Verslag vergadering Commissie voor Landbouw, Visserij en Plattelandsbeleid
Vraag om uitleg over preventiemaatregelen in het kader van het blauwtongvirus
Verslag
De heer De Meyer heeft het woord.
Voorzitter, minister, collega’s, ons land is na de grote uitbraak van het blauwtongvirus in de periode 2006-2010 nu volledig vrij van het virus, maar de kans is toch reëel dat het virus opnieuw opduikt bij ons of in de buurlanden, want er zijn ondertussen weer uitbraken vastgesteld in Roemenië, Bulgarije en Griekenland. Waakzaamheid blijft geboden, en maatregelen moeten misschien worden overwogen.
Een vaccinatiecampagne voor herkauwers – schapen, geiten, runderen – zou de ziekte kunnen afblokken, want de verspreiding op zich vermijden is zo goed als onmogelijk, vermits het virus door kleine muggen wordt overgebracht. Ook de handel in vee binnen de Europese Unie is een risicofactor.
Ondertussen zijn in het voorjaar van 2014 ook virusbesmettingen vastgesteld bij Oekraïense varkens. Het gaat om porcine epidemic diarrhea (PED), een virus dat een zeer besmettelijke en dodelijke diarree kan veroorzaken bij varkens. Een vingerhoedje mest van een besmet varken zou voldoende zijn om de hele Belgische varkensstapel te besmetten, met desastreuze gevolgen voor de getroffen dieren en bedrijven. Ook voor dit virus is de veehandel een risicofactor. Het kan worden overgebracht via vrachtwagens, maar ook op schoenen of kledij van reizigers.
Minister, hoewel diergezondheid een federale materie is, is het effect van mogelijke besmettingen op de Vlaamse veeteelt zo ingrijpend dat ik u wil vragen hoe het departement omgaat met deze problematiek. Hebt u overleg gehad met uw federale collega bevoegd voor voedselveiligheid over de mogelijke insluip van besmettelijke virussen in de Vlaamse veeteelt? Zo ja, welke afspraken zijn er gemaakt? Gebeurt er systematisch overleg over rundveehouderijhygiëne en voedselveiligheid tussen de federale minister, het Federaal Agentschap voor de Veiligheid van de Voedselketen (FAVV) en de Vlaamse minister van Landbouw zodra er wordt gewaarschuwd voor het opduiken van mogelijke besmettingen van vee in de Europese Unie? Zo ja, welke signalen worden er gebruikt als start voor het overleg? Zo neen, wanneer vindt er wel overleg plaats? Voor blauwtong adviseren wetenschappers van het FAVV een algemene vaccinatiecampagne zodra er een uitbraak komt in een zone van 700 kilometer rond Brussel. Zal dat advies worden gevolgd? Wordt bij een uitbraak binnen deze zone ook een Vlaamse informatiecampagne voor de veetelers en veeartsen gestart? Wordt dit besproken in de Europese Raad van landbouwministers? De varkensteelt in Vlaanderen is intensiever dan in de rest van het land. Worden op termijn specifieke maatregelen rond PED in Vlaanderen overwogen?
Mevrouw Joosen heeft het woord.
Recent deed zich een uitbraak voor van het blauwtongvirus serotype 4 in Zuidoost-Europa bij schapen, geiten en runderen. Het wetenschappelijk comité van het FAVV werd met spoed om een advies gevraagd. In dat advies worden de migratie van muggen en de handel in herkauwers als grootste risicofactoren aangegeven. De kans is reëel dat blauwtong opnieuw zal opduiken in onze regio, mogelijk eind 2015 of in de loop van 2016.
Het wetenschappelijk comité is van mening dat de huidige passieve en actieve surveillance voldoet. Wel wordt er aangeraden om ook veehouderijen die in de buurt van belangrijke introductieplaatsen liggen, op te nemen in de actieve surveillance en die niet enkel tijdens de wintermaanden, maar ook tijdens de rest van het jaar uit te voeren.
Uit de vorige uitbraak van blauwtong hebben we lessen kunnen trekken. Vaccinatie bleek een effectieve maatregel te zijn om uitbraak te voorkomen en te bestrijden. De wetenschappers van het FAVV adviseren daarom een algemene vaccinatiecampagne bij schapen, geiten en runderen zodra er melding is van een uitbraak binnen een zone van 700 kilometer rond Brussel. Men moet een voldoende hoge vaccinatiegraad bereiken om een verspreiding binnen België te voorkomen.
Minister, hoe kijkt u aan tegen de dreiging van het blauwtongvirus en de mogelijke gevolgen voor de sector? Zult u overleg plegen met de federale overheid betreffende een algemene vaccinatiecampagne?
Minister Schauvliege heeft het woord.
