Verslag plenaire vergadering
Verslag
ACTUALITEITSDEBAT
De staatshervorming en het Brusselakkoord
De voorzitter : Aan de orde is het actualiteitsdebat over de staatshervorming en het Brusselakkoord.
De bespreking is geopend.
Er hangt een rare sfeer in de Wetstraat. Iedereen vraagt zich af of het Lambermontakkoord een tweederde meerderheid zal halen in de Kamer. Nogal wat politieke waarnemers zien in de talrijke slagen onder de gordel een profileringsdrang met het oog op nakende verkiezingen. Maar voor premier Verhofstadt is er helemaal niets aan de hand. Minister-president Dewael maakt zich evenmin zorgen : wat er ook gebeurt met de Volksunie, de Vlaamse regering zit goed, zegt hij in een interview.
In september van vorig jaar verbond minister-president Dewael zijn politieke lot aan een Vlaamse doorbraak. In januari herhaalde hij dat : voor het einde van dit jaar moest fiscale autonomie een feit zijn, anders verloor zijn regering haar bestaansrecht. Is hij nog steeds die mening toegedaan?
Minister-president Dewael geeft de Volksunie zelfs aanwijzingen : hij heeft respect voor het democratische nationalisme, maar is dat een voldoende basis om er een partij op te bouwen? En waar de leden van de groep rond de heer Bourgeois eerst als schoften werden omschreven, vrijt men ze nu opnieuw op omdat de PSC het Lambermontakkoord weigert goed te keuren.
Als de dissidenten braaf zijn, mogen ze zelfs in de Volksunie bijven en zal minister Anciaux niet onmiddellijk, maar pas in 2003 overstappen naar de koepelpartij van de heer Janssens. Hij wil immers absoluut minister blijven en negeert daarvoor zijn eigen programma. Door zijn gedrag wankelt de Vlaamse regering en de hele Belgische politiek. Minister-president Dewael lacht de resoluties van het Vlaams Parlement weg om het - en ik benadruk dat lidwoord - paars-groene project mogelijk te maken.
Het Lambermont-akkoord is een slecht akkoord omdat het geen rekening houdt met die resoluties. Het Vlaams Parlement verliest zo aan betekenis. Wij dachten dat die resoluties een nieuwe hefboom waren en voor een doorbraak zouden zorgen.
Lambermont is bovendien een duur akkoord. In 2010 kost het 100 miljard frank en levert het 7 miljard frank nieuwe bevoegdheden op. Dat is één honderdste van wat we gevraagd hadden.
Het is bovendien een definitief akkoord. De Franse Gemeenschap kwam 6 miljard frank tekort en krijgt in 2005 14 miljard frank extra en in 2010 zelfs 34 miljard frank extra. Volgens federaal minister Onkelinx overtreft het akkoord haar stoutste dromen. Volgens de heer Hasquin moet de Franse Gemeenschap daardoor geen vragende partij meer zijn. De komende generatie zullen we er dus niet in slagen bijkomende stappen te zetten. Dat is de historische verantwoordelijkheid van de groep rond de heer Bourgeois.
Het akkoord is niet efficiënt. Landbouw wordt een versnipperde bevoegdheid. Minister Happart krijgt een vetorecht over het Belgisch standpunt in de Europese ministerraad. Ontwikkelingssamenwerking wordt niet gecommunautariseerd. In de Senaat is immers beslist dat bij bijzondere meerderheid moet gestemd worden over de oprichting van een werkgroep die zal moeten nagaan of ontwikkelingssamenwerking al dan niet geregionaliseerd zal worden.
De zogenaamde fiscale autonomie is een lachertje. Het gaat om maximaal 1.000 frank per maand minder belastingen. Dat is de 6,75 procent marge voor afcentiemen; 80 procent van onze begroting blijven dotaties.
De Raad van State heeft een vernietigend advies uitgesproken over dit akkoord. Als het Arbitragehof een aantal bepalingen vernietigt die gunstig zijn voor de Vlamingen, hebben we niets mee. Indien de Kamer de Financieringswet goedkeurt maar de Gemeentewet niet, hebben de Franstaligen hun geld maar de Vlamingen niets.
De heer De Gucht zegt zelf dat de akkoorden over Brussel perfide zijn omdat de dubbele meerderheid wordt opgeheven. We hebben enkel een niet-gewaarborgde schepen met niet-gewaarborgde bevoegdheden. Twee bijkomende schepenen kosten ons daarenboven 5 miljard frank. Het gaat over 1 miljard frank per jaar gedurende vijf jaar. Minister Anciaux zei in april hierover dat een Vlaamse schepen in Brussel zonder bevoegdheden een dode mus was en dat hij liever de dubbele meerderheid zou invoeren. Het omgekeerde is nu geschied.
Meer en meer kan met Lambermont vergelijken met het Egmontpact. Ook hier was sprake van een onbeschrijfelijke arrogantie van ministers en partijvoorzitters en noemde men de Vlaamse beweging een bende onverantwoordelijken. Men chanteerde door te zeggen dat het het akkoord van de laatste kans was. In 1988 en 1993 waren er geen dissidenten in VU, SP en CVP omdat de akkoorden beter waren. Indien de heer Schiltz nu zegt dat wie tegen Lambermont is voor extreem-rechts is, is dat een uiting van pure machtsdrang. De vorige akkoorden waren ook niet perfect, maar de kritiek was niet zo bitter en ze werden niet door ieders strot geduwd. Na Lambermont zal er 10 jaar lang geen staatshervorming meer mogelijk zijn omdat de Franstaligen hun middelen al hebben.
Een aantal maanden geleden zei de minister-president nog dat hij na deze staatshervorming opnieuw van gemeenschap tot gemeenschap wil onderhandelen. Nu beperkt hij zich tot het aanbrengen van verfijningen zoals bijvoorbeeld de akkoorden over de NMBS. Minister-president Van Cauwenberghe heeft liever dat de Vlamingen tunnels financieren met hun geld dan dat ze de belastingen verlagen. Vlaanderen heeft geen bestuursmandaten in de NMBS en volgens Le Soir is de 60/40-verhouding gebetonneerd voor 10 jaar. Indien de minister-president nu beweert dat de NMBS de facto geregionaliseerd is en dat de resoluties van het Vlaams Parlement de facto uitgevoerd zijn, is dat politiek en intellectueel oneerlijk. Het akkoord gaat in tegen alles wat we in dit parlement gedurende vier jaar opgebouwd hebben. Het Vlaams Parlement zou moeten revolteren.
