Verslag plenaire vergadering
Verslag
Aan de orde is de beleidsnota Brusselse Aangelegenheden 1999-2004, ingediend door de heer Anciaux, Vlaams minister van Cultuur, Jeugd, Stedelijk Beleid, Huisvesting en Brusselse Aangelegenheden.
De bespreking is geopend
Nadat ik deze beleidsnota had gelezen, had ik het gevoel dat werkelijk alles te koop is, zelfs lucht. Frisse lucht kan ons goed doen, maar deze beleidsnota is opgewarmde lucht.
Een half jaar geleden was de CVP heel enthousiast over het hoofdstuk Brussel in de regeerverklaring. We beloofden toen kritisch, maar constructief na te gaan hoe de regering het beleid zou uitwerken. Tijdens de begrotingsbespreking vroeg de regering ons nog even geduld. Aangezien er voor Brussel geen nieuwe middelen werden vrijgemaakt, was het evenmin nodig een nieuwe visie uit te werken. Zelfs de middelen voor de Vlaamse Gemeenschapscommissie (VGC) werden niet verhoogd. Wel werd beloofd dat de begroting zou worden aangepast tijdens de begrotingscontrole.
Mevrouw Grouwels leest vandaag opnieuw de tekst die ze op haar persconferentie heeft gelezen. Ik heb de begroting inderdaad niet verhoogd, maar evenmin verlaagd. Als ze nu stelt dat deze begroting ontoereikend is om een beleid te voeren, wat deed ze dan in het verleden
Maar de minister wist dat de VGC met een deficit zou zitten, zelfs als het beleid niet gewijzigd werd.
Mevrouw Grouwels beweert dat er onvoldoende middelen zijn uitgetrokken. Hoe ging ze dan in het verleden te werk?
Bovendien vraag ik me af of ik het probleem heb veroorzaakt? De vorige minister van Financiën en Begroting heeft vier jaar lang iedere frank afgenomen van de VGC. Hebt u daar als voormalig bevoegd minister iets tegen gedaan?
U verwijt mij nu dat ik het probleem niet heb opgelost tijdens de voorbije begrotingsopmaak, maar ik zal dat op korte termijn wel doen. Uw fractiegenoten hebben mij in de commissie voor Brussel en de Vlaamse Rand zelfs gezegd dat ik er goed aan doe het structurele tekort eerst nader te bepalen.
Gisteren heeft u op TV-Brussel beweerd dat ik geen initiatieven neem in de bi-communautaire sector. Maar als Vlaams minister voor Brusselse Aangelegenheden ben ik niet bevoegd voor de ziekenhuizen. Ik vind het grotesk hoe u bepaalde leugens verspreidt. U weet net zo goed als ik dat Brussels minister Chabert bevoegd is voor de bi-communautaire sector.
U vertegenwoordigt Vlaanderen in het verenigd college van de Gemeenschappelijke gemeenschapscommissie. Dat is wettelijk vastgelegd in de bijzondere wet inzake de Brusselse instellingen.. Maar u hebt nog niet één vergadering bijgewoond
Ik kan alleen maar mijn collega's op bepaalde agendapunten wijzen. Bovendien heb ik geen tijd om de collegevergaderingen bij te wonen. Mijn kabinet is even groot als het uwe was, alleen heb ik meer bevoegdheden.
Ik betreur dat u de belangen van de Vlaamse Gemeenschap in Brussel niet behartigt
Ik stel voor dat beide kemphanen hun ruzie straks verder zetten, zodat we eindelijk tot de kern van de zaak kunnen komen. Mevrouw Grouwels verwijt de huidige Vlaamse regering een probleem niet op te lossen, dat ze zelf mee veroorzaakt heeft. Ik verwijt u dat niet, maar ik had wel verwacht dat u zich wat bescheidener zou opstellen. Iemand anders uit uw fractie, die niet mede verantwoordelijk is voor dit probleem, had het deficit wel mogen aankaarten. Uw houding is ronduit grof
Het regeerakkoord verwees naar het probleem dat iedereen zag aankomen. Wij zijn verbaasd dat het deficit niet werd weggewerkt in de begroting voor het jaar 2000. Minister Anciaux vraagt ons nu nogmaals geduld te oefenen. Ik hoop alleen dat het probleem tijdens de begrotingscontrole wel zal worden opgelost.
