Verslag vergadering Commissie voor Welzijn, Volksgezondheid en Gezin
Verslag
Mevrouw Van den Bossche heeft het woord.
Minister, de aanleiding voor de vraag is een concrete casus. Ik hoef natuurlijk geen antwoorden op die situatie, mogelijk kennen wij ook niet het volledige verhaal. Het is wel een belangrijke aanleiding om een aantal vragen te kunnen stellen.
U kent de casus. Het gaat om een meisje van twaalf jaar dat haar hele jonge leven bij een pleeggezin doorbracht. ’s Ochtends vertrekt ze daar en ’s avonds keert ze er niet meer terug, maar wordt ze opgehaald door de biologische vader. De mama van het pleeggezin zegt daarbij niet gekend te zijn.
Het roept vragen op over de rechten van een kind dat zo lang ergens verblijft, maar ook de rechten en plichten van zowel pleegouders als biologische ouders. Het lijkt evident dat het belang van het kind steeds centraal moet staan in beslissingen die betrekking hebben op dat kind. Als een kind al op zeer jonge leeftijd in een pleeggezin terechtkomt en daar redelijk lange tijd verblijft, is het zo dat het kind zich hecht aan de pleegouders. Dat is een goed gegeven, want het is belangrijk dat kinderen hechtingsrelaties op een veilige manier kunnen ontwikkelen, om een positief zelfbeeld te ontwikkelen en op latere leeftijd in vertrouwen relaties met anderen aan te gaan. Het hoeft niet per se met de biologische ouders te zijn, maar wel met de mensen die het kind op dat moment verzorgen.
Het is ook erg belangrijk, dat zult u weten, dat een kind, wanneer het die betekenisvolle relatie heeft ontwikkeld en de hechting er is, niet abrupt wordt weggerukt uit een gezin, maar de kans krijgt daar zijn zeg over te doen en de kans krijgt contact te houden met de mensen aan wie het gehecht is geraakt, als het daarvoor kiest, vanzelfsprekend.
De afweging tussen de rechten van de natuurlijke ouders, die ook de wettelijke ouders zijn, en de pleegouders is erg delicaat. Ik besef dat het geen gemakkelijke oefening is en niet altijd even eenvoudig op papier te vatten. Maar door het belang van het kind centraal te plaatsen, kan men al vaak een mooi evenwicht vinden.
Minister, wordt een kind door de jeugdrechter gehoord wanneer die de beslissing neemt om het weer toe te wijzen aan de natuurlijke ouders? In het concrete geval ging het om vrijwillige pleegopvang, dus pleegopvang die niet was opgelegd door de jeugdrechter. Stel dat een kind lang in een ander gezin is opgegroeid en al oud genoeg is om zelf over een aantal zaken te oordelen, wordt het dan gehoord of niet? Zo niet, vindt u dat niet in tegenspraak met de rechten van het kind, waarin dat beslissingsrecht expliciet wordt ingeschreven wanneer een kind bekwaam is? Kunt u daar desgevallend iets aan doen?
Wanneer een kind langere tijd is opgegroeid in een pleeggezin en zeker vanaf erg jonge leeftijd, en het nadien weer wordt toegewezen aan de wettelijke ouders, hoe ziet u dan het contactrecht tussen het kind en de ouders bij wie het kind lange tijd heeft verbleven?
Mevrouw Van den Bossche, we delen dezelfde bekommernis, namelijk dat de pleegzorgsituatie op de best mogelijke manier verloopt. Het betekent dat ook de contacten met de pleegzorgdiensten en tussen pleegouders en natuurlijke ouders op de best mogelijke manier verlopen. Dat vraagt een goede afbakening van rechten en plichten, maar we weten allemaal dat dat federale materie is.
Er liggen diverse wetsvoorstellen voor aan de overkant van de straat. We hopen allemaal dat op korte termijn werk kan worden gemaakt van een wettelijke regeling, zodat uw vragen al voor een stuk opgelost zouden zijn. Ik was een beetje verwonderd dat die vraag hier op de agenda stond, want die verwacht je eigenlijk aan de overkant.