De staatshervorming dient enkel om de VU in de Vlaamse regering te houden. Het is niet verwonderlijk dat een aantal mensen uit deze partij hun ideeën niet willen verloochenen. Minister Anciaux zegt dat slechts 3 procent van de Vlamingen wakker liggen van de staatshervorming en vindt dat geen basis om een partij op te bouwen. De zo geroemde synthese tusssen socialisme en democratisch nationalisme blijft echter beperkt tot de afschaffing van het kijk- en luistergeld.
De staatshervorming is belangrijk voor Vlaanderen. Ikhad gedacht dat er een nieuwe politieke wind zou waaien.
De heer Luc Van den Brande verzette zich als jong kamerlid tegen het Egmontpact. Op een CVP-congres in 1979 heb ik mijk gekant tegen een ontwerp van statshervorming over Brussel dat impliceerde dat de federale regering niet meer kon gevormd worden zonder de meerderheid in de drie gewesten. De regering-Martens I is toen gevallen. De her Martens noemde mij toen ook een demagoog. Maar ook zes CVP-senatoren hebben dat ontwerp verworpen. Uit onze partij is niemand buitengezet.
Nu heerst de chantage van de macht : het programma is niet belangrijk, met moet doorgaan met besturen. Ik wens de heer Bourgeois en de heer Vandenbroeke veel moed toe. Ook in de politiek heeft men een geweten. Het parlement moet oordelen. Ik ben begaan met de toekomst van Vlaanderen en door het Lambermontakkoord zijn er de komende tien jaar geen stappen voor een beter bestuur meer mogelijk. Ik kan mij inbeelden dat er mensen zijn die dit niet willen. Lambermont mag uitgewist worden en terug de ambtswoning van de eerste minister worden. Er is nog leven na Lambermont. Er komen altijd nieuwe momenten. In 1980 is de staatshervorming goedgekeurd door de drie traditionele partijen.
En 1970?
Dat is ook een belangrijke stap geweest. U bent een beschamende minister van Cultuur als u zegt dat 1970 geen mijlpaal was in de geschiedenis van de staatshervorming. Dat verklaart het totaal gebrek aan niveau van de Vlaamse regering. Het is pijnlijk dat we zulke zwakke onderhandelaars hebben. U verkoos zonder de CVP te besturen en uw partij is daaraan kapot gegaan.
Uw demagogische uitspraken rond mijn persoon zijn een platte manier van doen. In 1970 is de grendelgrondwet ingevoerd : de Vlaamse meerderheid is toen opgegeven. Vanaf dat moment is ertijd een Franstalig akkoord nodig om verdere stappen te zetten.
U doet smalend over zeven miljard frank bijkomende middelen. De grote verdienste van dit akkoord is echter dat de juiste retour nu wordt doorgevoerd. Het betreft hier tientallen miljarden frank. De fiscale autonomie wordt niet beperkt tot 6,75; het gaat over meer dan 60 procent. Het is hypocriet te stellen dat de Walen het geld krijgen en de Vlamingen niets. De federalisten hebben het gewonnen van de unitaristen. De dubbele meerderheid is ingevoerd en u ging ermee akkoord om het antiblokeringssysteeem in Brussel in te voeren. Overigens hebt u nog altijd uw atoombom. Als u vindt dat het een slecht akkoord betreft, moet u de middelen gebruiken die u hebt.
Toen deze Vlaamse regering aantrad, beweerde u dat ze er nooit zou in slagen een stap af te dwingen in de staatshervorming. Nu bent u jaloers op wat we bereikt hebben. Dit is geen akkoord dat voor 100 procent Vlaamse eisen verwezenlijkt. Samenleven met de Franstaligen, dat vormt het uitgangspunt en dat is eerbaar voor Vlaanderen.
Ik pik uw gratuite persoonlijke verwijten niet : ik ben geen opportunist.
Heel Vlaanderen heeft de afgelopen weken kunnen zien waar het u eigenlijk om te doen is : blijven zitten op de regeringsbanken.
Kamer en Senaat moeten oordelen of dit akkoord een stap vooruit is. De CVP heeft alle vorige staashervormingen mee gerealiseerd. Telkens werd een stap voorwaarts gezet. De akkoorden werden mee gedragen door de Volksunie. U hebt nu echter een fout gemaakt door slecht te onderhandelen. Het resultaat is bricolage.
De minister-president heeft gezegd te zullen opstappen als er geen verdere stappen zouden worden gezet in de staatshervorming. Ik geef hem rendez-vous binnen veertien dagen. Patrik Vankrunkelsven heeft al laten weten dat als Lambermont niet wordt goedgekeurd, er volgend jaar verkiezingen zullen worden gehouden. Een en ander is de schuld van minister Anciaux, die geen leiding heeft gegeven aan zijn partij. Hij heeft het programma van zijn partij genegeerd.
Er is nog leven na Lambermont. Een staatshervorming is nooit een laatste kans. Elke stap in de staatshervorming moet echter een stap vooruit zijn. Ik roep de Vlaamse democraten van de Volksunie dan ook op om Lambermont niet goed te keuren. (Applaus bij de CVP)
Komt Lambermont voldoende tegemoet aan de resoluties die tijdens de vorige legislatuur eenparig werden goedgekeurd door dit parlement?