In de beleidsnota Brusselse Aangelegenheden ontbreekt een omvattende visie. Wat is de plaats van Brussel in Vlaanderen en hoe ziet de minister de toekomst? Bovendien stel ik vast dat er niet over corresponderende middelen gesproken wordt. Een aantal concrete beloftes uit het regeerakkoord worden in de beleidsnota herhaald. Zo is er de belofte om uit te gaan van een doelgroep van 300.000 Brusselse Vlamingen. Die norm wordt voortdurend gehanteerd voor allerlei politieke engagementen. Toch wordt er in geen enkele beleidsnota concreet ingevuld wat dat voor het beleid betekent. Ook de middelen om dat te realiseren, ontbreken volledig. Verder heb ik al gesproken over de problemen in verband met de dotatie van de VGC. Ook valt op dat er in de begrotingsbesprekingen verwezen werd naar de beleidsnota en dat men nu doorverwijst naar een nog op te stellen beleidsplan. Ik heb het gevoel dat men aan het lijntje gehouden wordt. Ik hoop dat we in de bevoegde commissie binnenkort kunnen discussiëren over de precieze inhoud van het beleid. Ik stel vast dat als het beleid concreter wordt, bijvoorbeeld met betrekking tot het communicatie- en onthaalbeleid, er zoveel mogelijk taken naar de VGC doorgeschoven worden. Dat is een abdicatie. De minister wil zijn eigen verantwoordelijkheden doorschuiven naar de VGC, maar het is niet duidelijk of zij akkoord gaat om die opdrachten uit te voeren aangezien ze momenteel geen financiële hulp krijgt.
De minister heeft ambitieuze en aantrekkelijke projecten voor Brussel. Zo moet er een groot Europees theater gebouwd worden. De vraag rijst of dat de manier is om de hoofdstedelijke en internationale uitstraling te realiseren. Is het niet beter om een echt samenwerkingsbeleid met de internationale gemeenschap in Brussel tot stand te brengen? Dat ontbreekt in de beleidsnota.
Het verwondert me dat mevrouw Grouwels, die als Brusselaar toch de belangen van Brussel zou moeten verdedigen, de minister verwijt dat hij te ambitieus is. We vinden de beleidsnota net goed omdat die zo ambitieus is.
Ik ben voorstander van begeesterende projecten, maar ik ben van mening dat er verkeerde accenten gelegd worden. Ik geef de voorkeur aan de ontmoeting met de internationale gemeenschap in plaats van één cultuurtempel te bouwen.
Er wordt te weinig aandacht besteed aan de blinde vlekken in het welzijns- en het onderwijsbeleid. Daarin bestaan er grote hiaten, maar ik vind niets terug in de beleidsnota om de noden van Brusselse Vlamingen te lenigen.
Ik hoop dat iedereen de beleidsnota Brusselse Aangelegenheden gelezen heeft. U moet stekeblind zijn om zoiets te durven zeggen. In de nota staan wel degelijk doelstellingen over het onderwijs en de welzijnssector. Zo wordt er met betrekking tot het internationaal ontmoetings-forum invulling gegeven aan het Vlaams-Nederlands huis. Ook wordt het onthaaltehuis van de Vlaamse Gemeenschap opengesteld voor de Brusselse en de internationale gemeenschap. Dat staat letterlijk in de beleidsnota.
Wat het doorschuiven van verantwoordelijkheden naar de VGC betreft wijs ik erop dat ik respect heb voor die commissie als lokale partner. Er staat in de nota dat een dergelijke doorschuiving alleen kan gebeuren als er bijkomende middelen voorzien worden. U schetst een totaal verkeerd beeld van de beleidsnota
Ik heb de nota gelezen, maar die is niet zo duidelijk
U leest de nota met te veel vooroordelen
Het spijt me dat ik te veel nadruk leg op datgene wat ontbreekt. De minister stelt dat de Costa een belangrijke hulp zal betekenen voor de Brusselse Vlamingen in de gemeenten. Ik ben evenwel van mening dat men daarvan niet alle heil kan verwachten. De Costa mag geen alibi zijn om niets te doen voor de Vlamingen in de Brusselse gemeenten. Ook het contact met de Brusselse gemeenschap is belangrijk. Ik vind daarover niets terug in de beleidsnota. In afwachting van de Costa moet er pro-actief een beleid met de gemeenten uitgebouwd worden. Hetzelfde geldt voor de samenwerking met het Brussels Hoofdstedelijk Gewest. Over een aantal zaken, zoals bijvoorbeeld de beroepsopleidingen en het openbaar vervoer, is er niets terug te vinden in de beleidsnota.
Voor ons zijn heel wat zaken niet duidelijk. Wat is op termijn de visie voor Brussel? Welke middelen worden er ter beschikking gesteld? Hoe wordt de hoofdstedelijke uitstraling van Brussel gerealiseerd en hoe kan de tweetaligheid versterkt worden? De begroting was de eerste kans en de beleidsnota de tweede. Bij de begrotingscontrole zal de haan straks een derde keer kraaien. U kan het moment van de waarheid niet blijven uitstellen. (Applaus bij de CVP)
Ik begrijp niets van de uiteenzetting van mevrouw Grouwels : ze slaagt erin een hele tijd over lucht te spreken en vindt dat blijkbaar zo belangrijk dat ze er graag nog een commissiebespreking aan zou wijden.
