Verslag vergadering Commissie voor Cultuur, Jeugd, Sport en Media
Verslag
De heer Brusselmans heeft het woord.
Minister, collega’s, ik ga mijn vraag hier snel stellen, terwijl ik hier van de hoest aan het sterven ben, maar ik ben niet de enige die aan het sterven is. Blijkbaar is de Vlaamse Jeugdraad ook aan het sterven, althans lijkt dat toch zo als ik naar de resultaten van de verkiezing kijk.
– Freya Perdaens treedt als voorzitter op.
Minister, 4700 stemmen – amper 4700 stemmen – dat is iets meer dan 0,3 procent van alle stemgerechtigden. Dat is nog minder dan de vorige keer. Moest het mogelijk geweest zijn om te gokken op het aantal stemmen die zouden worden uitgebracht, denk ik dat ik vandaag stinkend rijk zou zijn geweest. Want zeg niet dat we dit niet hadden zien aankomen.
Ondertussen heb ik al jaren – in menige schriftelijke vragen, in mondelinge vragen – op dit probleem gewezen. Drie jaar geleden bij de vorige verkiezing heb ik het gezegd. Ik heb het aan het begin van deze legislatuur gezegd over de verkiezing daarvoor, en ik herhaal het vandaag nog eens. Ik heb het enkele weken geleden nog maar eens gezegd: het werkt daar niet.
U moet heel die verkiezing beter begeleiden. Maar neen, enkele weken geleden zei u dat ze veel vooruitgang hebben gemaakt, dat het aantal stemmers zelfs maal vijf is gegaan, en dat u er zeker van was dat er volgende keer nog meer stemmen zouden worden uitgebracht. Niets is minder waar.
Het gaat veel verder dan dat. Het heeft niet alleen te maken met hoeveel stemmen er worden uitgebracht. Au fond heeft het te maken met de bekendheid van de Vlaamse Jeugdraad. Ik ben de jongerenvoorzitter van een niet zo kleine jongerenpartij. Ik kom wel eens in contact met jongeren. Dan moet u aan hen eens vragen of zij weten wat de Vlaamse Jeugdraad is. De grote meerderheid van onze jongeren weet dat niet.
Als men niet weet wat de Vlaamse Jeugdraad is, hoe kan zo’n jeugdraad dan in godsnaam de Vlaamse jeugd vertegenwoordigen, laat staan officiële adviezen schrijven aan de Vlaamse Regering namens de Vlaamse jeugd?
Er zijn nog heel wat zaken – de kandidaatstellingsprocedure, de campagne –, maar ik zou eerst wel eens van u willen weten hoe u heel dit circus evalueert. Hoe beoordeelt u de wijze waarop deze verkiezing werd uitgeschreven en bekendgemaakt? Werd er net zoals bij de vorige editie een projectmedewerker aangesteld om het een en het ander in goede banen te leiden? Als dat zo was, ben ik eens benieuwd hoe u diens inbreng evalueert. Hoeveel geld is er in de promotie gepompt van deze verkiezing?
Bent u tevreden over de gang van zaken en het aantal jongeren die hebben gestemd?
Kunt u me per kandidaat zeggen hoeveel stemmen er werden uitgebracht? Kunt u andere relevante gegevens geven, zoals bijvoorbeeld eventuele ongeldige stemmen, moesten die er zijn, stemmen per thema enzovoort?
Kunt u me laten weten welke controles werden uitgevoerd om de juistheid van de verkiezingen te vrijwaren?
Minister Dalle heeft het woord.
Dank u wel, collega Brusselmans, voor de vraag.
Wat betreft de eerste beoordeling van de wijze waarop de verkiezingen werden uitgeschreven en bekendgemaakt, is de manier voor mij om dat in eerste instantie te beoordelen, natuurlijk de vraag of zij de in dit parlement goedgekeurde regels hebben nageleefd. In ons jeugddecreet – ook in het toekomstige jeugddecreet – staan vrij gedetailleerde regels over de verkiezing van de Vlaamse Jeugdraad. De vraag rijst of die regels werden nageleefd.