De VLD-fractie hoopt dat Lambermont volledig zal worden goedgekeurd. Het akkoord maakt immers voor het eerst een gedifferentieerde aanpak van de fiscaliteit mogelijk in de verschillende gewesten. De fiscale autonomie wordt verdiept en uitgebreid, van 10 tot 25 procent. We krijgen de volledige bevoegdheid over de gewestbelastingen. De transfers van de gemeenschapsbelastingen worden afgebouwd. Buitenlandse handel, landbouw en ontwikkelingssamenwerking worden gewestbevoegdheden. Op het vlak van binnenlands bestuur gaat het akkoord verder dan wat was vooropgesteld door het Sint-Michielsakkoord : niet alleen de gemeente - en de provinciewet wordt gedefederaliseerd, maar ook de gemeente- en provinciekieswet.
Het akkoord over Brussel zet een historische vergissing van 1989 recht. Ik stel vast dat de kritiek van de oppositie in Kamer en Senaat in dit verband minder scherp is dan in het Vlaams Parlement, zeker in vergelijking met de tegenstand van de PVV tegen de akkoorden omtrent Brussel in 1989. (Rumoer bij de CVP)
De Handelingen van de debatten in Kamer en Senaat werden nog niet gepubliceerd. De debatten in de Senaat werden achter gesloten deuren gehouden.
Ik herinner met het heftige verzet van de heer Vermeiren en mevrouw Neyts tegen het Brusselse akkoord van 1989, omdat er wel een pariteit werd ingesteld op regeringsvlak, maar geen gegarandeerde vertegenwoordiging voor de Brusselse Vlamingen in de Brusselse Hoofdstedelijke Raad. Het huidige akkoord zet die historische vergissing recht. Een belangrijke krachtlijn van de commissiebesprekingen in dit parlement over Brussel tijdens de vorige regeerperiode was dat de binding tussen Brussel en Vlaanderen moest worden vesterkt door een verhoging van de interactie en het instellen van een medebestuur tussen Brussel en Vlaanderen. Het huidige akkoord over Brussel komt in belangrijke mate tegemoet aan deze verzuchtingen.
Op gemeentelijk vlak, zowel in de colleges als in de politieraden, komen de Nederlandstaligen er vesterkt uit. Een burgemeester zal nu automatisch een Nederlandstalige schepen moeten opnemen in zijn college, wat een nieuwe dynamiek zal ontwikkelen.
Op gemeentelijk vlak biedt dit akkoord geen enkele waarborg dat er een Vlaamse schepen komt. In Sint-Lambrechts-Woluwe, waar een Franstalige schepen cultuur beheert, zal het FDF nooit een Vlaamse schepen aanvaarden. Bovendien bepaalt dit akkoord niet welke bevoegdheden zo'n schepen zou krijgen, of over welke middelen hij zou beschikken. In de meeste gemeenten zal dus niets gebeuren.
Wel krijgen zij een injectie van een miljard frank, wat deze baronieën nog zal versterken. De Brusselse Costa moest een oplossing bieden, daar waar Lambermont faalde: een gemiste kans dus.
Die gemeenten krijgen een miljard frank, waar een Vlaamse schepen komt. En komt er niets waar geen Vlaamse schepen wordt aangesteld. Zodra de voordracht van een burgemeester mee is ondertekend door een Nederlandstalige, is men vanaf 1 januari 2002 verplicht een Vlaamse schepen op te nemen. Wat u vertelt is dus niet correct.
In mijn voorbeeld zal de gemeente het geld liever laten liggen, en dus geen Vlaamse schepen opnemen. Men had er beter voor gezorgd dat een college van burgemeester en schepenen geen wettige beslissingen kon nemen zonder Vlaamse schepen.
Vandaag is het reeds zo dat alle beslissingen van een OCMW dat geen Vlaams raadslid opneemt, in principe vernietigbaar zijn. Als een college geen Vlaamse schepen heeft, dan zal elke beslissing op dezelfde wijze nietig kunnen worden verklaard. Het gaat om een verplichting.
Dat valt nog te bezien. Wat u stelt geldt niet voor alle gemeenten, en precies dat vroegen wij.
Liever geen technische discussie. Dit akkoord heb ik aan mijn Brusselse vrienden voorgelegd, mensen uit het onderwijs en de cultuur. Zij zijn gelukkig met dit akkoord, vinden het een onverhoopt succes : een kans om de positie van de Vlamingen te verstevigen.
U hebt er een amalgaam van gemaakt. Er schept verwarring tussen wat de Brusselse onderhandelaars op gewestelijk vlak bereikten enerzijds en de vertegenwoordiging op gemeentelijk vlak anderzijds.
Waar vroegere onderhandelingen tot geen resultaten leidden, is dit Lombardakkoord tussen Vlamingen en Franstaligen een stap vooruit, met zijn pro's en contra's. De CVP vindt dan wel dat wij dit akkoord hebben afgekocht, maar ik ken geen communautair akkoord dat slaagt zonder dat de geldbeugel opengaat. Als ik moet kiezen tussen federaal geld of plaatselijke principes, dan kies ik voor meer geld. Voor Vlaanderen en de Vlamingen in Brussel is Lambermont belangrijk. De meeste Vlamingen zien dit in, ook het VEV dat, in tegenstelling tot haar eerste reactie, nu beseft dat dit een belangrijke tussenstap is. Geen definitieve. Vraag is uiteindelijk of je deze stap zet of niets doet? Of je Wallonië liever laat uithongeren en tegen het canvas laat liggen? Een stategie die de VLD verwerpt en aan het Vlaams Blok overlaat : geen solidariteit, volledig separatisme. Want dat is de enige inhoudelijke reden om deze stap nu niet te zetten. Inhoudelijk kan ik geen enkele andere drijfveer bedenken. Wel kunnen andere motieven meespelen, zoals de oppositie die ons het leven wil zuur maken of interne machtsverzuchtingen binnen bepaalde partijen. Maar die druisen vandaag volledig in tegen het algemeen Vlaams belang. Voor ons primeert een grotere autonomie zonder separatisme.
Mijn vraag is of deze stappen wel in de goeie richting gaan? Waar is uw grote fiscale autonomie, als u zich federaal laat betuttelen met enkele streepjes fiscale autonomie? En wat met het opgeven van de dubbele meerderheid als ultiem redmiddel? Daarmee rijdt u van de weg af.
