Verslag vergadering Commissie voor Leefmilieu, Natuur, Ruimtelijke Ordening en Energie
Vraag om uitleg over de resultaten van het recente zwerfvuilonderzoek van de Openbare Vlaamse Afvalstoffenmaatschappij
Verslag
– Een aantal sprekers nemen mogelijk deel via videoconferentie.
Mevrouw Schauvliege heeft het woord.
Op 4 maart 2022 werden de resultaten van het zwerfvuilonderzoek van de OVAM bekendgemaakt. Het onderzoek toont aan dat 35 procent van het zwerfvuil bestaat uit blikjes en plastic flesjes – uitgedrukt in volume – en 41 procent uit sigarettenpeuken – uitgedrukt in aantal stuks. Deze cijfers zijn niet verrassend en zijn gelijkaardig met Nederland, waar plastic flesjes en blikjes verantwoordelijk zijn voor ongeveer 40 procent van het volume van het zwerfafval. Uit een Nederlandse studie blijkt dat statiegeld het aantal flesjes in het milieu met 70 tot 90 procent terugdringt. Op 1 juli 2021 heeft Nederland dan ook statiegeld ingevoerd op kleine plastic flesjes met water en frisdranken. Andere landen boeken op dit gebied mooie resultaten met drankverpakkingen waar statiegeld op wordt geheven. Zo maken in Duitsland blikjes slechts 0,03 procent uit van het zwerfafval.
Ten tweede dient statiegeld bij te dragen aan het behalen van 90 procent gescheiden inzameling van plastic flessen, een doelstelling die wettelijk is vastgelegd met ingang van kalenderjaar 2022 naar aanleiding van de Europese Single Use Plastics Directive. Recente inzamelcijfers van Vlaanderen zijn voorlopig niet bekend.
De peukenproblematiek stelt zich niet alleen in Vlaanderen. Andere regio's kijken niet naar end-of-pipe-maatregelen zoals repressie, maar kiezen voor brongerichte maatregelen. In Californië en New York liggen momenteel wetsvoorstellen bij de senaat waarin de verkoop van single-use filters volledig verboden wordt. Sigarettenfilters zijn gemaakt van celluloseacetaat, een soort plastic, dus peuken breken niet af in het milieu. In december keurde de Spaanse senaat een wet goed waardoor roken op alle stranden verboden wordt. Want juist via de stranden belanden de peuken het makkelijkst in zee.
Welke nieuwe maatregelen zult u nemen naar aanleiding van dit nieuw zwerfvuilonderzoek?
Overweegt u om statiegeld op plastic flesjes en blikjes in te voeren?
Op welke manier zal Vlaanderen de doelstelling van 90 procent gescheiden inzameling van plastic flessen behalen? Wanneer krijgen we zicht op de recente cijfers hierover? Kunt u verduidelijken of we op koers zitten?
Welke brongerichte maatregelen zult u nemen in het aanpakken van sigarettenpeuken?
Mevrouw De Vroe heeft het woord.
Vrijdag 4 maart presenteerde de OVAM de resultaten van haar onderzoek naar de samenstelling van het zwerfvuil in Vlaanderen. De cijfers liggen in lijn met eerdere tellingen. Sigarettenpeuken maken met 41 procent de grootste factie uit, dat is immens, gevolgd door kauwgom, goed voor 15 procent van het aantal stuks. Kijken we naar gewicht dan steken blikken en glas erbovenuit, respectievelijk met 12,6 procent en 8,1 procent van het gewicht van het zwerfvuil.
De resultaten van het uitgevoerde onderzoek laten ons toe op een fijnmazige manier de zwerfvuilproblematiek in kaart te brengen, het zwerfvuilbeleid te evalueren en bij te sturen waar nodig. Daarbij geeft de OVAM ook aan dat het onderzoek kan worden gevoerd om de kosten door te rekenen aan de betrokken sectoren en producenten.
