Verslag vergadering Commissie voor Cultuur, Jeugd, Sport en Media
Verslag
Mevrouw Van Eetvelde heeft het woord.
Op vrijdag 29 januari publiceerde Tumult vzw een open brief naar aanleiding van de ‘Vlaamse week tegen pesten’. In deze brief, die ondertekend werd door twintig organisaties uit het jeugdwerk, wordt er opgeroepen om meer werk te maken van een beleidsdomeinoverschrijdend, preventief pestbeleid. De organisatie stelt dat deze brede aanpak in het verleden werd beloofd maar nog niet werd gerealiseerd.
Met hun open brief vragen zij drie grote zaken. Ten eerste wordt er meer budget gevraagd voor de ondersteuning van het jeugdwerk op het vlak van omgaan met pesten. Ten tweede is er meer nood aan uitwisseling, partnerschappen en gedeelde expertise. Ten slotte vragen ze meer ondersteuning voor organisaties die op deze vraag inspelen om op die manier echt werk te maken van een gecoördineerde aanpak van pesten binnen het jeugdwerk.
Nog diezelfde dag communiceerde de Vlaamse Regering eveneens naar aanleiding van de Vlaamse week tegen pesten. De regering kondigde aan dat zij het probleem van pesten op verschillende domeinen wenst aan te pakken. De ministers van Welzijn, Volksgezondheid en Gezin, Onderwijs, Jeugd en Sport engageren zich elk op hun terrein om werk te maken van de bescherming van kinderen en jongeren. Concreet komen er “gezamenlijke acties voor kwaliteitsbevordering, sensibilisering, preventie en een adequaat en gepast reactiebeleid”. Daarnaast wordt er een werkgroep Integriteit opgericht die de acties en maatregelen moet opvolgen, evalueren en desgewenst bijsturen met het oog op maximale afstemming en expertisedeling. Dat de Vlaamse minister van Jeugd zijn actieve medewerking verleent aan het beleidsdomeinoverschrijdend, preventief pestbeleid, vormt geen verrassing. Al in de beleidsnota Jeugd gaf de minister aan dat hij de problematiek van het pestgedrag in beeld wou brengen en prioritair wilde inzetten op een oplossingentraject.
Het persbericht vermeldt dat naast de gezamenlijke initiatieven ook een aantal sectorspecifieke acties en maatregelen ondernomen zullen worden. Zullen er ook sectorspecifieke acties en maatregelen genomen worden vanuit het beleidsveld jeugdbeleid? Kunt u dit eventueel toelichten?
Bent u van oordeel dat zowel met de gezamenlijke acties van de regering als de sectorspecifieke acties en maatregelen tegemoetgekomen wordt aan de aandachtspunten uit de open brief van Tumult?
Een andere actie is “het uitbouwen en versterken van instrumenten en aanspreekpunten en -personen”. Is het de bedoeling dat ook instrumenten en aanspreekpunten binnen de jeugdsector verder uitgebouwd en versterkt zullen worden? Om welke instrumenten en aanspreekpunten gaat het concreet, en wat verstaat u onder het versterken en uitbouwen van deze instrumenten en aanspreekpunten?
Ten slotte is het ook de bedoeling om de verschillende klachtenprocedures te optimaliseren. Welke impact heeft deze beleidsoptie binnen het jeugdbeleid?
Minister Gatz heeft het woord.
Ik zal in eerste instantie overlopen welke concrete initiatieven er vandaag al bestaan, en daarna zal ik ingaan op de bijkomende afspraken die gemaakt zijn onder de verschillende ministers die met het pestbeleid geconfronteerd worden en bezig zijn.
Eerst de concrete initiatieven. Op basis van het decreet Jeugd- en Kinderrechtenbeleid worden verenigingen voor informatie en participatie gesubsidieerd met als doel een kwaliteitsvol informatiebeleid voor of over de jeugd of over de rechten van het kind te maken of over te brengen, ook participatieprocessen te begeleiden en mediaproductie door en over de jeugd te begeleiden. Zo waren er in 2014 van de gesubsidieerde organisaties uit de jeugdsector vijf actief rond pesten, zeven rond seksuele voorlichting en acht rond nieuwe media en mediawijsheid. Het informeren van kinderen van 11 tot 15 jaar en jongeren van 16 tot 22 jaar gebeurt vandaag onder meer via de jongerengids en de website www.jongerengids.be, maar ook online door Jong & Van Zin en via de website en nieuwsbrief Alles over jeugd. Dit is een website over de leefwereld van kinderen en jongeren, waarbij tekst, opinie, foto, video en audio via twaalf thema’s aan elkaar worden gelinkt. De nieuwsbrief informeert wekelijks over de meest recente berichten. Allesoverjeugd.be is een product van De Ambrassade en Mediaraven vzw.