De fiscale autonomie stijgt van 10 naar 25 percent,voor het eerst wordt een fiscale differentiatie mogelijk, volledig autonome gewestbelastingen komen er aan en de transferten worden afgebouwd. Niet ten volle, maar dit is een stap. Dit akkoord zullen wij dan ook met een gerust gemoed goedkeuren. (Applaus bij de VLD, de SP, AGALEV en VU&ID)
Ik wil het debat over Lambermont niet herbeginnen omdat onze kritiek al bekend is. Wij hebben kritiek op wat erin staat, maar ook op wat er niet in staat : er is geen sprake van een eventuele splitsing van de sociale zekerheid en het kiesarrondissement Brussel-Halle-Vilvoorde. De voorgestelde fiscale autonomie is evenmin voldoende. Lambermont zou afgerond worden met een akkoord over Brussel.
De heer Van Rompuy heeft gelijk : over beide akkoorden is slecht onderhandeld. Wij hebben altijd kritiek gehad op het feit dat de staatshervorming op twee niveaus besproken wordt. De Franstaligen hebben hun numerieke en politieke overwicht in Brussel uitgespeeld tegelijkertijd gebruik makend van het electorale trauma dat de Vlaamse partijen opgelopen hebben na het succes van het Vlaams Blok in 1999.
In het Brusselakkoord merk ik twee grote lijnen. De Vlaamse onderhandelaars hebben in de eerste plaats geprobeerd hun eigen politieke toekomst veilig te stellen. Daarnaast heeft men geprobeerd de grootste Vlaamse partij in Brussel uit te schakelen. Deze twee zaken werden belangrijk geacht dan de belangen van de Vlaamse Brusselaars.
Lambermont bevestigt de drieledigheid en het Brusselakkoord maakt van de Brusselse Vlamingen een gedoogde minderheid in het Brussels Gewest. Van de oproep van de democratische meerderheidspartijen in de Brusselse Hoofdstedelijke Raad is maar weinig gerealiseerd. Er komt ten eerste geen gewaarborgd aantal Vlaamse leden in de gemeente- en OCMW-raden. Men drong daarnaast aan op minstens twee Vlaamse schepenen in ieder Brussels schepencollege. Het wordt er hoogstens één mits men een Vlaming vindt op de lijst van de meerderheidspartijen.
Als u het woord hoogstens gebruikt, stelt u het voor alsof er een maximum is ingevoerd. Dat is onjuist.
Akkoord. Maar vergeet niet dat er helemaal geen bevoegdheidsgaranties zijn afgesproken. Bovendien bestaat de kans dat men zoals dertig jaar geleden, naar aanleiding van de samenstelling van het College van de Agglomeratieraad, nep-Vlamingen gaat opvoeren.
Dat is niet langer mogelijk. In 1989 werd de verklaring van taalaanhorigheid ingevoerd waardoor we niet alleen meer rekening houden met de taal vermeld op de identiteitskaart. Voortaan is een peterschap nodig, mag men nog nooit op een Franstalige lijst gestaan hebben en is er een duidelijke band met de verkiezingen voor de Brusselse Hoofdstedelijke Raad.
In Le Soir van vandaag staan een aantal achterpoortjes vermeld.
En dat terwijl de Vlaams-Bloklijst vol stond met Franstaligen.
De derde eis was per Brusselse gemeente één Nederlandstalige vertegenwoordiger in de politieraad. Er zijn inderdaad 19 Nederlandstalige vertegenwoordigers, maar die vertegenwoordigen niet alle 19 gemeenten.
Dat is een kwakkel. Er zijn evenveel vertegenwoordigers als er gemeenten zijn. Alleen heeft men gekozen voor een democratischer verdeelsleutel, namelijk het aantal inwoners.
Er zijn inderdaad 19 vertegenwoordigers, maar niet iedere gemeenten heeft een afgevaardigde.
Van de vierde en laatste eis, een gedeeltelijke fusie van de Brusselse gemeenten of een bevoegdheidsherverdeling tussen gemeenten en gewest, vinden we evenmin iets terug.
Vlaanderen gaat er noch op gemeentelijk, noch op gewestelijk niveau op vooruit. Om het Vlaams Blok en zijn kiezers op gewestelijk niveau uit te sluiten, stapt men bovendien af van de poolvorming om te kiezen voor apparentering.
Poolvorming was nodig om het aantal Vlaamse zetels te vergroten. Nu we 20 procent van de zetels hebben, is een andere manier nodig om de zetels te verdelen onder de Vlaamse partijen, namelijk apparentering. Ik ontken niet dat het Vlaams Blok daardoor benadeeld wordt. Ik ben daar zelfs blij om.
Als de Nederlandstalige taalgroep een minister voordraagt voor de Brusselse Hoofdstedelijke Raad, kunnen de Franstaligen die weigeren waarna de Vlaamse Gemeenschapscommissie (VGC) een nieuwe kandidaat moet zoeken. De VGC wordt voortaan niet langer samengesteld op basis van de verhoudingen binnen de Nederlandstalige taalgroep in de Brusselse Hoofdstedelijke Raad. De vijf bijkomende leden worden gekozen op basis van de verhoudingen in het Vlaams Parlement om een eventuele Vlaams-Blokmeerderheid te vermijden. De Raad van State gaat helemaal niet akkoord met deze vorm van verkiezingsmanipulatie, maar die kritiek legt de regering naast zich neer.
Maar op die manier wordt geprobeerd de band met Vlaanderen te versterken. Bovendien is het onwaarschijnelijk dat de Franstaligen daartegen een klacht zullen indienen. Een beroep bij het Arbitragehof blijft tot de mogelijkheden behoren, maar het Arbitragehof controleert alleen maar of het gelijkheidsbeginsel geschonden wordt.
Na de herindiening bij de VGC is er geen meerderheid in de Vlaamse taalgroep meer nodig, maar enkel een meerderheid in de Brusselse Hoofdstedelijke Raad. De dubbele meerderheid in de Brusselse Hoofdstedelijke Raad en de Gemengde Gemeenschapscommissie worden afgebouwd. De Vlamingen krijgen één maand om moeilijk te doen, waarna een eenderde meerderheid binnen de taalgroep volstaat.
