Verslag vergadering Commissie voor Bestuurszaken, Binnenlands Bestuur, Inburgering en Stedenbeleid
Verslag
De heer De Bruyn heeft het woord.
Voorzitter, ik ben blij dat ik na herdeliberatie mijn vraag hier toch mag stellen. Ik begrijp de verwarring. Een van uw bevoegdheden is Gelijke Kansen, minister, het was niet direct duidelijk waar mijn vraag zou terechtkomen.
Collega’s, er wordt wel eens gezegd dat er geen zekerheden meer zijn. Wel, ook de vrij strikte indeling man/vrouw staat op de helling. Er beweegt tussen hemel en aarde wel wat meer dan alleen maar man/vrouw, vooral wat betreft de beleving van genderidentiteit en -expressie.
Dit is misschien nieuw voor deze commissie, maar vanuit Gelijke Kansen en zeker vanuit Welzijn zijn we daar al langer mee begaan. Het heeft ook impact op Bestuurszaken, de overheid gebruikt nog altijd de klassieke aansprekingen of keuzemogelijkheden als ze zich tot de burger richt. De internationale tendens komt daar wat van terug. Ik hou hier geen pleidooi om dat helemaal en overal overboord te gooien, maar ik ondersteun de internationale tendens om daar omzichtiger mee om te gaan. Trouwens, dat ligt in de lijn van het beleid van de minister.
Recent hebt u aangekondigd, minister, dat de Vlaamse overheid bij de bekendmaking van haar vacatures de obligate M/V zal weglaten. Ze zal aangeven dat niet iemands herkomst, niet iemands identiteit belangrijk is, maar zijn kwaliteit moet tellen en moet kunnen leiden tot tewerkstelling bij de Vlaamse overheid.
We hebben eerder al gezien dat in Groot-Brittannië – toch geen klein land – de overheid het initiatief heeft genomen om naast de gangbare aansprekingen ‘Mr’, ‘Mrs’ of ‘Ms’ ook een genderneutrale vorm te hanteren. We zagen bij ons al de Chiro, geen onbelangrijke middenveldorganisatie, die dat signaal gaf. De academische wereld met de Karel De Grote-hogeschool zoekt een manier om met die ruimere diversiteit om te gaan.
Minister, naast het genderneutraal maken van de vacatures van de Vlaamse overheid, denkt u aan nog andere initiatieven binnen uw bevoegdheid Bestuurszaken?
Lijkt het u aangewezen om daar ook de lokale overheden bij te betrekken, alsook uw federale collega’s?
Minister Homans heeft het woord.
Dank u, collega De Bruyn, voor uw vragen. Ze hadden inderdaad evengoed kunnen worden gesteld in de commissie Gelijke Kansen, maar er is een link met Bestuurszaken, zeker in het kader van de voorbeeldfunctie die de Vlaamse overheid moet vervullen. Het is belangrijk om in het begin van mijn antwoord te stellen dat genderneutraliteit moet worden geplaatst binnen de algemene neutraliteit van de Vlaamse overheid tout court.
Een belangrijk zinnetje in het kader van uw vraag, dat is opgenomen in het regeerakkoord stelt: "We waken erover dat dienstverlening van de Vlaamse overheid aan de burgers neutraal is en als neutraal ervaren wordt." Vooral dat laatste stukje is belangrijk in het antwoord op uw vraag. Het staat op pagina 41 van het Vlaams regeerakkoord.
We ondernemen een aantal concrete acties in verband met genderneutraliteit, bijvoorbeeld op het vlak van communicatie, maar ook op vlak van sensibilisering, versterking van competenties en allerlei administratieve processen. Bijvoorbeeld vacatures en functieprofielen worden systematisch gescreend op neutraal taalgebruik. Ik erger me soms ook dood dat een minister altijd een ‘hij’ is, en men het heeft over ‘zijn’ bevoegdheid. We screenen dat nu systematisch vanuit de Vlaamse overheid op neutraal taalgebruik.
Daarnaast investeren we volop in het opleiden en trainen van personeelsleden op het vlak van gelijke kansen, gelijkwaardige behandeling en neutraliteit. Bijvoorbeeld elke rekruterings- en selectiemedewerker van het dienstencentrum Rekrutering en Selectie neemt deel aan de opleiding over diversiteitsbeleid en antidiscriminatiewetgeving van het Interfederaal Gelijkekansencentrum. Dan hebben ze een technische bagage om te kunnen omgaan met en werken in specifieke omstandigheden.
Zeer recent hebben we ook alle personeelsformulieren gescreend op genderneutrale ouderbepalingen. De weinige verwijzingen naar ouders die er nog zijn, worden nu neutraal weergeven als ouder 1 en ouder 2. Dus ook personeelsleden met twee moeders of twee vaders of wat dan ook, vinden hier een objectieve, genderneutrale formulering. Ik denk dat we als Vlaamse overheid hier een voorbeeldfunctie kunnen vervullen, ook naar de lokale besturen en andere bedrijven. Ik denk dat we dat ook goed doen.