Vandaag is dat georganiseerd in artikel 7, §2, en artikel 7, §3, eerste lid, van het decreet van 2012. Op dat vlak kan ik de volgende vaststellingen meegeven. Ten eerste legde de Vlaamse Jeugdraad aan de Vlaamse Regering een voorstel voor, met betrekking tot de wijze waarop de Jeugdraad wordt verkozen. De Vlaamse Regering keurde op 23 juni 2023 het ontwerp van verkiezingsreglement ter zake goed.
De Jeugdraad organiseerde vervolgens op 10 juli 2023 een publieke oproep tot kandidaatstelling, zoals in het decreet is voorzien. De Jeugdraad communiceerde op 6 oktober 2023 over de verkiezing en op 23 oktober 2023 over de kandidaten. De verkiezing vond plaats van 4 tot en met 19 november 2023.
De Vlaamse Jeugdraad deelde op 24 november 2023 de resultaten mee. De Jeugdraad telt zestien leden. Acht leden zijn kandidaten die werden voorgedragen door verenigingen. Negen leden zijn jonger dan 25 jaar bij het begin van het mandaat, 63 procent van de leden zijn vrouwen. De kiescommissie heeft geen onverenigbaarheden vastgesteld.
Ik stel vast dat de Vlaamse Jeugdraad voldoet aan de voorwaarden die decretaal zijn vastgelegd. Dat is, denk ik, de formele uitleg op basis van het decreet. Het decreet is nageleefd, ik denk ook niet dat u dat ontkent, behoudens tegenbericht.
Het steunpunt De Ambrassade ondersteunt de Vlaamse Jeugdraad, zoals in artikel 8, §1, van het decreet is voorzien. In de subsidieovereenkomst tussen de Vlaamse Gemeenschap en De Ambrassade is concreet bepaald dat er in 2023 een grootschalig verkiezingstraject voor de nieuwe adviseurs wordt georganiseerd, waarmee minstens 2500 jongeren worden bereikt. De Ambrassade rapporteert hierover op 31 maart 2024 aan de administratie, die de uitvoering van deze subsidieovereenkomst opvolgt. Er stemden 4621 jongeren op geldige wijze voor de kandidaten die niet door verenigingen zijn voorgedragen. Ik wil niet vooruitlopen op deze evaluatie, maar op basis van de communicatie over de verkiezing, de kandidaten en het resultaat stel ik vast dat De Ambrassade haar verplichting ter zake is nagekomen.
Uw tweede vraag ging over die projectmedewerker. De Ambrassade stelde inderdaad eenzelfde projectmedewerker aan voor de verkiezing van de Jeugdraad en voor het project '‘t Is aan u!’ in het kader van de verschillende verkiezingen in 2024. Die persoon werkt samen met verschillende collega’s van De Ambrassade die specifieke taken op zich nemen: de communicatie, de logistieke taken, de coaching van de kandidaten enzovoort.
Ik ga als minister natuurlijk geen individuele medewerkers van De Ambrassade evalueren. Dat is de taak van de werkgever, De Ambrassade zelf, om dat op een goede manier te doen. Zowel bij De Ambrassade als bij de Vlaamse Jeugdraad zelf zal een grondige evaluatie volgen met het oog op de volgende verkiezingen. De Ambrassade had natuurlijk ook liever gezien dat het aantal deelnemers aan de verkiezingen gestegen zou zijn. Ik had dat uiteraard ook liever gehad. Men zal grondig moeten nakijken hoe het is gegaan.
Ik kom dan bij uw volgende vraag. Er hebben zich tussen 11 juli en 2 oktober 2023 in totaal 45 kandidaten aangemeld bij De Ambrassade: dertien kandidaten voorgedragen door verenigingen en 32 jongerenkandidaten. Het steunpunt organiseerde twee infomomenten voor kandidaten. Op woensdag 20 september 2023 namen elf kandidaten deel. Op donderdag 19 oktober namen zeven kandidaten deel. Er haakten dertien jongeren en een jeugdwerker af. De Ambrassade zal hen daarover bevragen ter voorbereiding van de grondige evaluatie van de verkiezing. Zoals u weet, brachten er 4621 jongeren een geldige stem uit. Bij de vorige verkiezing brachten er 4929 jongeren, of 6 procent meer dan bij deze verkiezing, een geldige stem uit.
