Verslag plenaire vergadering
Verslag
Voorstel tot spoedbehandeling
Dames en heren, vanmiddag heeft de heer Wilfried Vandaele bij motie van orde een voorstel tot spoedbehandeling gedaan van het voorstel van decreet van Andries Gryffroy, Robrecht Bothuyne, Willem-Frederik Schiltz, Inez De Coninck, Tinne Rombouts en Wilfried Vandaele tot wijziging van het Energiedecreet van 8 mei 2009, wat een uitbreiding van de gevallen betreft waarin de netbeheerder optreedt als de noodleverancier.
Mevrouw De Coninck heeft het woord.
Voorzitter, we vragen een uitbreiding van de regeling van noodleverancier. De situatie op de energiemarkt is precair en noopt ons tot actie want bepaalde leveranciers dreigen in de problemen te komen door de stijgende energieprijzen. Dit kan ook nadelige gevolgen hebben voor de consument. Daar willen we met dit voorstel van decreet een antwoord op bieden.
Vraagt nog iemand het woord? (Neen)
Dan stemmen we nu bij zitten en opstaan over het voorstel tot spoedbehandeling.
De volksvertegenwoordigers die het voorstel tot spoedbehandeling wensen aan te nemen, drukken op ‘Ik sta op’.
De volksvertegenwoordigers die het voorstel tot spoedbehandeling niet wensen aan te nemen, drukken op ‘Ik blijf zitten’.
Het voorstel tot spoedbehandeling is aangenomen. Dan stel ik voor dat het voorstel van decreet van Andries Gryffroy, Robrecht Bothuyne, Willem-Frederik Schiltz, Inez De Coninck, Tinne Rombouts en Wilfried Vandaele tot wijziging van het Energiedecreet van 8 mei 2009, wat een uitbreiding van de gevallen betreft waarin de netbeheerder optreedt als de noodleverancier onmiddellijk wordt behandeld.
Is het parlement het daarmee eens? (Instemming)
Het incident is gesloten.
Algemene bespreking
Dames en heren, aan de orde is het voorstel van decreet van Andries Gryffroy, Robrecht Bothuyne, Willem-Frederik Schiltz, Inez De Coninck, Tinne Rombouts en Wilfried Vandaele tot wijziging van het Energiedecreet van 8 mei 2009, wat een uitbreiding van de gevallen betreft waarin de netbeheerder optreedt als de noodleverancier.
De algemene bespreking is geopend.
Mevrouw De Coninck heeft het woord.
Voorzitter, we vragen een uitbreiding van de gevallen waarin de netbeheerder als noodleverancier optreedt. We hebben momenteel al een goede regeling voor de afnemers die een contract hebben met een leverancier die door een beslissing van de Vlaamse Regulator van de Elektriciteits- en Gasmarkt (VREG) niet meer mag leveren. Zij gaan naar een noodleverancier, maar in de gevallen waarin een energieleverancier een procedure tot gerechtelijke reorganisatie aanvraagt die wordt geopend, kan de regeling met de noodleverancier niet worden ingeroepen. De energieleverancier kan eenzijdig beslissingen nemen die voor de afnemers mogelijk negatieve gevolgen hebben.
Indien die procedure in gang wordt gezet, kan de afnemer in een juridisch vacuüm terechtkomen en kan de decretale regeling in verband met de noodleveranciers niet in gang worden gezet. Dat kan nu in slechts drie limitatief opgesomde gevallen. Een afnemer kan zijn contract opschorten, maar niet beëindigen omdat zijn leverancier in een gerechtelijke procedure zit. Zo ontstaat een juridisch vacuüm.
De wijziging die we voorstellen, is een aanpassing van die drie limitatieve gevallen waarin de automatische regeling met een noodleverancier in werking treedt. We stellen voor die lijst uit te breiden. Indien een procedure tot gerechtelijke reorganisatie wordt aangevraagd en geopend, zullen alle afnemers van de leverancier dan automatisch voor maximaal zestig dagen aan de noodleverancier worden overgedragen.
We vragen tevens dit zo snel mogelijk in werking te laten treden, want we hebben weet van minstens een concreet geval, namelijk een bedrijf dat de procedure overweegt. Dat is ook de reden van de hoogdringendheid van dit voorstel van decreet. We willen de rechtszekerheid van de klanten verhogen, maar we willen ook vermijden dat de kosten van de gerechtelijke reorganisatie van een energieleverancier en de bijkomende kosten die hiermee gepaard gaan in ons aller energiefactuur worden gesolidariseerd.
De heer Schiltz heeft het woord.
Voorzitter, ik wil het pleidooi van de vorige spreekster versterken. Zoals ze terecht heeft geschetst, is de wet betreffende de continuïteit van de ondernemingen (WCO-wet) van toepassing. Een leverancier die in de problemen komt, kan een contract met een burger opzeggen. Alleen blijft die leverancier nog verantwoordelijk voor het afnamepunt en kan er bijgevolg geen andere leverancier in de plaats komen. Dit leidt tot onmogelijke situaties die we met dit voorstel van decreet willen verhelpen. Het is niet meer en niet minder dan een oplossing voor een klein vacuüm dat zou kunnen ontstaan.
De heer Claes heeft het woord.
