Verslag plenaire vergadering
Verslag
Bespreking
Dames en heren, aan de orde is het voorstel van resolutie van Bruno Tobback, Ludwig Vandenhove en Annick Lambrecht over extra voorwaarden voor de ratificatie van het handelsakkoord tussen de EU en Mercosur.
Dit voorstel van resolutie werd door de commissie verworpen.
Bij mail van 30 maart 2021 hebben de heren Bruno Tobback en Ludwig Vandenhove en mevrouw Annick Lambrecht verzocht het op de agenda van de plenaire vergadering te plaatsen.
Conform artikel 77, punt 5, van het Reglement van het Vlaams Parlement moeten wij ons bij zitten en opstaan uitspreken over het aanvatten van de bespreking.
De heer Deckmyn, verslaggever, heeft het woord over het al dan niet aanvatten van de bespreking.
Dat is me te veel eer, voorzitter. Het debat is in de commissie gevoerd. Wat mij betreft kunnen we gerust stemmen.
De heer Tobback heeft het woord.
Voorzitter, ik zal aan u en aan de collega’s kort even verduidelijken waarom we gevraagd hebben om dit opnieuw op de agenda te zetten. Het is heel eenvoudig. We hebben zelf vastgesteld in de praktijk en in de media dat het debat na de commissiebesprekingen duidelijk niet afgerond was.
Want het was mijn collega Lambrecht die in de commissie voor ons de uiteenzetting heeft gedaan, en die de hoorzittingen hierover ook heeft gevolgd. En zij heeft ook duidelijke argumenten gegeven waarom wij denken dat dit voorstel van resolutie nodig is, en waarom we met dit akkoord, zoals het er vandaag ligt, geen goede dienst bewijzen aan Vlaanderen, de Vlaamse economie, maar ook de principes die we zeggen te huldigen in Vlaanderen.
Maar goed, de collega’s in de meerderheid hebben het nuttig geacht om tegen te stemmen. Alleen denk ik dat sommigen van hen zich gewoon vergist hebben. En mijn partij gelooft in iedereen een tweede kans geven, desnoods zelfs een derde kans. Ik heb het verslag er nog eens op nagelezen. Ik lees onder andere dat collega Jans daar heel duidelijk zegt dat het te vroeg is om ons over dat akkoord uit te spreken, dat het te vroeg is om te zeggen dat het nefast is voor de concurrentiepositie van onze landbouw. Het is te vroeg om te zeggen dat dit de deur openzet voor import van producten die gemaakt zijn met gebruik van bij ons verboden pesticiden, die geproduceerd zijn op een wijze die nefast is voor het voortbestaan van het Amazonewoud, en die bijvoorbeeld op basis van arbeidsvoorwaarden worden geproduceerd die bij ons al lang tot de middeleeuwen behoren. Het is blijkbaar veel te vroeg om ons daarover uit te spreken, we moeten ons daar nu geen zorgen over maken. Dat komt allemaal goed. De landbouw moet zich ook geen zorgen maken, dat komt allemaal goed voor die mensen.
Maar ik heb de indruk dat ook binnen de partij van collega Jans de communicatiekanalen niet altijd geweldig lopen. Want wat lees ik letterlijk de dag erna in een Vlaamse krant? Dat was een groot interview met haar partijvoorzitter, die eigenlijk net hetzelfde zegt als wat ik hier net kom uitleggen: het is een handelsakkoord dat geen garanties biedt rond mensenrechten, rond milieubescherming, rond klimaat, rond arbeidsvoorwaarden, en het steekt bovendien een mes in de rug van onze eigen producenten in eigen land, van wie we terecht hoge eisen stellen op het vlak van volksgezondheid, milieubewustzijn, duurzaamheid. Dat zou toch eens tegen het licht moeten worden gehouden, vindt hij, en hij gebruikt ongeveer dezelfde argumenten die in ons voorstel van resolutie staan, zelfs letterlijk. Dan denk ik dat er binnen sommige partijen toch iets misloopt met de communicatiedoorstroming.
