Verslag vergadering Commissie voor Leefmilieu, Natuur, Ruimtelijke Ordening en Energie
Verslag
– Wegens de coronamaatregelen werd deze vraag om uitleg via videoconferentie behandeld.
Mevrouw Rombouts heeft het woord.
Voorzitter, minister, collega’s, de media berichtten de voorbije weken over een toelage vanuit de Europese Commissie aan de Openbare Afvalstoffenmaatschappij (OVAM) ten bedrage van bijna 11 miljoen euro. Dit geld is vrijgemaakt ter ondersteuning van het C-Smartlifeproject, dat erop gericht is om meer kunststof uit de afvalberg te halen en kringlopen tot stand te brengen. Er wordt bijvoorbeeld gemikt op plastics voor eenmalig gebruik, zakken en bekers.
Opvallend is ook dat de OVAM zich gaat toeleggen op de recyclage van wegwerpluiers. Dat is positief. Onze fractie wil daar zeker aandacht voor hebben omdat het een groot deel uitmaakt van de afvalberg. Zo zal worden getracht om het kunststof dat daarin verwerkt zit, te recycleren met behulp van de juiste technieken. De OVAM heeft hier in 2018 reeds een publicatie over verspreid, getiteld ‘Potentieel in circulariteit voor luiers en incontinentiemateriaal’.
De media vermeldden ook dat de OVAM trekker is van het project, maar dat onder andere ook Fost Plus en de afvalintercommunales betrokken worden. Vlaanderen betrekt dan weer andere regio’s bij het project, dat het potentieel heeft om er ver buiten Vlaanderen mee aan de slag te gaan.
Minister, wat is de exacte doelstelling van dit C-Smartlifeproject? Op welke manier worden de partners en andere regio’s betrokken? Wat is de looptijd van het project?
Welke materialen tracht men te recupereren uit de wegwerpluiers? Welke methode stelt men hiervoor voorop?
Denkt u op termijn aan een selectieve aanbieding van wegwerpluiers, zodat deze niet meer bij het restafval eindigen? Hoe gaat dit dan praktisch in zijn werk? Is dit ooit al besproken met de afvalintercommunales naar aanleiding van de publicatie die in 2018 verschenen is?
Minister Demir heeft het woord.
Collega’s, de OVAM heeft als coördinator een projectvoorstel C-Smartlife ingediend bij de Europese Commissie, met succes. Er is een totaalbudget van 18 miljoen euro beschikbaar, waarvan 10,8 miljoen euro Europese subsidies.
Het project heeft als doel het Vlaamse afvalbeleid tot uitvoering te brengen, met een bijzondere focus op het Uitvoeringsplan Kunststoffen.
Centraal in het project staat het verminderen van de hoeveelheid huishoudelijk restafval met 15 procent tegen 2027. Dit doel wil C-Smartlife bereiken door een circulair materialengebruik te realiseren met bijvoorbeeld een nog betere inzameling en recyclage van de kunststoffracties. Omdat wegwerpluiers tot wel 12 procent van het huishoudelijk afval uitmaken, is dit een prioritaire afvalstroom van C-Smartlife. Dat is de reden waarom we er dan ook de nadruk op leggen.
Omdat op de hele materiaalkringloop ingegrepen wordt, is er een multidisciplinaire groep van partners en stakeholders uit de hele keten samengesteld om het project uit te voeren en op te volgen: Denuo, Fost Plus en Valipac, VVSG-Interafval (Vereniging van Vlaamse Steden en Gemeenten), Vlaco en ten slotte Westtoer, het autonoom provinciebedrijf voor toerisme en recreatie in West-Vlaanderen, dat ook betrokken is bij de zwerfvuilproblematiek aan de kust. De partners nemen deel aan halfjaarlijkse projectvergaderingen, en daarnaast is er ook steeds bilateraal overleg mogelijk met het coördinerende team van de OVAM.