Minister, wat zijn volgens u de grootste verschillen met voorgaande fractietellingen en welke lessen trekt u uit dit onderzoek?
Kunt u ons meer vertellen over de locaties waar we deze fracties tegenkomen?
Op welke manier zult u deze resultaten gebruiken in het kader van de uitgebreide producentenverantwoordelijkheid?
Hoe evalueert u de inzet van de dertig bijkomende handhavers voor zwerfvuil die u sinds augustus vorig jaar ter beschikking hebt gesteld van de steden en gemeenten?
Welke vervolgstappen plant u? Op welke manier wilt u op basis van dit onderzoek het zwerfvuilbeleid al dan niet nog bijstellen?
Minister Demir heeft het woord.
Ik zal de vraag van mevrouw Perdaens ook beantwoorden omdat die overeenkomen met de andere antwoorden.
Zowel het regeerakkoord als mijn beleidsnota kondigen aan dat het Verpakkingsplan dat in 2018 is goedgekeurd en waarvan het zwerfvuilbeleid een onderdeel is, zal worden geëvalueerd. Die evaluatie was voorzien voor eind 2023, maar we hebben gezegd dat dat veel te laat was. We gaan het eind dit jaar doen. Dan zullen we ook de nieuwe cijfers krijgen over de opgeruimde hoeveelheden zwerfvuil. De cijfers uit de fractietelling waarover het hier gaat, dienen om na te gaan hoe de stromen in het zwerfvuil zich tot elkaar verhouden, maar doen geen uitspraak over de totale hoeveelheid zwerfvuil.
In het kader van de Europese SUP-richtlijn (single-use plastic) en het Materialendecreet zullen de resultaten van de fractietelling worden gebruikt om de zwerfvuilkosten door te rekenen aan de producenten van producten die een belangrijke impact hebben als zwerfvuil. De doorrekening gebeurt concreet via de berekening van de Vlaamse zwerfvuilkosten aan de hand van een bevraging van de lokale overheden die zwerfvuilkosten dragen, de bepaling van de verdeling van de producentenbijdragen in de Vlaamse zwerfvuilkosten aan de hand van de fractietelling en de verdeling van de bijdragen en de vergoedingen aan de overheden aan de hand van een verdeelsleutel.
Omdat we uitgaan van een financiële verantwoordelijkheid voor de producenten, kan dit wettelijke kader niet louter op het Vlaamse niveau worden ingeschakeld. Daarom zijn we volop met de andere gewesten aan het werken aan de opmaak van een interregionaal samenwerkingsakkoord. Dit samenwerkingsakkoord heeft kracht van wet en zal bepalen welke producenten onderworpen worden en welke verplichtingen aan hen worden opgelegd. Dit verankert het principe dat we reeds hebben inschreven in het Materialendecreet, namelijk dat de zwerfvuilkosten moeten worden gedragen door de producenten.
In 2021 werd al de nadruk op handhaving gelegd. Deze inspanningen worden in 2022 verdergezet. Het belangrijkste aandeel in handhaving situeert zich bij de lokale besturen als het gaat over zwerfvuil en sluikstorten. Vlaanderen financiert via Mooimakers en gerichte subsidies trajecten bij lokale besturen om de handhaving te optimaliseren. Via het subsidiebesluit van de OVAM kunnen bijvoorbeeld zwerfvuilcamera’s worden aangekocht.
Ook de werking rond Mooimakers richt zich sinds 2021 meer op handhaving. Tijdens de jaarlijkse handhavingsweek zetten lokale besturen al sterk in op handhaving, maar eigenlijk zou dat elke week van het jaar het geval moeten zijn.
Er zijn extra gewestelijke ambtenaren aangeworven om te handhaven op het terrein. Zo worden bij de OVAM handhavers aangesteld die door de lokale besturen ter ondersteuning van de handhaving op zwerfvuil ingezet kunnen worden.
