Verslag vergadering Commissie voor Cultuur, Jeugd, Sport en Media
Verslag
De heer De Roo heeft het woord.
Minister, 5G biedt tal van kansen voor innovatieve toepassingen in Vlaanderen. In juni 2022 vond de veiling van de licenties voor het 5G-netwerk in België plaats, maar sindsdien is het onduidelijk hoe de inkomsten uit die veiling precies zullen worden verdeeld tussen het federale niveau en de gemeenschappen. Die middelen worden bij gebrek aan een akkoord geblokkeerd. Pas wanneer er duidelijkheid is over de verdeling, kunnen de middelen van de veiling ingezet worden, bijvoorbeeld om innovatieve toepassingen te ontwikkelen.
De verdeling van de eenmalige opbrengsten en de jaarlijkse opbrengsten van de veiling met een groter aandeel voor de gemeenschappen werd reeds verschillende malen besproken binnen het Overlegcomité. Er werd in 2021 ook afgesproken dat rekening zou worden gehouden met het belang van media in het frequentiegebruik.
Minister, ik heb dan ook een aantal vragen voor u. Wat is de stand van zaken van de gesprekken in het Overlegcomité over de verdeling van de opbrengsten van de 5G-veiling? Werd er intussen een akkoord bereikt? Kunt u daar iets meer uitleg over geven? En wat is tot slot de stand van zaken van de uitrol van 5G in Vlaanderen?
Minister Dalle heeft het woord.
Dank u voor uw vraag, collega De Roo. Sta me toe eerst de historiek van het dossier nog eens kort in herinnering te brengen. Het Overlegcomité zette op 24 november 2021 het licht op groen voor de veiling van de verschillende frequentiepakketten. Op dat Overlegcomité werd toen ook het volgende beslist: “Het Overlegcomité start de bespreking over de verdeling van de opbrengsten met een groter aandeel voor de gemeenschappen in de verdeling van de eenmalige en jaarlijkse opbrengsten van de veiling van het spectrum voor mobiele breedband in mei 2022 en beoogt om een akkoord te bereiken voor het einde van het jaar 2022 over de verdeelsleutel tussen de federale staat en de gemeenschappen. Daarbij wordt rekening gehouden met het belang van media (wat een gemeenschapsbevoegdheid is) in het frequentiegebruik en dat de financiering van het BIPT niet in gedrang komt. Bij ontvangst van de eenmalige opbrengsten zullen deze op een rekening geblokkeerd worden. Het overschot dat het BIPT jaarlijks doorstort naar de thesaurie (waar deels de jaarlijkse opbrengsten in verwerkt zijn) zal op dezelfde rekening geblokkeerd worden. De gelden op deze rekening zullen verdeeld worden van zodra er een akkoord gevonden kan worden. Indien de gemeenschappen onderling nog geen akkoord hebben bereikt nadat de verdeelsleutel tussen de federale staat en de gemeenschappen is bepaald, dan kan het federale aandeel reeds vrijgegeven worden van de rekening.”
Dat was een belangrijke stap, omdat we op die manier enerzijds hebben gezegd dat de ontwikkeling van 5G voluit kan doorgaan. En anderzijds dringen we ook aan op de uitvoering van het Vlaamse regeerakkoord, en trouwens ook het federale regeerakkoord, waarin bij de verdeling rekening wordt gehouden met het wat ons betreft aanzienlijk grotere aandeel voor de gemeenschappen.
Het Belgisch Instituut voor Postdiensten en Telecommunicatie (BIPT) sloot op 20 juli 2022 de belangrijkste fase van de radiospectrumveiling af. Vijf operatoren namen deel aan de veiling en konden elk een deel van het radiospectrum verwerven, waarmee ze het mobiele telecomlandschap in ons land zullen bepalen voor de komende twintig jaar. Na aftrek van de veilingkosten leverde de veiling in totaal meer dan 1,4 miljard euro op aan eenmalige heffingen voor een periode van twintig jaar.
