de Vlaamse Regering die resolutie niet zou naleven, zou dit ernstige politieke gevolgen moeten hebben. De consensus binnen de Vlaamse Regering kan enkel betrekking hebben op de manier waarop een proefproject kan worden uitgevoerd en niet op de timing of op het principe zelf.
Ik hoor sommige leden van het Vlaams Parlement de minister aanmoedigen om op de rem te staan. Ik vraag de minister dat niet te doen. De minister mag de consensus in dit halfrond met betrekking tot dit proefproject niet verbreken. Volgens mij heeft Vlaanderen er alle baat bij dat we minstens iets uit een dergelijk project leren.
Mevrouw De Ridder heeft het woord.
Mevrouw de voorzitter, ik sluit me heel graag bij de voorgaande sprekers aan. Het zal niemand verbazen dat ik liever over ecocombi's dan over superlange monstertrucks spreek. De ecocombi's zijn milieuvriendelijk en zorgen voor een daling van het aantal afgelegde trajecten en van het aantal gebruikte vrachtwagens. Bovendien blijken de projecten in het buitenland bijzonder succesvol.
Vicepremier Leterme heeft zich een voorstander van proefprojecten verklaard. Ik juich dit toe. Ik zou overigens graag in herinnering brengen dat ik de resolutie van 10 juli 2007 destijds zelf, samen met leden van de overige meerderheidspartijen, heb ingediend. Ik begrijp de woorden van de minister en van de heer Vandenbroucke niet helemaal. Ze doen alsof de resolutie geen rekening met de verkeersveiligheid of met de multimodale aanpak houdt. De resolutie vraagt de Vlaamse Regering nochtans uitdrukkelijk hier wel rekening mee te houden. Ik citeer: "Daarbij moeten de strengste eisen gelden op het vlak van de verkeersveiligheid en moeten complementariteit en multimodale aanpak van de goederenstromen centraal staan." Verkeersveiligheid en multimodaliteit zijn voor ons belangrijk. De Vlaamse Regering zal hier in haar beslissing rekening mee moeten houden.
Mevrouw de minister, ik heb een zeer concrete vraag.
Ik zou u durven vragen om de maskers te laten vallen vandaag. Ik zou u durven vragen om vandaag uitspraken te doen of u de facto tegen bent, wat de omstandigheden en voorwaarden ook zijn. Bent u bereid om de resolutie die door de meerderheid is goedgekeurd, uit te voeren? Ik heb nog geen beslissing van de Vlaamse Regering gezien. Ik verwacht die wel. U bent er maanden mee bezig. Ik verwacht dat die er op zeer korte termijn zal zijn. Bent u, ervan uitgaande dat de beslissing er komt, betrokken geweest? Het lijkt me raar dat u als minister van Mobiliteit niet betrokken zou zijn bij een voorbereidend gesprek. Hebt u overleg gehad? Hebt u input kunnen geven? Hebt u de conclusies van de studie kunnen meegeven aan uw collega's?
De heer Caluwé heeft het woord.
Mevrouw de voorzitter, mevrouw de minister, ik wil in de eerste plaats ook respect vragen voor de werkzaamheden en de besluitvorming van dit parlement. Dit parlement is in de commissie voor Openbare Werken na lang onderzoek en lange discussie tot de conclusie gekomen dat ecocombi's positieve economische en ecologische gevolgen hebben. Er wordt daarom aan de Vlaamse Regering gevraagd om een proefproject te ontwikkelen om na te gaan of dit in de praktijk goede en feitelijke effecten heeft, naast de theoretische studies. Er is hier een resolutie goedgekeurd die in de eerste plaats de Vlaamse Regering vraagt om te werken in de richting van een proefproject. Het is niet de bedoeling dat de regering moeite doet om bezwaren op te roepen tegen dat proefproject. Het parlement wil dat de regering de voorwaarden creëert om dergelijk proefproject te realiseren. Zoals in de resolutie staat, moeten uiteraard de veiligheidseisen volledig worden gerespecteerd. Daar moet inderdaad op gelet worden.
Het mag niet zo zijn dat het marktaandeel van het spoor en de binnenvaart in het gedrang komen. Zoals ik verneem uit de discussie, gaat het om het vervangen van goederen die vandaag op de weg in drie vrachtwagens worden vervoerd. Dat zou nu gebeuren in twee vrachtwagens. Dat zou een economische en ecologische winst opleveren. We verwachten dat de regering eraan werkt om dergelijk proefproject te realiseren en niet om het te beletten. (Applaus bij CD&V)
De heer Koninckx heeft het woord.
Mevrouw de voorzitter, ik wil de heer Glorieux zeggen dat er geen twee kampen zijn. Het is vooral te doen om de verkeersveiligheid. Als we het daarover hebben, spreken we over één kamp. Ik denk dat u ook in hetzelfde kamp zit. Ik verwijs ook nog eens naar de bindende voorwaarde over verkeersveiligheidseisen die we in de resolutie hebben aangestipt.
Ik heb een document voor mij waarin staat dat precies op basis van verkeersveiligheidsargumenten er geen lange en zware vrachtwagens op de Duitse wegen zullen komen. Op 11 oktober is daarover gestemd, waarbij tien deelstaten zich tegen hebben uitgesproken en zes deelstaten voor. In Duitsland komen ze er op basis van verkeersveiligheidsargumenten niet.