Ik wil het alle gewestelijke ambtenaren op het terrein gemakkelijker maken om op te treden tegen zwerfvuil. Hiertoe deden we ook al aanpassingen aan de regelgeving. Ik verwacht een betere samenwerking tussen alle betrokkenen zoals parketten en gewestelijke handhavers. Ook ga ik meer opleidingen voorzien voor lokale toezichthouders.
Ik krijg de feedback dat de gemeenten die een beroep doen op de handhavers van de OVAM redelijk positief staan ten aanzien van hun werk.
De resultaten van de fractietelling zullen, zoals ik eerder aangaf, voornamelijk gebruikt worden voor doorrekening van de zwerfvuilkosten.
Het voorkomen van peuken in het zwerfvuil zal bepalend zijn voor het aandeel van de zwerfvuilkosten dat de tabaksproducenten zullen moeten dragen. Die betalen vandaag veel te weinig. Daarnaast zal erop worden toegekeken dat de acties die onder andere door de tabakssector zijn opgenomen in het charter zwerfvuil, uitgevoerd worden. Ook zal Mooimakers in de zomer van 2022 een algemene activerende campagne lanceren betreffende de peukenproblematiek. Tot slot werd het bij zich hebben van een zakasbakje opgenomen in het modelpolitiereglement van Mooimakers. Gemeenten kunnen dit opnemen in hun politiereglement en ook handhaven. We zien dat de meeste vaststellingen die onze zwerfvuilhandhavers doen, te maken hebben met peuken. We hebben vorig jaar ook al een rookverbod in natuurgebieden ingevoerd naar aanleiding van een brand maar we zagen ook dat het een win-winsituatie is omdat peuken in het zwerfvuil het grootste aandeel hadden. Dat heeft meegespeeld om dat verbod decretaal door te voeren.
Wat het invoeren van statiegeld op plastieken flessen en blikjes betreft: zoals eerder al gezegd komen er eind dit jaar evaluaties. Ik denk dat we ruimer moeten kijken, dus ruimer dan alleen flesjes en blikjes. Er zijn nog andere zaken die toch ook wel op ons systeem werken qua zwerfvuil. De evaluatie komt er eind dit jaar, maar we zijn toch vorig jaar al begonnen om verschillende systemen van statiegeld te bekijken, ook Europees. Welk land heeft welk systeem ingevoerd, wat is het meest effectieve? En we zijn ook al met de regio’s aan het kijken hoe zij het zien. Dat komt er dus ook nog aan. Dat zal samenlopen met de evaluatie van het verpakkingsplan dat we ook naar voren hebben gebracht. Dat staat dit jaar nog op de agenda.
Er is ook een vraag gesteld over de wijze waarop we streven naar de 90 procentdoelstelling. De 90 procentdoelstelling voor drankverpakkingen gebeurt via het versterkt zwerfvuil- en verpakkingsbeleid. Zo is de laatste jaren ingezet op het bestrijden van zwerfvuil alsook op de selectieve inzameling ‘out-of-home’. De erkenning van Fost Plus voorziet in twee rapporteringsmomenten: een eerste algemene rapportage over de inzamel- en recyclageresultaten eind maart en een meer gedetailleerde rapportering tegen midden september.
Het inzamelpercentage voor pet lag in 2020 op 93 procent. Voor de plastic flesjes zitten we dus al op schema en halen we ook hoge inzamelcijfers. In het verpakkingsplan is echter een doelstelling opgenomen van 90 procent selectieve inzameling voor alle drankverpakkingen. Dit gaat dus verder dan enkel de petflesjes. Ook deze doelstelling wordt eind dit jaar geëvalueerd. Hierbij moet nog uitgeklaard worden of we die 90 procent inzameling per aparte materiaalstroom bekijken, dan wel op het geheel van alle drankverpakkingen. Ik ga me hierin ook verder laten adviseren door onze administratie over wat de meest correcte werkwijze is.
De resultaten van de fractietelling lijken in grote lijnen sterk op de resultaten van de eerdere fractietellingen in 2005-2006 en 2015. We leren eruit dat de zwerfvuilgevoelige fracties min of meer dezelfde blijven: peuken, kauwgom en verpakkingen zijn veruit het grootste deel.