Ik hoop tijdens de bespreking in de bevoegde commissie te weten te komen wat de concrete plannen van de minister zijn met betrekking tot Brussel
Ik ben optimistischer over de beleidsnota, die onze steun krijgt. Ik stel vast dat men voortdurend een antwoord probeert te vinden op de volgende vragen : hoe kan men Vlamingen in Brussel houden, hoe kan men van Brussel een volwaardige hoofdstad van de Vlaamse Gemeenschap maken en hoe kunnen Vlamingen gegarandeerd vertegenwoordigd worden in de Brusselse instellingen?
Hoe houden we de Vlamingen in Brussel? De stadsvlucht van jonge gezinnen met kinderen wordt niet gecompenseerd door de instroom die tegenwoordig wordt gesignaleerd. Maar er is ten minste al instroom. Er zouden namelijk de laatste tijd weer tienduizenden Vlamingen in Brussel zijn komen wonen, wat op zich hoopgevend is. Ik pleit voor een samenwerking tussen alle krachten die Brussel gunstig gezind zijn. We moeten immers erkennen dat bijvoorbeeld ook burgemeester de Donnéa waardevolle intiatieven ter versterking van het stedelijk weefsel heeft genomen.
TV Brussel moet een belangrijke rol blijven spelen in de Vlaamse communicatie in de hoofdstad. Ook de inschakeling van de VRT in de informatieverspreiding over Brussel geniet onze steun. Wat cultuur en sport betreft, moet voor een klimaat gezorgd worden dat een veelheid aan kleinschalige initiatieven laat gedijen naast grote cultuurhuizen. Overigens worden sommige culturele centra uit de rand verontrust door bepaalde uitspraken in de beleidsnota, maar daarover straks meer. De op zich verdedigbare prestigezaak van het Europees Theater roept wel financiële vragen op. Het Nederlandstalige onderwijs floreert dan weer beter dan ooit. De aantrekkingskracht bereikt ook anderstaligen en allochtonen. Wat het taalgebruik betreft, moeten wij echter vaststellen dat de tweetaligheid in Brussel erop achteruitgaat, in het bijzonder in de privé-sector Nochtans is dat een voorwaarde voor een leefbare samenleving.
Kwantitatief ligt het wat lastiger, maar kwalitatief is het Nederlands ook in het bedrijfsleven meer dan ooit present bij de kaders. Dat houdt op zich al een belangrijke hefboom in. De studie Wonen in Brussel wijst dan weer op een opmerkelijke instroom
Dat er iets in beweging komt, is op zich al een lichtpunt. Op de markt, in winkels moeten wij echter wel vaststellen dat het Nederlands erop achteruitgaat. Zo valt het op dat de statuten van appartementsgebouwen in mede-eigendom gewoonlijk alleen nog in het Frans beschikbaar zijn. Dat is een betekenisvolle ontwikkeling. Maar Vlaanderen laat Brussel niet los : het blijft de hoofdstad van Vlaanderen, België en Europa. Vlaanderen vormt met Brussel een sociaal-economische belangengemeenschap. (Applaus
Tijdens de vorige regeerperiode legde de VLD-VU alliantie de Brusselse instellingen lam. Staatssecretaris Anciaux stapte namelijk op, omdat met het FDF niet langer samen te werken viel. Het taalhoffelijkheidsakkoord fungeerde als spreekwoordelijke druppel. Men speelde het hard en dreigde zelfs de ratificatie van het Verdrag van Maastricht te saboteren. Het eurostemrecht zou alleen aanvaard worden als er eerst waarborgen kwamen voor de politieke vertegenwoordiging van de Vlamingen in de Brusselse gemeenten. Er werden dure eden gezworen, maar waar zijn die waarborgen? De gemeenteraadsverkiezingen komen eraan en ook de beloofde defederalisering van de Gemeente- en de Provinciewet is er niet gekomen. Veel cinema en met vuur spelen, dat wel, maar de eisen zelf : waar zijn die gebleven?
Er is inderdaad een incident geweest in Brussel, maar het onvermogen van de Vlamingen om uiteindelijk iets af te dwingen, hadden zij aan de CVP te danken : die durfde niet tot het einde gaan. Wat de eed betreft, waarnaar u verwijst : die legden wij af op de IJzerbedevaart, tegenover Vlaanderen. Wij beloofden te streven naar een zo groot mogelijke autonomie. Dat de voorzitter van het IJzerbedevaartcomité daarbij opriep tot de defederalisering van de Gemeente- en de Provinciewet, is iets anders.