Hoewel De Ambrassade hiermee voldoet aan de verplichting die in de subsidieovereenkomst is opgenomen, zijn zowel het steunpunt als ikzelf niet tevreden over deze evolutie. De ambitie was immers om meer jongeren te bereiken dan drie jaar geleden. De Ambrassade evalueert momenteel de verkiezing. Ik wacht op het resultaat van de evaluatie vooraleer ik uitspraken doe over de mogelijke verbeterpunten voor de volgende verkiezing.
Zoals in artikel 10 van het Jeugddecreet van 23 november 2023 is voorzien, blijft de Vlaamse Gemeenschap rekenen op het steunpunt om de Vlaamse Jeugdraad te ondersteunen bij de verkiezing. Niettemin is het duidelijk dat het steunpunt bij een volgende verkiezing meer jongeren moet bereiken dan in 2020 en in het afgelopen jaar. De administratie zal de evolutie in elk geval opvolgen in het kader van de samenwerking met het steunpunt.
Dan wat de stemmen betreft: de verenigingen droegen twaalf kandidaten voor. Er brachten 84 verenigingen 398 geldige stemmen uit. Er stelden zich negentien jongeren kandidaat als jongerenadviseur. Er brachten 4621 jongeren 14.062 geldige stemmen uit. Er werden dertien thema’s voorgesteld. Er brachten 4621 jongeren 20.225 geldige stemmen uit. Ik heb de stemuitslag per deelnemer opgevraagd en ontvangen. Ik zal deze ter inzage beschikbaar stellen van de commissie. Ik denk niet het zin heeft om naam en toenaam hier te vermelden met het aantal stemmen.
Uw laatste vraag ging over de controles. Het verkiezingsreglement voorziet een kiescommissie van vijf personen. De kiescommissie bestond uit Tomas Baum, Alexandra Smarandescu, Frédéric Piccavet, Naima Charkaoui en Inge Geerardyn. Zij controleerden de geldigheid van de kandidaturen en de geldigheid van de stemmen, zoals in het verkiezingsreglement is bepaald. De kiescommissie ontving geen klachten over het verloop van de verkiezing.
Ik denk dat ik hiermee heb aangegeven dat de verschillende organen de decretale verplichtingen hebben nageleefd en dat ook De Ambrassade, op het eerste gezicht, de verplichtingen uit de beleidsovereenkomst heeft uitgevoerd. Men heeft ook veel jongeren bereikt met de campagne, dat is het geval. Maar het is geen garantie geweest dat ze zouden stemmen. Er zal dus sterk gewerkt moeten worden op een effectiever bereik dat jongeren aanzet tot stemmen. Die aanzet mag vervolgens ook niet op te veel drempels botsen, denk bijvoorbeeld aan de moeilijkheden die men ondervindt bij de toepassing itsme.
Tot daar mijn ietwat lange antwoord op de vraag van collega Brusselmans.
De heer Brusselmans heeft het woord.
Minister, dank u voor uw antwoord. Het feit dat een verkiezing op zoiets als dit kan uitdraaien en nog altijd in overeenstemming kan zijn met de decretale verplichtingen, wijst er natuurlijk op dat er veel te weinig decretale verplichtingen zijn, dat dat kader helemaal niet zo goed is. Als 0,32 procent van de jongeren, minder dan de vorige keer, gaat stemmen, en als er een campagne wordt gevoerd … Ik wil het punt per punt overlopen. De kandidaatstelling was zeer pover. Voor het oproepen tot stemmen is er daarna meer campagne gevoerd. Maar de periode voor de kandidaatstelling was heel kort en werd heel weinig kenbaar gemaakt bij de Vlaamse jeugd. Er bestaat trouwens zoiets als de Meta-advertentiebibliotheek. Mocht u dat niet weten, vul daar gerust eens in welke bedragen daar zijn uitgegeven. De discrepantie is daar ook weer zeer groot. Dat is dus bewust.
