Verslag vergadering Commissie voor Brussel en de Vlaamse Rand en Dierenwelzijn
Verslag
De heer Vandenhove heeft het woord.
Collega’s, in dit geval gaat het over een andere groep van de sector. Nu gaat het niet over de kippen, maar over de Belgian Pork Group die artificiële intelligentie (AI) in de slachthuizen wil introduceren. Daarmee willen ze monitoren hoe dieren behandeld worden bij de aankomst bij hun slachthuizen en doorheen het slachtproces. Dat sluit eigenlijk aan bij de eerste vraag waarbij het ging over het transport van dieren, en waar toch nog altijd wat problemen mee zijn.
Het systeem werkt zo dat alle dieren in de gaten worden gehouden door een camerasysteem. De beelden worden eerst geanalyseerd door een expert dierenwelzijn. Op basis van die bevindingen worden AI-modellen dan getraind om dieronvriendelijke situaties te herkennen. Het doel is dierenwelzijn efficiënter en beter te controleren. Dat hoop ik alleszins, want natuurlijk zijn er veel van die projecten die door de sector, of andere sectoren uit het economische circuit, worden voorgesteld, maar uiteindelijk in de praktijk niet zo goed lijken te werken. Maar goed, laten we maar vertrouwen hebben in de aankondiging.
Minister, u hebt tijdens deze legislatuur een eigen inspectie in slachthuizen opgezet. Daarmee is het niet evident – zoals u een paar keer hebt toegegeven, en dat is ook logisch – om zo’n constante systematische controle in slachthuizen te verzekeren. Zo’n semiautomatisch monitoringsysteem zou daarbij een mogelijke piste zijn. In die zin is dat aangekondigde project van de Belgian Pork Group interessant.
Minister, u bent ongetwijfeld op de hoogte van het project, maar is er contact met de Belgian Pork Group? Hebt u zicht op welke criteria voor dierenwelzijn gebruikt worden? Dat is natuurlijk belangrijk. Wat stop je in het model? Zijn die specifiek gericht op de wettelijke vereisten of gaan die verder?
Hoe kijkt u zelf naar het inzetten van zo’n systeem om dierenwelzijn in slachthuizen te monitoren? Ik heb het dan vooral over personeel dat daar op uw initiatief vanuit Vlaanderen op wordt ingezet.
Het Instituut voor Landbouw-, Visserij- en Voedingsonderzoek (ILVO) coördineert een soortgelijk project om het dierenwelzijn via camera’s en algoritmes te meten, en zo pijnpunten door te geven. Bent u op de hoogte van dit project, en is er al dan niet een samenwerking met de minister van Landbouw wat dat aWISH-project (Animal welfare indicators at the slaughterhouse) betreft?
Er hangen momenteel al camera’s in de slachthuizen. Hoe worden de beelden structureel opgevolgd om dierenmishandeling te bestrijden? Hoe regelmatig worden ze bekeken? Hoeveel vaststellingen van dierenmishandeling op camerabeelden leidden al tot een sanctie? Als we dat systeem kunnen inschakelen, dan is in de toekomst de discussie al niet meer nodig wanneer er illegaal gemaakte beelden opduiken van omstaanders of werknemers. Er bestaat daar namelijk vaak discussie over of de beelden al dan niet origineel zijn als die door bepaalde dierenrechtenorganisaties gemaakt worden. Kunnen dit soort AI-systemen ingeschakeld worden in het kader van een sluitend dierenwelzijnslabel als het gaat over slachthuizen?
Minister Weyts heeft het woord.
Ik denk dat onze ambitie op het vlak van handhaving heel duidelijk is, namelijk proberen om de mazen in het net zo klein mogelijk te maken. Het zal ongetwijfeld nooit 100 procent sluitend zijn, maar we slagen er wel in om die mazen alsmaar verder te verfijnen. Enerzijds hebben we een sterke uitbreiding van onze inspectie, anderzijds hebben we een apart inspectieteam van dierenartsen. Dat zijn een vijftigtal dierenartsen die toegewijd werken in functie van de controle op dierenwelzijn in de slachthuizen. Dat systeem loopt wel goed. Daarenboven hebben we ook de verplichte camerabewaking in de slachthuizen.
Ja, ik volg de nieuwste evoluties met aandacht, ook inzake artificiële intelligentie. Ik ben op de hoogte van de ontwikkeling van programma’s voor de selectie van verdachte beelden. Verschillende bedrijven, waaronder Deloitte, hebben zich daarin verdiept en bieden dat soort programma’s aan. Het slachthuis Westvlees is van start gegaan met zo’n programma waarbij men bij wijze van spreken nog dagelijks nieuwe toepassingen ontwikkelt in dat camerabewakingssysteem. Het is dus echt wel een technologie die in evolutie is, waarbij men dat nog quasi dagelijks verfijnt. Zo kan er nu al toegekeken worden op het achterblijven van dieren in de drijfgangen, op het gebruik van stokken of andere drijfmiddelen, op de effectiviteit van verdoving en op de aanwezigheid van verwondingen.
De ontwikkeling gaat dus wel met rasse schreden vooruit. Het is de sector zelf die nu begint te experimenteren. Je merkt dat men nog in een vrij verkennende, experimentele fase zit waarbij men vooral focust op het verbeteren van de eigen werking. Dat is goed, want dat is ook net door de druk die we zelf hebben opgevoerd. De bedrijven die de artificiële intelligentie leveren, stellen bovendien regelmatig ook de criteria die gebruikt worden om de beelden te analyseren, bij, ze scherpen dat aan. Niet alleen de wettelijke dierenwelzijnsvereisten worden geviseerd, maar natuurlijk ook aandachtspunten die meer betrekking hebben op kwaliteitsbeleid of gezondheidsbeleid.