Ook onze fractie blijft onverkort achter de Vlaamse eisen staan : de gegarandeerde politieke vertegenwoordiging van de Vlamingen in de Brusselse instellingen is een cruciaal punt. Hoe dat het beste kan gerealiseerd worden is een andere kwestie. In elk geval maakte tijdens de voorbije regeerperiode het gespannen Vlaams-Waalse klimaat elke voortgang onmogelijk. Die sfeer was deels te wijten aan de houding van de CVP : toenmalig minister-presdident Van den Brande praatte niet meer met zijn Franstalige collega's. Vandaag is dat anders : er wordt overlegd in de Costa's en ik ben ervan overtuigd dat we daarvan resultaat mogen verwachten
We moeten niet met zijn allen antwoorden geven aan de fractievoorzitter van de CVP. Leden van Agalev maakten al opmerkingen over de deontologie van mevrouw Grouwels. Nu zegt de fractievoorzitter van de CVP dat de onderhandelaars van de Vlaamse meerderheid in Brussel niets bereikt hebben. Mevrouw Grouwels krijgt dus ook kritiek van haar fractievoorzitter.
De waarborgen op gemeentelijk vlak voor de Brusselse Vlamingen moeten onderhandeld worden in het federale parlement, met een tweederdenmeerderheid. Begin 1997 werden de instellingen door de VU lamgelegd. De CVP en de SP hebben de zaken nog een tijdje gecontinueerd. Nu kiest de VU echter voor de macht. Ooit zal de partij echter iets moeten realiseren. De staatshervorming wordt op dit ogenblik niet meer besproken. Voor de gemeenteraadsverkiezingen van oktober komen er geen waarborgen. Binnen de Costa is de hervorming van de gemeente- en de provinciewet afgevoerd tot na de verkiezingen. Dat betekent dat de Vlamingen hun machtsinstrumenten niet gebruikt hebben.
Wij zouden de resoluties van het Vlaams Parlement ernstig genomen hebben en daar was men bang voor. Daarom hebben we niet alles opgenomen in ons verkiezingsprogramma. Inzake Brussel waren bepaalde punten immers niet realiseerbaar. Ik denk daarbij onder meer aan de mogelijkheid dat het Vlaams Gewest initiatief zou nemen in Brussel. Nu gebeurt er helemaal niets. Dat verschil tussen woord en daad ergert me mateloos.
De heer Platteau heeft terecht gezegd dat de situatie van de Brusselse Vlamingen niet verbeterd is. Tijdens de vorige legislatuur is de heer Vic Anciaux uit de Brusselse Executieve gestapt wegens het taalhoffelijkheidsakkoord. Dat was immers een afwijking van de taalwetgeving waarvan de heer Van Vaerenbergh een fervent verdediger is. Nu stelt men dat er door de naleving van het taalhoffelijkheidsakkoord een positieve evolutie is in Brussel. Ik zie echter geen verbetering in de naleving van de taalwetgeving.
De CVP heeft veertig jaar de tijd gehad om de daad bij het woord te voegen. Voor de Vlamingen in Brussel is er echter niets verbeterd. De heer Vic Anciaux heeft de instellingen verlaten en zo heeft hij alles lamgelegd. Ik kan niet in zijn plaats antwoorden. Wellicht heeft hij een incident willen creëren om aan te tonen dat het zo niet verder kon. Ik weet dat niet enkel de discussie over Brussel, maar de hele communautaire discussie stil lag voor de verkiezingen. De hele tijd heeft men brandjes moeten blussen om op een serene manier de verkiezingen te kunnen ingaan.
Op dit ogenblik praten de gemeenschappen met elkaar. De Costa is een instrument dat tot oplossingen kan leiden. Er is vooruitgang, ook al moeten we dan wachten tot oktober.
Wat hier gebeurt, siert Brussel niet. De VU heeft de Brusselse regering verlaten omdat de taalkaders op 29,48 percent waren vastgelegd voor de Vlamingen. Nu steunt de VU de regering en de VLD stapt met een minister in de regering.
Waarom stapt de heer Chabert dan niet op uit de Brusselse regering? Zo zou hij de daad bij het woord voegen.
Als de CVP niet meedoet in Brussel, dan moet men regeren met het Vlaams Blok. De CVP had ook kunnen zoals Vic Anciaux : niet meeregeren en zo de hele staatsstructuur platleggen.
De heer Chabert is maar al te gelukkig dat hij erbij kon zijn. (Vrolijkheid
Als men de gemeenteraadsverkiezingen laat voorbijgaan, dan komen er tijdens deze legislatuur geen waarborgen voor de Brusselse Vlamingen, daarvan ben ik overtuigd. Als er op het einde van de vorige legislatuur veel spanningen waren, dan was dat omdat de Franstaligen ervan overtuigd waren dat er met de resoluties van het Vlaams Parlement rekening gehouden moest worden. De federalisering van de kinderbijslag en van de sociale zekerheid werden nu niet opgenomen in het federale regeerakkoord.
Het is de eerste keer dat alle punten zijn opgenomen in het Vlaams regeerakkoord.
