Verslag vergadering Commissie voor Algemeen Beleid, Financiën, Begroting en Justitie
Verslag
De heer Vandenhove heeft het woord.
Zowel in het herstelplan van de Europese Commissie na de COVID-19-crisis als in ons eigen Vlaamse relanceplan is de digitalisering een van de grote beleidsprioriteiten. Vlaanderen heeft inderdaad een aantal sterke troeven in handen om voortrekker te worden in deze digitale transformatie.
In dat kader hebt u al verschillende keren aangehaald dat u daar ook de Vlaamse steden en gemeenten in zult ondersteunen, omdat ze daar een belangrijke rol in spelen. Slimme data kunnen inderdaad bijdragen tot een digitale, performante en transparante overheid, die administratieve vereenvoudiging in de praktijk mogelijk maakt door vlotter de regels zoals die ingebed zijn, in een toepassing te kunnen veranderen.
Ik had graag de aandacht gevestigd op de concrete ondersteuning van de Vlaamse gemeentebesturen op het vlak van digitalisering. We hebben het daar ook nog over gehad tijdens de beleids- en begrotingstoelichting (BBT) 2021. Op dit ogenblik beginnen de gemeentebesturen de nodige aandacht te besteden aan artificiële intelligentie (AI). Nieuwe digitale technologieën maken hier meer en meer gebruik van.
Zitten de elementen van algoritmen en artificiële intelligentie, onder andere het wijzen op de mogelijkheden alsook de beperkingen, reeds in de geplande ondersteuning van de gemeentebesturen? Zo niet, hebt u plannen om dit te doen en binnen welke planning en timing? Wordt daarbij een onderscheid gemaakt naar de omvang van de gemeenten? Grote steden zullen het gemakkelijker hebben met artificiële intelligentie en digitalisering dan kleine.
Het gevaar dat er weinig kennis over algoritmen en artificiële intelligentie is, houdt in dat gemeentebestuurders zich zouden kunnen laten voorliegen of zich dingen zouden kunnen laten aansmeren, zonder dat dat effectief tot oplossingen leidt. Moeten gemeentebesturen in die context, buiten de nodige ondersteuning, ook niet gewaarschuwd worden voor overdreven verwachtingen en mogelijkheden?
Voorziet u mogelijkheden om Vlaamse gemeentebesturen te ondersteunen op het vlak van dataverzameling en hen te wijzen op het belang ervan? Data vormen de basis van artificiële intelligentie, maar daar zijn de gemeenten zich niet altijd bewust van.
Voorziet u ondersteuning voor de gemeentebesturen om ethisch, qua privacy en juridisch om te gaan met algoritmen en artificiële intelligentie? Bestaat daar een Vlaams draaiboek voor en in welke mate is dat over te dragen naar de gemeentebesturen?
Plant Vlaanderen een centraal register om alle algoritmen en AI van publieke overheden te inventariseren en/of te bewaken?
Minister-president Jambon heeft het woord.
Mijnheer Vandenhove, ik neem uw eerste twee vragen samen.
In mijn beleids- en begrotingstoelichting 2021 heb ik de oprichting aangekondigd van een Bureau Digitale Transformatie binnen het agentschap Informatie Vlaanderen, waarmee Vlaamse en lokale besturen op hun vraag ondersteund zullen kunnen worden bij digitale transformatieprojecten. Deze projecten zullen ongetwijfeld ook gebruikmaken van algoritmen en AI. Zo zal onder andere ingezet worden op de uitbouw van automatisch advies om te komen tot een maximale automatische toekenning van rechten, met een minimale tussenkomst van de burger of onderneming. Ook zullen de projecten uit het toekomstige Vlaamse plan voor Herstel en Veerkracht ‘Digitale bouwstenen’ en ‘Mijn Burgerprofiel’ zich expliciet richten naar de lokale besturen, evenals enkele projecten van mijn collega Somers: ‘Gemeente zonder gemeentehuis’, ‘Smart Cities sensorplatform’ en ‘Poolstok alias’. In de ondersteuning die hierbij verstrekt zal worden vanuit het Bureau Digitale Transformatie, zal geen onderscheid gemaakt worden naar de omvang van de gemeenten, net omdat ik denk: hoe kleiner de gemeente, des te meer ze een beroep moet kunnen doen op onze ondersteuning.
