Verslag plenaire vergadering
Verslag
Aan de orde is de actuele vraag van de heer Bogaert tot de heer Dewael, minister-president van de Vlaamse regering, Vlaams minister van Financiën, Begroting, Buitenlands Beleid en Europese Aangelegenheden, over de uitspraken van individuele regeringsleden betreffende de aangekondigde verkoop van de GIMV-participatie en de aanwending van de opbrengst ervan.
De laatse dagen leggen de leden van de regering voortdurend verklaringen af over de verkoop van de participatie van de Vlaamse overheid in de GIMV en zelfs over de bestemming van de opbrengst. Nochtans worden er in het regeerakkoord vier voorwaarden gesteld voor de verkoop van die participatie en het is niet duidelijk of die voorwaarden nu al vervuld zijn. Bovendien werd er tijdens de bespreking van het jaarverslag van de GIMV in de commissie voor Economie, Landbouw, Werkgelegenheid en Toerisme op aangedrongen dat de leden van de commissie de nodige discretie aan de dag zouden leggen. Er staan immers een aantal delicate beslissingen op stapel, zoals het bod op Alpinvest. Toch heeft minister Stevaert daarover gisteren een persnota verspreid. De houding van de leden van de regering strookt niet met de discretie die van de leden van het Vlaams Parlement wordt gevraagd. Is de minister-president het eens met die houding?
Tijdens de bespreking van de regerinsverklaring heb ik in de plenaire vergadering al verklaard dat we tijdens de hele regeerperiode voor 165 miljard frank extra geld een bestemming zouden moeten vinden. Die 165 miljard frank komen niet alleen van de natuurlijke aangroei van de begroting maar ook van andere bronnen, zoals de zogenamde zero-base-budgetting en de verkoop van de participaties zoals die van de GIMV. De verkoop van de participatie in de GIMV is maar een aspect van een hele kwestie, namelijk wat tot de kerntaken van de overheid hoort en uit welke vennootschappen de overheid haar participaties van de hand moet doen.
De participatie van de overheid in de GIMV bedraagt 70 percent en de waarde van de GIMV op de beurs wordt op 70 miljard frank geschat. De verkoop zal vanzelfsprekend geleidelijk gebeuren, maar er moet wel beslist worden wat we met de opbrengst zullen doen. Die kan gebruikt worden voor schuldaflossing of voor investeringen in duurzame ontwikkeling, waar ik zelf veel voor voel.
Ik dank de minister-president voor zijn antwoord, maar ik noteer dat hij zich niet wenst uit te spreken over de verklaringen van de leden van de regering.
Het incident is gesloten.