De Franstaligen voelen aan dat ze hun slag gemakkelijk zullen thuishalen. Niemand is nu nog geïnteresseerd in wat er in het Vlaams Parlement wordt gezegd over de staatshervorming. De Vlaamse regering is totaal afwezig in de Costa. De Vlamingen maken geen vuist meer. Dit zal leiden tot problemen voor de VU en zelfs tot een splitsing van de partij. Minister Anciaux zal op het einde van de legislatuur niet meer in de Vlaamse regering of in de VU zitten. Bij het Eurostemrecht en bij de Snelbelgwet heb ik me afgevraagd waar de waarborgen voor de Vlamingen bleven.
De CVP heeft zelf het eurostemrecht mee goedgekeurd, in tegenstelling tot de Volksunie. (Samenspraken)
Ik wil zo naïef zijn om te geloven dat er waarborgen zullen komen voor de Brusselse Vlamingen. Ik geloof dat een groot deel van deze beleidsnota zal worden uitgevoerd en dat de trend van de verhuis van Vlamingen naar Brussel zich zal voortzetten. Enkel wanneer deze trend zich doorzet is er nog kans voor de Vlamingen in Brussel.
Het zijn immers niet alleen de instellingen of de politici die het verschil maken : het belangrijkste is dat de Vlaming de weg naar Brussel terugvindt. (Applaus bij de VLD, de SP, AGALEV en VU&ID
De VLD heeft nooit iets voor de Brusselse Vlamingen gedaan. Er bestaat geen geheugen meer in de politiek.
Dat is demagogie.
Ik ben niet helemaal ontevreden met deze beleidsnota. Ik ben het ermee eens dat Brussel en de Vlamingen staatkundig, functioneel, op het vlak van mensen en instellingen met elkaar verweven zijn. Ik ben het er ook mee eens dat de Vlamingen Brussel niet mogen loslaten en dat de Vlamingen zich moeten kunnen thuisvoelen in Brussel. Daarbij moet er inderdaad een beroep worden gedaan op de media en moet er voldoende aandacht worden besteed aan de huisvesting, het belang van het Nederlandstalig onderwijs en de samenwerking met Nederland.
Hoewel het Vlaams Blok zich kan terugvinden in de grote lijnen van deze beleidsnota, heeft mijn partij kritiek op de praktische uitwerking daarvan. Zo gaat de minister bijvoorbeeld uit van de positieve invloed van de Europese en internationale instellingen op Brussel. Verscheidene studies hebben echter aangetoond dat de invloed van deze instellingen desastreus is voor de Vlamingen in Brussel en de Rand. De verengelsing en de invoering van het stemrecht voor EU-burgers, en in de toekomst ook voor niet-EU-burgers, zullen ervoor zorgen dat de Vlamingen in Brussel nog verder worden geminoriseerd. Het Vlaams Blok weigert daaraan mee te werken. We zeggen neen tegen het aantrekken van nieuwe internationale en supra-nationale instellingen naar Brussel.
Ik ben het niet eens met de multiculturele premisse van deze beleidsnota. De Vlaamse Gemeenschap en de VGC zijn er in de eerste plaats voor de autochtone Nederlandstalige bevolking en voor de verfranste Vlamingen. Niet voor de anderstaligen in Brussel of voor de Marokkanen, Turken of andere vreemdelingen in het Vlaams of het Brussels Gewest. Het Vlaams Blok wil de belangen van het Vlaamse volk verdedigen.
U weigert een gesprek met anderstaligen te voeren. Waarom voert het Vlaams Blok in Brussel haar campagnes dan in twee talen?
Nergens in mijn beleidsnota toon ik me naïef ten aanzien van de internationale instellingen in Brussel. Ik heb alleen onderstreept dat de internationale uitstraling van Brussel kansen biedt. Ik besef maar al te goed dat de internationale instellingen voor talloze problemen hebben gezorgd, onder meer op het vlak van huisvesting. Ik heb al herhaaldelijk gezegd dat de EU op dit vlak mee haar verantwoordelijkheid zou moeten nemen om de sociale problemen op te vangen. Niet alleen de internationale instellingen treft echter schuld. Ook de megalomane projecten van de jaren zestig, vooral onder invloed van Franstaligen, hebben voor problemen gezorgd.
We mogen echter niet uit het oog verliezen dat de aanwezigheid van de internationale instellingen ook positieve gevolgen heeft. Er is nood aan contact met andere culturen, zonder dat we daarbij onze eigenheid verliezen, als verweer tegen allerlei vormen van xenofobie en racisme.
U mag een partij niet verwarren met de overheid. Het Vlaams Blok voert op permanente basis een tweetalige campagne om de verfranste Vlamingen in Brussel terug te winnen.