Dit is inderdaad een problematiek die we goed moeten opvolgen. Jullie hebben het gezegd: dit is een belangrijke federale bevoegdheid en dat wordt sterk opgevolgd door het FAVV, omdat het om virale ziektes gaat. Ook Dierengezondheidszorg Vlaanderen (DGZ) en het Centrum voor Onderzoek in Diergeneeskunde en Agrochemie (CODA) zijn daarbij betrokken. Veterinaire aspecten in de veehouderij worden door het FAVV behandeld. Via het wetenschappelijk comité wordt ook het Instituut voor Landbouw- en Visserijonderzoek (ILVO) onrechtstreeks betrokken bij de problematiek.
Wil dat zeggen dat we dat niet opvolgen? Uiteraard niet. Voor ons moet dat goed worden opgevolgd. We houden het natuurlijk nauwlettend in het oog, zeker omdat we uit het verleden weten dat grote schade kan optreden. Ik verwijs naar het blauwtongvirus dat we in 2006 en 2007 hebben gekend.
Vaccinatie op vrijwillige basis in de periode 2008 tot 2010, heeft tot goede resultaten geleid. Er is dus geen systematisch overleg met het FAVV, maar er zijn wel contacten met het ILVO, dus met het wetenschappelijk comité. We zijn op de hoogte van het besmettingsgevaar via deze weg.
Er bestaat inderdaad een dreigingsgevaar komend uit Zuidoost-Europa. Het betreft het serotype 4. In België is op dit ogenblik alleen een vaccinatie tegen de serotypes 1 en 8 toegelaten. Daarom heb ik dit punt geagendeerd op het eerstkomend overleg van de gewesten en de federale overheid, eind deze maand. Ik zal de federale overheid vragen om daar een stand van zaken te schetsen en te bekijken welke conclusies daaraan moeten worden verbonden.
Als het federaal agentschap de vaccinatiecampagne wijzigt, zal men dit communiceren en zal onze voorlichtingsdienst de informatie integreren in de studiemomenten die bijvoorbeeld voor de veehouderij worden georganiseerd. Via het beleidsdomein Landbouw en Visserij en de beroepsorganisaties worden de varkenshouders, veevoederleveranciers, handelaars, slachthuizen en andere actoren geïnformeerd en gesensibiliseerd om strikte hygiënemaatregelen in acht te nemen. Een zeer hoge bioveiligheid is nog altijd het beste middel om problemen te voorkomen. In dit verband wordt veel aandacht geschonken aan het reinigen en ontsmetten van vrachtwagens en aan het ontsmetten van schoenen en kledij. Grote discipline kan besmetting voorkomen.
Het probleem is dus geagendeerd op het overleg met de federale overheid en het wordt allemaal opgevolgd in het veiligheidsoverleg en ook het wetenschappelijk comité doet dat. Het probleem baart ons zorgen, en daarom hebben we het initiatief genomen om de zaak te agenderen. Als er een initiatief inzake vaccinatie moet worden genomen, dan zal dat door het federale agentschap gebeuren.
Minister, ik dank u voor het antwoord. Uiteraard moeten we niet panikeren als dat niet nodig is. Dat is evident. Laten we hopen dat de vermelde ziektes ons land niet bereiken. U hebt gelijk dat dit in de eerste plaats een federale materie is. We weten allemaal dat de gevolgen voor de Vlaamse land- en tuinbouw zijn, en voor de landbouw in het bijzonder. Het is erg belangrijk dat het probleem is geagendeerd op het overleg tussen de gewesten en de federale overheid. Mijn fundamentele, achterliggende vraag is eigenlijk deze: bestaat er een vorm van automatisme op het vlak van het overleg wanneer dergelijke problemen rijzen? Of wordt daarover pas overlegd wanneer de Vlaamse minister vraagt om het punt te agenderen? Of is het de federale minister die het punt agendeert?
Misschien maak ik het ingewikkeld wanneer ik voorstel om op dat vlak te overwegen een protocol uit te werken, zodat de administraties weten in welke omstandigheden er automatisch moet worden overlegd. Of ga ik te ver? Persoonlijk zou ik dat niet onverstandig vinden.
Ik dank u voor het uitgebreide antwoord. Ik ben erg blij dat u het probleem ter harte neemt. De prognose heeft het over eind 2015, begin 2016, wat betekent dat we nog tijd hebben. Ik hoop dat we die tijd zinvol gebruiken om de schade zo veel mogelijk te beperken.
Mijnheer De Meyer, er bestaat geen procedure waardoor men automatisch en systematisch in actie komt wanneer zich problemen voordoen. De ervaring leert wel dat in dergelijke gevallen onmiddellijk contact wordt opgenomen, van beide kanten. Zo heeft de federale overheid onlangs nog onmiddellijk laten weten welke maatregelen worden genomen met betrekking tot de vogelgriep. De contacten verlopen vlot, maar het is misschien goed dat we op het volgende overleg nagaan of er vaste afspraken moeten worden gemaakt. U verwoordde daar een goede suggestie, al moeten we ervoor zorgen dat we het niet al te formeel aanpakken, want dat zou ertoe kunnen leiden dat alles wat trager zal verlopen. Vandaag loopt het goed, op een eerder informele manier.
Ik dank u voor uw tweede antwoord. Ik ben het met u eens, minister.
De vragen om uitleg zijn afgehandeld.