Verslag vergadering Commissie voor Cultuur, Jeugd, Sport en Media
Verslag
Mevrouw Brouwers heeft het woord.
Minister, we hebben in deze legislatuur samen met u al heel hard gewerkt aan het radiodossier. We hebben een heel nieuw radiobeleid uitgetekend, eerst met conceptnota’s. Dan hebben we een aantal bepalingen aangepast in het Mediadecreet. En dan zijn al die vergunningen gekomen. Op 31 december 2017 zijn de oude FM-zendvergunningen voor radiozenders vervallen en vanaf 1 januari is het nieuwe radiofrequentieplan met bijhorende vergunningen van kracht.
Er is een overgangsperiode geweest, met toch nog grote onzekerheid en verwarring bij de voornamelijk lokale radiozenders, die vrij laat hun vergunningen hebben gekregen van de Vlaamse Regulator voor de Media (VRM).
We hebben de problematiek al eens besproken op 10 januari, naar aanleiding van actuele vragen, en u antwoordde toen: “De bedoeling is nu dat alle aanvragen voor zendvergunningen die zijn binnengekomen voor 31 december 2017, tegen het einde van deze maand wel degelijk in de ether zijn.”
Ondertussen startte op 13 februari de tweede indienronde voor het aanvragen van een erkenning als lokale radio-omroeporganisatie voor de overgebleven twintig niet-toegewezen lokale radiofrequentiepakketten. Kandidaten hebben tot en met woensdag 14 maart de tijd om een aanvraagdossier in te dienen via KIOSK. Conform de bepalingen in het procedurebesluit zult u dan wellicht na of rond de zomervakantie een beslissing nemen over de toekenning van die laatste lokale frequentiepakketten.
In antwoord op mijn vraag om uitleg van 18 januari over de handhaving door de VRM stelde u: “Na de eerste periode, met de nadruk op technische monitoring, kan meer aandacht worden besteed aan de inhoudelijke monitoring, met verificatie van de naleving van de decretale verplichtingen, zoals het verbod op nieuwe ketenvorming en de erkenningsvoorwaarden en de concrete invulling van het programma-aanbod. Dat sluit niet uit dat ook in de eerste fase al contact wordt opgenomen met de erkende lokale en netwerkradio-omroeporganisaties bij klachten of bij eventuele vaststelling van non-conformiteiten of overtredingen om ambtshalve procedures te vermijden. Normalerwijze zal elke erkende particuliere radio met uitzendingen midden 2018 een plaatsbezoek hebben gehad van de VRM.” Ik ben er mij van bewust dat we nog niet midden 2018 zijn, maar toch. U beloofde toen ook om contact op te nemen met het Departement Cultuur¸ Jeugd en Media (CJM) om bijkomend en helderder te communiceren over de uitvoering van het decreet.
Minister, hebben alle lokale radiozenders die in december een nieuwe erkenning van u hebben gekregen, inmiddels een zendvergunning? En als er hier of daar eentje nog geen nieuwe erkenning zou hebben, waarom dan?
Hoe zult u erop toezien dat de nieuw ingediende dossiers voor de twintig overgebleven lokaleradiofrequentiepakketten gecontroleerd worden op hun waarheidsgehalte? Heeft de VRM al klachten ontvangen met betrekking tot de nieuw erkende radiozenders, die al bezig zijn met uitzenden? Heeft de VRM al ambtshalve moeten optreden tegen eventuele overtreders?
Toen ik mijn vraag indiende, was er op de website van het departement nog steeds geen overzichtelijke informatie, bijvoorbeeld met ‘frequently asked questions’, over de volledige toepassing van het decreet, inclusief de verhelderende en bijkomende antwoorden van u in dit parlement. Dat zijn immers ook interpretaties van ons decreet, die mee mogen worden genomen op de website. Op 28 februari, op het moment van indiening van mijn vraag, stond er zelfs nog geen melding van de nieuwe erkenningsprocedure voor de lokale radio’s. Men verwees nog altijd naar de oproep van mei vorig jaar. Ook over het indienen van klachten met betrekking tot de niet-naleving van de radio-erkenningen is niets terug te vinden, niet op de site van het departement, maar ook niet op de VRM-site, waar je dat toch zou verwachten. Welke stappen zult u ondernemen om dit op korte termijn aan te pakken? Het is een kwestie van goede informatie aan alle betrokkenen.
Minister Gatz heeft het woord.
Met betrekking tot de zendvergunningen heb ik uiteraard input opgevraagd bij de VRM, die me laat weten dat uit een laatste stand van zaken blijkt dat zo goed als alle lokale radio-omroeporganisaties die een zendvergunning hebben aangevraagd, die inmiddels hebben gekregen.