Bij de eerste stemming blijft de dubbele meerderheid behouden en wordt die zelfs uitgebreid tot de gemeentewet. Na een maand is er een antiblokkeringssysteem mogelijk waarbij een eenderde meerderheid binnen de taalgroep voldoende is. Dat is echter enkel mogelijk indien de regering het daarmee eens is, zo niet kunnen de Vlamingen een regeringscrisis uitlokken. Het systeem zal door geen enkele democratische partij misbruikt worden en enkel gebruikt worden als een ondemocratische partij een meerderheid van de zetels heeft.
De Vlamingen geven een fundamenteel drukkingsmiddel uit handen. Het loslaten van deze dubbele meerderheid weegt niet op tegen het toegenomen aantal mandaten in de Brusselse Gewestraad. De aangegroeide groep beschikt immers over minder macht. De Franstaligen krijgen 8 bijkomende mandaten en hebben de garantie dat het aantal Vlaamse gekozenen niet wegzakt onder het kritisch minimum waardoor het gewest onbestuurbaar wordt. Men heeft duidelijk weinig vertrouwen in het beleid van de Vlaamse regering om meer Vlamingen naar Brussel te krijgen, want er wordt een plafond van 17 zetels ingebouwd.
In 1988 werd ons onterecht voorgehouden dat Brussel niet langer zonder of tegen de Vlamingen zou kunnen bestuurd worden. Nu wordt de Vlaamse macht alleen maar verder uitgehold, maar er gaan meer financiële middelen van Vlaanderen naar Brussel. Dit akkoord is verwerpelijk om tal van redenen, niet het minst omdat Vlamingen gereduceerd worden tot koopwaar die in de gemeentelijke colleges worden ingekocht. Het is moeilijk te zeggen wat het ergste is : het voeren van een ostracistisch beleid tegen een bepaalde politieke partij of de haat tegen het Vlaams Blok te laten primeren boven de belangen van de Brusselse Vlamingen.
Deze constructie is enkel werkbaar als er een politieke klasse is die bereid is de toekomst van diegenen die ze vertegenwoordigt te hypothekeren en zich vrijwillig van haar hoofdstad te ontdoen en er nog voor te betalen. (Applaus bij het VB)
Onze fractie beoordeelt het akkoord over Brussel als onderdeel van het Lambermontakkoord, als een stap in het proces van de staatshervorming. Het is merkwaardig dat de CVP dit akkoord beoordeelt als het definitief eindresultaat van dat proces. De resoluties van het Vlaams Parlement zijn tot stand gekomen in de commissie voor de staatshervorming. Het was de bedoeling een Vlaamse visie te formuleren over waar we uiteindelijk naar toe willen. De VLD-fractie heeft er toen op aangedrongen dat men ook een discussie zou houden over de strategie voor de volgende stap. Dat zijn twee verschillende dingen. Ik heb de indruk dat er soms verwarring is.
In het Vlaams regeerakkoord staat dat de bevoegdheid over gezondheidszorg en de kinderbijslag gedurende deze regeerperiode moet overgeheveld worden. Komt er nog een volgende stap in de staatshervorming?
Het is niet de bedoeling nu stil te vallen. Gedurende de vier jaar dat wij in dit parlement over de staatshervorming discuteerden, werden er in praktijk geen verdere stappen gezet.
De extreme manier waarop belangrijke onderdelen van een aantal resoluties van het Vlaams Parlement werden verwoord, hebben ertoe geleid dat twee democratische fracties die niet hebben goedgekeurd. We mogen niet vergeten dat verscheidene democratische partijen, waaronder ook de CVP, ervoor gezorgd hebben dat slechts een beperkt aantal grondwetsartikelen herzien worden. Dat bepaalt welke stappen nu gezet kunnen worden.
Voor de federalisering van de kinderbijslag en de fiscale autonomie is er geen grondwetsherziening nodig. Een tweederde meerderheid volstaat.
Het belang van het akkoord over Brussel is dat het een onderdeel is van het Lambermontakkoord. Dat is een fundamentele stap in de fiscale differentiëring. Voorts is het een belangrijke correctie van de financiering van de twee gemeenschappen in de gewenste richting en wordt de bevoegdheid inzake gemeenten en provincies overgeheveld. Het merendeel van de democratische Vlaamse Brusselaars vinden het Brusselakkoord veel beter dan verwacht. Ik neem aan dat de CVP-mandatarissen dat ook in de wandelgangen zeggen. (Opmerkingen van de heer Eric Van Rompuy)
Er zijn vijf redenen waarom het Brusselakkoord goed is. Zo biedt het antiblokkeersysteem een oplossing voor het probleem van het VB en het vernauwt bovendien de band tussen Vlaanderen en Brussel. De gewaarborgde vertegenwoordiging in de Brusselse Hoofdstedelijke Raad is eveneens een belangrijke stap voorwaarts, rekening houdend met de realiteit dat het aantal verkozen Vlamingen in Brussel marginaal is. Voorts is het belangrijk dat de gemeentewet in Brussel slechts met een dubbele meerderheid gewijzigd kan worden. Het feit dat zes Vlaamse Brusselaars rechtstreeks verkozen worden voor het Vlaams Parlement betekent tevens een versterking van de band tussen dit parlement en Brussel. Ten slotte gaat er twee miljard frank extra naar Brussel. Het vrijmaken van meer middelen is essentieel aangezien Brussel het grootste armoedegebied in België is.
Het kan niet dat een miljard frank zonder voorwaarden naar de gemeenten gaat. Men had bijvoorbeeld bijkomende bevoegdheden voor de Vlaamse schepen kunnen vragen of de middelen daar te gebruiken waar de nood het hoogst is.
Voor de Vlaamse gemeenten wil de CVP-fractie zo snel mogelijk van de betutteling afraken. Uw redenering over Brussel staat daar haaks op.
