Verslag vergadering Commissie voor Economie, Werk, Sociale Economie, Wetenschap en Innovatie
Verslag
De heer Annouri heeft het woord.
Minister, collega’s, er is wat gaande in de chemiesector. Honderden werknemers in de provincie Antwerpen staan vandaag de dag op economische werkloosheid. Er dreigen ook wat ontslagen te vallen. De redenen die worden aangehaald, zijn verschillend: je hebt enerzijds de loonkost, je hebt de energiekost, maar je hebt ook geopolitieke evoluties – de Duitse en de Chinese markt die impact hebben op alles wat er gaande is in de petrochemie.
Ik denk dat de eerste twee voer zijn voor een ander parlement, maar ik denk dat er hier ook wel kansen en uitdagingen voor het Vlaamse arbeidsmarktbeleid zijn.
Hoe kijkt u naar deze evolutie in de Vlaamse context van arbeidsmarktkrapte?
Is er in andere sectoren veel vraag naar gelijkaardige profielen, is hier ergens een opportuniteit?
Gaat u ook in overleg met de chemiesector, in wat de mogelijkheden zijn om hiermee om te gaan?
Ik dank u alvast voor uw antwoorden.
Minister Brouns heeft het woord.
Dank u wel, collega. Het klopt dat de industrie, waaronder de chemie, te kampen heeft met de structurele problemen die u terecht duidt: loonkosten, energiekosten en geopolitieke ontwikkelingen, om dan de vergunningenproblematiek nog niet te noemen, toch een zeer grote bekommernis.
Toch is het belangrijk om dit wel in het juiste perspectief te plaatsen. Statistische cijfers van de Rijksdienst voor Arbeidsvoorziening (RVA) en VDAB laten zien dat de uitstroom van werknemers voorlopig beperkt blijft, terwijl de nettojobcreatie in de chemiesector in 2022 positief was, de vacaturegraad hoog blijft én dat in absolute termen de economische werkloosheid in Antwerpen lager blijft dan in de periode voor 2016. Vorige crisissen toonden verder ook aan dat de sector bijzonder veerkrachtig is gebleken en de naakte ontslagen steeds tot een minimum beperkt bleven.
Desalniettemin is het van cruciaal belang om deze uitdagingen voor de toekomst structureel aan te pakken op Europees niveau; niet enkel Antwerpen, of bij uitbreiding Vlaanderen, maar de ganse Europese chemiesector gaat gebukt onder dezelfde problematieken van hoge productiekosten en concurrentie van buiten Europa, waar bedrijven doorgaans minder onderhevig zijn aan milieu- en sociale regelgeving en/of meer subsidies ontvangen. In die context kan ik inderdaad niet anders dan ook wijzen op het belang van die grote, belangrijke investeringen in die Antwerpse haven, om heel die chemiecluster te vernieuwen is dat cruciaal. Ook in de context van uw vraag, denk ik, ook als een stukje … ja, laat ik het toch maar een magneet noemen. De investering die INEOS voor ogen heeft, is in potentie de grootste investering in de chemiecluster in Europa van de laatste twintig jaar.
Ik geef daarnaast ook graag mee dat VDAB voor elke persoon in tijdelijke werkloosheid klaarstaat met een gratis aanbod aan opleidingen én dat er uiteraard ook steeds kan worden nagedacht over mogelijke loopbaanstappen, indien de betrokkene dat zelf ook wenst. Mensen in tijdelijke werkloosheid kunnen daarnaast ook tijdelijk ergens anders aan de slag of vrijwilligerswerk uitvoeren met behoud van de uitkering.
Ondanks de moeilijkheden die de chemische sector vandaag ondervindt, blijft die sector wel groeien en blijft hij bovendien een van de belangrijkste werkgevers in Vlaanderen. Het is goed om dat ook te benadrukken. De tewerkstelling in de sector stijgt, en ook op lange termijn wordt er groei voorspeld binnen deze sector. Enerzijds omdat een op de vijf werknemers 55-plussers betreft en de vervangingsvraag dus zeer hoog blijft, anderzijds omdat de sector volop aan het vergroenen is – ik heb er daarnet naar verwezen. Het consultancybedrijf Roland Berger schat dat er in deze context bijna 17.000 jobs – belangrijk: 17.000 jobs – bij zullen komen tussen 2020 en 2035. Er is dus geen overschot aan personeel in de sector, en actief toeleiden naar andere sectoren is dus niet aan de orde. Vrijwillige loopbaanstappen kunnen uiteraard wel worden gestimuleerd. Daarvoor werden onder andere die werkschakelpunten gelanceerd. We hadden het hier uitgebreid over in de commissie vorige week, de voltallige commissie vorige week, in aanwezigheid van collega Ronse. (Lacht)
De werkschakelpunten, ja, dus iedereen is daar nu in mee.