Wat betreft de eerste ronde, de 35 erkenningen voor lokale radio-omroeporganisaties in juli 2017, werden alle 52 aangevraagde zendvergunningen ook toegekend. Voor 3 frequenties werd nog geen aanvraag bij de VRM ingediend. Wat betreft de tweede ronde, de 68 erkenningen voor lokale radio-omroeporganisaties in december 2017, werden 97 van de 101 aangevraagde zendvergunningen toegekend, werd 1 aanvraag afgewezen omdat ze niet inpasbaar was, en zijn 3 aanvragen, die recent zijn ingediend, nog in onderzoek bij de VRM. Voor 37 frequenties werd nog geen aanvraag bij de VRM ingediend.
De vooropgestelde afhandeltermijn die ik u bij het vorige debat had voorgespiegeld, werd steeds gerespecteerd. Een aantal lokale radio-omroeporganisaties heeft nog geen zendvergunning aangevraagd en heeft dus uiteraard ook geen zendvergunning gekregen. De VRM kan de erkenning van de particuliere radio-omroeporganisaties die een jaar na datum van de ingang van de erkenning nog niet uitzenden, ambtshalve intrekken.
De vraag over de controle op het waarheidsgehalte hangt deels samen met de gevolgen die ik trek uit het arrest van de Raad van State inzake de vordering van TOPradio, en dus met de eerder gestelde vraag om uitleg daaromtrent.
Het proces en het decretale kader en uitvoeringskader die voor deze nieuwe oproep van toepassing zijn, zijn dezelfde als die van de erkenningsronde in 2017. Het erkenningsproces zoals het vandaag bestaat, is dus een proces waarbij uitgegaan wordt van de intenties zoals aangegeven door diegene die een dossier indient.
Het is zo dat het decreet stelt “om erkend te worden en te blijven”. Ik lees dit als een proces waarbij uitgegaan wordt van het papieren dossier en als dit papieren dossier na erkenning niet gevolgd blijkt te worden bij de uitvoering, waardoor ervan afgeweken wordt, het aan de toezichthouder toekomt om daarop toe te zien. Dat is mijn mening. Of de toezichthouder die redenering ook volgt, daar kan ik geen antwoord op geven, omdat die autonoom beslist. Maar wij hebben uiteraard contacten met de toezichthouder in de deelbeleidsraad. Het is wel degelijk de bedoeling, gelet op de commotie die er altijd is bij een nieuwe erkenningsronde, dat die controle zal gebeuren.
De VRM heeft een beperkt aantal klachten ontvangen. We krijgen allemaal geregeld zogenaamde klachten, en ik ben ermee opgehouden om ze zelf, op welke manier ook, aan de VRM door te spelen.
Mijn antwoord is nu altijd simpel: als er een klacht is, dan moet u bij de VRM zijn. En dan blijkt dat het aantal klachten, om welke reden dan ook, relatief beperkt is.
De VRM communiceert enkel, onder meer door publicatie van eventuele uitspraken op de website, na afloop van de procedures. De VRM heeft in enkele individuele gevallen reeds ambtshalve maatregelen genomen bij de vaststelling van mogelijke overtredingen op technisch vlak.
U vraagt ook naar de informatie op de website van het departement. Ik heb een en ander nagegaan. En ik heb gezien dat alle informatie op een aparte pagina is samengebracht om een overzichtelijk geheel voor de kandidaat-radio-omroeporganisaties te bieden. De website van het departement, met onder de schuine streep ‘radio-erkenningen’, geeft chronologisch alle informatie weer, inclusief de bijlagen bij de beslissingen waarin niet alleen de informatie over de motivering te vinden is, maar tevens ook een zeer uitgebreide toelichting over hoe scores en motiveringen tot stand gekomen zijn. Dat is zeer leerrijke informatie, die overzichtelijk per item aangeeft hoe er beoordeeld werd.
Daarnaast is er ook een proactieve communicatie geweest naar alle potentiële kandidaat-radio-omroeporganisaties via een mailing met verwijzing naar de nakende oproep, de betreffende webpagina en dus ook de helpdesk waar men met vragen terechtkon over de erkenningsronde.
Het departement is dus wel degelijk ruim bereikbaar via de apart voorziene helpdesk in het kader van de erkenningsronde, die tevens ook buiten de klassieke kantooruren bereikbaar is: dinsdag en donderdag tot 19 uur, de andere weekdagen tot 17 uur. Er werden ook – dat heb ik ook aangehaald bij vorige antwoorden – twee infosessies gepland, waarover duidelijk gecommuniceerd werd in de mail aan de aanvragers. Ook werd aangegeven dat er iemand van de VRM beschikbaar zou zijn op die infosessies. En zo kon men wel degelijk alle vragen stellen.