Het tweede initiatief, het informeren van professionals en vrijwilligers over relaties en seksuele vorming, geweld en (cyber)pesten gebeurt onder meer via de websites van Jong & Van Zin en de Jeugdinfotheek van De Ambrassade: http://jeugdinfotheek.be/.
Het derde initiatief: de afdeling Jeugd coördineerde de implementatie van de ‘No Hate Speech Campagne’ van de Raad van Europa voor Vlaanderen. Het betreft een online campagne tegen online haat zaaien en voor mensenrechten. De campagne gaat in tegen het uiten van haat in al zijn vormen, dus inclusief cyberpesten en cyberhaat. Medio 2013 werd een projectoproep Verdraagzaamheid gelanceerd. De jeugdorganisatie Jong & Van Zin stond in voor het uitrollen van de campagne in Vlaanderen. Ze zorgden onder meer voor de opmaak van de Toolbox ‘No Hate’, de training van een peer group, een mediastunt met bekende rolmodellen, de vertaling van een aantal tools voor de jeugdsector, het uitdelen van tattoos op zomerfestivals, jeugdwerkevents en zomerkampen. De ‘No Hate Speech Campagne’ werd tussentijds afgerond met een internationale conferentie in het Egmontpaleis in het kader van het Belgisch voorzitterschap van de Raad van Europa op 8 mei 2015, voorafgegaan door een jongerenluik op 7 mei. Beide werden mede georganiseerd door de drie ministers van Jeugd van de drie gemeenschappen.
Als vierde initiatief werden in het kader van het Raamwerk Seksualiteit en beleid en het Vlaggensysteem onderstaande acties gerealiseerd: het Vlaggensysteem ‘(N)Iets mis mee?! Omgaan met seksueel grensoverschrijdend gedrag in het jeugdwerk’ werd eind september 2015 geactualiseerd door Jong & Van Zin. Het Vlaggensysteem is een instrument voor (lokale) jeugdwerkers om bewust te leren omgaan met seksueel getinte situaties in een jeugdwerkcontext. In dit kader werd door deze organisatie ook vorming georganiseerd voor vrijwilligers en professionals. De actualisatie van het instrument betrof onder meer: een andere vlag en reactie voor sommige situaties; nieuwe situaties in de context van nieuwe media; het actieplan ‘Hoe ga je om met een vermoeden, melding of onthulling van seksueel grensoverschrijdend gedrag/seksueel misbruik?’; een wegwijzer bij een kwaliteits-, preventie- en reactiebeleid rond seksualiteit met basisinformatie over ondersteunende instanties.
Ook het spel ‘Oké?!’ over seksueel grensoverschrijdend gedrag van Jong & Van Zin voor jongeren tussen 12 en 16 jaar werd in september 2015 geactualiseerd.
Dit zijn een aantal lopende, concrete initiatieven, die uiteraard net iets breder gaan dan de strikte cybercontext.
Ik ga nu over tot de bijkomende zaken.
Zoals aangegeven in bijlage 2 bij de mededeling van 29 januari 2016 betreffende de bevordering en bescherming van de fysieke, psychische en seksuele integriteit van de minderjarige in de jeugdhulp en de kinderopvang, het onderwijs, de jeugd- en de sportsector, worden vanuit het beleidsveld Jeugd al een aantal extra initiatieven gepland. Conform de met de collega-ministers gemaakte afspraken deel ik ze op in vier clusters.
Een eerste cluster gaat over ‘Kennisverruiming en kennisdeling’. Hierin ondersteunen we verder de werking van Awel in het signaleren van wat leeft bij kinderen en jongeren. Beleidsdomeinoverschrijdend wensen we te werken rond ‘peer support’, dat binnen de jeugdsector gepromoot wordt door Jong & Van Zin.
Binnen de tweede cluster ‘Algemene ondersteunende en sensibiliserende acties naar de brede bevolking’ verwijs ik graag naar de samenwerking met en ondersteuning van organisaties zoals Tumult, dat kinderen en jongeren een actieve cultuur van vrede en geweldloosheid laat ontdekken, er vorm aan geeft en ze mee uitdraagt. Een andere organisatie is Awel, met zijn telefoonlijn, e-mail, chatbox en forum. Verder zijn er nog Jong & Van Zin en de Kinderrechtswinkel, die voor het informeren en adviseren van kinderen en jongeren en het ondersteunen van vrijwilligers en professionals de geknipte partners zijn. Een laatste organisatie binnen deze sensibilisering van de brede bevolking zijn de Mediaraven voor het versterken van de mediacompetenties en mediawijsheid van kinderen, jongeren en jeugdwerkers en het ondersteunen van het brede jeugdwerk in het werken met digitale media.
