Verslag vergadering Commissie voor Economie, Werk, Sociale Economie, Innovatie en Wetenschapsbeleid
Verslag
Mevrouw Talpe heeft het woord.
Minister, ook in de tuinbouw zet schaalvergroting zich door. Daardoor stijgt de nood aan seizoenarbeiders en geschoolde vaste werknemers. Het vinden van seizoenarbeiders is al jaren een oud zeer, in het bijzonder binnen de eigen populatie van werkzoekenden. Vandaar de grote aanwezigheid van buitenlandse seizoenwerknemers. Bovendien leeft het foutieve beeld dat de sector voornamelijk op zoek is naar laaggeschoolden, terwijl ook actief gezocht wordt naar technische en hooggeschoolde functies. Vooral vaste werknemers zullen gespecialiseerde of leidinggevende taken op zich moeten nemen. VDAB is bijgevolg een belangrijke partner voor het toeleiden van werkzoekenden naar de sector, die inmiddels ook aan zijn imago als werkgever heeft gewerkt.
Voor de zomer heeft Boerenbond een initiatief genomen om de top van VDAB uit te nodigen voor een voorstelling en een woordje uitleg rond de noden van de sector. Een generieke aanpak om de tewerkstelling in de tuinbouwsector te stimuleren, werkt volgens VDAB niet. De dienst nam tot nu toe al verschillende initiatieven, maar de resultaten blijven uit. Meer nog dan in andere sectoren zullen in de tuinbouw niet alleen de kwalificaties, maar de motivatie en competenties van belang zijn. Daarnaast ziet de tuinbouwsector voor zichzelf een belangrijke maatschappelijke rol weggelegd in de integratie van vluchtelingen. Doorheen de jaren werd de arbeid in de tuinbouw immers steeds meer ingevuld door buitenlandse werkkrachten en werkkrachten van allochtone afkomst.
In antwoord op mijn schriftelijke vraag van 20 juni 2016 liet u weten dat VDAB drie belangrijke conclusies heeft getrokken uit het gesprek met Boerenbond: de werkzoekenden kennen de jobmogelijkheden in de tuinbouwsector onvoldoende, de tuinbouwsector bereikt het werkzoekendenpubliek niet en onderbenut de VDAB-vacaturedienstverlening.
Er werd afgesproken dat VDAB de samenwerking met de tuinsector zal optimaliseren. Vanwege de regionale en lokale kenmerken wordt aanvullend geopteerd voor een maatgerichte aanpak en communicatie. Concreet werd onderzocht hoe en waar een regionale tuinbouwcel kan worden opgericht. VDAB beloofde ook om de expertise van de tuinbouwbedrijven wat het werken met anderstaligen en mensen met een andere culturele achtergrond betreft, te gebruiken voor het inzetten van vluchtelingen en asielzoekers.
Welke concrete initiatieven heeft VDAB sinds het gesprek met Boerenbond over de samenwerking met de tuinbouwsector genomen in uitvoering van de drie belangrijkste conclusies uit het gesprek, meer bepaald op het vlak van een positieve en realistische profilering van de sector naar werkzoekenden, een transparante informatiedoorstroming vanuit de sector naar de werkzoekenden en de VDAB-medewerkers, en een betere benutting van de VDAB-vacaturedienstverlening? Werd het onderzoek naar de oprichting van een regionale tuinbouwcel reeds gefinaliseerd? Wat zijn de conclusies? Hoe zal VDAB vorm geven aan het optimaal gebruiken en inzetten van de expertise die tuinbouwbedrijven hebben met het inzetten van anderstaligen en mensen met een andere culturele achtergrond voor de activering van vluchtelingen en asielzoekers?
Minister Muyters heeft het woord.
Mevrouw Talpe, VDAB heeft verschillende initiatieven met de tuinbouwsector opgestart. Deze initiatieven zijn geënt op de conclusies van de provinciale tuinbouwcellen en verschillen dus per provincie.
De realistische profilering van de sectoractiviteiten vanuit de sector naar de werkzoekenden en een transparante informatiedoorstroming vanuit de sector naar de werkzoekenden en de VDAB-medewerkers vertaalt zich in diverse initiatieven. Ik geef enkele voorbeelden. Zo is er het actualiseren van sectorinformatie via de VDAB-website – externe communicatie in functie van de werkzoekenden – in samenwerking met Boerenbond en via de VDAB-intranetsite naar de VDAB-medewerkers. Ander voorbeeld is een ‘tuinbouwbad’ voor werkzoekenden en VDAB-consulenten, waarbij door middel van bedrijfsbezoeken een realistisch beeld wordt gecreëerd van de tuinbouwactiviteiten. Deze bezoeken zijn gebaseerd op het principe van de doedagen. Ander voorbeeld zijn de kleinschalige opleidingsprojecten, bijvoorbeeld in de tuinaanleg, waarbij in samenwerking met enkele bedrijven en op basis van concrete, gepubliceerde vacatures werkzoekenden op maat worden opgeleid, zowel in het opleidingscentrum als op de werkvloer. Volgend voorbeeld is het promoten en meer kenbaar maken van het opleidingsaanbod van het paritair aangestuurde vormingsfonds Eduplus voor de groene sectoren bij werkzoekenden. Nog een voorbeeld is het verbeteren van het concrete en dagelijkse communicatienetwerk tussen VDAB-medewerkers en de tuinbouwconsulenten van Boerenbond en Eduplus. Door deze initiatieven krijgen zij een verbeterd inzicht in de diverse profielen die nodig zijn in de sector.