Maar ten tweede is het natuurlijk zo dat u dit al lang had kunnen zien aankomen. Dat heb ik altijd al gezegd. U zegt nu dat u gaat wachten op de evaluatie. Dat is een beetje raar. Ik heb dit op voorhand aangekondigd. Het stond in de sterren geschreven.
Als de evaluatie er is, zal ik u opnieuw vragen wat u concreet zult doen. Maar ik heb nog een andere vraag voor u. Ziet u, met 0,32 procent minder stemmen, ook een Vlaamse Jeugdraad met een duidelijk democratisch en representatief mandaat? Ziet u in de acht verkozen jongerenvertegenwoordigers een correcte afspiegeling van de Vlaamse samenleving en van de verschillende ideologieën en maatschappelijke opvattingen die zich situeren onder de brede Vlaamse jeugd? Met andere woorden, denkt u dat deze Jeugdraad door het geringe aantal stemmen representatief is? Denkt u anderzijds, in uw persoonlijke opvatting, als u, zoals ik heb gedaan, de kandidaten hebt bekeken, dat zij een gezonde weerspiegeling zijn van wat er leeft, van wat de verschillende ideologieën en maatschappelijke opvattingen zijn onder onze jeugd?
Minister, het ging onder andere over de drempels. Er zijn best wel wat drempels geweest bij de verkiezing. In 2011 ging het om fysiek stemmen op één locatie. Dan ging het naar fysiek stemmen op meerdere locaties. Dan ging het over naar digitaal stemmen. Telkens zag je een stijging in het aantal stemmen. Het werd telkens gemakkelijker om je stem uit te brengen. Maar er blijven natuurlijk drempels. Zeker ook voor jongeren die niet over itsme beschikken, bijvoorbeeld, en die zich moesten beroepen op kaartlezers en bijhorende software, die dan weer niet compatibel was met de laptops, en dergelijke meer. Er blijven drempels. Dat is een kwestie van voortschrijdend inzicht en voortgaand onderzoek. Ik ben er wel van overtuigd dat daarop kan worden ingezet.
Een tweede punt waarover ik wil tussenkomen, is de representativiteit. We moeten opletten voor het gevaar van politisering. De Vlaamse Jeugdraad is geen mini-Vlaams Parlement. Dat is een goede zaak. Hoewel representativiteit ongelooflijk belangrijk is, zou ik het zeker niet willen verengen tot politieke visies en ideologieën. Het is echt veel ruimer dan dat. Maar het blijft natuurlijk wel van enorm belang dat de leden van de Vlaamse Jeugdraad uit en door een zo groot mogelijk deel van de Vlaamse jeugd worden verkozen. Dat moet het streven zijn. Daar moeten we naartoe blijven gaan. We zien dat, ondanks het feit dat de vorige verkiezingen zich in coronatijd afspeelden, er zich nu minder kandidaten hebben aangediend. Dat brengt enige bezorgdheid met zich mee. Ook het aantal stemmen is licht gedaald. En dat terwijl er sinds de verkiezingen van 2011 consequent grote stijgingen zijn geweest. Tussen de verkiezing van 2011 en die van 2020 is er een fenomenale stijging geweest die veel groter is dan de lichte daling die we zien tussen 2020 en nu. Maar er was een daling, in het aantal kandidaten en in het aantal stemmen. Oké, wat heeft dat veroorzaakt? Minister, werd het traject van 2020 geëvalueerd? Welke aanbevelingen kwamen daaruit voort? Zijn die aanbevelingen geïmplementeerd? En zo ja, wat is er dan toch nog misgegaan? Wat is er niet ondervangen? Gebeurt die evaluatie voor deze verkiezing opnieuw?