Na de succesvolle veiling zijn er meerdere besprekingen geweest tussen de federale overheid en de gemeenschappen over de verdeling van de opbrengsten. Tot op heden werd evenwel nog geen akkoord bereikt. Wat wel opmerkelijk is in dit dossier, is dat we het tussen de drie gemeenschappen op elk moment van het traject met elkaar eens waren en dat er altijd consensus was tussen de gemeenschappen, trouwens ook met gemeenschappelijke briefwisseling die aan de federale overheid bezorgd is. We hebben ook regelmatig overleg gehad met de bevoegde minister, federaal collega De Sutter.
We gaan er zeker niet geraken als iedereen blijft kamperen op het eigen grote gelijk. Een akkoord zal enkel worden gevonden als er een redelijk initiatief wordt genomen dat de uitgangspunten van alle partners rond de tafel respecteert. Daarom hebben wij in de loop van de onderhandelingen met collega De Sutter een voorstel op tafel gelegd dat een uitweg moet bieden uit de blokkering en dat rekening houdt met de posities van alle betrokken partijen. Dat is voor alle duidelijkheid een compromisvoorstel. Ons uitgangspunt ging uit van een omkering van de 80/20-verdeling richting 20/80. Dat was ons uitgangspunt. Maar wij hebben een redelijk voorstel op tafel gelegd. Op mijn initiatief hebben de drie gemeenschappen dat voorstel ook naar het Overlegcomité van 28 februari jongstleden gebracht.
We zijn in ons voorstel uitgegaan van de methodiek die bij de vorige verdeling in 2013 werd toegepast, te weten een getrapt systeem waarbij een percentage werd afgesproken onder het geraamde bedrag en anderzijds ook een percentage boven het geraamde bedrag van de opbrengst. Concreet is ons voorstel voor de eenmalige heffingen om een verdeelsleutel te hanteren van tweemaal 50 procent tot het ramingsbedrag van 779 miljoen euro. Dat houdt het midden tussen het oorspronkelijke standpunt van de federale overheid van een 80/20-verdeling en onze houding van 20/80. En daarnaast was het voorstel 35 procent voor de federale overheid en 65 procent voor de gemeenschappen boven het ramingsbedrag. Dat houdt opnieuw het midden tussen het oorspronkelijke akkoord van 50/50 boven het ramingsbedrag en onze visie van 80/20 in het voordeel van de gemeenschappen. Het gaat dus twee keer om een compromisstandpunt. Voor de jaarlijkse heffing stellen we een 50/50-verdeling voor, ook om rekening te houden met een aantal recurrente kosten van het BIPT, zeker die die gelinkt zijn aan de spectrumveiling.
Die verdeling zou om de zeven jaren moeten worden geëvalueerd, in samenwerking met de regulatoren van de diverse overheden. Dat geeft desgevallend de mogelijkheid om een aangepaste berekening voor te stellen in functie van de evolutie in het gebruik van het spectrum. Indien daarover geen akkoord wordt gevonden, blijft de bovenstaande verdeling van kracht, evenals op toekomstige veilingen van gelijkaardige frequenties.
In het voorstel wordt overigens ook rekening gehouden met de verschillende betalingsmodaliteiten en het betaalritme van de operatoren.
Het voorstel bevat trouwens meteen ook al een verdeelsleutel voor de verdeling tussen de gemeenschappen – de vorige keer heeft dat ook nog even geduurd, maar dit zit ook al in het compromisvoorstel – die dezelfde is als de verdeelsleutel bij de vorige 4G-veiling, namelijk 58 procent voor de Vlaamse Gemeenschap, 41 procent voor de Franse Gemeenschap en 1 procent voor de Duitstalige Gemeenschap.
Ik wil graag benadrukken dat dit wat ons betreft een ernstig compromisvoorstel is, wat niet kan worden gezegd van de cijfers uit de studie van Capgemeni, die het percentage media in het gebruik van mobiele data maximaal op 28,2 procent raamt. Als we kijken naar het gewijzigde mediagebruik en de prognoses van Ericsson, die tot 76 procent mediagebruik gaan, of de recente studies van Nokia en de Global System for Mobile Communications (GSMA), dan zien we dat de cijfers uit de Capgeministudie nooit een objectieve basis kunnen vormen voor een akkoord en dat de hoge verwachtingen op het vlak van de adoptie van 5G bij bedrijven niet zullen worden ingelost.