Bepaalde Brusselse instellingen staan onvoldoende open voor de Vlamingen in de hoofdstad. Sommige gemeenschapscentra organiseren nauwelijks activiteiten die de Vlamingen interesseren
De verantwoordelijke voor het gemeenschapscentrum De Kroon in Sint-Agatha-Berchem bevestigt de woorden van de heer Lootens-Stael. Brusselse Vlamingen voelen zich niet aangetrokken tot het aanbod. Ik vind het spijtig dat men dat blijft ontkennen.
Ik heb die persoon jarenlang begeleid. Let er voor op hem als bron te gebruiken.
De persoon in kwestie distantieert zich van het Vlaams Blok, Dat versterkt onze argumentatie.
Blijkbaar ben ik niet de enige die het probleem vaststelt. Het gaat niet op te stellen dat de Vlaamse Brusselaars de veelheid aan culturen aanvaarden en bereid zijn offers te brengen. Brussel is volgens minister Anciaux een laboratorium waar de samenleving van morgen ontwikkeld wordt. Proeven op dieren mogen al lang niet meer en dat verbod geldt ook voor Vlaamse Brusselaars. Bovendien lopen experimenten al eens verkeerd af, waarbij het hele laboratorium ontploft. Ook samenlevingen zijn onderworpen aan natuurwetten ; daarmee knoeien is onmenselijk.
Ik ben ook het resultaat van culturele vermenging, maar ik voel mij daar niet minder om. Overigens, mijnheer Lootens-Stael, u ziet er ook niet zo Germaans uit.
De internationale uitstraling van Brussel en zijn multicultureel karakter kunnen verrijkend zijn, op voorwaarde dat we onze eigen identiteit niet verliezen. Precies daaraan wil ik aandacht besteden. Wat u hier beweert is verwerpelijk en ruikt naar racisme.
Andere culturen zijn inderdaad verrijkend tenminste als we datgene eruit kunnen kiezen dat wat we zelf waardevol vinden. Maar in bepaalde Brusselse wijken wordt de Vlamingen een andere cultuur opgedrongen.
Ik woon in zo een wijk en ik woon er graag
Vlaanderen is eeuwenlang het slagveld van Europa geweest. Vele legers sloegen hier hun tenten op en lieten hier hun biologische erfenis na. De Vlamingen zijn het meest verbasterde volk van Europa en dat is precies onze sterkte. Wij hoeven niet bang te zijn van andere culturen. (Applaus
Pleit u er nu voor van Vlaanderen een nieuw slagveld te maken
Dat is een persiflage
Een slagveld waarop we u met zijn allen zullen bestrijden
De wereldvreemdheid die blijkt uit deze beleidsnota zal alle Vlamingen uit Brussel verjagen. De Vlamingen leveren geld en knowhow, maar krijgen niet te kans te zeggen wat er met dat geld moet gebeuren. Het Nederlandstalige onderwijs moet ook anderstaligen blijven opvangen, terwijl al is aangetoond dat de kwaliteit van het Nederlandstalige onderwijs daardoor achteruit gaat. Cultuur met de grote c is het toverwoord, terwijl de gewone Vlaming in Brussel zich er niet door aangesproken voelt. Het welzijnsbeleid wordt toegespitst op jongerenprostitutie, AIDS en vluchtelingen. Typisch stedelijke problemen, maar voor de Brusselse Vlamingen zijn er andere prioriteiten.
De gegarandeerde Vlaamse aanwezigheid in de schepencolleges, gemeenteraden, OCMW-bureaus en -raden moet volgens de minister door de Costa geregeld worden, terwijl verschillende federale parlementsleden, ook die van de Volksunie en de CVP, die aangelegenheid naar de zogenaamde Brusselse Costa verwijzen. Daar stelt minister Chabert echter dat de federale Costa zich over deze kwestie zal buigen. Minister Chabert is het er enkel om te doen het Vlaams Blok tegen te houden.
De Brusselse Costa is alleen bevoegd voor de gewaarborgde vertegenwoordiging van de Vlamingen in de Brusselse hoofdstedelijke instellingen
Omdat men denkt op die manier het Vlaams Blok te kunnen tegenhouden
U speelt alweer uw geliefkoosde rol van klein duimpje. Denkt u nu werkelijk dat het Vlaams Blok belangrijk genoeg is om in de Costa besproken te worden
Wij zijn de grootste partij in Brussel
De Brusselse Costa praat over de uitvoering van het regeerakkoord, meer bepaald over de gewaarborgde vertegenwoordiging van de Vlamingen op gewestelijk niveau en de financiering van het onderwijs in bepaalde probleemwijken
Deze beleidsnota wil de gewaarborgde vertegenwoordiging in de federale Costa regelen, maar bepaalde federale parlementsleden schuiven deze kwestie door naar de Brusselse Costa
Wij hebben zelf een voorstel ingediend in de Costa
Ik vrees dat dat nooit besproken zal worden omdat u alleen maar om uw eigen parlementaire zitje in Brussel bekommerd bent.
