Verslag plenaire vergadering
Verslag
De algemene bespreking is geopend.
De heer Bart De Smet, verslaggever, verwijst naar het schriftelijke verslag.
Mevrouw Mieke Van Hecke, verslaggever : De drie volgende voorstellen van decreet hebben te maken met de werkgelegenheid, de personeelsmiddelen en de technische aspecten van de culturele en socio-culturele sector.
Ik zal telkens een kort verslag geven en een aantal opmerkingen maken. Door overmacht was ik niet aanwezig bij de bespreking in de commissie. Ik verontschuldig me ervoor dat ik nu een aantal vragen stel.
Het eerste voorstel gaat over de regularisatie van de DAC-contracten en de aanvullende subsidies voor tewerkstelling in de culturele sector. De heer Lauwers verwees naar het voornemen in het regeerakkoord om tijdelijke tewerkstelling zo veel mogelijk te vervangen door reguliere tewerkstelling.
Het doel van het voorstel is om de specifieke regels van de DAC-regularisering te integreren in de regelgeving van de culturele sector. De gelijkschakeling van statuten en loon in eenzelfde organisatie is niet meer dan rechtvaardig. Ook wordt het mogelijk om een eigen personeelsbeleid te voeren en komt er een forfaitaire premie voor aanvullende tewerkstelling.
Vooreerst wordt er nog steeds verwezen naar het museumdecreet maar dat is vorige week door het erfgoeddecreet vervangen. Daarenboven is het begrip 'musea' anders gedefinieerd in beide decreten. Daarom stellen we voor om in artikel 9 te spreken over musea als bedoeld in het Erfgoeddecreet.
Doordat in artikel 2 niet verwezen wordt naar de sectoren muziek en podiumkunsten, zijn de organisaties niet-erkend of niet-gesubsidieerd en worden de DAC-projecten in die sectoren geregulariseerd vanaf 1 januari 2003. Voorts wordt er voor de aanvullende subsidies niet verwezen naar het in 2005 enige en omvattende kunstendecreet. Het is evenmin duidelijk of de artikelen 11 en 12 van toepassing zijn op de muziek- en podiumkunstensector. Worden in artikel 13 organisaties bedoeld die op basis van de objectieve parameters uit artikel 12 aangeduid werden?
Hoewel ik veronderstel dat de bedoeling om de DAC-problematiek te integreren in de geldende culturele regelgeving ook geldt voor de podiumkunsten- en muzieksector, zijn verwijzingen in tal van artikelen verwarrend en bieden geen rechtszekerheid.
Het is evenmin duidelijk waarom de herverdeling van de DAC-middelen met ingang van 2005 gebeurt. De nieuwe beleidsperiodes van het kunstendecreet starten later en de vervangers van de geregulariseerde DAC'er worden gesubsidieerd tot het einde van de lopende beleidsperiode. Hoe zullen de aanvullende subsidies in de muziek- en podiumkunstensector in 2005 verdeeld worden op basis van decreten die dan niet meer zullen bestaan?
Ik hoop dat de minister in artikel 12 duidelijker zal maken welke gemeenten in aanmerking zullen komen voor subsidies en wat de omvang is van het contingent. Er zijn immers geen contingenten in het gemeentelijke jeugdwerkbeleidsplan en cultuurbeleidsplan. Men werkt met enveloppen. Er is nog wat werk vooraleer de sector rechtszekerheid krijgt.
Ik heb principiële bezwaren tegen artikel 12 waar de regering een blanco cheque krijgt om de objectieve parameters vast te leggen Op basis waarvan men de contingenten zal bepalen. Ik had liever enkele aanzetten gezien van basisparameters.
Ik zie nog twee uitschuivers. Artikel 17 stelt : de concrete regelen die in aanmerking moeten worden genomen, worden bepaald per ministeriële rondzendbrief. Ik heb geen idee waarop dit slaat. De minister zal nog heel wat werk hebben om dit te kaderen in een uitvoeringsbesluit. Normaal geeft een uitvoeringsbesluit uitvoering aan een decreet, nu is het noodzakelijk om te begrijpen wat in sommige artikelen van dit decreet staat.
De totstandkoming van dit voorstel van decreet is heel moeilijk geweest. Er zijn veel onderhandelingen nodig geweest om een regeling te vinden voor de regularisatie van de DAC-ers en om een correcte verdeling te maken van het aantal DAC-ers waarop organisaties recht hebben. Gezien de beperktheid van het budget is dit heel moeilijk. Ik heb er begrip voor dat de minister dit nog wou afronden in deze regeerperiode, maar ik had dit liever gezien in een sluitend decreet dat ook rechtszekerheid bood. Daarom zullen we dit voorstel van decreet niet goedkeuren. (Applaus bij CD&V)
Vooreerst wil ik benadrukken dat dit voorstellen van decreet zijn.
We zullen een verslag krijgen van de pertinente opmerkingen die u maakt. We zullen de leden van de commissie voor Cultuur hierop een antwoord bezorgen. Waar dit nodig is, zullen we uitvoeringsbesluiten of andere maatregelen nemen.
De algemene bespreking is gesloten.
Artikelsgewijze bespreking
De voorzitter : Aan de orde is de artikelsgewijze bespreking van het voorstel van decreet van de heren Vandenbossche, Vermeulen, Lauwers en Verstraete houdende aanvullende subsidies voor tewerkstelling in de culturele sector.
- De artikelen worden zonder opmerkingen aangenomen.
De artikelsgewijze bespreking is gesloten.
We zullen morgen om 16 uur de hoofdelijke stemming over het voorstel van decreet houden.