Verslag plenaire vergadering
Actuele vraag over de samenwerking tussen Walloniƫ en Brussel inzake buitenlandse handel en de gevolgen hiervan voor Vlaanderen
Verslag
Aan de orde zijn de samengevoegde actuele vragen van de heren Hostekint en Van Nieuwenhuysen tot de heer Sauwens, Vlaams minister van Binnenlandse Aangelegenheden, Ambtenarenzaken en Sport, over de samenwerking tussen Wallonië en Brussel inzake buitenlandse handel en de gevolgen hiervan voor Vlaanderen.
Uit de beleidsbrief voor 2001 blijkt dat het goed gaat met de Vlaamse export. Door de regionalisering wordt buitenlandse handel belangrijker voor de gewesten. De Brusselse en Waalse minister voor Buitenlandse Handel hebben een fusie bekendgemaakt van een aantal posten, waardoor het mogelijk wordt om posten bij te creëren. Bovendien zouden er volgens de ministers verregaande plannen bestaan om drie gemeenschappelijke posten op te richten voor het Vlaamse, Waalse en Brussels Hoofdstedelijk Gewest : in Bagdad, Tripoli en Havanna. Kloppen deze verklaringen van de ministers? Wat is uw visie op de samenwerking tussen Vlaanderen, Brussel en Wallonië op het vlak van buitenlandse handel?
Het Waalse en het Brussels Hoofdstedelijk Gewest hebben overleg gepleegd om een netwek van handelsattachés in het buitenland op poten te zetten. Volgens sommigen zou het Lambertmontakkoord een gewestvorming met drie in de hand werken. Nu blijkt dat Vlaanderen tegenover Brussel en Wallonië komt te staan. De gevolgen voor de Vlaamse bedrijven in Brussel liggen voor de hand. Iedereen weet hoe het gesteld is met de kennis van het Nederlands van de Waalse en Brusselse handelsattachés. Was de minister vooraf op de hoogte van de plannen van het Waalse en het Brussels Hoofdstedelijk Gewest voor samenwerking? Is de minister bereid om de diensten van Export Vlaanderen ter beschikking te stellen van het Brusselse bedrijfsleven?
Ik begrijp de vraagstelling niet zo goed. Door het samenwerkingsakkoord van 1994 bieden de handelsattachés hun diensten aan aan ondernemingen uit de andere gewesten. Alle Brusselse bedrijven, dus niet alleen de Nederlandstalige, kunnen dus een beroep doen op de diensten van Export Vlaanderen in het buitenland.
Ik was niet vooraf op de hoogte van het akkoord dat werd afgesloten tussen mijn Waalse en Brusselse collega, ik heb dit vernomen uit de krant. Deze zomer heeft minister Gosuin me wel een identieke vraag gesteld, namelijk of ik bereid was onze netwerken te laten samensmelten. Ik heb hem geantwoord dat we daarvoor geen vragende partij zijn omdat dat een terugkeer zou betekenen naar de toestand van voor de regionalisering. Het is wel de bedoeling met de drie gewesten een gezamenlijke inspanning te doen op enkele perifere posten waar er geen veelbelovende exportmarkt is. De heer Hostekint heeft het al gehad over Bagdad, Tripoli en Havana. Dat zal telkens op de begroting staan van één van de drie partners. Als er voldoende economische activiteit is, dan kunnen we er mettertijd een eigen Vlaamse vertegenwoordiger plaatsen.
Wallonië, Brussel en Vlaanderen bouwen elk een eigen netwerk uit, op vraag van de eigen bedrijven. Vlaanderen haalt 80 procent van het Belgische cijfer. De handelsattachés staan ter beschikking van bedrijven uit de andere gewesten. OP het werkveld zelf is er een goede samenwerking met mensen van de andere gewesten.
Ik neem dus akte van de beslissing van het Waalse en het Brusselse gewest. Wij hebben evenwel niet dezelfde behoefte om onze netwerken volledig te laten versmelten. Men wil de as Walobrux verder uitwerken, ook om politieke redenen. Wij zullen Brussel niet loslaten in de dienstverlening.
Er is een verschil tussen de samenwerking die tot nog toe bestond, waarbij handelsattachés bedrijven uit andere gewesten behulpzaam zijn en een fusieoperatie waardoor Wallonië en Brussel worden samengesmolten tot één overwegend Franstalige entiteit.
De Vlaamse regering wordt duidelijk buiten de zaak gehouden. Dat is niet zonder reden : de minister heeft zelf gewezen op de politieke implicaties De minister heeft gewezen op de politieke implicaties.
Vlaanderen wordt wel betrokken bij de samenwerking in perifere gewesten. Wellicht zal dat gebeuren op kosten van de Vlaamse regering, zodat Brusselse en Waalse bedrijven gebruik kunnen maken van de diensten van de Vlaamse handelsattachés. Vlaanderen mag dus meespelen als derde wiel aan de wagen. Men evolueert naar een gewestvorming met twee entiteiten, namelijk Walobrux en Vlaanderen. Het verwondert me dat de minister daar zo flegmatiek bij blijft.
Ik vind de benadering van de minister erg utilitair. Hij sluit de samenwerking met de andere gewesten, waarop de commissie heeft aangedrongen, niet uit. Er werd afgesproken om samen te werken in een eerste fase. Als er voldoende handelsrelaties zijn, dan kan er eventueel een eigen handelspost opgericht worden.
We klagen zeker niet over het dynamisme van Export Vlaanderen. Vlaanderen realiseert 80 procent van de handelsposten en dat is in de eerste plaats de verdienste van het dynamisme van het Vlaamse bedrijfsleven.
Het incident is gesloten.