Verslag vergadering Commissie voor Economie, Werk, Sociale Economie, Innovatie en Wetenschapsbeleid
Verslag
Mevrouw Segers heeft het woord.
Minister, een maand geleden pakte de krant De Tijd uit met een fijn bericht, namelijk dat het uw intentie was om 1,75 miljoen euro uit te trekken voor het project CodeFever, een initiatief van de vzw CodeFever en de bvba BE.AM Projects. Die financiële injectie van de Vlaamse overheid moet dat project de komende vijf jaar in staat stellen om uit te breiden naar alle Vlaamse centrumsteden en er lessenreeksen rond programmeren – ‘coding’ in het Engels – aan te bieden aan tienduizend kinderen, weliswaar tegen betaling.
Hoewel de noodzaak van het stimuleren van computationeel denken bij kinderen breed gedragen wordt – onder andere om de doorstroming naar STEM-richtingen (Science, Technology, Engineering and Mathematics) voor jongens én meisjes te stimuleren en om te werken aan e-inclusie en mediawijsheid – was er naar aanleiding van uw beslissing enerzijds gejuich te horen, maar werden er anderzijds ook veel wenkbrauwen gefronst. Er zijn namelijk talrijke Vlaamse initiatieven rond programmeren en computationeel denken. CodeFever is zeker niet de enige in Vlaanderen die daarrond werkt. Meer nog, andere verenigingen, zoals CoderDojo, kunnen op een veel langere staat van dienst bogen, zijn regionaal zeer sterk verspreid en worden bovendien gratis aangeboden en kunnen op die manier alle lagen van de bevolking bereiken. Zij doen het daarenboven zonder enige vorm van overheidssteun.
Het bijzonder populaire en kwaliteitsvolle CoderDojo, dat ook in een sterk internationaal netwerk ingebed is, is maar één voorbeeld van een organisatie die bijzonder succesvol werk verricht. CoderDojo is verspreid over geheel Vlaanderen en kan op een ongelooflijk succes rekenen. Coderdojo steunt integraal op een uitgebreid netwerk van vrijwilligers.
Een ander project is Fyxxi, van de vzw eduCentrum. Dat is 1 van de 100 momenteel erkende STEM-academies. Het heeft ook een heel succesvol programma inzake computationeel denken binnen de Vlaamse scholen. Het Fyxxilab werkt samen met meer dan 60 partners, heeft al 10.000 kinderen bereikt in klasverband en 2500 kinderen buiten de schooluren – en dat aandeel is aan het stijgen – en heeft ook 2000 leerkrachten opgeleid. Dat project heeft in 2016 zijn subsidies echter helemaal zien verdwijnen.
Kinderen motiveren en inspireren om met programmeren aan de slag te gaan, lijkt dus zeker niet de uitdaging, want er zijn tal van initiatieven, en de nood eraan en het succes ervan zijn enorm. Er is echter wel een nood aan extra middelen. In dat opzicht is uw keuze om een relatief weinig ervaren privébedrijf een substantiële hap aan overheidsmiddelen te geven, opmerkelijk.
Kunt u ons de overeenkomst die u met CodeFever gesloten hebt, in detail toelichten? Hoe past de overeenkomst met CodeFever in uw visie op innovatie en uw concrete beleid ter zake? Op welke basis werd beslist om CodeFever financieel te ondersteunen? Is er een openbare aanbesteding gebeurd? Welke criteria werden daarbij gehanteerd? Werd er een jury voor samengesteld? Binnen welke begrotingspost is die gefinancierd?
Is er voorafgaand binnen het veld een consultatieronde geweest? Ik denk aan initiatieven als CoderDojo, Fyxxi, Coding4Kids, RoboCp, Devoxx4Kids of Dwengo, maar bijvoorbeeld ook aan het ruime STEM-platform. Indien niet, waarom vond u het niet wenselijk om het hele veld bijeen te krijgen en af te stemmen? Zullen andere initiatieven, zoals die die ik net heb opgesomd, in de toekomst wel aanspraak kunnen maken op overheidsmiddelen om hun vrijwilligerswerking te ondersteunen? Overweegt u dan om alle betrokken actoren bijeen te brengen, om te kijken hoe ze kunnen samenwerken? Samenwerken is immers altijd een heel goede zaak. Zult u daarvoor al dan niet een open call lanceren?
Minister Muyters heeft het woord.
Mevrouw Segers, ik ben blij te horen dat we het eens zijn over de noodzaak van het stimuleren van beredeneerd denken bij kinderen. Ik kan u echter geen toelichting geven bij een steunovereenkomst, want er is geen overeenkomst. Er is ook geen oproep geweest en er is geen steunaanvraag geweest. We hebben dat ook gemeld aan de krant die dat heeft gepubliceerd. Men heeft dat toch opgenomen, niettegenstaande het feit dat wij gezegd hebben dat er geen beslissing was genomen en dat er zelfs nog geen aanvraag was ingediend. Ik kan er ook niet aan doen, maar dat was verkeerde informatie. Er is nog geen beslissing genomen, er is geen overeenkomst, en dus kan ik u ook geen details geven.