De diagnose in deze beleidnota is vaak correct, de uitgangspunten zijn positief, maar er worden geen oplossingen aangeboden. Deze beleidsnota verdient de eerste prijs voor volksvreemd altruïsme en krijgt van ons daarom een onvoldoende. (Applaus bij het VB)
U verwacht waarschijnlijk stevige kritiek op de beleidsnota. Maar woorden als samenwerking, multicultureel karakter en gezamenlijk beheer klinken me als muziek in de oren. Brussel is een meertalig gewest. De wanverhouding tussen de Nederlands- en de Franstaligen is te wijten aan het feit dat de Franstaligen die in Brussel werkten, zich er ook gevestigd hebben, terwijl de meeste Vlamingen de voorkeur gaven aan het pendelen. Daarnaast wonen er een aantal buitenlanders die eerder het Frans dan het Nederlands leren omdat ze daarmee een ruimer publiek bereiken.
Wat de gewaarborgde vertegenwoordiging van de Vlamingen in de lokale besturen betreft ben ik van mening dat men het algemeen kiesrecht niet zomaar kan afschaffen. Welke compensatie staat er voor de Franstaligen tegenover de gewaarborgde vertegenwoordiging van de Vlamingen?
Wanneer ik uw historische analyse beluister, lijkt het wel alsof Brussel pas twee of drie jaar geleden is ontstaan. Wellicht ook uw familie is verfranst. Er is immers een voortdurende verfransingsmachine aan het werk geweest.
Koestert u zich toch geen illusies. Er is geen sprake van enig parallellisme tussen de situatie van Brusselse Vlamingen en die van de Franstaligen in de Brusselse Rand. Het enige wettelijke parallellisme is dat tussen de situatie van de Vlamingen in Brussel en die van de Franstaligen in België. Als u de situatie van de Vlamingen in Brussel opblaast, dan doet u dat ook voor die van de Franstaligen in België. U kan toch niet blijven vechten voor iets wat totaal onhaalbaar is.
Ik heb niet gesproken over een parallellisme, maar wel over een compensatie. De gegarandeerde vertegenwoordiging van de Vlamingen in de lokale besturen is een toegeving van de Franstaligen. Ik heb niet gezegd dat er een gelijkvormigheid moet komen met de Franstaligen in de rand.
Een democraat gaat uit van een gewaarborgde vertegenwoordiging. Dat moet toch niet gecompenseerd worden. Democratie moet niet afgekocht worden
Democratie betekent : een man, een stem.
Bedoelt u dat een stem in heel België gelijk is?
Ja.
Dan bent u dus bereid Europese en senaatszetels in te leveren? U schaadt de belangen van de Franstaligen
De democratische cultuur is rijker dan het principe een man, een stem. Dat is een bekrompen benadering van democratie.
Een bepaald aantal zetels dient voor een gemeenschap gewaarborgd te worden.
De samenwerking tussen beide gemeenschappen is belangrijk. In de beleidsnota staat dat de aanwezigheid van verschillende culturen een meerwaarde toevoegt. Waarom staan de Vlamingen in Brussel opener voor de andere culturen dan voor de Franstaligen in de Rand?
Hoe durft u dat te zeggen? Kent u één gemeenschap die meer middelen in het onderwijs in een andere taal investeert? Voor zover ik weet, heeft dit parlement u nog nooit manu militare laten verwijderen terwijl dat omgekeerd wel gebeurd is met een Vlaming in de toenmalige Franse Gemeenschapsraad. U moet geen lessen in verdraagzaamheid geven aan dit parlement
Dat is geen goed thema voor u
Ik lees in de beleidsnota dat het aangewezen is dat leerkrachten Nederlands opgeleid in een Vlaamse instelling, Nederlands kunnen geven in het Franstalig onderwijs en omgekeerd. Ik ben blij dat de minister een goed taalonderwijs wil voor de Brusselse kinderen. Het is inderdaad belangrijk dat de leraars de mogelijkheid krijgen om in hun eigen moedertaal te onderwijzen. Ik vind het echter jammer dat die lijn niet doorgetrokken wordt naar de rest van Vlaanderen en Wallonië
Op zich is dat geen foutieve inschatting, maar ik heb toch een aantal bedenkingen. Het is niet slecht dat moedertaalsprekers, af en toe eens in het onderwijssysteem instappen, maar men mag die situatie niet bestendigen. Leraars die een andere taal dan hun moedertaal onderwijzen, kennen de zogenaamde foute vrienden.
Voor Brussel wordt dat nochtans aangemoedigd
In Brussel gaat de vlieger op. Daar wordt Frans als vreemde taal aan de Nederlandstaligen twee jaren vroeger aangeleerd dan in Vlaanderen.