Wat uw derde vraag betreft: slimme algoritmen en AI vormen een veelbelovende technologie, maar houden inderdaad ook uitdagingen en gevaren in. Het Kenniscentrum Data & Maatschappij, dat in 2019 opgericht werd in het kader van het Vlaams actieplan Artificiële Intelligentie van het Departement Economie, Wetenschap en Innovatie (EWI), staat in voor sensibilisering, vorming en opleiding rond AI, in het bijzonder de ethische aspecten hiervan. Via workshops en lezingen, waaraan ook de lokale besturen kunnen deelnemen, wijzen zij op geregelde basis op de mogelijk overdreven verwachtingen en potentiële gevaren verbonden aan algoritmen en AI. Dit, in combinatie met de ondersteuning vanuit het agentschap Informatie Vlaanderen, lijkt me wel voldoende te zijn.
Wat uw vierde vraag betreft: het agentschap Informatie Vlaanderen wijst de lokale besturen voortdurend op het belang van dataverzameling, niet alleen voor de digitalisering van hun administratieve processen, maar ook voor meer datagedreven beleidsvoorbereiding. Het agentschap ontwikkelt daartoe, samen met de lokale besturen, in het OSLO-programma (Open Standaarden voor Linkende Organisaties) datastandaarden die het eenvoudiger maken om gegevens uit te wisselen en te laten gebruiken door algoritmen en artificiële intelligentie. Het agentschap Informatie Vlaanderen zal in de toekomst ook een databroker aanbieden die het technisch eenvoudiger maakt om realtime data uit te wisselen tussen de lokale besturen en met de Vlaamse overheid. In het VLOCA-project (Vlaamse Open City Architectuur) van het Agentschap Binnenlands Bestuur (ABB) wordt in een co-creatief proces met de lokale besturen gewerkt aan een gemeenschappelijk open databeleid en een infrastructuur waarmee data tussen verschillende bestuursniveaus uitgewisseld kunnen worden.
Wat ondersteuning betreft op juridisch, privacy- en ethisch vlak: het Kenniscentrum Data & Maatschappij onderzoekt ook de ethische en juridische uitdagingen verbonden aan het gebruik van algoritmen en artificiële intelligentie. De resultaten van dit onderzoek zijn vrij beschikbaar en kunnen te allen tijde door de gemeentebesturen geraadpleegd worden.
Er bestaat momenteel nog geen officieel draaiboek rond het correct ethisch en juridisch gebruik van algoritmen en artificiële intelligentie door de Vlaamse overheden. Het opmaken van een dergelijk draaiboek is immers afhankelijk van toekomstige Europese wetgevende initiatieven ter zake. Momenteel zijn er enkel vrijblijvende Europese ethische richtsnoeren voor betrouwbare artificiële intelligentie. Wel biedt het Kenniscentrum Data & Maatschappij al een aantal nuttige hulpmiddelen aan, zoals een kaartenspel om ethisch verantwoorde AI-toepassingen te bouwen, of een ontwerpmethode voor privacybeheer in een AI-toepassing.
Plannen wij een register? In 2020 lanceerden de steden Helsinki en Amsterdam inderdaad als eersten een digitaal algoritmeregister. Dat register moet het gebruik van algoritmen in de gemeentelijke dienstverlening inzichtelijker maken. De bedoeling hiervan is om de burgers en bedrijven zo goed mogelijk te informeren over het gebruik van die algoritmen en om feedback te vragen om die algoritmen beter en eerlijker te maken. We zouden inderdaad een gelijkaardig initiatief kunnen nemen in Vlaanderen. Ik bekijk met collega Crevits of het Kenniscentrum Data & Maatschappij, waarvoor zij verantwoordelijk is, het nut van dergelijke digitale algoritmeregisters kan onderzoeken en kan bepalen of een centraal Vlaams algoritmeregister haalbaar is. Bedankt dus voor de tip, we zullen het opnemen.
De heer Vandenhove heeft het woord.
Dank u wel, minister-president, voor uw uitgebreid antwoord.
