Verslag vergadering Commissie voor Leefmilieu, Natuur, Ruimtelijke Ordening en Energie
Verslag
– Een aantal sprekers nemen mogelijk deel via videoconferentie.
De heer Vandenhove heeft het woord.
Minister, ik heb een vraag over de aanwezigheid van edelherten in Limburg. Vooral in Noord-Limburg maakt men zich daar nogal wat zorgen over. Sommigen beginnen het al te vergelijken met de wolf, hoewel het zeker en vast niet van dezelfde orde of grootteorde is.
Het edelhert is een inheemse soort, maar is al eeuwenlang verdwenen uit onze streek. Een tiental jaar geleden doken ze weer op, vermoedelijk nadat een aantal dieren ontsnapt was bij hobbykwekers in de streek. Sindsdien is hun populatie aangegroeid tot vermoedelijk zo’n vijftig herten.
Zoals ik al zei, leidt de aanwezigheid van de edelherten tot ongerustheid in de landbouwsector en bij de landbouwers. Zij vrezen dat de dieren de akkers zouden plunderen in hun zoektocht naar voedsel. Volgens de coördinator van GrensPark Kempen-Broek wordt er momenteel nauwelijks aan beheer van de populatie gedaan. Af en toe worden wel enkele dieren doodgeschoten als ze te veel landbouwschade veroorzaken. Dat moet de edelherten dan een tijdje afschrikken. Het compensatiemechanisme om schade door wilde dieren te vergoeden, is volgens de getroffenen te omslachtig.
Om beter zicht te krijgen op de populatie en dus ook op de te nemen beheermaatregelen, wil het grenspark de dieren gaan tellen. Ze hebben daarbij ook de hulp ingeroepen van het Instituut voor Natuur- en Bosonderzoek (INBO). De bedoeling is om alle betrokkenen – landbouwers, jagers, de natuursector en de gemeenten – samen te zetten en de nodige afspraken te maken voor het beheer van de edelhertenpopulatie.
Ik heb daarover de volgende vragen, minister. Bent u van oordeel dat de aanwezigheid van edelherten in Limburg een probleem vormt, onder andere voor de landbouw en de verkeersveiligheid in de streek?
Bent u betrokken bij het overleg over het beheer van de populatie? Zo ja, welke standpunten neemt u daar als minister in?
Bent u van oordeel dat het systeem om schade te vergoeden, voldoende duidelijk en eenvoudig is? Welke aanpassingen zijn er eventueel mogelijk? Zult u een initiatief nemen om de regelgeving te wijzigen en te verbeteren?
Minister Demir heeft het woord.
Net zoals dat geldt voor heel wat andere soorten, kan de aanwezigheid van edelherten een risico op schade inhouden. Vanwege hun voedingspatroon kunnen zij schade aanrichten aan gewassen. Bij grote aantallen edelherten kan het graasgedrag op weiden eveneens impact hebben. En tot slot kan er in sommige perioden van het jaar ook een impact zijn op houtige gewassen, wat dan gevolgen heeft voor bosverjonging of de teelt van bomen en struiken.
Vanwege hun sociale gedrag migreren edelherten doorheen een groot leefgebied. Daarbij steken ze – in bepaalde perioden meer dan andere – ook wegen over. En dat brengt natuurlijk een risico op verkeersongevallen met zich mee. Het risico op verkeersongevallen of schade aan landbouwgewassen moeten we maximaal zien te vermijden.
Ik word via mijn administratie, het Instituut voor Natuur- en Bosonderzoek en het Agentschap voor Natuur en Bos (ANB) betrokken bij het overleg. Mijn administratie geeft in dat overleg de nodige ondersteuning om alle partners wegwijs te maken in het wettelijke en administratieve kader, het gedrag van edelherten en de mogelijkheden en beperkingen van beheer en preventie. Het standpunt dat we laten innemen, is altijd om via dialoog te komen tot een gezamenlijk plan van aanpak met alle partners voor preventie en beheer. Mijn diensten staan zoals steeds paraat om daarbij de nodige ondersteuning te bieden.
Daarnaast wordt er ook contact opgenomen met Nederland, om te bekijken hoe we met dergelijke situaties moeten omgaan. Het edelhert is een inheemse soort, maar toch is het niet helemaal duidelijk vanwaar de edelherten in Kempen-Broek komen. Mogelijk zijn ze ontsnapt bij private kwekers of elders. Het is belangrijk dat we hier samen goede afspraken rond maken en met elkaar afstemmen, om tijdig te kunnen anticiperen op de mogelijke gevolgen.
Het wettelijke kader rond schadevergoeding is voldoende duidelijk. Het verkrijgen van een administratieve schadevergoeding vanuit de Vlaamse overheid is mogelijk na het nemen van wettelijk verankerde preventieve maatregelen en voor zover het populatiebeheer om de schade te voorkomen, niet kan of toegelaten was door een beslissing van de Vlaamse overheid.
In alle andere gevallen loopt de schadevergoeding via de gewone rechtsregels. Dat is voor edelherten uitdrukkelijk beschreven in artikel 24 van het Jachtdecreet. De principes lijken mij logisch.
Verder zullen we blijven inzetten op een beleid met drie pijlers die een duurzaam samenleven met wilde dieren mogelijk moeten maken: sensibilisering, preventie en ten slotte beheer als cruciaal sluitstuk. Dat geldt ook voor het edelhert.
De heer Vandenhove heeft het woord.
Minister, dank u wel voor uw antwoord. U hebt alleszins bij mij de ongerustheid voor een stuk weggenomen, want, rekening houdend met het verhaal van de wolf, moeten we inderdaad opletten dat het edelhert, ook al weet ik niet hoe het precies in Oost-Limburg en aan de grens met Nederland is terechtgekomen, op een natuurlijk manier – en de natuur dan sterk benadrukken – beheerst en opgevolgd wordt. Het is belangrijk dat we daarover zeker en vast geen indianenverhalen krijgen zoals we soms nog al eens krijgen rond de wolf, en dat we daarrond samenwerken, dat er met alle mogelijke instanties wordt gekeken hoe de eventuele overlast zo goed als mogelijk kan worden aangepakt, maar natuurlijk zonder dat er vreselijke taferelen moeten gebeuren met die betrokken dieren.
Minister Demir heeft het woord.
Collega Vandenhove, dank u wel. Ik zie een mooie achtergrond, wel nog geen blaadjes aan de bomen. Ik vind ook dat dat lang duurt, bij mij thuis ook.
Dat geheel terzijde, mijn diensten zijn bezig om op het terrein de verschillende actoren samen te brengen en tot een gedragen beheer te komen. Wij zullen hier, zowel in Vlaanderen, maar ook in Nederland, omdat het de grensregio betreft, de nodige mensen samenbrengen, want ik denk dat we dat gezamenlijk moeten gaan aanpakken om de veiligheid te garanderen en de schade maximaal te beperken. Op die manier kunnen we dan ook tot een gedragen oplossing komen. Samenwerking is belangrijk. In die zin ga ik ermee akkoord dat we Nederland ook meenemen.
De heer Vandenhove heeft het woord.
Dank u wel voor het antwoord, minister. Dat volstaat.
De vraag om uitleg is afgehandeld.