Voorzitter, we steunen dit voorstel van decreet en zullen het mee goedkeuren. We hebben al een vraag om uitleg aan de minister over deze problematiek ingediend. Tegelijkertijd kijken we uit naar de door de minister aangekondigde wijziging van het decreet. Het is niet de bedoeling dat de mensen die plots bij een noodleverancier terechtkomen ineens een veel duurder tarief voorgeschoteld krijgen. Dit voorstel van decreet is een eerste goede stap, maar we hopen dat het aspect van de veel duurdere tarieven zal worden opgenomen in de toekomstige wijziging van het decreet, die er hopelijk snel zal komen.
De heer Tobback heeft het woord.
Voorzitter, de Vooruitfractie zal zich tijdens de stemming onthouden over dit voorstel van decreet. We erkennen het reëel probleem waar de indieners op wijzen en de nood om een oplossing te bieden. We hebben evenwel het gevoel dat de manier waarop het hier nu wordt opgelost een gerechtelijke reorganisatie voor een leverancier in moeilijkheden in de toekomst de facto zal zijn uitgesloten.
Zodra een reorganisatie wordt goedgekeurd, stelt het voorstel van decreet dat alle contracten automatisch worden opgezegd en dat alle klanten onmiddellijk naar de noodleverancier gaan. Dat betekent dat de facto alleen een vereffening van de activiteiten overblijft en dat de idee van een reorganisatie a priori wordt uitgesloten.
Op zich is dat niet noodzakelijk een foute keuze, maar het leidt er wel toe dat er nu met deze regeling meer mensen bij een noodleverancier zullen terechtkomen dan in de huidige regeling.
Het ligt natuurlijk ook voor een stuk aan het feit dat we zeer in laatste instantie op de hoogte zijn van dit voorstel van decreet en van de problematiek en dat het dus ook niet echt mogelijk is om na te denken over een betere oplossing. We zijn ons daarvan bewust. Ik heb ook geen betere oplossing in mijn zak zitten – vandaar de onthouding –, maar we stellen ons vragen bij de impact van de manier waarop dit systeem zal werken en het gegeven dat er de facto in een aantal gevallen veel meer mensen dan strikt genomen noodzakelijk bij de noodleverancier zullen terechtkomen. Dat heeft een aantal gevolgen, waar mijns inziens beter over nagedacht moet worden.
Maar nog eens, het is beter om vandaag iets op te lossen dan niets op te lossen, want het probleem is natuurlijk reëel. We zullen ons dus onthouden bij de stemming.
De heer Rzoska heeft het woord.
Voorzitter, we hebben het voorstel van decreet bekeken en we zien ook wel de problematiek. Die wordt voor een stuk opgelost met wat op tafel ligt. Mijn fractie wil dit zeker en vast steunen.
Maar ook wij hadden toch wel de vraag – niet de vraag van de heer Tobback, alhoewel ik wel uitkijk naar het antwoord dat er zal komen van de initiatiefnemers – over de mensen die terechtkomen bij de noodleverancier zonder dat ze daar zelf verantwoordelijkheid in dragen, want het is de energieleverancier die in de problemen is geraakt om de een of andere reden. We moeten ervoor zorgen dat ze niet plots aan een heel duur tarief bij die noodleverancier terechtkomen. Dat is een bezorgdheid bij ons.
Maar alles samen genomen, denken we dat dit een goede stap is, dat er een verheldering nodig was op dit punt. We zullen het voorstel dus steunen.
De heer Schiltz heeft het woord.
Collega's, we zijn er ons natuurlijk terdege van bewust dat het geen ideale oplossing is. Als een leverancier failliet zou gaan of in de problemen komt, moeten mensen zo snel mogelijk naar een ander degelijk contract of een andere leverancier kunnen overstappen.
Wat betreft de onmogelijkheid om nog een WCO aan te vragen, mijnheer Tobback: wanneer de leverancier ook nog andere activiteiten ontplooit, worden die activa natuurlijk wel in rekening genomen. Maar de reden waarom we een gelijke regeling voor iedereen inschrijven, is omdat anders het gevaar ontstaat dat een leverancier in WCO zijn lastige vaste contracten dumpt en alleen de dure variabele overhoudt. Op die manier krijg je natuurlijk een heel oneerlijke behandeling. Dan zou het te gemakkelijk zijn om alleen de kersen uit de taart te pikken.
Uiteraard is het engagement om in de komende maanden verder te zoeken naar een regeling die klanten die in die situatie terechtkomen vlotjes naar een andere leverancier te laten overgaan.
Mevrouw De Coninck heeft het woord.
De bezorgdheden die de collega's aanhalen, zijn zeker en vast een punt van aandacht. Zoals de heer Schiltz ook zegt, zitten we in een precaire situatie, een kritische situatie, en dit is toch alvast een oplossing. We hebben gekozen voor het algemeen belang van de burger en het systeem op zich. Ik stel wel voor om dit eventueel na de winter in onze commissie te evalueren. Dan kunnen we misschien ook bekijken hoe het zit met die noodleverancier en of er al dan niet aanpassingen moeten gebeuren.
Wat betreft de prijs bij de noodleverancier heb ik begrepen dat die momenteel de goedkoopste tarieven heeft. Dat blijkt uit testen bij de VREG-simulator.
Vraagt nog iemand het woord? (Neen)
De algemene bespreking is gesloten.
Artikelsgewijze bespreking
Dames en heren, aan de orde is de artikelsgewijze bespreking van het voorstel van decreet. (Zie Parl.St. Vl.Parl. 2021-22, nr. 984/1)
– Er zijn geen opmerkingen bij artikel 1 tot en met 3.
De artikelsgewijze bespreking is gesloten.
We zullen straks de hoofdelijke stemmingen over de artikelen en over het voorstel van decreet houden.