Via het onderzoek krijgen we ook een gemiddeld beeld van de zwerfvuilsamenstelling over het hele openbaar domein in Vlaanderen. De steekproef werd daarvoor zo opgezet dat het aantal metingen in specifieke omgevingen in verhouding lag met de oppervlakte van die omgevingen in Vlaanderen. Zowel landelijke als stedelijke omgevingen kwamen aan bod en ook verschillende types van omgevingen werden onderzocht. Denk bijvoorbeeld aan bushaltes, winkelwandelstraten maar ook landelijke wegen of woonwijken.
De studie laat toe om op hoog niveau een onderscheid te maken in de relatieve verschillen in samenstelling tussen landelijke en stedelijke omgevingen en de types omgevingen met een hoog of laag zwerfvuilrisico. Op korte termijn zal de OVAM die verschillen ook samen met Mooimakers bekijken om zo de zwerfvuilaanpak in die omgevingen verder scherp te kunnen stellen.
Wat onze bijkomende handhavers betreft, is sinds twee maanden het project op snelheid gekomen. Er wordt dus in diverse steden en gemeenten gehandhaafd op zwerfvuil en er worden voor de vastgestelde overtredingen bestuurlijke verslagen opgesteld. In deze periode, in de winter, werden vooral overtredingen op het weggooien van sigarettenpeuken vastgesteld. Andere overtredingen, bijvoorbeeld drank- en eetverpakkingen, worden vooral vanaf de lente meer verwacht, zo zegt men ons. Voor een overzicht van de GAS-boetes voor deze overtredingen is het nog even wachten omdat de behandeltermijn van de dossiers nog lopende is.
Verdere aanwervingen zijn nog lopende omdat het totaal van dertig handhavers nog niet bereikt is. Hierbij worden alle mogelijke kanalen ook maximaal ingeschakeld. De evaluatie na de eerste maanden op het terrein is positief. Het betrappen op heterdaad blijkt te lukken en er is slechts heel sporadisch een tussenkomst van de politie nodig omdat de gemoederen opgehitst raken, bijvoorbeeld omdat men zijn identiteitskaart niet wil afgeven.
Dit is dus een goede basis om het project de komende maanden en jaren verder te zetten, denk ik.
Na een aarzelende start zien we nu ook dat steeds meer lokale besturen zich hiervoor inzetten en een beroep willen doen op deze handhavers.
Mevrouw Schauvliege heeft het woord.
Minister, dank u alvast voor uw uitgebreid antwoord.
Ik heb nog een vraag over het doorrekenen van de zwerfvuilkosten. Nu is het zo dat het vooral de lokale besturen zijn die opdraaien voor deze kosten. Het komt op 164 miljoen euro per jaar voor het opruimen van zwerfvuil. Er is een fractietelling geweest die de basis vormt voor de verdeelsleutel van die zwerfvuilkosten. Die doorrekening gebeurt dus op Vlaams niveau.
Bij de lokale besturen leeft nu de vrees dat de verpakkingssector, vertegenwoordigd door Fost Plus, het beheer van het zwerfvuil in zijn takenpakket wil opnemen. Met andere woorden, de sector wil het model van de inzameling aan huis kopiëren, met onderhandelingen op gemeenteniveau en individuele contracten per gemeente.
Het is echt niet efficiënt om per gemeente te onderhandelen in plaats van onder leiding van de OVAM op Vlaams niveau. Bovendien is er ook een groot machtsonevenwicht: gemeenten worden tegen elkaar uitgespeeld door Fost Plus om zo de factuur te drukken.
Minister, hoe staat u tegenover het voorstel van Fost Plus om die rol over te nemen? Wordt het voorstel overwogen in het dossier over de doorrekening van de zwerfvuilkosten?
Mevrouw De Vroe heeft het woord.
Minister, ik dank u voor uw antwoord.