We willen alleen spreken over de herfinanciering van Brussel en de Brusselse lokale besturen in een debat over een meer efficiënt beheer.
Uw bewering is pertinent onjuist. De gemeenten krijgen geld onder bepaalde voorwaarden. Het wekken van de schijn dat alles afgekocht wordt, creëert een verkeerd beeld van datgene wat Vlamingen over Brussel denken.
Wat de technische aspecten betreft sluit ik me aan bij de heer Denys. Het Brusselakkoord is tot stand gekomen zonder een toegeving inzake de faciliteiten in andere gemeenten. Dat is verbonden met het Lambermontakkoord waarbij de Vlaamse autonomie inzake de gemeenten, ook die rond Brussel, wordt bepaald. Die verwezenlijking wordt te veel onderschat.
Het verwondert me dat het belangrijkste tegenargument van de heer Van Rompuy is dat het met deze stap gedaan is met de staatshervorming voor minstens tien jaar. Dat is ongeloofwaardig.
De stapsgewijze strategie is nodig om het vertrouwen tussen de gemeenschappen op te bouwen. Dat is de essentie van dit proces. De houding van de heer Van Rompuy is ongeloofwaardig : hij hanteert een slecht argument. (Applaus bij de VLD, de SP, AGALEV en VU&ID)
Ik ben niet van plan een hypothetisch of een intentiedebat te voeren. Degenen die het Lambermontakkoord niet goedkeuren dragen een grote verantwoordelijkheid. De geloofwaardigheid van de heer Van Rompuy wordt onderuitgehaald door zijn argumenten over de onmogelijkheid om nog stappen te zetten in de staatshervorming, en over de Franstaligen die kregen wat ze wilden en de Vlamingen die niets kregen. De heer Van Rompuy stelde al bij het begin van de regeerperiode dat er geen verdere stappen zouden komen, en hij herhaalde dat bij het Sint-Elooisakkoord en nu weer opnieuw bij het Lambermontakkoord. Er werd echter telkens weer een nieuwe stap gezet. De doemdenkretoriek van de CVP maakt niet veel indruk.
De groenen willen de staat hervormen naar meer efficiëntie, doorzichtigheid en democratie. Meewerken aan het Lambermontakkoord komt aan die eisen tegemoet. Het akkoord biedt de mogelijkheid tot een eigen fiscaal beleid. Overheveling van landbouw en buitenlandse handel zorgt voor homogenere bevoegdheden. Het evenwicht tussen inkomsten en uitgaven wordt beter.
De staatshervorming kan niet voor eens en voor altijd rond zijn. Het hele proces is een continuüm. De resoluties van het Vlaams Parlement vormen daarbij de horizon. Minister Van Grembergen wees reeds op het belang van eigen bevoegdheden inzake binnenlands beleid en hij krijgt nu de kans om daaraan gestalte te geven. In het onderwijs wordt het mogelijk de noden op te vangen door de bijkomende middelen.
En hoever staat u met de uitvoering van het regeerakkoord terzake?
Wij hebben al heel wat stappen gezet. Het Lambermontakkoord zal mogelijk maken dat wij een efficiënter mobiliteits-, grond- en huisvestingsbeleid voeren. De regeling voor op- en afcentiemen wordt beter. En de gemeenschappen zullen meer geld in het onderwijs kunnen investeren.
De 26 miljard frank dient om het kijk- en luistergeld af te schaffen, verklaren de heren Stevaert en Janssens. Zij ontwikkelen zo een nieuwe verzoening van socialisme en nationalisme. (Samenspraken)
De heer Van Rompuy bezondigt zich aan mercantiel reductionisme. Hij schijnt alleen geïnteresseerd te zijn in bijkomende middelen. Hij negeert daarbij het belang op zich van de overheveling van de gemeente- en provinciewetgeving. Die biedt enorme mogelijkheden, zelfs al nemen de middelen daarmee niet toe. Bevoegdheden en middelen zijn niet recht evenredig.
Brussel moet zelf in staat zijn een eigen agenda op te stellen op basis van de noodwendigheden. Mevrouw Grouwels wil dat federaal afdwingen. Misschien stoort de CVP zich eraan dat ook het Brusselse gewest zelf enige dynamiek tot stand bracht met positieve gevolgen voor de Vlamingen.
De CVP heeft in Brussel geijverd om met één stem te spreken samen met de meerderheidspartijen. Maar het zijn de andere partijen die ons eruit hebben gezet. Het resultaat is dat de Vlamingen op gemeentelijk vlak niets hebben gewonnen.
Vraag dat maar aan de heer Walter Vandenbossche.
De heer Walter Vandenbossche heeft alles aan zichzelf te danken. Het akkoord verandert op zich niets aan zijn bevoegdheden. In de gemeenten zonder Vlaamse schepenen zal er niets veranderen. De Vlaamse schepen in de stad Brussel beslist niet eens over de Nederlandse cultuur en het Nederlandstalig onderwijs.
Ook voor een schepen van Onderwijs zijn de uitdagingen dezelfde. Belangrijk is dat mensen samenspreken, niet elkaar tegenspreken.
Ik neem Schaarbeek, waar enkel Franstalig lager onderwijs bestaat. Wat kan een Vlaamse schepen daar gaan doen? In bevoegdheden en middelen is enkel in bepaalde omstandigheden voorzien. Wij eisten die overal, maar u hebt de CVP bij de onderhandelingen buiten spel gezet.
U meent altijd een beroep te moeten doen op andere dan de Brusselse instanties. Ik geloof in de Vlaamse Brusselaar, in het Brussels Gewest. Dit akkoord maakt een aantal dingen hard en heeft een aantal middelen afgedwongen.
Als er positief samengewerkt wordt tussen Vlamingen en Franstaligen heeft dat alles te maken met de detaillistische wetgeving. Het was ons standpunt dat ook in de gemeenten niet kan samengewerkt worden zonder dwang. Zoniet zullen er altijd
twisten ziijn en die zullen altijd ten nadele van de kleinste gemeenschap zijn.
U hebt vandaag al veel meer gezegd dan tijdens de drie dagen van de mini-Costa-onderhandelingen.