VDAB zet ook diverse acties op naar werkgevers gericht op een betere kennis en benutting van alle aspecten van de VDAB-dienstverlening. Hierbij blijft de focus liggen op de vacaturedienstverlening, het belang van een kwalitatieve formulering van vacatures, en de matchingsmogelijkheden tussen vraag en aanbod die de vacatureregistratie biedt. Daarnaast worden de werkgevers intensiever geïnformeerd over de opleidingsmogelijkheden, werkplekleren, tewerkstellingsmaatregelen, de werking rond de vluchtelingen, het duaal leren en de samenwerking met Onderwijs.
Enerzijds doet men dat door gebruik te maken van de beschikbare digitale kanalen, de centrale vakbladen, zoals Boer&Tuinder, en de lokale vakbladen, en anderzijds door de verhoging op provinciaal niveau van de fysieke aanwezigheid van VDAB bij de werkgevers.
De oprichting van de provinciale tuinbouwcellen vond plaats tussen 15 september 2016 en 11 oktober 2016, en dit in alle vijf de provincies. Een tuinbouwcel is per provincie samengesteld uit vertegenwoordigers van VDAB, Boerenbond en Eduplus. Een tuinbouwcel pleegt overleg in functie van de provinciale noden, en zal dus kunnen inschatten wat er specifiek in de provincie nodig is. Er zijn verschillen tussen de verschillende provincies.
Tijdens het eerste en tot nu toe enige provinciale overleg van de tuinbouwcellen werden de tuinbouwactiviteiten in de betreffende provincie gedefinieerd, de noden en knelpunten geduid, de oplossingsvelden bepaald en de concrete aanzet tot samenwerking geïnitieerd. De vervolgafspraken moeten nog gemaakt worden.
Uit de evaluatie van de sectorconvenant met de groene sector maak ik op dat de sector heel wat aandacht heeft voor diversiteit. Ik begrijp dat heel goed. Dit biedt op termijn potentieel voor de tewerkstelling van vluchtelingen en asielzoekers. U weet dat VDAB vandaag, met betrekking tot vluchtelingen, nog geen structurele samenwerking heeft met de tuinbouwbedrijven. Maar er zijn wel goede contacten met de Boerenbond, en via hun kanalen werken we, ook voor de tuinbouwsector, aan een degelijke informatie en sensibilisering in verband met vluchtelingen.
Elke specifieke vraag naar informatie vanuit de sector wordt opgenomen binnen de reguliere dienstverlening van VDAB.
In de provinciale tuinbouwcellen werden ook toekomstige opportuniteiten voor vluchtelingen en asielzoekers in de tuinbouwsector besproken. Zo zal er nog intensiever worden ingezet op het geven van informatie vanuit de sector naar de nieuwkomers.
U weet dat wij recent een samenwerkingsakkoord met Fedasil hebben afgesloten. Ik hoop dat dit een snellere toeleiding en activering vanuit de opvanginitiatieven met zich zal kunnen meebrengen.
Mevrouw Bakrim heeft het woord namens minister Muyters.
Ik zal hier niet alles herhalen. Het komt hierop neer dat we weten wat de uitdagingen juist zijn en dat we hiervoor de nodige acties ondernemen.
Mevrouw Talpe heeft het woord.
Minister, dank u voor uw gedetailleerde uiteenzetting. Ik ben blij dat er al heel veel gebeurt. Het is goed dat we daarvan hier een overzicht krijgen. De goede matching tussen vraag en aanbod is belangrijk. Ik ben ook blij dat er een maatgerichte aanpak is. Vandaar de verschillen tussen de provincies. De provinciale tuinbouwcellen leveren hun werk. Dat is een structurele aanpak waar wij uiteraard ten volle achterstaan. De tuinbouw biedt heel veel perspectieven, en ook de mindset dat het om veel meer gaat dan tomaten plukken. Het is een sector die ook sterk op innovatie inspeelt. Hier kunnen heel veel hooggeschoolde technische profielen naartoe worden geleid. Deze sector is intensief en gespecialiseerd. Daar moeten we ook VDAB en de medewerkers op aansturen. Ik heb begrepen dat dit allemaal onder controle is.
De sector is inderdaad, zoals u hebt onderstreept, belangrijk voor de vluchtelingenproblematiek. Het is ook een win-win, want zowel de laag- als de hooggeschoolden kunnen daar hun weg vinden.
Ik heb geen bijkomende vragen, want het antwoord was sluitend.
De heer Ronse heeft het woord.
Mevrouw Talpe, bedankt voor het stellen van de vraag. Het is een belangrijk topic. Ik werd even nostalgisch, want als student heb ik altijd in een laurierboomkwekerij gewerkt. Hoe kan het ook anders in het diepe West-Vlaanderen?
Minister, u zei duidelijk dat die sector als tijdelijk werkervaringstraject kan fungeren. Ook wat u zei over erkende vluchtelingen en talent is interessant. Het wordt inderdaad een uitdaging voor de sector om zich ten aanzien van hooggeschoolde werknemers goed te profileren. De troeven van de sector moeten in de verf worden gezet en de clichés moeten worden weggenomen.
De vraag om uitleg is afgehandeld.