Het is een thema dat heel vaak aan bod komt en dat elke Vlaming heel zwaar irriteert. In mijn gemeente gaat deze week de zwerfvuilactie door, waardoor je nog eens opnieuw met de neus op de feiten wordt gedrukt. Je stelt het zelf vast. Door corona zijn er trouwens heel wat vrijwilligers bij gekomen, dat mag ook eens worden gezegd, ook bij de intercommunale, bij Mooimakers. Heel veel dank dus aan al die mensen.
Het zijn nog steeds heel zware kosten voor de lokale besturen, maar het is mooi om te zien dat er op vrijwillige basis wordt gewerkt om het probleem een beetje op te lossen. Het is nog altijd onbegrijpelijk dat mensen zomaar iets op de grond gooien. Die gedragswijziging lijkt toch wel wat moeilijker dan we hadden verwacht.
Ik kijk enorm uit naar de tussentijdse evaluatie eind dit jaar. Ik vind het goed dat dit wordt versneld. Het is goed dat we er via het rapport, dat we kunnen bekijken via de website van de OVAM, een blik op kunnen werpen. Het is inderdaad in dezelfde teneur.
Het is nog altijd frappant dat de sigarettenpeukensector en de kauwgomsector hun verantwoordelijkheid nog altijd niet opnemen. Ik weet dat er heel wat is geprobeerd, met sigarettenpeukentegels en sigarettenafvalbakjes, maar het blijkt helemaal niet voldoende te zijn.
Minister, hoe evalueert u die nudging? Nu zijn het de intercommunales die die afvalbakjes verkopen en nemen de OVAM en de lokale besturen initiatieven met die tegels en dergelijke. Zal er aan de industrie nog worden gevraagd om bijvoorbeeld in elk pakje een eigen afvalbakje te steken zodat er stappen vooruit kunnen worden gezet? Ik denk dat we allemaal van mening zijn dat de producenten nog meer toekomstgericht hun verantwoordelijkheid moeten nemen om dit probleem effectief en definitief van de baan te helpen.
Ik kijk verder ook uit naar het interregionaal samenwerkingsakkoord waar er momenteel aan wordt gewerkt. Ik ben ook benieuwd om op het moment dat de dertig handhavers aan het werk zijn, een evaluatie te krijgen. Ik had die vraag ook gesteld. Ik denk dat het belangrijk is om er echt een evaluatie van te krijgen, ook van het camerasysteem. Ik kan alleen maar zeggen dat het bij ons in de gemeente functioneert en dat de lokale politie ook heeft geïnvesteerd in camera's. Dus ik denk dat dat verder uitgerold kan worden en dat het een afschrikeffect heeft.
Bij de evaluatie en het onderzoek naar het statiegeldsysteem dat u gedaan hebt, is het belangrijk voor de recyclagegraad om de betrokken landen mee te nemen. Daar zijn we nog altijd Europese koploper en dat moet goed in rekening worden gehouden.
Mevrouw Rombouts heeft het woord.
Ik sluit me graag aan bij de vragen. We sluiten ons aan bij de ergernis die hier geuit werd. Tenzij ik zaken gemist zou hebben, zijn er momenteel geen signalen dat we op het vlak van zwerfvuil vooruitgang maken. De hoeveelheden zwerfvuil zijn nog veel te veel aanwezig in het straatbeeld. Dat is een bezorgdheid die ik de afgelopen maanden en jaren al verschillende keren heb aangekaart. Welke motor zetten we aan om toch een versnelling hoger te schakelen om de zwerfvuildoelen effectief te bereiken?
Mevrouw De Vroe heeft ernaar verwezen, en ook ik wil de vrijwilligers, zeker in deze week, bedanken voor hun inzet. We kunnen niet alleen op hen rekenen. Minister, u hebt recent bijkomende handhavers aangeworven. Dat staat nog niet op punt, zegt u. Kunt u aangeven hoeveel handhavers er vandaag zijn aangeworven door Vlaanderen? Hoeveel zijn er vandaag op de straat actief?