– Marnic De Meulemeester treedt als voorzitter op.
Een laatste voorbeeld vinden sommige collega's misschien niet zo belangrijk, maar het leeft wel binnen de wereld van de holebi's en de transgenders, namelijk het probleem van de toiletten. Wij hebben met de Vlaamse diversiteitsambtenaar in overleg met het facilitair bedrijf gekeken hoe we de problematiek rond de genderneutrale toiletten kunnen aanpakken. Voor de transgenders bij de Vlaamse overheid zouden de genderneutrale toiletten een meerwaarde betekenen in heel hun proces van transitie dat ze moeten doormaken en in hun welbevinden op de werkvloer. Ook hier kan ik u melden dat we tot een neutrale oplossing zullen komen. Hierbij trachten wij de haalbaarheid voor de organisatie en het welbevinden van de personeelsleden te verenigen. Dat is natuurlijk belangrijk. Ik heb u al gezegd bij aanvang van dit stukje van het antwoord dat sommige collega's dat misschien niet belangrijk vinden, maar het is net een van de grote problemen waar transgenders mee te maken hebben. Werken wij eraan? Ja. hebben wij een voorbeeldfunctie? Ja.
U vraagt of ik de lokale besturen zal betrekken bij dit initiatief, en op welke wijze. In het ontwerp van Strategisch Gelijkekansen- en Diversiteitsplan 2016-2020 van de Vlaamse overheid, dat nog moet worden goedgekeurd door de Vlaamse Regering, zet de Vlaamse diversiteitsambtenaar in op de uitwisseling van expertise over diversiteit en gelijke kansen met de lokale besturen. Dat is een van de belangrijkste speerpunten in dit plan. Het zal u te gepasten tijde worden overgemaakt. Het is in ieder geval een van de speerpunten van de Vlaamse diversiteitsambtenaar. Ik denk niet zozeer dat wij als Vlaamse overheid alleen het goede voorbeeld moeten geven, maar er zijn ook zeer goede lokale praktijken waar wij als Vlaamse overheid en ook bedrijven van kunnen leren, en waarbij we elkaar vooral kunnen voeden. Het is zeer goed dat dat in het gelijkekansen- en diversiteitsplan is opgenomen.
Ik kan u zeggen dat wij als Vlaamse overheid veel verder staan dan de federale overheid wat dit betreft. Ook de expertise die wij hebben opgebouwd binnen de Vlaamse administratie is veel groter dan diegene die bestaat op het federale niveau. Als Vlaamse overheid hebben spontaan aangeboden aan de federale collega's om die expertise te delen. Zo heeft bijvoorbeeld onze Vlaamse diversiteitsambtenaar een expertenrol gekregen in de stuurgroep diversiteitsmanagement bij Selor, het federale rekruteringsagentschap. Ze zijn heel blij dat ze van die expertise gebruik kunnen maken. Ik wil dus uiteraard overleggen met de federale collega's, maar ik denk dat we beter al onze expertise ten dienste stellen van hen en dat ze er gebruik van kunnen maken, dan het zoveelste overleg aan te gaan, want ik denk dat ze echt nog heel veel van de Vlaamse overheid kunnen leren.
De heer De Bruyn heeft het woord.
Minister, ik wil u danken voor uw omstandig antwoord. Ik ben het ondertussen gewoon dat bij een dergelijke vraag collega’s die er minder vertrouwd mee zijn, wat gniffelen en lachen. Ik vind dat op zich niet erg omdat ik hoop en omdat ik weet dat dat niet meer dan dat is. Er is toch wel altijd een beetje de vrees over hoe ze reageren als zij plots tegenover een burger staan die hen op een moeilijkheid wijst. Ik hoop dat dan het juiste begrip kan worden opgebracht. Met de grapjes kan ik leven, ervan uitgaande dat het niet meer dan dat is en op het ogenblik dat ze voor hun verantwoordelijkheid geplaatst worden, ze die ook wel degelijk nemen. Dit maar zijdelings.
Wat de inhoud van uw antwoord betreft, geeft u terecht aan dat wij in Vlaanderen expertise hebben opgebouwd de voorbije jaren. U hebt daar het voorbije jaar voor een belangrijk deel aan bijgedragen. Ik denk dat het goed is om die expertise ter beschikking te stellen aan het federale niveau. Ik ben ook zeer tevreden, hoewel het aanvankelijk niet bij mij was opgekomen, dat het samenwerken met de lokale overheden uiteraard tweerichtingsverkeer moet zijn. Ik wil absoluut niet uitsluiten dat op het lokale niveau al goede praktijken bestaan en dat het prettig is dat de Vlaamse overheid als overkoepeling en de lokale overheid elkaar vinden.
Ik zou graag een kopie krijgen van het lijstje van concrete voorbeelden, want het ging erg snel waardoor ik ze niet allemaal heb kunnen noteren. Ik dank u voor uw uitgebreid antwoord.
De vraag om uitleg is afgehandeld.