Dat dit Brussels akkoord nog bijkomende stappen nodig heeft, nog twisten zal veroorzaken, staat buiten kijf. Brussel is nu eenmaal een dynamisch gegeven, moeilijk te grijpen. Maar niet enkel een structuur, maar vooral een cultuur van de dialoog kan opbouwend werken.
Maar de waarborgen zijn er. De kleinste taalgroep komt er versterkt uit. Een stedenbeleid zoals in Vlaanderen kan nu ook hier toegepast worden, want Brussel is op dat vlak schrijnend. Brussel is ook veel meer dan twee gemeenschappen : het is een pluriculturele stad, waar veel groepen echter nog geen politieke stem hebben. Dit akkoord niet goedkeuren is een gemiste kans, deze dynamiek stilleggen is een verdere rem op de staatshervorming.
Als we met dit akkoord de muur niet halen, hebben wij nog voldoende uitdagingen. Het zou niet het einde van het paars-groene project betekenen maar dat zou wel een gehandicapt project worden. (Applaus bij de VLD, de SP, AGALEV en VU&ID)
- De heer Jos Geysels, ondervoorzitter, treedt als voorzitter op.
Ik spreek namens VU&ID, want wij vormen nog steeds één fractie. Bovendien zat ik mee aan de onderhandelingstafel. Graag maak ik u vooreerst attent op een studie van de VUB over de status van het Nederlands in Brussel, politiek en sociologisch best interessant.
Dit akkoord biedt een gewaarborgde vertegenwoordiging van de Vlamingen in de Brusselse Hoofdstedelijke Raad, nagenoeg de 20 procent die we nastreefden. Daarmee is de tweeledigheid versterkt. Dat er dan toch te veel mandaten zijn is nooit op vraag van de Nederlandstaligen geweest. Komt daar de rechtstreekse verkiezing voor het Vlaams Parlement bij. Bovendien is de dubbele meerderheid in de Brusselse Hoofdstedelijke Raad uitgebreid tot materies van de gemeentewet.
Volgens sommigen zou het antiblokkeringssysteem ondemocratisch zijn. Dan zou de zogenaamde gifpil in het vennootschapsrecht ook moeten herbekeken worden. , waarbij een minderheid toch verder kan blijven besturen. Het systeem kan evenmin à la carte worden gebruikt om de dubbele meerderheid uit te hollen. Dat zou Brussel immers onbestuurbaar maken. Verder zal de Vlaamse schepen geen papieren schepen zijn, zoals in bepaalde faciliteitengemeenten, maar zal hij reële macht delen.
Dat er niet in elke hypothese een Vlaamse schepen in de Brusselse gemeenten moet zijn, is moeilijk haalbaar. In een faclitietengemeente maakt een afspiegelingscollege de macht van de schepen niet groot, in een Vlaamse gemeente heeft dat enkel zin als men machtsdeling verplicht. Zoniet gaat het om een papieren schepen.
Uw redenering gaat alleen op als er geen gegarandeerde vertegenwoordiging zou zijn van Nederlandstaligen in de Brusselse Hoofdstedelijke Raad. Dat zal volgens het akkoord echter wel degelijk het geval zijn.
Een bestuur van de Brusselse gemeenten zal slechts mogelijk zijn als er een machtsdeling plaatsvindt. De regeling waaraan u refereert is wel degelijk in het Vlaamse belang. Er zullen meer Vlaamse schepenen in de Brusselse gemeenten zitting heben.
In de politieraden wordt een gegarandeerde vertegenwoordiging voor Nederlandstaligen ingeschreven. De politiezones zijn een voorafspiegeling van een fusiebeweging tussen de Brusselse gemeenten.
Men verwijt ons dat het akkoord zou zijn afgekocht met geld. Ook in het verleden werden fiscaliteit en financiering als glijmiddel gebruikt voor institutionele hervormingen, denk maar aan de financieringswet.
De Franstaligen hebben in de Brusselse context enkel institutionele eisen voor wat betreft de Rand. Op dat vlak hebben we geen enkele toegeving gedaan.
Dit akkoord is niet perfect, maar is een belangrijke stap vooruit. Ik hoop dat de akkoorden zullen worden goedgekeurd. (Applaus bij de VLD, de SP, AGALEV en VU&ID)
Ik wil erop wijzen dat de alliantie tussen VU en ID sinds zaterdag niet meer bestaat. Wie het anders zegt creëert verwarring en doet eventueel ernstige risico's ontstaan.
De Lambermontakkoorden zijn het gevolg van een stapsgewijze evolutie in de richting van een (con)federaal land. De akkoorden zijn het gevolg van onvermijdelijke onderhandelingen. Enkele maanden geleden spiegelde de heer Van Rompuy ons voor dat institutionele hervormingen enkel zouden kunnen worden doorgedrukt door toegevingen in verband met de Rand. Hij heeft ongelijk gekregen.
Dat de Franstaligen in de toekomst de Vlaams-Brusselse ministers zouden aanwijzen is een kwakkel. Het is de Nederlandstalige taalgroep die daarover zal beslissen en bij eventuele problemen de raad van de VGC. Dat de dubbele meerderheid zou verdwijnen is ook niet correct, integendeel : de dubbele meerderheid wordt uitgebreid tot andere bevoegdheden. Sommigen lijken bovendien te vergeten dat de eenderde enkel mogelijk is als de Vlaamse meerderheidspartijen en de ministers in de Brusselse hoofdstedelijke regering zich er niet tegen verzetten. In de politieraden krijgen de Nederlandstaligen 19 gegarandeerde mandaten. De Vlaamse schepenen zouden volgens sommige zijn afgekocht; de bijkomende middelen zijn slechts een gevolg van het akkoord en zijn geen afkoopsom. De gewestvorming met drie zou worden versterkt. Ook dat klopt niet : de band tussen Brussel en Vlaanderen wordt juist versterkt door de rechtstreekse verkiezing van Vlaamse Brusselaars in het Vlaams Parlement en de samenstelling van de raad van de VGC op basis van de samenstelling van het Vlaams Parlement.