Wat betreft de informatie op de website van de VRM, is er een rubriek ‘Nieuws en aankondigingen’, waarin er aandacht is voor de recente wijzigingen in het radiolandschap. In het bericht onder de titel ‘Aanvraag zendvergunning lokale radio-omroeporganisatie’ heeft de VRM in het verleden de erkende lokale of netwerkradio-omroeporganisaties opgeroepen om hun zendvergunning aan te vragen, dit telkens nadat de beslissing werd genomen door de minister van Media.
De oproep om een erkenning aan te vragen, is in het verleden ook niet op de website van de VRM geplaatst. Pas na de erkenningsbeslissing kunnen de erkende lokale en /of netwerkradio-omroeporganisaties bij de VRM terecht voor aanvragen van vergunning. Dit werd wel duidelijk aangekondigd op de website.
In zijn nieuwsbrief en Twitteraccount heeft de VRM aandacht besteed aan de nieuwe oproep. Op 13 februari heeft de VRM een nieuwsbrief verstuurd. In deze nieuwsbrief was er aandacht voor de nieuwe oproep. De nieuwsbrief werd naar meer dan 1300 ingeschrevenen gestuurd. De nieuwsbrief werd na het versturen ook gedeeld via de Twitter- en LinkedInaccount van de VRM.
Op 14 februari heeft de VRM het socialemediabericht van het departement gedeeld en zo deze nieuwe oproep onder de aandacht gebracht van zijn meer dan tweeduizend volgers.
Er is daarnaast ook een algemeen klachtenformulier beschikbaar op de website via de rubriek ‘contact’ van de regulator, waarvan de link kan worden meegeven via het verslag. Ik voeg eraan toe dat de VRM in het verleden reeds klachten heeft ontvangen van radio-omroeporganisaties tegen radio-omroeporganisaties. Maar, zoals ik daarnet aangaf, was dat in beperkte mate.
Aanvullend geef ik graag nog wat informatie over wat dat dan betekent op het terrein, naast de informatie die zowel het departement als de VRM ter beschikking stellen. Naar de infosessies in de huidige ronde kwam slechts één kandidaat- radio-omroep kijken. De helpdesk heeft tot op heden slechts vier telefonische vragen en twee vragen via mail ontvangen. We krijgen allemaal veel mails. We proberen de nodige informatie te geven. Maar ik stel vast dat daarvan dan toch relatief weinig wordt gebruikgemaakt, terwijl de informatie wel degelijk beschikbaar is.
Mevrouw Brouwers heeft het woord.
Minister, ik heb een paar bijkomende vragen en opmerkingen. Van die lokale frequentiepakketten, die in december zijn toegewezen, is er uiteindelijk nu eentje door de VRM afgewezen, omdat die niet inpasbaar is. Dat is die hele technische discussie die we vorige keer ook al hebben gevoerd. Maar wat zijn daarvan nu de gevolgen voor die lokale radio? Want die had eigenlijk wel een erkenning van u gekregen, maar die wordt dan niet vergund en kan dus niet uitzenden. Ik hoop voor hem dat ze nog op een nuttige manier – want lokaal is toch altijd nogal lokaal – eventueel bij de nieuwe procedure kunnen meedingen, bij die twintig overblijvende. Dat is op zijn minst een spijtige zaak. Dat roept dus een paar vragen op.
In verband met de informatieronde blijf ik de website, wat radio betreft, toch vrij onoverzichtelijk vinden. Misschien moeten we er wel eens over nadenken waarom wij als politici, zowel u als de parlementsleden, regelmatig mails, telefoontjes, Messengerberichten, Twitter-privéberichten enzovoort krijgen. Dat is misschien net omdat men zijn weg niet goed vindt op de website. Maar goed, dat is een kwestie van u daarin misschien eens te verdiepen. Hoe dan ook heb ik u niet horen zeggen dat dat voor de nieuwe erkenningsprocedure, voor die laatste twintig, duidelijk op de website vermeld is. Het staat dus wel in de nieuwsbrief en op Twitter enzovoort. En ze zullen het wel weten, daar gaat het mij niet om. Maar we moeten daar toch een klein beetje consequent mee omgaan. Een website is ergens toch nog altijd de ruggengraat van informatie voor een organisatie. Niet iedereen zit op Twitter. Een website is vrij consulteerbaar door iedereen die een internetverbinding heeft. Daarin moeten we blijven investeren, als een soort basis waar je alles gemakkelijk moet kunnen vinden.
Maar goed, ik zeg niet dat er geen inspanningen gebeurd zijn. Als er dan infosessies worden georganiseerd waar er maar één iemand op afkomt, is dat natuurlijk ook een beetje jammer.