Mijn eerste gedachte was misschien dat mijn collega Annick Lambrecht het onvolledig had uitgelegd, maar daar geloof ik niets van. Ze kan dat perfect. Ik begrijp de positie van collega Coens, het is de taak van de partijvoorzitter, de soms lastige taak, om wat vooruit te lopen en te wachten tot de troepen hopelijk aansluiten. Dat gebeurt niet altijd, dat kan ik ook uit eigen ervaring zeggen, maar dat is weer een ander verhaal. Maar goed, ik dacht dat het misschien gewoon een vergissing is geweest bij sommige partijen, en dat we dit nog eens opnieuw aan bod moeten brengen. Zo krijgt minstens de partij van de heer Coens de kans om zich aan te sluiten bij haar voorzitter. En misschien kunnen er ook een aantal andere partijen, van wie ik ook een aantal collega’s vergelijkbare stellingen heb horen innemen als wat er in ons voorstel van resolutie staat, hetzelfde doen.
Want alle gekheid op een stokje, collega’s, het is op dit ogenblik zo dat in heel wat Europese landen de discussie over dit Mercosur-akkoord gaande is. Heel wat Europese landen, waar we trouwens vaak mee op dezelfde lijn zitten in andere dossiers, hebben dezelfde bezorgdheden geuit die wij in ons voorstel van resolutie hebben geformuleerd. Op Europees niveau en ook op Belgisch niveau is er met de verschillende lidstaten overleg gaande. Het zou heel jammer zijn dat een regio als Vlaanderen, dat bijzonder kwetsbaar is voor een aantal van de effecten van dit akkoord, en dat zelf zegt dat ze de lat, de normen hoog wil leggen inzake duurzame landbouw, klimaatbescherming, bebossing en dergelijke meer, met een akkoord als dit dan de achterdeur openzet voor al wat in een land als Brazilië is geproduceerd, op een manier die op geen enkele manier beantwoordt aan onze eigen normen. Dat is natuurlijk een bijzonder cynische manier om om te gaan met die waarden die we zeggen na te streven. Het is een bijzonder cynische manier om om te gaan met de economische belangen van de mensen die we in onze eigen regio proberen te verdedigen. En het dreigt ons vooral op Europees niveau nogal te isoleren.
Want zoals het er nu uitziet, zal dat Mercosur-akkoord er niet komen in zijn huidige vorm. Alleen zijn we de kans aan het laten voorbijgaan om als Vlaamse regio mee onze stem in dat debat te laten horen. We gedragen ons op dit moment als een soort van makke schapen die de anderen de kastanjes uit het vuur laten halen. Ik vind het beneden onze waardigheid. Het zal ongetwijfeld wel zo zijn dat er een paar economische sectoren en een paar economische groepen hopen rijker te worden van dit akkoord en van de handelsstromen die daarmee gepaard gaan. Maar goed, er waren ook twaalf Europese clubs die dachten dat ze rijker gingen worden van het maken van een eigen liga. Het is niet omdat er een paar poen mee kunnen scheppen, dat het daarom goed is voor iedereen, noch voor de sport, noch voor de economie.
Ik denk dat we het misschien toch eens nuttig tegen het licht kunnen houden in Vlaanderen. Het zou goed zijn dat we dat met de nodige duidelijkheid en, vooral, op tijd doen. Want het heeft geen enkele zin om grote woorden te formuleren en jezelf op de borst te kloppen als vooruitstrevende regio, als je in de praktijk gewoon als laffe wezels wacht totdat anderen het hebben geregeld en het daarmee in orde komt en je ondertussen niet te luid van je oren hebt moeten maken. Dat zou een gemiste kans zijn.
Nogmaals, het eerste punt is dat ik graag zou hebben dat een aantal collega's de kans krijgen om duidelijkheid over hun standpunten te bieden en hun vergissingen misschien even recht te zetten. Het gebeurt ons allemaal wel eens dat we niet opletten. Het gebeurt ons allemaal wel eens dat we van mening veranderen. Dat is op zich niet erg. Dat hoeft geen schande te zijn. Volharden in fouten is eigenlijk erger. We zijn bereid om daar de hand voor uit te steken en de bekeerlingen ... Hoe gaat de parabel van de verloren zoon eigenlijk? Hij wordt met open armen ontvangen. Maar ik ben geen expert in de materie. Ik denk dat collega Jans daar beter beslagen in is. Misschien moet zij het maar eens uitleggen.