Ik wil de koppeling maken met het element dat u zelf aanhaalde, namelijk het onderzoek rond het statiegeldsysteem of een vergelijkbaar systeem. U verwijst naar een evaluatie eind 2022 van de cijfers van 2021. Ik heb u al gevraagd of we daar geen versnelling kunnen op inzetten. Is er echt een jaar nodig om die cijfers te verwerken? Die cijfers moeten gekend zijn. Wat kunnen we daar al uit afleiden? Hebt u signalen dat de cijfers beduidend naar beneden gaan of niet?
Als we de doelstellingen niet bereikt hebben in 2023 zoals voorzien was, moeten we de nodige voorbereidingen treffen. Hoe sneller we klaarheid hebben over de cijfers, hoe beter. U haalt aan dat er al voorbereidende studies gemaakt zijn. Welke systemen – statiegeld of een alternatief – worden onderzocht momenteel? Er is al gevraagd naar het clicksysteem. Ziet u dat als een alternatief? Wat zijn de ervaringen op dat vlak?
Ik wil ook even aansluiten, vooral bij de laatste vraag. Minister, het is hoe langer hoe beter gedocumenteerd hoeveel zwerfvuil we precies hebben, wat de samenstelling is, waar het vandaan komt, waar het aangetroffen wordt. We zijn daarover met de hulp van heel veel vrijwilligers zeer goed gedocumenteerd. We zien ook dat het niet zo fantastisch veel minder wordt, ondanks al die geweldige kennis. Het is vaak heel moeilijk omdat het zeer individueel gedrag is en kleine ingesleten gewoontes zoals met de kauwgum en sigarettenpeuken, die we met alle mogelijke nudging, ik merk het ook in mijn eigen stad, met peukentegels en asbakken, proberen aan te pakken. We weten allemaal dat dit zeer traag gaat, aan de andere kant werkt het statiegeldsysteem voor verpakkingen in het buitenland wel al zeer goed. Dat is efficiënte nudging, het gaat immers over geld, in sommige gevallen zelfs aanzienlijk wat geld, het is meer dan wat centiemen.
Ik wil toch nog eens aansluiten bij degenen die hebben aangedrongen op een snelle evaluatie en afweging. U weet dat mijn fractie voorstander is van de invoering van statiegeld. Collega Vandenberghe, die hier vandaag niet kon zijn, heeft er al heel vaak op gedrukt. Hij zal dat ook blijven doen, dat kan ik u beloven.
Maar ik stel nog eens de vraag. Er is een heel efficiënte nudging die men in Vlaanderen al jarenlang weigert in te voeren. Als je ziet dat de cijfers zo stagneren, denk ik dat het tijd is om dat nog eens te herbekijken. Hoe sneller hoe liever.
Minister Demir heeft het woord.
Collega Schauvliege, wij hebben dat voorstel van Fost Plus ook gezien maar momenteel ligt het niet op tafel binnen de Interregionale Verpakkingscommissie om dat te verplichten. Ik kan u geruststellen. Gemeenten die op vrijwillige basis met Fost Plus in zee willen gaan, moeten die keuze krijgen. Maar de verplichting voor gemeenten ligt niet op de tafel.
Collega De Vroe, de sigarettensector heeft de bijdrage nu al wat verhoogd, na lang onderhandelen. Vanaf 2023 zal dit sowieso een veelvoud worden. Het zal tientallen miljoenen euro's zijn want met het nieuwe samenwerkingsakkoord worden de kosten doorgerekend. Dat zit er vanaf volgend jaar aan te komen. Ook de verkoop van zakasbakjes is een initiatief van de sector binnen het zwerfvuilcharter. Zij hebben zich ertoe verbonden om dit zelf op het terrein te brengen. De campagne gaat binnenkort van start. Maar het beste is gewoon om te stoppen met roken, als ik dat mag zeggen. Dan hebben we ook geen zwerfvuil. Maar goed, dat is een ander discussie.
