Verslag vergadering Commissie voor Economie, Werk, Sociale Economie, Innovatie en Wetenschapsbeleid
Verslag
Collega's, aan de orde zijn nu in principe de samengevoegde vragen van de heer Gryffroy, over de impact van de hervormingen bij Volvo Gent en het gebruik van economische werkloosheid, en van de heer Van Malderen, over economische werkloosheid bij Volvo Gent.
De heer Gryffroy is er echter nog niet. Hij zou hier over 10 minuten moeten zijn. Ik stel dus voor dat ik de heer Van Malderen laat starten.
De heer Van Malderen heeft het woord.
Voorzitter, minister, collega’s, op 5 februari hebben we reeds gesproken over de transitie waar de Volvofabriek in Gent voor staat. Ik ga niet alles herhalen, maar het komt erop neer dat er goede vooruitzichten zijn voor de toekomst. De beslissing om compactere modellen te maken op een flexibel platform zou ertoe moeten leiden dat werkzekerheid wordt gegarandeerd tot 2025. We hebben er toen in de commissie ook op gewezen dat de overgang tussen de twee productiefases moeilijk zou worden omdat een bestaand, zeer succesvol model uitgefaseerd wordt, omdat de fabriek moet worden omgevormd, omdat mensen moeten worden opgeleid enzovoort. We hebben toen ook geopperd dat er mogelijk periodes van tijdelijke werkloosheid zouden komen.
Hoewel de Volvo-top geen tijdspad wil noemen, duikt in de pers regelmatig op dat de fabriek de komende vier jaar regelmatig een beroep zal moeten doen op het stelsel van economische werkloosheid. Een Brits autotijdschrift geeft een nauwkeurige planning van de opstart en uitfasering van modellen. Tegen februari 2019 moeten alle huidige modellen vervangen zijn en is de Gentse vestiging getransformeerd in een nieuwe fabriek.
Dit plan zou reeds besproken zijn met minister-president Bourgeois en met u. Minister, hebt u intussen contact met de Volvo-top gehad? Wat was de agenda van het overleg? Kunt u toelichting geven bij wat besproken is? Bevestigt u het in Top Gear aangehaalde tijdspad? Kunt u toelichting geven hoe de transitie naar de assemblage van de nieuwe modellen zal verlopen? Bevestigt u dat Volvo een beroep zal doen op economische werkloosheid? Hoe zal dit concreet ingevuld worden? Er zijn in het verleden nog fases geweest, bijvoorbeeld in 2008, met een enorme krimp in de auto-industrie. Toen kwam de opmerking dat iedereen die economische werkloosheid gebruikt, wat positief is omdat het flexibiliteit genereert zonder dat men telkens mensen moet laten afvloeien. Er werd toen gevraagd of men die periodes van economische werkloosheid niet kon koppelen aan opleiding en vorming. Hoe zullen werknemers van Volvo opgeleid en omgeschoold worden? Voorziet u in bijkomende capaciteit en budget hiervoor? Het gaat toch over een behoorlijk groot bedrijf dat toonaangevend is in de regio. Welke garanties kunt u namens de Vlaamse Regering geven aan de werknemers van Volvo Gent? Acht u andere bijkomende maatregelen of initiatieven aangewezen?
Minister Muyters heeft het woord.
Collega’s, ik heb contact gehad met de top, maar het hangt ervan af wat u met top bedoelt. Ik heb samen met minister Schauvliege en minister-president Bourgeois een bezoek gebracht aan Volvo. We hebben het daar al over gehad naar aanleiding van een vraag van u.
Op 13 februari heb ik samen met de minister-president en de federale minister van Economie een overleg gehad met de top van Volvo Cars – en ik bedoel dan de Zweedse mensen. We hebben gesproken over de actuele staat van Volvo Cars vandaag, het transformatieproces dat is gericht op kwaliteit, waarvoor de Vlaamse Regering in 2013 ook opleidingssteun heeft verleend, en de noodzakelijke maatregelen voor de toekomst.
Voor het nieuwe model werd als richtdatum inderdaad 2018-2019 gegeven. Het verloop van de transitie is niet in detail besproken. Wel werd melding gemaakt van een te verwachten vertraging in de activiteit in aanloop naar het nieuwe model.
Tijdens de gegeven toelichting benadrukten de mensen van Volvo het belang van de economische werkloosheid, zowel voor arbeiders als de bedienden die gelieerd zijn aan de productie. Of en in welke mate Volvo hierop een beroep zal doen, weet de onderneming zelf nog niet. Men zal nagaan wat mogelijk is, binnen de door de federale overheid gestelde voorwaarden. Vandaar ook dat minister Peeters aanwezig was.