Voorzitter, ik zal het daarbij laten. Ik steek de hand uit. Alles is vergeven en vergeten, Vera en collega's van de andere meerderheidspartijen. Laten we het nu gewoon rechtzetten en samen voortgaan in de juiste richting. Daar kunnen we alleen maar beter van worden. Ik dank u. (Applaus bij Vooruit)
Hebt u een zakdoekje nodig? Of gaat het nog?
De heer Muyters heeft het woord.
Je zou er bijna ontroerd van raken, als je collega Tobback bezig hoort.
We hebben Mercosur heel goed besproken in de commissie. We hebben een heel genuanceerd beeld gekregen door de hoorzittingen die we hebben gedaan, over verschillende dagen. Verschillende mensen hebben pro’s en contra's naar voren gebracht. We hebben uiteindelijk het voorstel van resolutie van Vooruit besproken in de commissie. Ik kan alleen maar zeggen dat dat voorstel van resolutie weinig genuanceerd is, in tegenstelling tot andere tussenkomsten die er zijn geweest in de hoorzittingen. Daarom is dat voorstel van resolutie ook vlot weggestemd in de commissie. Ik kan alleen maar zeggen: lees er de verslagen op na. Dan kun je alleen tot dezelfde conclusie komen als toen. Voor mij is het debat gevoerd.
De heer Deckmyn heeft het woord.
Voortgaand op wat collega Muyters zegt, is het inderdaad zo dat we het debat rond Mercosur al uitgebreid hebben gevoerd. Ik wil eraan toevoegen dat het voorstel van resolutie dat door collega Tobback werd ingediend, zeker de verdienste heeft gehad dat we uitgebreide hoorzittingen hebben kunnen bijwonen en dat we onze kennis over die problematiek hebben kunnen uitbreiden.
Ik heb met aandacht geluisterd naar wat u daarnet hebt gezegd. U hebt gelijk als u zegt dat de collega's van de meerderheid er de laatste tijd toch wel een vreemde communicatie op hebben nagehouden. Daarom heb ik hierover een vraag om uitleg ingediend, die volgende week dinsdag aan bod zal komen in de commissie Buitenland. En in die vraag om uitleg ben ik eigenlijk op uw voorzet ingegaan, vooraleer u hem zelf gegeven had. Want de collega's van de meerderheid zullen naar aanleiding van dit debat volgende week de kans krijgen om inderdaad hun mening ter zake te verduidelijken.
Mevrouw Jans heeft het woord.
Vele uitnodigingen vandaag, voorzitter.
U kunt kiezen.
Ik zal er graag op ingaan.
Mijnheer Tobback, zeer positief dat u het verslag erop naleest. De weinige selectiviteit die u daarbij aan de dag legt, wil ik u vergeven, zo kent u mij. De nobele poging die u hier onderneemt, is weinig verrassend, maar het is wel duidelijk dat u de debatten hebt gevolgd. Het waren uitvoerige debatten, er waren verschillende hoorzittingen. Na de eerste hoorzitting hebben wij op eigen initiatief een tweede toegevoegd, specifiek om de standpunten te vernemen van werkgevers, werknemers en een drietal sectoren, waaronder het verenigde landbouwfront, omdat we nog bijkomende vragen hadden. Zoals u zegt, zijn heel wat Europese landen hier nog over aan het debatteren. Het dossier beweegt nog volop.
De hoorzittingen gaven – ik denk dat niemand dat ontkent – een genuanceerd beeld. Niemand is tegen internationale handel op basis van duidelijke afspraken en faire voorwaarden. We hebben uitgebreid gedebatteerd over de afdwingbaarheid. Er is een vrij grote consensus en eensgezindheid dat het akkoord zoals het nu voorligt, niet het meest ideale is. Het is gedateerd. Na twintig jaar debatteren, is dat wel zo.
Zoals collega Muyters terecht zegt, vonden we die nuance niet terug in het voorstel van resolutie. Ik heb dat ook gezegd in de commissie. Ik ben ook tussengekomen om uit te leggen waarom we dit niet zullen steunen. Er beweegt nog te veel op Europees vlak. We vinden het relevant om die evoluties te volgen. Misschien komen we dan met een voorstel, of we zullen ons beraden of er initiatieven nodig zijn. Op dit moment vinden wij het niet opportuun om dat voorstel van resolutie te steunen. Toch van harte dank dat u mij de mogelijkheid geeft om die duidelijkheid te geven.
De heer Tobback heeft het woord.