Niemand kan nog ontkennen dat er in de studie voor de periode tot 2030 een duidelijke overschatting zit van het mobiele 5G-datagebruik in een bedrijvencontext, het zogenaamde Internet of Things (IoT), ten voordele van het federale aandeel. Het volstaat in dat verband om te verwijzen naar de recentere studies van Ericsson, Nokia en de GSMA, die met veel lagere inschattingen komen. Voor de periode na 2030 bestaan er trouwens sowieso geen betrouwbare cijfers.
De gesprekken in het Overlegcomité waren een belangrijke nieuwe stap, maar ik kan alleen maar vaststellen dat een akkoord voorlopig uitblijft. De onderhandelingen lopen dus noodgedwongen verder. Het compromisvoorstel van de drie gemeenschappen blijft daarvoor voor Vlaanderen het uitgangspunt.
Voor de meest recente cijfers over de uitrol van 5G in Vlaanderen, moet ik u wel helaas doorverwijzen naar de bevoegde federale collega.
De heer De Roo heeft het woord.
Dank u voor de uitleg en om de historiek nog eens te schetsen. Eind 2022 had er een akkoord moeten zijn. We zijn ondertussen maart 2024 en er is nog steeds geen akkoord. U hebt het voorstel toegelicht dat vanuit onze gemeenschap dan op tafel is gelegd. Ik begrijp dat daar een akkoord is met de Franse Gemeenschap en de Duitstalige Gemeenschap. Dan denk ik dat we inderdaad de onderhandelingstafel niet mogen verlaten door ons te laten afschepen met een ander voorstel, natuurlijk. U hebt het toegelicht, het zit goed ineen, het houdt rekening met heel wat evenwichten. Het houdt ook rekening met de afspraken die zijn gemaakt in het verleden.
Ik heb niet direct een bijkomende vraag, want uw uitleg was duidelijk. Maar ik denk dat het nodig is om dat dossier ook op tafel te blijven leggen, om onze positie binnen het Overlegcomité verder te kunnen handhaven. Uiteindelijk gaat het immers om 1,4 miljard euro aan middelen, weliswaar gespreid over twintig jaar, die dan worden herverdeeld. Het gaat toch over ettelijke miljoenen die ook naar Vlaanderen kunnen komen en die we dan weer kunnen gebruiken om in innovatieve toepassingen, in ondersteuning en in onderzoek en ontwikkeling (O&O) te gaan steken. Dat is toch iets wat we moeten doen.
5G is volop in ontwikkeling. Vorige week werd nog aangekondigd dat HOGENT samen met Citymesh een privaat 5G-netwerk zal uitrollen op een aantal campussen daar. Dat doen ze om daar testen op te gaan doen, om daar een aantal proeven op uit te voeren en om bedrijven daar ook de kans te geven om dat 5G-netwerk, zeker in combinatie met artificiële intelligentie, te gaan gebruiken. Dat is natuurlijk iets waarop we moeten kunnen inzetten en waarop we als regio niet mogen achterblijven. Ik steun u dus volop in uw pleidooi en in de piste die u op tafel hebt gelegd. Ik hoop dat er snel een akkoord kan worden gevonden en dat die middelen effectief op de juiste manier kunnen worden ingezet en niet zomaar blijven vaststaan op een geblokkeerde rekening.
De heer Slootmans heeft het woord.
Dank aan collega De Roo. Het gaat inderdaad niet om een fait divers maar om 1,4 miljard euro. Dat zijn massieve budgetten die we vandaag eigenlijk laten liggen als gevolg van het feit dat er geen akkoord ontstaat bij de federale overheid of het Overlegcomité. Het is bijzonder goed dat de minister, samen met de andere entiteiten, de bazooka van het Overlegcomité heeft bovengehaald, maar tot nader order stellen we vast dat dat geen zoden aan de dijk heeft gebracht, ondanks de deadline van eind 2022, die intussen bijna twee jaar achter ons ligt. In die zin vrees ik dat wij, of dat u een bijzonder grote strategische en naïeve fout hebt gemaakt door die inkomstenverdeling los te koppelen van de veiling zelf. Hadden we dat niet gedaan, dan was de urgentie om tot een akkoord te komen natuurlijk veel groter geweest en hadden we die middelen wellicht al lang in onze begroting kunnen inschrijven. Dat is geen vraag, maar een vaststelling.