We hebben ondertussen al twaalf handhavers aangesteld. Er zijn er ook een aantal in opleiding. VDAB is daarbij betrokken. Dit wordt opgevolgd binnen het beslissingsorgaan van Mooimakers. Er komt ook een evaluatie van de handhavers.
Collega Rombouts, wij zullen uiteraard een evaluatie doen op basis van de meest recente cijfers. De netheidsindex is verbeterd. Dat kan een positief signaal zijn maar het blijft wel afwachten wat dat zal doen met cijfers rond hoeveelheden. Het klopt dat het nu wat meer stagneert. We moeten zien welke stappen voorwaarts we kunnen zetten.
Ik hoor veel tussenkomsten over statiegeld maar er zijn verschillende soorten. We moeten goed kijken welk statiegeld we zullen invoeren en dat moet in de praktijk zijn effectiviteit bewijzen. Dat zijn we allemaal goed aan het bekijken. Ik wil niet meemaken dat als we eind dit jaar de evaluatie maken en de cijfers zijn niet goed, er niets is voorbereid. Dat moet allemaal ‘smoothly’ kunnen verlopen. Als alle modaliteiten over welk soort statiegeld er moet worden ingevoerd in Vlaanderen gekend zijn, moet het in de schoot van de regering worden besproken. Dat zijn we aan het bekijken. Dan zullen we dat samen met de evaluatie, die we gelukkig hebben vervroegd, eind dit jaar er nog doorjagen.
Mieke Schauvliege heeft het woord.
Ik wil afsluiten met positief nieuws uit Nederland. Vanaf 31 december 2022 worden er blikjes in de supermarkten ingezameld. Alleen een statiegeldsysteem met een ‘return-to-retail’ halen retourpercentages van 90 procent. Dat wordt in Nederland de minimaal verplichte wettelijke doelstelling. Minister, ik hoor u zeggen dat u de verschillende vormen van statiegeld onderzoekt. Er zijn al heel veel voorbeelden in het buitenland die aantonen dat het systeem van ‘return-to-retail’ het enige effectieve is. Ik hoop dan ook dat als u die evaluatie maakt, u kiest voor de echte ‘return-to-retail’ want alle andere afgeleide vormen zijn niet zo effectief.
Wij zullen vanuit Groen alleszins blijven pleiten voor een statiegeldsysteem dat op dat principe is gebaseerd, zowel voor plastic flesjes als voor blikjes.
Mevrouw De Vroe heeft het woord.
Bedankt voor uw reactie op de bijkomende vragen. Ik had nog een laatste punt. Uiteraard kijken we uit naar de evaluatie en naar de lessen die eruit getrokken worden. En uiteraard zullen we na het grondig doornemen van de studie zelf misschien nog met wat suggesties komen. Maar ik had graag nog willen terugkomen op de sigarettenindustrie. Want na de peukentegels zetten ze nu in op die afvalbakjes. Je moet dat dan altijd apart bijhebben. Het zou een goede zaak zijn mocht niemand roken, maar dat is niet het geval, helaas. Gelukkig doen we dat zelf niet. Het zou een goede zaak zijn voor de volksgezondheid, en het zou ons op alle vlakken veel besparen mochten de mensen ermee stoppen.
Maar ik denk dat het een goede zaak zou zijn mocht de industrie ergens verplicht worden om zo’n afvalbakje in hun eigen verpakking mee te integreren. Dan is alles toch van de baan? Dan heb je het altijd bij, je betaalt er voor bij, en als je wilt roken dan is dat jouw probleem. Maar ik denk dat daarrond toch eens met de federale overheid een gesprek kan worden aangegaan. Want ik merk dat de verkoop van die afvalbakjes, die met alle goede bedoelingen door de intercommunales gebeurt, toch niet zo van de grond raakt. Ik doe dus de suggestie om daarvoor het nodige te doen.
De vragen om uitleg zijn afgehandeld.