De Vlaamse Jeugdraad staat voor een ongelooflijk grote uitdaging dit jaar. Hij moet in het verkiezingsjaar 2024 de belangen van alle jongeren verdedigen. Hoe zal hij worden begeleid in het bewaken van de dunne lijn tussen het behartigen van die belangen en het uitspreken van deze of gene politieke voorkeur? En dan koppel ik even terug naar dat gevaar van overdreven politisering.
Tot slot, we hebben representatief versus drempel. Misschien moeten we durven uitkijken naar alternatieven. Misschien moeten we durven uitkijken naar bijvoorbeeld een tussenniveau dat voor verbinding kan zorgen tussen de lokale jeugdraden en de Vlaamse Jeugdraad en dat zorgt voor doorstroming van informatie. Dat tussenniveau kan dat faciliteren. Mijn fractie en ik denken daarbij aan een tussenniveau op het niveau van de referentieregio. Daarin zouden de lokale jeugdraden worden vertegenwoordigd. Die kunnen dan informatie doorstromen naar de Vlaamse Jeugdraad en er ook voor zorgen dat er representativiteit is, naast de Vlaamse Jeugdraad, die rechtstreeks verkozen zou worden. We zijn maar een idee aan het aanleveren om te komen tot een bredere representativiteit, zonder dat je mensen en jongeren gaat dwingen om verkiezingen te doen, want we weten allemaal dat dat toch ook maar averechts gaat werken.
Minister Dalle heeft het woord.
Ik begin met de vraag van collega Brusselmans. U zegt dat het decretaal kader niet goed zit. We hebben hier natuurlijk recent de discussie gehad over het Geïntegreerd Jeugddecreet. Dat bevat gedetailleerde bepalingen over de Vlaamse Jeugdraad. Ik heb daar geen vragen gekregen tot aanpassing of heroverweging van de bepalingen over de Vlaamse Jeugdraad. Er zijn ook geen amendementen geweest op dat punt, van geen enkele fractie, denk ik. (Opmerkingen van Filip Brusselmans)
Ik ga ervan uit dat het decretaal kader een goed decretaal kader is. Het decretaal kader regelt ook niet alle details. We gaan bijvoorbeeld niet zeggen hoeveel dagen, weken er moeten zijn na een oproep. Er moet een oproep zijn en het is aan de Jeugdraad om dat op een goede manier te organiseren. U hebt aangegeven dat de periode voor kandidaatstelling wat kort was. Men vertelt mij dat de periode van kandidaatstelling een maand langer was dan in het verleden was voorzien. Men heeft daar dus een langere periode voorzien.
De vraag of er voldoende bekendheid is, vind ik wel heel relevant. Ik erken dat heel veel jongeren de Vlaamse Jeugdraad nog niet kennen vandaag. Dat is een heel spijtige zaak. Het zou goed zijn dat alle kinderen en jongeren in Vlaanderen die Vlaamse Jeugdraad ook leren kennen. Het zou ook goed zijn dat er meer mensen voor stemmen.
Hoe moeten we dat aanpakken? Die evaluatie begin volgend jaar zal daarvoor nuttig zijn. Ten eerste moeten we kijken naar technologie. Er is in het verleden al hard gewerkt, met itsme bijvoorbeeld, om ervoor te zorgen dat die stemming zo vlot mogelijk kan gebeuren en dat de technologische toepassingen geen drempel zijn. Ik denk dat dat een eerste punt is dat verder moet worden geëvalueerd.
Ten tweede moet natuurlijk de promotiecampagne van de Vlaamse Jeugdraad bekeken worden. Ook daar, collega Brusselmans, hebt u een punt: heel veel jongeren hebben die promotiecampagne niet gezien. Ik heb mij laten vertellen dat ze een budget hadden voorzien van 25.000 euro, wat veel geld is en tegelijk ook weinig voor zo’n campagne. Natuurlijk, de middelen van De Ambrassade en de Vlaamse Jeugdraad zijn ook beperkt, we kunnen daar ook geen miljoenen tegenaan gooien zoals bijvoorbeeld uw partij dat wel kan doen, dankzij een royale partijfinanciering. Er zijn dus beperkte middelen en die moeten doelmatig worden ingezet. Je zou kunnen zeggen dat we die 25.000 euro gaan verhogen en meer subsidie gaan toekennen om dat te doen. Dat zou een mogelijkheid zijn, al verwacht ik daar geen wonderen van. Meer nog dan dat denk ik dat men vooral moet kijken naar partnerships, naar samenwerkingen. De samenwerkingen die er zijn met hogescholen, universiteiten en middelbaar onderwijs, ik denk dat die nog beter kunnen. Er kan nog beter worden samengewerkt, met koepels van onderwijsverstrekkers van middelbaar onderwijs, met hogescholen en universiteiten, om daar nog meer bekendheid te geven aan die verkiezingen. Zo zorg je voor een groter bereik en wordt er meer aangezet tot stemmen.