Tot slot kan ik u meegeven dat ik – hoofdzakelijk vanuit mijn bevoegdheid als minister van Economie – een overleg heb bijeengeroepen, om ook samen met de sector te bekijken hoe wij antwoorden kunnen formuleren op de uitdagingen waarmee ze vandaag worden geconfronteerd. Dat vindt volgende week maandag al plaats. Ik zal u natuurlijk heel graag op de hoogte houden van de uitkomst van dat overleg.
De heer Annouri heeft het woord.
Dank u wel voor uw antwoord, minister. Ik ben het met u eens. Het is geen alarmerend bericht over de chemiesector zelf, denk ik, los van de uitdagingen die er zijn. Ik heb wat cijfers bijgehaald. Ik denk dat de bedrijfswinst, de omzet en de nettowinst de afgelopen zeven jaar in de chemiesector allemaal met meer dan 100 procent zijn gestegen. In 2022 was er voor meer dan 6 miljard aan dividenden uitgereikt, dus in die zin denk ik dat de sector aan het doen is wat hij moet doen, groeien, en hij is dat goed aan het doen. Als ik uw antwoord goed heb begrepen, minister, zegt u dat er tijdelijke werkloosheid is op dit moment, maar het is niet problematisch en we gaan de mensen niet per se actief begeleiden om bepaalde andere gaten of kraptes op de arbeidsmarkt te gaan invullen. Want het is van die aard dat we ze gewoon vrijwillig aanbieden om eventueel effectief een stap te zetten. Maar het is niet zo dat het nodig is om te kijken hoe we bepaalde kraptes kunnen oplossen. Hebt u zicht op – hoe moet ik zeggen? – hoe tijdelijk dit is? Wanneer zal men niet meer of minder gebruikmaken van die tijdelijke werkloosheid? Wanneer gaan we op dat vlak weer een daling zien?
Ik heb nog een andere bijkomende vraag. Het is heel goed dat er overleg zal worden gepleegd en nog beter dat we daar binnenkort een terugkoppeling over krijgen. Zit u samen met werkgevers en bedrijven of zit u ook samen met werknemers? Is daar ook gepland om ook hen mee te nemen in het overleg, en te horen hoe zij kijken net naar die situatie waarin zij zich begeven? Welke noden zien zij, om ervoor te zorgen dat daaraan wordt tegemoetkomen en dat er stappen vooruit worden gezet.
Minister Brouns heeft het woord.
Ik ben in blijde verwachting van mogelijk bijkomende antwoorden, want die tijdelijke werkloosheid, wanneer we de daling zullen zien, daar heb ik inderdaad op dit ogenblik geen sluitend antwoord op. Op dit ogenblik heb ik daar geen bijkomend antwoord op. Wat uw vraag betreft, is dat in eerste instantie met de werkgevers, maar ik denk dat het inderdaad belangrijk is om de sociale partners ook te betrekken. Dat hangt natuurlijk ook een beetje af van de vragen die er leven, maar het is wel de bedoeling om met alle sociale partners het overleg aan te gaan. Het belangt iedereen aan, uiteraard.
De heer Annouri heeft het woord.
Ja, dat is mijn oproep aan u, minister. Ga zeker ook met die werknemers in gesprek. Ik denk dat zij een zeer helder zicht kunnen geven op hun sector en wat daar nodig is en hoe zij dat ervaren. Ik hou u eraan dat u dat ook gaat doen en ook daarover gaat terugkoppelen. En om de voorzitter ook gerust te stellen: dit is een dossier dat wij dan ook verder zullen blijven opvolgen vanuit onze fractie.
Oef!
De vraag om uitleg is afgehandeld.