Er wordt geroepen dat Brussel Vlaams moet zijn; het Vlaams Parlement wil dat Brussel de hoofdstad is van Vlaanderen. Anderzijds wil men dat de Vlaamse middelen voor Brussel enkel ten bate komen van de Vlamingen in Brussel. Dit is verwerpelijk. Elke Brusselaar is immers een burger van de Vlaamse hoofdstad.
Brussel krijgt door dit akkoord alle kansen. Het is wellicht de laatste keer dat het institutionele debat omtrent Brussel enkel tussen de Nederlands- en Franstalige gemeenschap wordt gevoerd. In de toekomst zullen ook de andere culturen die in Brussel vertegenwoordigd zijn aan het debat deelnemen. (Applaus bij de VLD, de SP, AGALEV en VU&ID)
Een staat hervormen is een evolutief proces. De reacties van de oppositie waren voorspelbaar. De heer Van Rompuy verwijt ons bijvoorbeeld slecht onderhandeld te hebben. Dat is niet correct. Elke fractie en elk parlementslid zal moeten oordelen of de stap die gezet wordt belangrijk genoeg is. De CVP wil vanuit haar oppositierol de teksten echter geen eerlijke kans geven. We zijn er nochtans voor het eerst sinds het Sint-Michielsakkoord in geslaagd om tot een akkoord te komen.
Voor eind 2001 moest de Vlaamse regering een stap zetten in de uitvoering van het institutionele hoofdstuk uit het regeerakkoord. Daar is ze in geslaagd. De stap is volgens mij belangrijk genoeg. Het verwijt van opportunisme dat mijn regering nu van de opposiie krijgt heb ik ooit zelf aan anderen gericht. De toenmalige eerste minister antwoordde dat we ons allemaal gedeeltelijk moesten verbranden. Ook toen was de grote uitdaging een tweederde meerderheid vinden.
De heer Van Rompuy stelt dat de staatshervorming nu voor minstens één generatie zal stilvallen. Staatshervorming is een evolutief proces en er volgen zeker nog stappen. Niet dat we de Franstaligen in september opnieuw moeten uitnodigen voor een dialoog van gemeenschap tot gemeenschap, maar als het Lambermontakkoord wordt uitgevoerd zal het wederzijdse vertrouwen groeien en zullen er nog tijdens deze regeerperiode andere stappen kunnen worden gezet, onder meer tijdens intergouvernementeel overleg. De NMBS is daar een goed voorbeeld van. Ik vind het veel belangrijker dat de verschillende regeringen overleg plegen over het investeringsplan dan dat Vlaanderen een vertegenwoordiger krijgt in de raad van bestuur. De mogelijkheid dat de gewesten bepaalde projecten kunnen cofinancieren levert bovendien de beste waarborg dat die werken zullen uitgevoerd worden. Ook andere gemeenschappen en gewesetn zijn trouwens vragende partij. Het is wellicht geen volmaakte oplossing. Maar het illustreert wel dat er nog dossiers zullen volgen als we blijven werken in een coöperatieve geest. Het zal uiteindelijk leiden tot een proces van staatshervorming dat van onder uit gestuurd wordt.
We mogen Brussel niet langer zwart-wit benaderen. In Brussel wordt de macht niet alleen gedeeld tussen Frans- en Nederlandstaligen. Brussel wordt een internationale hoofdstad en daar moeten wij rekening mee houden. We mogen niet langer beslissen voor Brussel. Brussel moet zelf uitmaken wat het beste is. Brussel zal een gewest sui generis worden. De extra investeringen maken het voor Brussel mogelijk zijn Europse en internationale roeping waar te maken.
Het komt er weer op neer dat we moeten betalen om bepaalde rechten te krijgen.
Maar in Brussel realiseren we toch een aantal belangrijke doorbraken. Brussel wordt niet gekoppeld aan de Rand en wat uiteindelijk op papier staat komt overeen met datgene wat een grote meerderheid van de Brusselse Vlamingen wil. Zij wijzen elke vorm van bevoogding af. Laat de Brusselse instellingen toch functioneren.
Tijdens de vorige regeerperiode heeft de heer Vic Anciaux twee jaar lang de Brusselse instellingen lam gelegd heeft naar aanleiding van het Taalhoffelijkheidsakkoord.
Voor deze stap in de staatshervborming is er een belangrijk draagvlak.
De financiering is evenmin onbelangrijk en daar moet iedereen rekening mee houden. Het grote minpunt in dit akkoord is dat de juste retour te traag gerealiseerd wordt. We merken een kentering, maar moeten nog wachten tot 2013 vooraleer we de personenbelasting volledig in eigen handen krijgen. Misschien verloopt alles te traag of te schuchter, maar onze fiscale autonomie verhoogt wel van 10 naar 25 procent. Er wordt ook een aantal belangrijke bevoegdheden overgeheveld. Voor de heer Van Rompuy is dat nog onvoldoende, terwijl het voor zijn partijgenoot, de heer Eyskens allemaal veel te ver gaat.
Deze stap in de staatshervorming is zeer belangrijk. Het zal evenwel niet de laatset zijn : nog in deze legislatuur willen we het institutionele onderdeel van het regeerakkoord verder uitvoeren. Als het Lambermontakkoord niet wordt goedgekeurd, kunnen we niet doen alsof er niets gebeurd is. Iedereen moet in eer en geweten oordelen over dit akkoord, maar ik ga ervan uit dat we een tweederde meerderheid zullen vinden. (Applaus bij de VLD, de SP, AGALEV en VU&ID)
De Bespreking is gesloten.
Motie van aanbeveling
Door de heer Van Rompuy werd namens de CVP en door de heer Van Vaerenbergh werd namens de VLD, SP, Agalev en VU&ID tot besluit van dit actualiteitsdebat een motie van aanbeveling aangekondigd. Ze moeten uiterlijk dinsdag om 17 uur zijn ingediend.
Het Parlement zal zich daarover tijdens een volgende plenaire vergadering moeten uitspreken.