In het kader van de transitie naar een circulaire economie hopen we de luierketen te verduurzamen en onder meer de wegwerpluiers te recycleren. Recyclage van luiers levert niet alleen nieuwe grondstoffen op maar het levert ook een bijdrage aan de reductie van CO2-emissie. De recyclage van luiers is sterk in ontwikkeling en er zijn veelbelovende initiatieven in het buitenland. Vandaag zijn er twee recyclagetechnologieën operationeel in Europa: Italië en Nederland. Beide exploitanten van die installaties hebben interesse om ook in Vlaanderen te investeren. Ze leveren materiaalstromen op als cellulose, ammoniumsulfaat, bodemverbeteraar en verschillende soorten kunststoffen.
De gebruikte methodes zijn natuurlijk technisch van aard. In de grootste installatie wordt het materiaal eerst met hogedrukstoom gesteriliseerd. Vervolgens wordt het vermalen, gedroogd en gescheiden om finaal grondstoffen te kunnen terugwinnen.
Dan kom ik tot uw laatste vraag. In eerste instantie hebben we samen met alle betrokken ketenpartners van ontwerp tot consumptie gezocht naar het circulaire potentieel van luiers en incontinentiemateriaal. En dat is nieuw: de producenten zelf, vertegenwoordigd door Edana en grote producenten zoals Ontex, die luiers produceren in Vlaanderen, zoeken actief mee naar een oplossing voor deze afvalstroom.
De OVAM heeft voorbereidend onderzoek voor mogelijke recyclage in Vlaanderen opgestart. De OVAM heeft vorig jaar door de Vlaamse Instelling voor Technologisch Onderzoek (VITO) eindeafvalcriteria laten ontwikkelen. Dit zijn criteria waaraan enerzijds de installaties en anderzijds de recyclaten uit het recyclageproces moeten voldoen, zodat de recyclaten op een veilige manier kunnen worden ingezet in nieuwe producten. Momenteel werkt VITO nog in opdracht van de OVAM het kader uit met de juiste analysemethodes om dit allemaal goed op te volgen.
Zodra dit klaar is bij VITO, zal in de praktijk getest worden of de recyclaten uit de recyclage-installaties in Italië en Nederland voldoen aan onze eindeafvalcriteria. In de loop van dit jaar brengt de OVAM ook de verschillende mogelijke inzamelscenario’s in kaart en dan zoeken we uit hoe we de selectieve inzameling zullen organiseren en met welke sector we willen starten. Hierbij wordt ook VVSG-Interafval betrokken. De finale beslissing voorzie ik tegen het einde van dit jaar.
Mevrouw Rombouts heeft het woord.
Minister, bedankt voor uw antwoord. Het is hoopgevend in die zin dat er al verschillende jaren onderzoek voorafgegaan is aan de manier waarop we deze afvalstromen apart zouden kunnen inzamelen, maar ook recycleren en verwerken. Aangezien 12 procent van ons restafval uit deze afvalbron bestaat, lijkt het mij echt belangrijk dat we daarop inzetten.
Ik begrijp van u dat VITO momenteel bezig is met de eindeafvalcriteria, dus met het normerend kader. In die zin zijn er eigenlijk geen belemmeringen meer op het vlak van technische verwerking, recyclage en zo meer, maar het gaat wel over de criteria die zouden kunnen worden gehaald. Op welke manier kunnen wij onze regelgeving opbouwen?
Ten tweede is er ook heel duidelijk de keuze gemaakt om over te gaan tot selectief inzamelen. Alleen moet er op dat vlak nog praktisch onderzoek gebeuren of moeten er nog afspraken worden gemaakt over die richtlijnen en over hoe we dat kunnen organiseren. Minister, heb ik dat correct begrepen? Wordt er effectief overgegaan tot selectief inzamelen, maar is het de wijze waarop dat nog onderwerp van verder overleg uitmaakt? We hopen daar tegen het einde van het jaar knopen door te hakken. Ik hoop dat dat correct begrepen is.
