Verslag vergadering Commissie voor Algemeen Beleid, Financiën, Begroting en Justitie
Verslag
Mevrouw Schryvers heeft het woord.
Minister, mijn laatste vraag gaat over het fenomeen dat we vorige week in de pers te lezen kregen, namelijk de shout-outpagina's op sociale media. Het Laatste Nieuws deed een onderzoek over een relatief nieuw fenomeen op sociale media waarbij minderjarigen een groot risico lopen op seksuele uitbuiting. Via het platform Instagram kunnen zogenaamde shout-outpagina’s worden aangemaakt. De beheerder van zo'n pagina kan foto's van andere Instagramgebruikers posten met een link naar het persoonlijke profiel van die gebruiker. Op die manier kan de gebruiker snel een groot aantal volgers genereren. Het is de beheerder van de shout-outpagina die bepaalt welk type profielen hij of zij wil promoten. Zo zijn er shout-outpagina's voor creatieve fotografie, toerisme, mode en zo verder.
Het is echter extreem verontrustend dat er ook shout-outpagina's zijn die zich specifiek richten op seksuele content van minderjarige meisjes. Een undercoverjournalist van Het Laatste Nieuws kon vaststellen hoe de beheerders van dergelijke pagina's minderjarige meisjes zelfs aanmoedigen om expliciete seksuele beelden door te sturen, die vervolgens al dan niet gecensureerd door de beheerder op de pagina worden geplaatst. Via deze pagina's wordt dus vrij openlijk kinderporno verspreid. Minderjarige meisjes verspreiden ook via hun eigen Instagrampagina heel expliciete beelden en video's van zichzelf om likes en volgers te genereren. Er zijn ook minderjarigen die via deze weg seksuele content te koop aanbieden, wat een vorm is van prostitutie. De normen en rechtsregels die van toepassing zijn op gedrag in de echte wereld lijken dus nergens te bespeuren wanneer het gaat om wat er zich online afspeelt.
Een andere verontrustende vaststelling van de undercoverjournalist was dat er via het platform aan grooming wordt gedaan waarbij volwassen mannen die shout-outpagina’s beheren, voorstellen doen aan minderjarige meisjes om in real life af te spreken. Opnieuw gaat het dus om strafbare feiten die in relatieve openheid gepleegd worden.
Ook bij Child Focus staat deze problematiek op de radar. Zij wijzen erop dat de online jongerencultuur enorm geseksualiseerd is geworden. Het spreekt voor zich dat dit een ideale voedingsbodem vormt voor seksuele uitbuiting.
Minister, in het Vlaams actieplan ter bestrijding van seksueel geweld 2020-2024, waarvan u de coördinatie opneemt, is onder meer een strategische doelstelling opgenomen met betrekking tot preventie en het wegwijs maken van burgers en professionals als ze informatie en ondersteuning zoeken. De verspreiding van duidelijke informatie, onder meer via de website www.seksueelgeweld.be maakt daar deel van uit.
Minister, daarom richt ik in deze commissie een vraag aan u. Ik heb ook een vraag voor minister Dalle later deze week. Minister, welke acties neemt u vanuit uw rol als coördinerend minister om het misbruik en de seksuele uitbuiting vooral van minderjarige meisjes via shout-outpagina’s op sociale media tegen te gaan?
Minister Demir heeft het woord.
Wat Het Laatste Nieuws vorige week blootlegde, is inderdaad zeer verontrustend. In het Vlaams actieplan ter bestrijding van seksueel geweld wordt er onder andere ingezet op veilig internetten en online mediagebruik, acties van collega Dalle.
Dit loopt in samenwerking met experten en partnerorganisaties zoals Child Focus, Ketnet en Mediagewijs. Naast een bredere bekendmaking van hun websites, wordt gewerkt aan de ontwikkeling van heldere informatie, richtlijnen, tools voor een veilig, verantwoord, kritisch en bewust mediagebruik. Zo worden kinderen en jongeren op hun maat ondersteund om zich veilig te gedragen in de onlinewereld. Daarnaast worden tools, methodieken en vormingen versterkt en ontwikkeld met het oog op kennisopbouw, mediawijsheid en weerbaarheid bij kinderen en jongeren bij problematische situaties van sexting, seksuele intimidatie, grooming enzovoort. Zoals ik reeds aanhaalde, is minister Dalle bevoegd voor Jeugd en Media verantwoordelijk voor deze acties.
Ik hoop dat ook elke ouder zijn verantwoordelijkheid opneemt en kinderen informeert. Ik hoop dat ze praten met hun kinderen over waar ze mee bezig zijn. Ongeveer iedereen volgt sociale media, Instagram enzovoort. Van sommige zaken daar denk ik: ‘ik hoop dat mijn kind van 10 niet op zo’n manier op Instagram staat’. Ik vind het heel belangrijk dat ook ouders hun verantwoordelijkheid opnemen, hun kinderen informeren en opvolgen. Men kan natuurlijk niet alles opvolgen wat een kind doet op sociale media, maar men kan hen op de gevaren wijzen, want er zijn heel veel grote gevaren. We moeten daar als ouders over praten, we mogen niet denken dat de school het wel zal doen, of Ketnet of nog iemand anders. Wij als ouders moeten het zelf ook doen. Ik betrap er mezelf soms op, maar dan denk ik: het is mijn taak, ik moet het aan mijn kind uitleggen, dat is gevaarlijk om die en die reden, er zitten gevaarlijke mannen achter want die willen dit en dat. Dat is bewustwording. We denken soms dat de school dat doet, maar we moeten naar onszelf kijken als ouder en onze kinderen daarop attenderen.