Er is dan de vraag naar representativiteit: à peu près vijfduizend kiezers op de Vlaamse bevolking van kinderen en jongeren, dat is uiteraard maar een klein percentage en daar wordt terecht naar verwezen. Ik wil wel heel duidelijk zeggen: ik ken die jongeren natuurlijk niet persoonlijk. Ik heb ze een eerste keer ontmoet hier in het Vlaams Parlement, samen met sommige van de collega’s. Ik heb hun cv’s kort gezien, maar ik heb daar geen detailanalyse van gemaakt. Ik heb geen gesprekken gevoerd met hen, ik weet niet of die representatief zijn voor alle politieke stromingen in het landschap. Maar belangrijk is het volgende: die jongeren zijn daar niet om zichzelf te vertegenwoordigen. Die jongeren zijn daar niet om hun eigen ideologie of politieke voorkeur – mochten ze die hebben – te vertegenwoordigen. Ze zijn er om de Vlaamse kinderen en jongeren te vertegenwoordigen en ze zijn gemandateerd om ook participatieprocessen op gang te zetten. Ik verwacht van elk van hen dus dat ze, wanneer ze beleidsadviezen maken en adviezen schrijven en hun vrijwilligerswerk doen als adviseur van de Vlaamse Jeugdraad, dat ook doen namens de Vlaamse kinderen en jongeren. Dat veronderstelt inderdaad dat ze rekening houden met alle standpunten die leven in Vlaanderen. Dat is hun taak. Veel belangrijker dan wie ze zijn, vanwaar ze komen en wat hun politieke voorkeur is, vind ik dat hun taak. Of ze nu links, rechts of centrum zijn, zij worden geacht om alle standpunten van kinderen en jongeren naar voren te brengen.
Als ik kijk naar de kwaliteit van de adviezen de afgelopen jaren, heb ik eigenlijk geen indicatie die aangeeft dat er een probleem is op dat vlak. Als je kijkt naar de adviezen die ik heb gekregen – rond mentaal welzijn bijvoorbeeld, of rond de samenwerking tussen politie en jongeren – dan zie ik adviezen die grondig onderbouwd zijn, die wetenschappelijk een serieuze fond hebben en die wel aangeven waar de zorgen van kinderen en jongeren liggen. Voor mij is die kwaliteit in het verleden dus gegarandeerd geweest. Ik verwacht dat ook in de toekomst.
Collega Perdaens, u stelde de vraag naar de evaluatie van de operatie van 2020. Ik begrijp van De Ambrassade dat dat is gebeurd en dat ze daar een aantal lessen uit hebben getrokken, onder meer op het vlak van die technologische toepassingen. Ik verwacht dat ze dat ook deze keer grondig zullen doen. Ik denk dat begin 2024 het goede moment is om dat af te ronden en richting de volgende verkiezingen te kijken.