Mevrouw de minister, u sprak over een versoepeling van de normen in Nederland. Ik wil er iets aan toevoegen. Het derde proefproject - want ze hebben er al twee achter de rug - noemen ze een ervaringsproject. De Nederlandse minister Eurlings is vanuit veiligheidsoverwegingen teruggekomen op de uitbreiding tot 60 ton naar 50 ton. Het derde ervaringsproject dat nu in Nederland sinds 1 november loopt, gebeurt met een maximale tonnage van 50 ton. Ik vind ook dat de Vlaamse Regering gevolg moet geven aan de resolutie, maar dat de twee eisen - en wat mij betreft in eerste instantie de verkeersveiligheidseisen - die zijn opgenomen, absoluut moeten worden gerespecteerd. We moeten er rekening mee houden. Als het proefproject en de studies aantonen dat de verkeersveiligheid niet kan worden gegarandeerd of in het gedrang komt, dan moeten we ernstig nadenken over de vorm waarin en de plaats waar we zo'n proefproject laten doorgaan.
Voor alle duidelijkheid wil ik iedereen, en mevrouw De Ridder in het bijzonder, zeggen dat ik over de resolutie niets anders zeg dan wat u ook zegt. De resolutie is erg duidelijk, en de Vlaamse Regering moet ze uitvoeren. Ik heb daarbij een bijzondere taak te vervullen. Het is niet op basis van het beleidsdomein Mobiliteit dat er een proefproject over lange en zware vrachtwagens komt. Die vraag komt uit het bedrijfsleven en de logistieke sector in het bijzonder. Het is wel mijn opdracht om in eerste instantie te waken over de verkeersveiligheid, en in tweede instantie, samen met de minister van Openbare Werken, te waken over de multimodale aspecten. Ik denk dat dit ook in de resolutie staat.
In uitvoering daarvan heb ik een studieopdracht gegeven. Ik zal de resultaten van die studie rigoureus toepassen. Dat heeft niets met maskers te maken. Ik heb alleen een bril op. Dat heeft te maken met mijn redelijke onverzettelijkheid om te waken over de verkeersveiligheid. Ik denk dat we inzake verkeersveiligheid niet mogen improviseren. De verkeersveiligheidsstudie is erg duidelijk, en we zullen ze toepassen.
De multimodaliteit is onvoldoende onderzocht. We weten nog niet hoe we dat in een eventueel project zullen screenen. Ten slotte verwijs ik naar het derde proefproject over de E313. U hebt uitgebreid gediscussieerd over de E313 en over de multimodaliteit. Dat moet in een breed kader worden bekeken. Dat is het standpunt dat ik zowel hier als in de Vlaamse Regering verdedig. Het komt dan de Vlaamse Regering toe om na te gaan of er een project kan worden ontwikkeld dat zowel op de verkeersveiligheid als op de multimodaliteit slaat.
Mijnheer Penris, ik wil minister Van Brempt en de hele regering tot één zaak aanmoedigen: voer de resolutie van de meerderheid uit. Ik stel voor dat u de resolutie eens vergelijkt met de studieresultaten van het Steunpunt Verkeersveiligheid en ook met wat alle fracties over de verkeersveiligheid op de E313 hebben gezegd.
Sommige collega's hebben het over ecocombi's: de officiële naam van die vrachtwagens. Het is evenwel niet zo dat het voorvoegsel 'eco-' automatisch garandeert dat die vrachtwagens ook milieuvriendelijk zijn. Ik volg inzake milieu-impact liever de expertise en de analyse van organisaties als de Bond Beter Leefmilieu en de Minaraad dan die van werkgeversorganisaties of van de transportsector.
Mevrouw De Ridder, laten we eerlijk zijn. Wie de resolutie leest, kan toch alleen maar concluderen dat er van een proefproject in Vlaanderen geen sprake kan zijn? Het moet gaan over een verbetering van de efficiëntie op ecologisch vlak. Dat is niet het geval. Het moet gebeuren zonder dat aan het marktaandeel van de spoorwegen en de binnenvaart wordt geraakt. Men zegt dat dit nog zal worden onderzocht. Ik kan me echter niet voorstellen dat er inzake het vervoer tussen Gent en Beringen geen concurrentie met het vervoer per spoor of over het water zou ontstaan.
Het lijkt me belangrijk dat er toch een proefproject komt. Daarbij onderschrijf ik volkomen de vraag dat er voorwaarden inzake de verkeersveiligheid worden opgenomen, mijnheer Koninckx: de verkeersveiligheid is het allerbelangrijkste. Botweg stellen dat er noch een economisch noch een ecologisch voordeel te rapen valt, vind ik toch een beetje kort door de bocht, mijnheer Glorieux. Het enige dat we de minister vragen is zo'n proefproject mogelijk te maken.
Mevrouw De Ridder heeft het woord.
Ik zou de heer Glorieux een aantal documenten willen bezorgen, ware het niet dat hij ze eenvoudig op het internet kan terugvinden. Daarin worden alle positieve gevolgen van alle positieve maatregelen om de CO2-uitstoot en het aandeel van stikstof en fijn stof te verminderen, opgesomd. Dat zijn feiten. Ontkennen dat ecocombi's een bijdrage leveren, is de waarheid geweld aandoen. U doet dat wellicht graag, want u zit in de oppositie, maar ik doe er niet aan mee. De bewijzen zijn er immers.
Wat minister Van Brempt betreft, moet ik zeggen dat ik geen antwoord heb gekregen.
Het is niet de bedoeling het debat te heropenen. Ik veronderstel dat dat nog in de commissie aan bod zal komen.
Het incident is gesloten.