Dit najaar zal ik een ICT-impulsprogramma lanceren. Dat programma is momenteel in uitwerking. Mijn kabinet doet daarvoor een ruime consultatie. Ik vind het overigens leuk dat dat artikel wel veel heeft losgemaakt. Dat is dan het positieve eraan. De STEM-academies, CoderDojo, Dwengo en tal van anderen zijn al geconsulteerd. De concrete modaliteiten voor projecten in het kader van het impulsprogramma moeten nog worden uitgewerkt. Het impulsprogramma zal worden aangerekend op het programma ‘EG: Een groot draagvlak voor creativiteit, wetenschap en technologie’ van het begrotingsjaar 2016. We willen dus nog iets starten in het begrotingsjaar 2016. Ik heb daar nog middelen voor en wil die ook inzetten.
Op 14 september jongstleden is er in de lokalen van Technopolis een consultatieronde geweest met het merendeel van de initiatieven die vandaag bestaan. Er waren 35 personen aanwezig op dat overleg. Zij werden geïnformeerd over mijn beleidsintenties op het vlak van dit impulsprogramma en over de aanpak. Ik heb mijn plannen ook met de nieuwe voorzitster van het STEM-platform, mevrouw Françoise Chombar, besproken. Mijn collega Crevits was daar ook bij aanwezig. De impulsactie zal trouwens in nauw overleg met Onderwijs gebeuren.
Tot slot wil ik benadrukken dat ik de inspanningen van de vrijwilligers van de STEM-academies bijzonder waardeer. Zoals ik in mijn beleidsplan Wetenschapscommunicatie heb aangegeven, is het mijn intentie om de ondersteuning van de STEM-academies te versterken, zowel financieel als via een betere omkadering. Ook dat zal deel uitmaken van mijn ICT-impulsactie. Zoals gezegd, zijn de concrete modaliteiten nog in uitwerking. Zodra die duidelijk zijn, zullen we daarover communiceren.
Mevrouw Segers heeft het woord.
Ik ben verbaasd, minister, want De Tijd geldt toch als een kwaliteitskrant. In het artikel wordt de directrice van CodeFever uitgebreid geïnterviewd. U wordt zelf ook geciteerd in dat artikel. Dan is dat wel een bizarre communicatie die daar gebeurd is. U bevestigt dus dat CodeFever geen 1,75 miljoen euro van u krijgt?
Dat kan ooit, in de toekomst, zo zijn, maar er is nu geen enkel akkoord. Er is zelfs geen aanvraag gebeurd. Ik zet een heel programma op, samen met alle actoren. Dat is de stand van zaken. Wat de uitkomst is van het overleg en wat we dan doen, daarover zal ik dan communiceren. Maar ik heb aan niemand iets beloofd.
Dan is dat een heel bizar artikel dat in het midden van de zomer, in volle komkommertijd, verschenen is. Blijkbaar zien mensen dan luchtspiegelingen in die hete laatste dagen van augustus.
Ik ben blij te horen dat u met een open call zult werken. Ik ben ook tevreden dat u 35 mensen gezien hebt op 14 september. Ik kan alleen maar toejuichen dat u daarop wilt inzetten. Dat wil ik benadrukken. Maar ik wil dan ook dat we er kunnen van uitgaan dat er wel degelijk een open call zal worden gelanceerd en dat daarbij wordt gekeken naar de expertise die al bestaat, en dat de partners niet alleen indienen, maar ook maximaal kunnen samenwerken.
Minister Muyters heeft het woord.
Ik heb gezegd dat ik een ICT-impulsactie wil voeren. Er zijn volgens mij ook verschillende niveaus: er is sensibiliseren, er is leren. En ik wil op die totaliteit tot een actie komen. Ik zal, samen met de sector en hopelijk ook goed gedragen door de sector, met positieve reacties uitpakken zodra dat kan.
Mevrouw Segers heeft het woord.
Ik wil onderstrepen dat ik het belang daarvan inzie. Ik hoop dat er een open call komt. Ik wil ook nog een oproep doen om ook eens samen te zitten met de mensen van Fyxxilab – maar ik heb begrepen dat er overleg gepland is of al heeft plaatsgevonden. Dat platform werkt immers via de scholen, en dat is toch de essentie, want via de scholen bereik je alle kinderen. Bij initiatieven als CoderDojo moeten ouders het zelf al weten. Via de scholen werken is zo cruciaal. Fyxxilab heeft vorig jaar al zijn middelen zien verdwijnen. Daarom wil ik u oproepen om toch nog eens met Fyxxilab te bekijken wat er mogelijk is om daar continuering te verzekeren.
De vraag om uitleg is afgehandeld.