U hebt ook de vraag gesteld of de adviseurs voldoende worden begeleid om de verkiezingen van volgend jaar op een evenwichtige manier te doen. Dat is het geval. De Ambrassade heeft ook een traject richting de verkiezingen 2024. U vroeg om delicaat om te gaan met politieke voorkeuren. Ook daar verwacht ik dat ze hun persoonlijke politieke voorkeur niet laten meespelen en dat wij, door heel dat traject rond de verkiezingen, geen inzicht krijgen in de persoonlijke politieke voorkeur van de mensen, wanneer zij actief zijn in het kader van de Vlaamse Jeugdraad. Ze hebben allemaal recht op een persoonlijke mening. U moet ook weten: dit is vrijwilligerswerk. Zij hebben natuurlijk buiten hun taken als adviseur van de Vlaamse Jeugdraad, recht op een persoonlijke mening, dat spreekt voor zich, maar in hun functie, wanneer ze adviezen uitbrengen namens de Vlaamse Jeugdraad, of wanneer zij spreken namens de Vlaamse Jeugdraad, mogen we daar natuurlijk geen politieke voorkeuren in horen.
Uw laatste vraag, collega Perdaens, ging over de referentieregio’s. Ik denk niet dat de focus daar moet zijn. De focus moet liggen op het Vlaamse niveau met de Vlaamse Jeugdraad enerzijds, en op het lokale niveau met de lokale jeugdraden anderzijds.
U weet dat in het nieuwe Jeugddecreet die verplichting van de lokale jeugdraad duidelijk staat ingeschreven. Een aantal steden en gemeenten zijn daar nog niet helemaal mee weg. Ik denk dat we daarop moeten inzetten, en dat we daarnaast De Ambrassade en de Vlaamse Jeugdraad moeten blijven uitdagen om in alle steden en gemeenten campagne te voeren, ook richting de volgende verkiezingen, binnen drie jaar.
De heer Brusselmans heeft het slotwoord.
Ik noteer, minister, dat volgens u iedereen die in de Jeugdraad zit, ook recht heeft op een persoonlijke mening, zo lang ze niet ageren in naam van de Vlaamse Jeugdraad. Ik zal het vertellen aan de leden van Schild en Vrienden die in 2017 uit de Vlaamse Jeugdraad zijn gegooid vanwege hun politieke voorkeur. Het is misschien wat laat, maar ze zullen het als een hart onder de riem aanvaarden.
Daarnaast loont het zeker de moeite om eens enkele namen op te zoeken van de Vlaamse Jeugddraad. Inderdaad, natuurlijk heeft iedereen recht op een persoonlijke mening. Maar in hoeverre kunt u de Vlaamse jeugd vertegenwoordigen als je sociale mediapagina’s vol staan – ook na je verkiezing, niet alleen ervoor – met Palestijnse vlaggen en uitspraken als “from the river to the sea” en stickers van Comac enzovoort. U hoeft niet ver te zoeken, u zult ze direct vinden, de leden van de Vlaamse Jeugdraad.
Het is politiek overgenomen, dat is waar ik voor vreesde en wat ik hier al enkele jaren zeg. Het is niet moeilijk, als er zo weinig mensen gaan stemmen. Dat is exact de reden waarom ik er als jongerenvoorzitter niet actief aan heb meegedaan: omdat hier anders het verwijt zou zijn gekomen dat wij het hadden overgenomen. Ik vind zelfs dat wij als politieke partij een gezonde afstand moeten houden. Adviseurs van de Vlaamse Jeugdraad die vandaag verkozen zijn, verwijten de politieke jongerenpartijen, dat is op Twitter te lezen, dat ze maar actiever campagne hadden moeten voeren, dan hadden ze meer stemmen gehad. Ik vind dat een heel rare redenering.
Maar er is een kant die dat heeft gedaan, en dat moeten we vaststellen – misschien dat u dat hier niet wilt doen. Maar dat noopt mij ertoe om te zeggen – en als jongerenpartij vertegenwoordigen wij nogal wat jongeren – dat we de komende jaren geen enkele rekening zullen houden met de Vlaamse Jeugdraad, omdat ze nu eenmaal niet representatief is voor de Vlaamse jeugd. En ik garandeer u – en dan sluit ik af – als er over drie jaar opnieuw verkiezingen zijn en terug maar 5000 stemmen worden uitgebracht, dan mag u mij een budget van 25.000 euro geven, ik zorg ervoor dat het vol rechtse jongens en meisjes zit.
De vraag om uitleg is afgehandeld.