Eind deze maand heeft mijn kabinet een overleg met alle kabinetten betrokken bij het actieplan om enerzijds de uitvoering van de huidige acties en anderzijds de nood aan nieuwe acties te bespreken. Naast seksueel grensoverschrijdend gedrag in het uitgaansleven zal dit fenomeen hierbij een specifiek aandachtspunt zijn. Alle kabinetten zullen gevraagd worden binnen hun bevoegdheid te kijken wat ze kunnen doen om onze jongeren hier beter tegen te beschermen. Zelf ben ik bijvoorbeeld momenteel bezig met een procedure voor de gunning van een overheidsopdracht voor een sensibiliseringscampagne rond seksueel grensoverschrijdend gedrag voor jongeren tussen 14 en 23 jaar. Ik zal daarbij bekijken of we in die campagne aandacht kunnen schenken aan dit fenomeen.
Het Vlaams actieplan voor een betere bescherming van slachtoffers en een strakkere aanpak van tienerpooiers richt zich op de strijd tegen seksuele uitbuiting van jongeren. Het agentschap Opgroeien werkt hiervoor nauw samen met Child Focus. Het eerste luik van dit actieplan beschrijft de acties rond preventie. Een van de acties is de inzet op het stimuleren van e-safety en een veilig, gesensibiliseerd gebruik van sociale media en internet bij organisaties die werken met jongeren in de jeugdhulp. Child Focus neemt de centrale rol op in het uitrollen van diverse campagnes die zowel naar het brede publiek als specifiek naar bepaalde doelgroepen ingezet zullen worden. In de campagnes zal er dus aandacht zijn voor kinderen, jongeren, ouders, professionals, politie en het brede publiek.
Verder wordt op het vlak van grensoverschrijdende sexting de website sexting.be verder uitgewerkt, staat theaterproductie #Sex Thing#vu in de steigers, werd de game ‘missing’ ontwikkeld en werden onlinefilmpjes en preventiespots in de brede media gelanceerd. Ook is er een online-instrument dat focust op het weerbaarder maken van meisjes in de jeugdhulp. De tool werkt rond relaties, seksualiteit, zelfbeeld, grenzen en weerbaarheid. Omdat er opgemerkt wordt dat er nood is aan een hogere weerbaarheid online, zijn er lespakketten ontwikkeld zoals Think Before You Post, online challenges en Stop cyberpesten.
Mevrouw Schryvers heeft het woord.
Dank u wel voor uw antwoord, minister. Het actieplan is er, en het bevat heel wat acties, en dat is goed. Maar wat we nu hebben gezien, vorige week, is dat er zich altijd weer nieuwe fenomenen ontwikkelen. Mensen die malafide zijn, gaan altijd nieuwe manieren zoeken om een bepaald doelpubliek te bereiken en om – in casu – minderjarigen over de streep te krijgen om bepaalde handelingen te stellen die absoluut verontrustend zijn en die zelfs echt kunnen leiden tot seksuele uitbuiting. Ik denk dat we daar altijd alert voor moeten blijven. Daarom vind ik het ook absoluut goed dat u stelt dat u een overleg hebt met alle kabinetten en alle administraties om te zien hoever we staan in de uitvoering van deze acties, maar ook om te kijken waar we toevoegingen moeten doen van nieuwe fenomenen. Dat is natuurlijk de reden waarom ik de vraag heb gesteld: om te appelleren aan die alertheid. Die hebt u zeker voor dit thema, minister, dat weet ik wel.
Mijn enige bijkomende vraag, minister, gaat over hoe we ouders mee kunnen mobiliseren vanuit Vlaanderen. Ik onderschrijf volledig wat u stelt: ouders hebben zelf een verantwoordelijkheid, en moeten hun kinderen erop wijzen, maar een aantal zaken gaan zo snel dat niet alle ouders nog mee zijn, en het eigenlijk zelf niet beseffen. Dus dat is niet het ontkennen van hun eigen verantwoordelijkheid naar de jongeren toe, maar gewoon het feit dat ze zelf soms niet weten welke gevaren ermee gemoeid zijn. Ik denk dat dat nog iets is wat we vanuit Vlaanderen zouden kunnen opnemen, niet alleen door hen te wijzen op hun verantwoordelijkheden, maar ook door hen voldoende te informeren. In die zin is het een goede zaak dat dit nu naar boven is gekomen, en dat het breed in de pers komt, waardoor ouders ermee geconfronteerd worden. Maar ik denk dat we dit, in algemeenheid, ook moeten doen. Mijn vraag aan u is: zult u dat ook verder opnemen?
Minister Demir heeft het woord.
Ik denk dat dit klopt. We zullen eens kijken in welke van onze campagnes we de ouders kunnen meenemen in het verhaal. Alles wat te maken heeft met sociale media en veilig internetten, dat is wel een bekend fenomeen, en dat blijft bestaan. Maar ik zal bekijken hoe we ook een appel kunnen doen op de ouders.
De vraag om uitleg is afgehandeld.