Ik vind de laatste tussenkomst van mevrouw Jans een beetje jammer. Die komt erop neer dat men wel zal zien wat de anderen beslissen en dat men dan zijn gedacht wel eens zal vormen. Vlaanderen mag gerust de ambitie hebben om zich iets proactiever op te stellen, zeker als het gaat over sectoren waar in Vlaanderen nogal belang aan wordt gehecht.
Het voorstel van resolutie is niet ongenuanceerd. Het komt op één ding neer: wij zijn met Vooruit wel degelijk gevoelig voor het argument dat vaak wordt gebruikt, namelijk dat we door onszelf strenge normen op te leggen in een aantal domeinen riskeren van onze concurrentiepositie aan te tasten. Dat klopt. Als we dan de middelen hebben om dat risico weg te nemen door onze eigen normen te exporteren en te laten inschrijven – bindend en afdwingbaar – in internationale akkoorden, zodat we niet onszelf normen opleggen maar de achterdeur openzetten voor anderen die die normen niet moeten naleven, in dezelfde sectoren, moeten we die kans voluit grijpen. We moeten daar niet genuanceerd over zijn, we moeten daar ambitieus, hard en duidelijk in zijn, zoals ieder land dat met zijn eigen belangen voor ogen handelsakkoorden sluit en handelsbeleid voert, dat doet.
Alleen hebben wij hier de neiging om vooral een aantal rechtstreeks betrokken belanghebbende sectoren naar de mond te praten en niet ons eigen algemeen belang, en niet onze eigen beleidsambities te vertalen in dat soort akkoorden. Ik vind dat jammer. Het is een gemiste kans om daarin geen duidelijk standpunt in te nemen als Vlaamse overheid en Vlaams Parlement. Wat we nu doen, is gewoon wachten tot de anderen het voor ons beslissen en dan mee schuifelen. ‘Plus est en nous’, zou ik zeggen, maar ik stel vast dat anderen, zeker de meerderheidspartijen, niet de ambitie hebben om met Vlaanderen de toon te zetten in een aantal debatten. Dat is jammer.
De heer Muyters heeft het woord.
Ik vrees dat de heer Tobback niet alles heeft gelezen. Het is juist in dit soort akkoorden dat een aantal ambities rond arbeidsrecht, milieu, natuur die vanuit Europa naar de rest van de wereld worden opgelegd, worden meegenomen. Er worden kwaliteitseisen voorzien. Ik ben het helemaal niet met hem eens. Ik kon het niet laten om dit nog te zeggen.
Ik vind wel dat collega Tobback moeite heeft gedaan om de rest te overtuigen, dus hij krijgt nog een halve minuut van mij. Heel genereus, hé.
Om het simpel te zeggen: het heeft niet veel zin om dingen in akkoorden in te schrijven, als je ze niet afdwingbaar en bindend maakt, ook voor rechtbanken. En dat is het grote probleem met dit Mercosur-akkoord. Er staan grote woorden in, maar te weinig instrumenten om het af te dwingen. Als u daar tevreden mee bent, collega Muyters, dan bent u blij met een dode mus en dan gaat u daar niet ver mee komen. U doet er ook niemand een plezier mee. Maar dat moet u zelf weten.
Collega Muyters, ik ga collega Tobback niet elke keer een halve minuut extra geven. Daag hem niet uit!
Het is uitdrukkelijk in de hoorzittingen gezegd: ze zijn wel bindend. Hoe ze moeten worden afgedwongen, is een ander punt. Maar ze zijn wel bindend. En de vraag is wat het alternatief is. Is het alternatief dat dan akkoorden worden afgesloten met andere landen, waarin er niets wordt opgelegd? Is dat dan beter? Akkoorden waarin geen arbeidsvoorwaarden worden opgelegd en waarin geen kwaliteitseisen worden opgelegd, is dat dan beter?
Dat is dat genuanceerde gedeelte dat we missen in het voorstel van resolutie van sp.a.
Collega’s, kunnen we dan nu bij zitten en opstaan stemmen over het al dan niet aanvatten van de bespreking? (Instemming)
De volksvertegenwoordigers die de bespreking wensen aan te vatten, drukken op ‘Ik sta op’.
De volksvertegenwoordigers die de bespreking niet wensen aan te vatten, drukken op ‘Ik blijf zitten’.
De bespreking wordt niet aangevat.