Bijkomend wensen we verder in te zetten op een doeltreffend jeugdinformatiebeleid met de nadruk op kwaliteitsvolle informatie. Op basis van het decreet Jeugd- en Kinderrechtenbeleid van 2012 speelt De Ambrassade daarbij een centrale rol in samenwerking met jeugd- en kinderrechtenorganisaties en andere actoren uit het veld. We maken up-to-date informatiefolders en bieden via www.jongerengids.be antwoorden op maat van vragen van jongeren.
Voorts voorziet de jeugdinfotheek in een informatief en educatief aanbod gericht op kinderen en jongeren. We bekijken of het informatiebeleid in het algemeen en het jeugdinformatiebeleid in het bijzonder nog doeltreffender kunnen via de realisatie van een communicatieplatform voor kinderen en jongeren.
De derde cluster gaat over het ‘Adequaat en gepast omgaan met de integriteit van minderjarigen en met grensoverschrijdend gedrag en misbruik van kinderen en jongeren in de betrokken sectoren’. Daar werken we binnen het beleidsveld Jeugd samen met jeugdorganisatie Jong & Van Zin voor de begeleiding van kinderen, jongeren en hun begeleiders om zelfbewuste keuzes te maken op het vlak van relaties en seksualiteit. Daarbij verwijs ik naar de al vermelde vorming met betrekking tot het vernieuwde instrument ‘(N)iets mis mee?! Omgaan met seksueel grensoverschrijdend gedrag in het jeugdwerk’.
Voor de vierde cluster ‘Aanbieden van gepaste ondersteuning en hulp aan minderjarige slachtoffers en daders van grensoverschrijdend gedrag en misbruik’ verwijs ik naar het beleidsdomein Welzijn, Volksgezondheid en Gezin, dat hiervoor verantwoordelijk is. Ik geloof dat de geplande sectorspecifieke en gezamenlijke acties een antwoord bieden op de vragen in de open brief van Tumult en andere naar een gecoördineerde aanpak in het jeugdwerk. Tumult is bijvoorbeeld als trekker van het netwerk Kies Kleur tegen Pesten een goed voorbeeld van de manier waarop ook van buiten de jeugdsector een beroep wordt gedaan op de expertise van jeugdorganisaties.
In de loop van het voorjaar wens ik samen met de jeugdsector te bekijken hoe we de geplande acties verder vorm zullen geven om aldus een concreter antwoord te geven op de open brief. Samen met de jeugdsector wil ik verder nagaan welke instrumenten al gebruikt worden en welke nog versterkt kunnen worden. Daarvoor biedt het Raamwerk ‘Seksualiteit en beleid’, dat ontwikkeld werd door Sensoa en Child Focus en ook vertaald werd naar de jeugdsector, een goed uitgangspunt en kader.
Tot slot, in het kader van deze mededeling spraken we onder ministers af om in kaart te brengen welke klachtenprocedures voor grensoverschrijdend gedrag bestaan en, waar aangewezen, verbeterpunten mogelijk en noodzakelijk zijn. Ook dit wens ik in eerste instantie op te nemen met de sector zelf om een goed overzicht te krijgen van wat er al bestaat en waar nog noden zijn en/of verbetering mogelijk is.
Er waren dus al een aantal goede initiatieven, we steken al een tandje bij en we werken nu ook meer gecoördineerd over de bevoegdheidsdomeinen heen.
Mevrouw Van Eetvelde heeft het woord.
Dank u minister, voor uw zeer uitgebreid antwoord op mijn vragen. Binnen de sector wordt inderdaad al heel wat gedaan. Het is goed dat er aanvullend wordt gewerkt.
De Week tegen Pesten is zowel door de beleidsmatige aankondiging van de Vlaamse Regering als de verschillende communicatieaspecten heel veel in de aandacht geweest, en heeft veel airplay gekregen. Dat vind ik heel positief. We kunnen immers niet genoeg aandacht schenken aan deze problematiek. De aanpak van de regering toont ook aan dat het haar menens is om zeer breed en met de nodige daadkracht in te zetten op de preventie en de bestrijding van de problematiek. Dat vind ik zeer positief en ik ben dan ook zeer tevreden dat er werk wordt gemaakt van een beleidsdomeinoverschrijdende aanpak van de problematiek op zich.
Krachtenbundeling en over de schotten en beleidsdomeinen heen kijken, is in deze problematiek zeer belangrijk, zeker als we spreken over pesten.
Ik wou met deze vraag om uitleg belichten dat ik zeer tevreden ben dat de jeugdsector actief deelneemt aan dit beleid en dat er sectorspecifieke maatregelen worden genomen. We moeten uiteraard de implementatie en impact van die maatregelen en acties goed blijven opvolgen teneinde de effecten te kunnen monitoren. We blijven dit verder opvolgen.
De vraag om uitleg is afgehandeld.