Mevrouw Perdaens heeft het woord.
Ik heb er in het verleden ook al enkele keren een schriftelijke vraag over gesteld, zelfs voor het van persoonlijk nut zou worden. Die 12 procent van ons restafval, dat is ontzettend veel. Dat is een achtste. Het potentieel is dus wel duidelijk: er is nog veel wat we kunnen doen. In het antwoord op mijn schriftelijke vraag gaf u al aan dat de OVAM de Nederlandse en Italiaanse expertise in luierrecyclage wil betrekken bij dit onderzoek. U haalt dat ook nu aan. Ik denk dat het heel interessant is dat die allebei interesse hebben, dat beide exploitanten interesse hebben om installaties hier in Vlaanderen te gaan vestigen.
Het is een hele hoeveelheid van onze afvalstroom, en die aparte inzameling waar collega Rombouts naar verwees, zal momenteel inderdaad nog de grootste uitdaging zijn. De technologie rond de verwerking en de recyclage staat an sich heel ver, maar die aparte inzameling zal het probleem zijn. Het gaat om een achtste van ons afval, en voor jonge gezinnen of voor mensen met incontinentieluiers is dat betrekkelijk meer. Dat is dus zeker de moeite.
Minister, u gaf aan dat de OVAM de verschillende mogelijke inzamelscenario’s in kaart zal hebben gebracht tegen het einde van het jaar. Ik vraag mij enkel af of het de bedoeling is om al proefprojecten te lanceren voordien, of is het de bedoeling om de mogelijkheden in kaart te brengen tegen het einde van het jaar, om dan volgend jaar proefprojecten te lanceren en dit op een later tijdstip nog verder uit te rollen? Het is een kwestie van timing. Of is het de bedoeling dat we volgend jaar al meteen kunnen schakelen naar aparte inzamelscenario’s? Alvast bedankt.
Minister Demir heeft het woord.
Collega Rombouts, u hebt het goed begrepen. We bekijken hoe we de selectieve inzameling concreet gestalte kunnen geven. We beginnen daarbij wellicht met de een of andere sector, maar we zijn aan het bekijken welke, en wie daarvoor openstaat. Op dit moment wordt dat allemaal onderzocht.
Collega Perdaens, het is de bedoeling om in de loop van volgend jaar effectief investeringen hierin te kunnen ondersteunen. Selectieve inzameling zal hiermee wellicht moeten samenhangen om voldoende rendabel te zijn, maar de oefening loopt, ook in het kader van de Recycling Hubmiddelen, die we hebben vrijgemaakt in het kader van de relance. Het spreekt voor zich dat we daar zo snel mogelijk mee moeten starten.
Mevrouw Rombouts heeft het woord.
Minister, ik dank u voor het duidelijke antwoord. Ik denk dat we het er allemaal over eens zijn dat het een belangrijk onderdeel is van ons restafval. We moeten dus alles op alles zetten om dat daaruit te halen en naar recyclage te gaan. We kunnen daar een grote milieuwinst mee boeken. Praktische uitdagingen zoals het inzamelen – ik erken terdege dat dat een praktische uitdaging is – mogen geen belemmering zijn om hier effectief over te gaan tot selectieve inzameling en recyclage.
Ik denk ook dat het ten aanzien van onze burgers een belangrijke stap is. Wie geconfronteerd wordt met diftarsystemen, weet dat luiers daar een groot onderdeel van uitmaken en dus een extra grote kost vormen. Ik weet dat heel wat lokale besturen dan zoeken naar compensaties om dat te verrekenen. Maar ik denk dat het belangrijk is dat we dat in heel Vlaanderen zouden kunnen oplossen, met inderdaad die aparte inzameling. Met die recyclage kunnen we dan ook milieuwinsten realiseren.
Minister, wij zullen dit ook de komende maanden met heel veel interesse verder opvolgen. Ik dank u voor uw antwoord.
De vraag om uitleg is afgehandeld.