Ik denk dat er veel gebeurt, maar dat het geen kwaad zou kunnen het allemaal iet of wat overzichtelijker te maken en daarin wat consequentie te brengen.
U zegt dat er bij de VRM een klachtenformulier is. Maar als je dan onder de rubriek ‘radio’ kijkt, vind je niet hoe je specifiek voor radio een klacht kunt indienen. Je moet eigenlijk altijd het algemene klachtenformulier gebruiken. Dat is de boodschap, als ik het goed begrepen heb.
Mevrouw Segers heeft het woord.
Mevrouw Brouwers, ik dank u voor uw heel terechte vraag. Minister, ik hoor u zeggen dat de VRM u heeft laten weten dat er voor 37 frequenties van de lokale radio's nog geen aanvraag is ingediend. Hebt u dan van de VRM ook informatie ontvangen over de oorzaak daarvan? Hoe komt het dat die dossiers nog niet zijn ingediend? Zijn die dossiers dan lege dozen? Hoe moeten we dat begrijpen?
De tweede vraag van mevrouw Brouwers sloot aan bij mijn vraag, waarvan u zei dat het niet acuut was om vandaag de procedure te herzien. Wel, ik denk dat dat gewoon niet klopt. Want als het voor de twintig lopende dossiers op dezelfde manier gebeurt, zonder realitycheck, dreigen er opnieuw dezelfde fouten te gebeuren.
Bovendien is het zo dat indieners volgens het decreet een dossier kunnen indienen, een erkenning krijgen en eigenlijk met iets totaal anders starten. Dat is perfect mogelijk. Ze moeten dat gewoon aanmelden bij de VRM. Zo lezen we op RadioVisie.eu dat SBS vandaag zegt: ‘We zullen iets anders brengen, we zullen Energy starten.’ Dat is niet wat er oorspronkelijk was ingediend. Ik denk dat er op een gegeven moment wel de nood zal zijn om de hele procedure eens grondig te herbekijken. Dat is belangrijk.
De heer Vandaele heeft het woord.
Minister, u stelt ons in zekere zin redelijk gerust. U noemt een aantal cijfers waaruit we kunnen afleiden dat de VRM en de administratie in elk geval geen achterstanden hebben, dat die dossiers behoorlijk zijn afgewerkt. In het begin dachten we even dat daar wel een flessenhals was. U stelt ons daar een beetje gerust.
U zegt dat er een relatief beperkt aantal klachten is bij de VRM en dat er een aantal frequenties zijn waarvoor nog geen aanvraag is gebeurd. Op het eerste gezicht is dit dus een redelijk geruststellend antwoord. Dus andermaal, laten we hopen dat we dit vermaledijde radiodossier snel achter ons kunnen laten en – ik voeg dit er nog aan toe – dat de radio's die het verdienen, die echt een goed dossier hebben, inderdaad aan de bak komen.
Ik dank u, minister.
Minister Gatz heeft het woord.
Wat de ene afgewezen aanvraag betreft wegens niet-inpasbaarheid, zal ik u de informatie schriftelijk laten bezorgen over de juiste toedracht. Of daar een oplossing mogelijk is, dat weet ik op dit ogenblik niet.
Over de 37 nog niet aangevraagde frequenties kan ik bij de VRM informatie vragen, maar ik vrees dat daar niet heel veel antwoord op zal komen. Strikt gezien zijn die zenders niet verplicht om de aanvraag in te dienen. Vreemd genoeg, maar het is zo. U kent het gevolg van het feit dat men dit niet binnen het jaar doet. Ik zal proberen daarover wat inzicht te krijgen.
Wat betreft de procedure wil ik toch nog eens herhalen dat ze grondig gebeurd is. Als men ermee begint, moet men haar voor alle aanvraagdossiers in dezelfde ronde op de gelijke manier doortrekken. Ik ben zeker bereid om een evaluatie van de procedure te bekijken. Ik heb dat in mijn vorige antwoord ook gezegd, maar op dit ogenblik is dit niet acuut. Wij spreken over de volgende ronde binnen negen jaar. Ik hoop dat er dan een minister zal worden gevonden die de moed zal hebben om binnen één jaar te beslissen en het niet andermaal een aantal jaren uit te stellen. Ja, elke procedure kan altijd beter, maar ik wil mij wel verzetten tegen het beeld dat sommigen schetsen dat de procedure niet grondig zou zijn gebeurd. Zij is op gelijkaardige manier gebeurd als de vorige keren. Welke procedure u ook hebt, u zult niet kunnen vermijden dat er altijd mensen ontevreden zijn en naar de Raad van State gaan. Dat is een illusie waaruit ik u wil wakker maken.
De vraag om uitleg is afgehandeld.