Ten slotte wil ik nog even terugkomen op uw stelling dat onbekend onbemind is. Ik lees dat de Nederlandstaligen als hele groep soms beschouwd worden als extremisten en racisten in de Franstalige pers. Ik begrijp hoe dat voelt. Onbekend is inderdaad onbemind. Men mag zich echter niet beperken tot het Brusssels Hoofdstedelijk Gewest om de tolerantie te prediken. Die moet er ook buiten de gewestgrenzen zijn.
Ik ben ontgoocheld over het debat over Brussel. Brussel is een moeilijk, delicaat en politiek belangrijk onderwerp, maar we moeten er toch ten gronde over nadenken vooraleer we verdergaan. Het gaat goed met Brussel op economisch en institutioneel vlak. De instellingen werken goed en Brusselse Vlamingen participeren erin.
De dag waarop Brussel de hoofdstad van Europa werd, kwam voorgoed een nieuwe dynamiek op gang. Ik sta daarom achter de keuze voor een dubbele benadering van het Brusselse dossier : Brussel intra muros en Brussel met zijn internationale rol. Wat het eerste spoor betreft, biedt de multiculturele samenleving geweldige kansen op verrijking. Ten aanzien van de internationale gemeenschap, is er dringend nood aan een ontmoetingsplaats met het bedrijfsleven.
Tijdens mijn gesprekken met mijn Nederlandse collega Van der Ploeg over het Vlaams-Nederlandse Huis in Brussel kwam dat aan de orde. Die ontmoetingsplaats staat in het Vlaamse regeerakkoord en eerder werden al hemel en aarde bewogen om het dossier vlot te krijgen, door de heer Weckx en door anderen van mijn voorgangers. De Nederlanders zijn heel wat terughoudender. Het overleg gaat thans in de richting van een ontmoetingsplaats naar het model van het Amsterdamse huis De Balie. De culturele en de socio-economische gemeenschap voeren er een open debat. Ik ben er voorstander van om ook hier een dergelijke hedendaagse invulling na te streven. Ik weet dat de heer Vandenbossche liever een meer direct economische aanpak voorstaat, zoals trouwens ook het VEV. Ik sluit zijn suggestie in elk geval niet uit, ik zoek nog een concrete invulling.
Ik speel inderdaad in op het VEV-rapport over de sociaal-economische belangengemeenschap die Vlaanderen en Brussel vormen. De repliek van de minister verheugt mij. We moeten in Brussel streven naar partnerschap. Daarbij mag de Vlaamse overheid de VGC niet vergeten, maar dat verwacht ik ook niet van de minister. Wel hoop ik dat hij na de analyse ook de juiste beslissingen neemt. Voorts vraag ik andermaal uw aandacht voor de unieke kans die de site van De Lijn in de Kuregemwijk biedt : 125.000 vierkante meter liggen er te wachten op Vlaams initiatief.
Tot slot wil ik een lans breken voor een vijfde congres van de Brusselse Vlamingen. De tijd daarvoor is rijp. De Brusselse Vlamingen hebben een grote traditie van democratisch overleg over de partijgrenzen heen : een kleine gemeenschap kan zich geen verdeeldheid permitteren. (Applaus)
Het debat begon heftig en eindigde gelukkig zonder anticlimax, in weerwil van de bekende gevoeligheden. Ik zinspeel op de VGC. Men weet dat de technische bespreking van de begrotingscontrole volop aan de gang is. Ik heb de regering om 244,4 miljoen frank gevraagd voor de VGC. Dat bedrag werd berekend door de Inspectie voor Financiën, op basis van constant beleid. Daarin inbegrepen is een eenmalig bedrag van 50 miljoen frank ter compensatie van de als verloren te beschouwen Cocof-schuld in het Coovi-dossier. Daarnaast ben ik ervan overtuigd dat bijkomende beleidsruimte nodig is en ik ben bereid binnen mijn bevoegdheden naar middelen daarvoor te zoeken. De schrijnende situatie op het vlak van de voorlopige twaalfden, mag als opgelost beschouwd worden.
De repliek van de minister pareert een deel van onze kritiek. Hopelijk slaagt hij erin zijn voornemens te realiseren. Brussel wacht erop.
Door de heer Vermeiren, door de heer Van Vaerenbergh, door de heer Lootens-Stael en door mevrouw Grouwels en de heer Vandenbossche werden tot besluit van de behandeling van deze beleidsnota met redenen omklede moties aangekondigd.
Ze moeten uiterlijk vrijdag 24 februari 2000 om 17 uur zijn ingediend.
We zullen op woensdag 15 maart 2000 om 16 uur de hoofdelijke stemmingen over de moties en de beleidsnota houden.
De bespreking is gesloten.
De vergadering wordt geschorst om 18.58 uur.
De vergadering wordt hervat om 19.36 uur