U hebt aangehaald dat er al een aantal initiatieven bestaan, maar ik denk dat gemeenten en steden blijvend gesensibiliseerd en ondersteund zullen moeten worden op dat vlak. Of men hier nu voor of tegen is, deze evolutie kan men niet tegenhouden.
Het privacy-element is in dezen zeer belangrijk. Ik verwijs naar vanmorgen. Toen heeft de ombudsman gewezen op het burgerprofiel en alles wat daarmee te maken heeft, ook om te kijken in welke mate de digitalisering sneller kan gaan. Ook voor de gemiddelde burger denk ik dat dit een belangrijk beleidsdomein is en blijft.
U hebt minister Somers en minister Crevits genoemd, maar ik denk dat het belangrijk is dat dit over alle bevoegdheden heen gebeurt. Dit is een horizontale bevoegdheid bij uitstek, zou ik zeggen.
De heer De Roo heeft het woord.
Mijnheer Vandenhove, bedankt voor uw interessante vraag.
Het klopt dat Vlaanderen al heel wat doet rond dit topic. Smart Flanders is vermeld, dat onder andere een draaiboek voor standaarden heeft. Ook VLOCA is vermeld. En het boek van de Vereniging van Vlaamse Steden en Gemeenten (VVSG) over artificiële intelligentie voor lokale besturen is zeker ook een aanrader.
Dat neemt niet weg, minister-president, dat veel lokale besturen nog wel een lange weg te gaan hebben. Ik heb twee korte bijkomende vragen over de datahuishouding. Collega Vandenhove geeft aan dat die van belang is voor de realisatie en de kwaliteit van de toepassingen van artificiële intelligentie. Maar die zijn vaak afhankelijk van de inhouse-implematatie in het lokale bestuur. Veel data zitten nog in allerlei softwaretoepassingen waar de gemeente niet noodzakelijk aan kan, verspreid in allerlei Excelfiles of zelfs nog in fysieke dossiers. Die data moeten dan ingevoerd, gelabeld en opgeschoond worden enzovoort. En dat is natuurlijk een heel groot karwei. Monitort Vlaanderen op een of andere manier hoe ver de gemeenten daarmee staan? En welke feedback krijgt u vanuit de lokale besturen over al die initiatieven? Hoeveel gaan ermee aan de slag? Hoeveel wachten dat af?
Daarnaast mogen we ook niet vergeten dat computers afhankelijk zijn van die data. En zelfs als die kwaliteitsvol zijn, kunnen er nog altijd fouten in sluipen, in die zin dat er altijd een soort vooroordelen in kunnen sluipen, ‘feedbackloops’, die eigenlijk zichzelf gaan versterken. Als je beleid baseert op dergelijke toepassingen, ben je eigenlijk beleid aan het voeren in een soort vooroordeel, wat niet altijd goed is om beleidsbeslissingen te gaan motiveren. In welke mate neemt Vlaanderen daar al voorzorgen in, zowel voor het Vlaamse beleid als richting de lokale besturen?
Wat tot slot het centrale register betreft, zijn Helsinki en Amsterdam al vermeld. De registers die er zijn, zijn ook van belang om dergelijke feedbackloops tegen te gaan. In die zin wil ik dit ook ondersteunen, om dit idee verder mee te nemen en te kijken om die voorbeelden ook in Vlaanderen verder te gaan implementeren.
Minister-president Jambon heeft het woord.
Mijnheer De Roo, in het plan Vlaamse Veerkracht, ons relanceplan, is voorzien om mobiele teams te sturen naar de gemeentebesturen die dat wensen. Dat is natuurlijk om de gemeenten mee te nemen in de digitale transformatie. Een van de elementen daarin is inderdaad het huishouden van de data. Die zitten heel verspreid, in alle mogelijke Excel- en Accessbestanden en dergelijke meer. Die moeten worden opgeschoond en beschikbaar gemaakt, voor de generieke toepassing. Voor gemeentebesturen die dat wensen, gaan we dus mobiele teams ter beschikking hebben, om hen bij de hand te nemen doorheen dat traject.
En wat het voorbeeld van Helsinki betreft, heb ik net gezegd dat we inderdaad zullen bekijken of dat ook voor Vlaanderen interessant kan zijn.
De heer Vandenhove heeft het woord.
Bedankt voor het antwoord.
De vraag om uitleg is afgehandeld.