Verslag plenaire vergadering
Verslag
Aan de orde is de actuele vraag van mevrouw Becq tot mevrouw Vogels, Vlaams minister van Welzijn, Gezondheid en Gelijke Kansen, over het federale ontwerp van wet inzake adoptie en het decreet interlandelijke adoptie.
Federaal minister van Justitie Marc Verwilghen heeft een ontwerp van wet inzake adoptie klaar. Door die wet zullen de vrederechters bevoegd worden om te oordelen of kandidaten al dan niet geschikt zijn om adoptie-ouder te worden. En dat terwijl wij al in 1997 een decreet hebben goedgekeurd waardoor adoptiebemiddeling en -beoordeling op Vlaams niveau geregeld worden. Die procedure via Kind en Gezin wordt momenteel doorgelicht.
Zelfs als uiteindelijk zou blijken dat het federale niveau bevoegd is om over de geschiktheid te oordelen, vraag ik me af of de vrederechters aangewezen zijn om deze taak uit te voeren. Ze zijn immers in de eerste plaats juridisch geschoold. Daarnaast kampt de gerechtelijke wereld al met een grote overlast.
Was u op de hoogte van de bestaande Vlaamse regeling? Gaat u akkoord met het ontwerp van federaal minister Verwilghen of gaat u reageren?
Het federale wetsontwerp is eigenlijk nog niet klaar. U baseert zich eigenlijk op een krantenbericht over de bespreking van een beleidsnota. Bovendien vraagt het parlement al geruime tijd om het Verdrag van Den Haag goed te keuren als bijkomende basis voor onze adoptieprocedure. De Raad van State heeft echter gevraagd om het wetsontwerp voor de ratificatie van het Verdrag van Den Haag te herschrijven omdat hij beginseltoetsing als een federale bevoegdheid beschouwt. De gemeenschappen zijn alleen maar bevoegd voor begeleiding en toeleiding.
Ik heb minister Verwilghen voorgesteld te onderhandelen over zijn wetsontwerp. Onze procedure en de resultaten van de doorlichting zijn immers nuttige elementen. Ik heb pas deze morgen antwoord gekregen van mijn federale collega. Hij is bereid mij te ontvangen nadat de federale regering het wetsontwerp heeft goedgekeurd. Ik hoop echt dat ik minister Verwilghen nog voor de goedkeuring kan spreken, maar uiteindelijk zal het federale parlement oordelen.
Ik heb mijn vraag gesteld omdat ik ondertussen al begrepen heb dat het belangrijk is om snel te reageren. Ik dacht dat de Raad van State het in zijn advies alleen maar over de criteria had. Ten slotte hoop ik dat u sterk genoeg bent om te onderhandelen met de minister van Justitie.