Verslag vergadering Commissie voor Cultuur, Jeugd, Sport en Media
Verslag
Mevrouw Bastiaens heeft het woord.
Voorzitter, minister, collega’s, de Vlaamse Gemeenschap heeft een traditie in het uitreiken van de Cultuurprijzen Vlaanderen. De verschillende prijzen die de Vlaamse Gemeenschap uitreikt, worden door de laureaten erg gewaardeerd. Het zijn kwaliteitslabels, en de overheid wil daarmee blijk geven van erkenning voor het culturele belang van het werk van de laureaten. Bovendien zijn het stimuli voor de verschillende cultuurdisciplines en verhogen ze het culturele bewustzijn.
Een jury van deskundigen uit de verschillende disciplines van de cultuursector draagt een laureaat voor aan de Vlaamse minister van Cultuur. Aan alle prijzen hangt een bedrag van 12.500 euro vast. De Cultuurprijzen Vlaanderen maken de laureaat bekend op een belangrijk evenement van de sector waarbij zowel de sector als de winnaar aandacht en waardering krijgen. De Prijs van de Vlaamse Gemeenschap voor Algemene Culturele Verdienste, die de integrale carrière van de laureaat bekroont, wordt uitgereikt tijdens het publieksmoment van het Cultuurforum 2020.
Niet elke prijs wordt jaarlijks uitgereikt. Zo wordt bijvoorbeeld de prijs voor de amateurkunsten tweejaarlijks uitgereikt. Het Forum voor Amateurkunsten kreeg evenwel onlangs bericht van uw kabinet dat er dit jaar geen Vlaamse Cultuurprijs Amateurkunsten wordt uitgereikt. Het bericht luidde: “Het kabinet heeft het prijzenbeleid in zijn geheel doorgelicht en hervormd. Er werd beslist tot het alternerend/driejaarlijks uitreiken van de Cultuurprijs Amateurkunsten.”
Op de website Cultuur van de Vlaamse overheid konden we hierover echter geen informatie vinden. Ik heb daarom de volgende vragen voor u, minister. Is de hervorming van de Cultuurprijzen Vlaanderen gebaseerd op een evaluatie en zo ja, wat waren de belangrijkste conclusies en aanbevelingen van deze evaluatie en door wie werd de evaluatie uitgevoerd? Welke aspecten van de Cultuurprijzen Vlaanderen worden hervormd: het prijzengeld, de uitreiking, de frequentie, de jury? Waarom werd beslist om de Prijs voor Amateurkunsten voortaan driejaarlijks toe te kennen?
Minister Gatz heeft het woord.
Voorzitter, mevrouw Bastiaens, uw goede vraag om uitleg komt eigenlijk iets te vroeg. Ik heb immers op de Vlaamse ministerraad van morgen een voorontwerp van decreet geagendeerd waarbij ik voorstel om de Cultuurprijzen licht te hervormen. Dit voorstel komt er op basis van een evaluatie en input door mijn administratie, die een zeer goed zicht heeft op de voorgeschiedenis van de Cultuurprijzen, alsook op hoe de jurering in het verleden verliep. Meer details zal ik kunnen meedelen nadat dit voorstel besproken en hopelijk ook goedgekeurd wordt in de schoot van de regering.
In afwachting van de goedkeuring door de Vlaamse Regering kan ik u alvast meedelen dat ik voorstel om van veertien naar vijftien Cultuurprijzen te gaan, in het licht van de nieuwe beleidsprioriteiten. Maar goed, binnen het budgettaire kader is in middelen voor elf prijzen voorzien. We hadden natuurlijk kunnen beslissen om het bedrag dat nu aan de prijzen gekoppeld wordt, te verminderen, maar we denken dat het beter is om te alterneren binnen de sectoren. Ook dit jaar zullen er dus elf prijzen worden uitgereikt. Over hoe dat juist zal gaan, zult u nog even geduld moeten hebben. Daarnaast heb ik de leidraad voor juryleden grondig herbekeken en verduidelijkt.
Ik heb voor dit jaar beslist om de Prijs voor Amateurkunsten te alterneren met andere sectoren, waardoor hij nu driejaarlijks wordt uitgereikt. De reden waarom ik alterneer, heb ik al uitgelegd en ik moet rekening houden met het budgettaire kader. Daarenboven moet het ‘speelveld’ ook in deze sector voldoende groot zijn om een jaarlijkse prijs te kunnen uitreiken.
Hopelijk is er morgen meer nieuws, vandaag is dat er nog niet. We zijn niet over één nacht ijs gegaan. Ik meen dat er een redelijke oplossing uit de bus zal komen.
Mevrouw Bastiaens heeft het woord.
Minister, ik dank u voor uw antwoord. U zegt dat ik net iets te vroeg ben met mijn vraag. Misschien komt mijn vraag nog net op het goede moment om u wat inspiratie te kunnen geven.
Uiteraard moeten de Cultuurprijzen afgestemd zijn op de beleidsprioriteiten. Dat lijkt me nogal logisch.
U zegt dat u ervoor hebt gekozen om niets te wijzigen aan het prijzengeld. Ik begrijp natuurlijk dat u binnen de bestaande budgettaire contraintes moet werken. We zullen dit in de toekomst moeten bekijken, maar ik meen dat vasthouden aan het bedrag geen fetisj mag zijn. Het moet gaan om een substantieel bedrag, dat is duidelijk, maar het feit dat er op een voldoende regelmatige basis aan verschillende sectoren een erkenning kan worden gegeven, lijkt me echt wel belangrijk te zijn.
Dit is zeker belangrijk voor het sociaal-cultureel werk en voor de amateurkunsten. U haalde net al aan dat het speelveld voldoende groot moet zijn. En net bij de amateurkunsten en het sociaal-cultureel werk is dat ongetwijfeld zo. Het zijn net die sectoren die er alle belang bij hebben om op voldoende regelmatige basis in de schijnwerpers te staan. Ze hebben maar weinig toonmomenten. Volgende week krijgen ze wat extra aandacht in de Week van de Amateurkunsten, maar de cultuurprijzen kunnen er zeker ook toe bijdragen.
Ik wil u graag deze bedenkingen meegeven. Ik ben uiteraard benieuwd naar het voorstel dat u zult doen. Ik ben er zeker van dat we elkaar in dezen zullen kunnen vinden.
Minister Gatz heeft het woord.
Ik neem uw bedenkingen zeker graag mee. Het lijkt me zinvol om deze discussie voort te zetten op het ogenblik dat we met het ontwerp van decreet naar het parlement komen. Ik heb, zoals we per definitie doen in deze regering, geprobeerd om te zoeken naar een evenwichtige oplossing. Ook op dit vlak zijn er voor mij weinig taboes, we zullen het ontwerp in alle vrijheid kunnen bekijken. Ik kan mijn motivatie dan nog verder verfijnen en toelichten. We zullen dit debat zeker nog kunnen voortzetten in het parlement.
De vraag om uitleg is afgehandeld.