In zoverre we ter zake iets zouden kunnen doen, hebben we dat ook wel geprobeerd met het decreet Pleegzorg, waarin uitdrukkelijk staat dat een dienst voor pleegzorg in het kader van de vergunningsvoorwaarden moet instaan voor een naadloze overgang bij het beëindigen van pleegzorg voor de pleegkinderen of de pleeggasten, de gezinnen waarvan de ouders of de wettelijke vertegenwoordigers van de pleegkinderen of de pleeggasten deel uitmaken, pleegzorgers en pleeggezinnen en dat er een passende nazorg moet worden geboden voor al die verschillende betrokkenen. Dat hebben we enkel kunnen doen binnen de opdrachtomschrijving van de diensten voor pleegzorg en niet voor enige afbakening van een hoorrecht of rechten of plichten voor pleegouders of natuurlijke ouders. Vaak gaat het over vrijwillige pleegzorg, en u weet dat die sowieso kan worden beëindigd.
Wat we konden doen, hebben we gedaan. Ik ga ervan uit dat het op een goede manier wordt opgevolgd door de pleegdiensten. Met betrekking tot het contractrecht zijn er bepalingen in het burgerlijk wetboek, die eventueel afdwingbaar zijn voor de familierechtbank wanneer ze niet vrijwillig worden uitgevoerd. Maar ook dat is voer voor bespreking aan de overkant.
Minister Vandeurzen heeft het woord.
Mevrouw Van den Bossche, u maakt terecht een onderscheid tussen een situatie waarin een gerechtelijke jeugdhulpmaatregel werd opgelegd en de vrijwillige jeugdhulp. Het is uiteraard de exclusieve bevoegdheid van de betrokken jeugdrechter wanneer er een vordering is ingesteld door het openbaar ministerie om een beslissing te nemen, een gerechtelijke maatregel op te leggen of te herzien. In deze situatie is de federale regelgeving over het hoorrecht van minderjarigen van toepassing en moet de jeugdrechter de minderjarige die de leeftijd van 12 jaar heeft bereikt oproepen om te worden gehoord.
Op het moment dat de vrijwillige jeugdhulpverlening eindigt, kan het Ondersteuningscentrum Jeugdzorg de Procureur des Konings vragen een vordering in te stellen tot een gerechtelijke jeugdhulpmaatregel. De beslissing om een vordering in te stellen behoort evenwel exclusief toe aan de procureur des Konings. Op dit ogenblik bestaat er in het kader van de vrijwillige jeugdhulp geen blokkaderecht van de pleegouders of het pleegkind wanneer de vrijwillige jeugdhulpverlening, ondanks de inspanningen van de diensten, bruusk eindigt omdat de verdere instemming wordt geweigerd en er geen gerechtelijke jeugdhulpmaatregel werd opgelegd.
Algemeen kunnen we stellen dat het decreet betreffende de rechtspositie van de minderjarige in de integrale jeugdhulp en het decreet Integrale Jeugdhulp uitgaan van de participatiegedachte. Beide decreten regelen dat een minderjarige inspraak heeft in de besluitvorming met betrekking tot de jeugdhulpverlening en zich met betrekking tot de uitoefening van zijn rechten kan laten bijstaan door een vertrouwenspersoon. Dat geldt dus voor beslissingen over plaatsing of, zoals in dit geval, over terugplaatsing of hereniging bij de ouders. Mevrouw Schryvers heeft aangegeven hoe het in het decreet Pleegzorg is bekeken.
Het is misschien aan de overkant, maar dat belet niet dat ik het er eigenlijk wel mee eens ben. Collega’s die veel rond pleegzorg hebben gewerkt, zullen het ook beamen. We horen regelmatig van pleegouders dat er daarvoor toch iets zou moeten worden geregeld.
Het recht op contact en het statuut van de pleegouder is inderdaad een federale materie. Als een kind in contact wil blijven met de pleegouders of als de pleegouders contact willen houden met het pleegkind en er is geen vrijwilligheid mogelijk, kan de burgerlijke rechter op basis van een bijzondere affectieve band een contactrecht toestaan. De burgerlijke rechter stelt hierbij steeds het belang van de minderjarige centraal.
Het is belangrijk dat het verkrijgen van een dergelijk contactrecht gemakkelijker wordt door een vermoeden van een bijzondere affectieve band bij langdurig perspectiefbiedende pleegzorg in te schrijven. Het inschrijven van het vermoeden van een affectieve band tussen pleegouders en pleegkind en de mogelijkheid van een blokkaderecht voor de pleegouders, zijn voorstellen die wij hebben overgemaakt aan de minister van Justitie. Dat wil ik naar aanleiding van uw vraag nog eens uitdrukkelijk stellen, in de hoop dat de federale overheid werk kan maken van het statuut van de pleegouder.
Mevrouw Van den Bossche heeft het woord.
Minister, ik dank u voor uw antwoord.
De vraag om uitleg is afgehandeld.