Wat de camerabeelden betreft: vandaag zijn die al een hulpmiddel voor de dierenartsen met opdracht (DMO’s). Zoals gezegd, is er in de regelgeving voor dierenwelzijn, en ook specifiek in de Codex Dierenwelzijn, al de verplichting opgenomen om camera’s te installeren.
Wat mij betreft lijdt het geen enkele twijfel dat AI in de nabije toekomst voor de analyse van grotere hoeveelheden beeldmateriaal een hulpmiddel zal zijn. Let op: het zal altijd een screening blijven. De uiteindelijke beoordeling zal dus nog altijd door een mens moeten gebeuren – al weet je dat nooit. Natuurlijk kan het gebruik van AI ook een voorwaarde worden voor een dierenwelzijns- of ander label. Vooralsnog is het voor de DMO’s dus nog een hulpmiddel, waarvan ze naar eigen inzicht gebruikmaken, dat evenwel hun taken niet overneemt.
Tot dusver werd er nog geen informatieformulier ingevuld louter op basis van camerabeelden. Wel zijn camerabeelden al toegevoegd aan het informatieformulier om de vaststelling van de dierenarts met opdracht op de slachtvloer te illustreren.
Het project aWISH is een Europees onderzoeksproject waarvoor de afdeling Dierenwelzijn zich heeft opgegeven om deel te nemen aan de expertpanels. Het belangrijkste doel is het ontwikkelen en aanbieden van tools om het welzijn van vleesproducerend vee in heel Europa te evalueren en te verbeteren via de geautomatiseerde monitoring van op dieren gebaseerde welzijnsindicatoren in het slachthuis om feedback en advies over de beste praktijken te geven aan de verantwoordelijken in de verschillende productiestadia, dus van boer en vangteam tot transporteur en slachthuis.
Die aanpak zal worden ontwikkeld en geëvalueerd in nauwe samenwerking met alle partners, van primaire producenten tot beleidsmakers en burgers. Ook in dezen spreekt het voor zich dat AI in dat project een rol zal spelen. Binnen dat project zal ook verder gekeken worden dan alleen naar camera’s voor de monitoring van dierenwelzijn en zal bijvoorbeeld ook gekeken worden of geluidsopnames kunnen bijdragen tot onze einddoelstelling, namelijk zorgen voor meer respect voor dierenwelzijn, niet alleen in het proces van het slachten maar in het hele proces daarvoor.
De heer Vandenhove heeft het woord.
Dank u wel, minister, voor uw antwoord. Ik ga volledig akkoord met u dat het hulpmiddelen moeten blijven. Maar het zullen natuurlijk toch hulpmiddelen zijn die dreigen mensen te overvleugelen en daar ben ik persoonlijk niet zo’n grote voorstander van. Ik denk dat we zeker en vast tijdens de volgende legislatuur – of dat nu gebeurt onder uw bevoegdheid of die van iemand anders – zullen moeten kijken welke AI-toepassingen we kunnen invoeren om de controle nog sterker te maken dan nu al het geval is.
Net zoals bij mijn eerste vraag, is dit volgens mij een van de punten die heel nauw samen bekeken moeten worden met de minister van Landbouw. Op een bepaald ogenblik zullen de landbouwers en de producenten zich namelijk niet meer kunnen verschuilen achter de bewering dat die beelden niet kloppen, dat het gaat om beelden van actievoerders. Dan zal het zwart op wit bewezen worden. Ik denk dat we daartoe moeten komen, uiteraard binnen een kader waarin we toch bekijken wat er precies met die AI gebeurt, ook als het gaat over dit soort van toepassingen.
Minister Weyts heeft het woord.
Ik heb daar niets aan toe te voegen. Ik denk dat het een goede evolutie is, waarop we proberen in te spelen. We stellen ook onze expertise ter beschikking om dat vooruit te helpen. Vooralsnog bevindt het zich in een experimentele fase. Ik kan nog niet in de plaats treden van onze ‘boots on the ground’ die we ter beschikking gesteld hebben in alle slachthuizen. Als de nieuwe technieken nog een aanvulling kunnen betekenen en daarnaast ook voor de private spelers kunnen zorgen voor een beter kwaliteitsproces, dan zit daar een win-win in: winst voor dierenwelzijn en winst voor de producenten. Dat is een ideaal model.
De heer Vandenhove heeft het woord.
Ik ben akkoord met uw boots on the ground. Dat valt voor een stuk samen met wat ik zeg: dat we toch oog moeten blijven hebben voor de nadelen van de hele techniek.
Minister, ik heb nog een bijkomende vraag. Wanneer wordt de codex besproken in de commissie?
Geen idee. Die ligt nog altijd voor bij de Raad van State, zoals zovele andere zaken. Wij hebben daar geen vat op, maar ik verwacht eerstdaags wel een advies. We zitten in de laatste fase. Er waren al twee principiële goedkeuringen en er moet nog een derde principiële goedkeuring komen in de schoot van de Vlaamse Regering. We wachten dus op het advies van de Raad van State en dan komt het op de agenda van deze commissie. Ik verwacht dat tegen eind januari.
De vraag om uitleg is afgehandeld.