Wat ik mij wel afvraag is wat u gaat doen, minister, als de Federale Regering of een aantal federale regeringspartners het been stijf houden. Gaan wij dan wachten tot sint-juttemis tot er een akkoord komt, of gaat u hier, voor de ontbinding van het parlement, nog een breekpunt van maken aan de federale regeringstafel, of beter: bij het Overlegcomité? Anders wordt dit over de verkiezingen getild en is de kans op een akkoord misschien nog enige lichtjaren van ons verwijderd.
Minister Dalle heeft het woord.
Dank u wel, collega Slootmans, voor de extra vraag.
Ik sta wel honderd procent, tweehonderd procent zelfs, achter de strategische beslissing om de veiling en implementatie van 5G los te koppelen van de verdeling van de veilingopbrengst. Het ergste dat er voor onze industrie en voor onze consumenten kon gebeuren, was een uitstel van 5G waardoor we achterop zouden geraken in het Europese 5G-peloton. Voor heel wat toepassingen, niet in het minst in de mediasector, is de uitrol van 5G primordiaal. Ik zou het mijzelf niet hebben vergeven als er zelfs maar een relatief beperkt uitstel van die uitrol zou zijn geweest door een politieke koppeling aan de verdeling van gelden.
Twee, het geld is natuurlijk niet verloren. Het is niet zo dat we hier geld verliezen. Het is uiteraard op een geblokkeerde rekening vastgezet. Het geld blijft ter beschikking. Ik vermoed dat de diensten die daarvoor bevoegd zijn, dat op een correcte manier beheren. Het enige wat er nog moet gebeuren, is de verdeling, maar er wordt hier geen geld verloren. Dat is nog een reden waarom ik achter die strategische beslissing sta.
Laatste punt is uw vraag of ik daar een breekpunt van wil maken. Ik denk dat ik binnen mijn bevoegdheden alles heb gedaan om het te realiseren. Ik heb een akkoord bereikt met de drie gemeenschappen, ik heb intensief samengezeten met de bevoegde federale minister, ik heb een compromisvoorstel dat gesteund wordt door de volledige Vlaamse Regering voorgelegd aan de federale overheid. We hebben daar lang over onderhandeld. In eer en geweten denk ik dat het een redelijk voorstel is, maar ik heb vastgesteld dat er geen draagvlak voor gevonden is in de Federale Regering. Ik denk niet dat ik meer kan doen. Mocht ik er een breekpunt van maken, zou ik niet goed weten welke hefbomen ik zou hebben om collega De Sutter te helpen om dit binnen de federale overheid te realiseren. Dat is dus, denk ik, niet aan de orde. Ik denk dat we alles gedaan hebben en het is nu aan de verschillende regeringen om dat verder te bekijken en om zo snel mogelijk een verdeling vast te leggen. Wij gaan in elk geval blijven pogen om tot overeenstemming te komen.
De heer De Roo heeft het woord.
Dank u wel, minister, voor uw bijkomend antwoord.
Mijnheer Slootmans, het Overlegcomité werkt natuurlijk niet zo dat je een eenzijdige overeenkomst kunt uitroepen en dan middelen van een geblokkeerde rekening kunt halen. (Opmerkingen van Klaas Slootmans)
Er moet tot een akkoord gekomen worden. Ik denk dat het dossier dat minister Dalle heeft toegelicht, goed in elkaar zit. Het is ook zeer goed dat de drie gemeenschappen op dezelfde lijn zitten. Ik hoop nu dat de bevoegde federale minister, minister De Sutter, ook tot inzicht komt en met nieuwe cijfers uit de studies die door de minister zijn genoemd, tot een akkoord kan komen dat rekening houdt met de vraag van de gemeenschappen.
De vraag om uitleg is afgehandeld.