Ik beantwoord ook de vragen van de heer Gryffroy, ook al is hij er nog niet. Elke werknemer kan steeds op eigen verzoek een gratis opleiding bij VDAB aanvragen tijdens economische werkloosheid. Ik heb nog geen contact opgenomen met mijn federale collega, maar zal dit wel spoedig doen. Het is immers belangrijk dat er een transparante gegevensuitwisseling komt met de RVA van welke werknemers tijdelijk werkloos zijn. Er moeten dus afspraken gemaakt worden als de transitie begint. Voor de aanbodverstrekkers is het immers cruciaal om een snelle en gerichte campagne te voeren en de opleidingsdeelname te verhogen. Ik moet wel zeggen dat de opleiding op initiatief van de werkgever tijdelijk is toegestaan bij technische werkloosheid. Dit was een tijdelijke maatregel tot 31 december 2014. Die mensen kunnen dus in die periode wel door de VDAB worden opgeleid, maar niet door Volvo.
Hoe zullen werknemers van Volvo opgeleid en omgeschoold worden? Als het transformatieproject van Volvo Cars voldoet aan de criteria voor strategische transformatiesteun voor de omscholing van het personeel, kunnen ze natuurlijk opleidingssteun krijgen vanuit het Hermesfonds. Maar ik heb nog geen aanvraag gekregen.
De vraag over de garanties voor het personeel vind ik een beetje een rare vraag. Wat mij betreft, is de aangekondigde investering in een volledig nieuw productieplatform de beste garantie. Volvo zal niet investeren in een totaal nieuw productieplatform als het niet gelooft in de verdere productie in Gent. Ik ga er dus ook van uit dat Volvo ernaar zal streven om die aanzienlijke investering maximaal te laten renderen en op zo hoog mogelijke capaciteit te draaien. De evolutie van de automarkt zal allicht ook mee bepalen hoe die capaciteit dan effectief benut zal worden.
In 2011 hebben wij een VIONA-studie (Vlaams Interuniversitair Onderzoeksnetwerk Arbeidsmarktrapportering) laten uitvoeren, getiteld: ‘Naar een hogere opleidingsdeelname tijdens periodes van inactiviteit. Drempels en kritische succesfactoren van opleidingsdeelname tijdens tijdelijke werkloosheid’. Uit dat onderzoek is gebleken dat er heel veel belemmerende factoren voor opleidingsdeelname zijn tijdens een crisisperiode, zowel op het niveau van de potentieel lerende, zoals motivatie, op eigen initiatief een gepaste opleiding moeten vinden, administratie, als op het niveau van aanbod, dat op dat moment nog niet flexibel genoeg kan aansluiten bij de korte periodes van tijdelijke werkloosheid, en op het niveau van de communicatie over het aanbod.
We hebben, met die studie in de hand, de nodige maatregelen genomen. De VDAB heeft een draaiboek opgesteld, om beter in te spelen op situaties van tijdelijke economische werkloosheid, met uiteraard als bedoeling meer mensen een opleiding te laten volgen in die periode. Daarnaast hebben we beslist dat werknemers in tijdelijke werkloosheid gezien worden als ‘kwetsbare werknemer’. Dat betekent dat ze dezelfde dienstverlening kunnen krijgen als iemand die verplicht ingeschreven werkzoekend is. Het initiatief voor een opleiding wordt hier wel overgelaten aan de werknemer zelf. Maar ik herhaal het: zij kunnen kosteloos een VDAB-beroepsopleiding volgen, op voorwaarde dat er geen wachtlijsten zijn voor werkzoekenden.
De VDAB bevestigt dat er onmiddellijk tegemoet kan worden gekomen aan een potentiële vraag van de werkgever om de betrokkenen te informeren over de opleidingsmogelijkheden bij de VDAB en bij interesse deelname aan een opleiding mogelijk te maken. Op 3 april heeft de VDAB daarover al een overleg met Volvo.
De heer Van Malderen heeft het woord.
Dat laatste is natuurlijk bijzonder belangrijk. Naast een aantal generieke maatregelen zal het erop aankomen om dat op maat en op vraag en volgens de noden van het bedrijf toe te passen op het terrein. Ik noteer, minister, dat u heel affirmatief zegt dat VDAB aangeeft dat er geen capaciteitsproblemen zijn, en dat de voorwaarde positief is ingevuld. Blijft de vaststelling dat de combinatie opleiding in het bedrijf en economische werkloosheid eind vorig jaar is afgelopen. Dat is iets dat we zullen moeten monitoren, hoe je die zaken in de praktijk kunt afstemmen. Het was een uitzonderingsmaatregel. We hebben er ook geen zicht op hoeveel of hoe weinig die effectief gebruikt werd.
Ik noteer vooral dat men de bereidheid heeft om ter plekke af te stappen en daarmee aan de slag te gaan. We zullen dit uiteraard blijven opvolgen, want het is een bijzonder omvangrijk bedrijf, en heel belangrijk in de regio.
De vraag om uitleg is afgehandeld.