Verslag vergadering Commissie voor Cultuur, Jeugd, Sport en Media
Verslag
De heer Meremans heeft het woord.
Mensen van mijn stand laten zich natuurlijk vertegenwoordigen door hun personeel. Vandaag heb ik dus een collega meegebracht, Tess, die de vraag aan de minister-president zal stellen.
Minister, onverwachts laaide het conflict tussen Israël en de Palestijnen weer fel op. Een aanval van Hamas, de terroristische beweging die sinds 2007 de Gazastrook controleert, verraste Israël volledig en zorgde tot nu toe al voor heel wat bloedvergieten. Zoals we allemaal kunnen onderschrijven, betreft het hier een zeer complex conflict dat sinds vorige eeuw wisselende periodes van rust en onrust kende.
Het conflict blijft niet beperkt tot Israël en Palestina maar is over de hele wereld voelbaar, zo ook bij de Joodse en Arabische gemeenschappen in ons land. Op zaterdagavond 7 oktober werd zo bijvoorbeeld door enkele jongeren de vlag van Israël op de De Keyserlei in Antwerpen vervangen door een Palestijnse vlag. Het lijkt onschuldig maar het toont dat het conflict ook hier leeft. De Joodse gemeenschap in Antwerpen besloot niet veel later om ramen en deuren gesloten te houden uit vrees voor acties in ons land.
Het is een verontrustende situatie die we allemaal op de voet volgen, maar waar we als maatschappij ook onze verantwoordelijkheid in moeten nemen. Als we zien dat een bepaalde sociaal-culturele organisatie, gesubsidieerd door de Vlaamse overheid, actief een zijde kiest in dit conflict door onder andere de door sommigen aan Hamas gelieerde BDS-beweging (boycot, divestment and sanctions) te ondersteunen, kunnen we hier toch wel ernstige vraagtekens bij plaatsen. In Duitsland nam men in 2019 een motie aan die de BDS-beweging als antisemitisch bestempelde, Frankrijk veroordeelde de beweging als discriminerend en strafbaar in 2015, maar ook Nederland, Oostenrijk, Tsjechië, de Verenigde Staten en Canada veroordeelden de acties van deze beweging.
De Vlaamse organisatie die geregeld bericht over de BDS-beweging en naar eigen zeggen voor vrede pleit, wachtte met het veroordelen van de acties van Hamas totdat een gezamenlijk persbericht met andere organisaties werd uitgestuurd. Tot dan had ze enkel oog voor de positie van het Westen en bestempelde die als “pro-oorlog”. De terreurdaden van Hamas omschrijft ze als een “militaire actie”. Dat de vredesorganisatie actief een beweging steunt die zelf bijdraagt aan het conflict, vergeet ze dan voor het gemak.
Ik heb daarbij dan ook volgende vragen aan u, minister.
Welke maatregelen zult u nemen ten aanzien van gesubsidieerde organisaties uit het Vlaamse sociaal-culturele volwassenenwerk die pro-Hamasstandpunten innemen of, in tweede lijn, organisaties met zo’n standpunten steunen?
Bent u van oordeel dat dergelijke feiten zouden moeten kunnen leiden tot een stopzetting van de subsidiëring onder het decreet sociaal-cultureel volwassenwerk?
Bent u op de hoogte van nog andere organisaties die een dergelijke positie innemen?
Minister-president Jambon heeft het woord.
Dank u wel voor de vraagstelling.
Ik zal uw eerste vraag beantwoorden, over welke maatregelen wij nemen. Artikel 48, §1, 8°, van het decreet van 7 juli 2017 houdende de subsidiëring van het sociaal-cultureel volwassenenwerk bepaalt dat gesubsidieerde sociaal-culturele volwassenenorganisaties de principes en de regels van de democratie en het Europees Verdrag tot Bescherming van de Rechten van de Mens en de Fundamentele Vrijheden (EVRM) moeten toepassen in hun werking.
Ik heb de afgelopen week aan mijn administratie reeds twee specifieke opdrachten gegeven. De eerste is de algemene opdracht om alle organisaties die gesubsidieerd worden binnen dit decreet, extra te screenen op de communicatie en boodschappen die ze via hun kanalen verspreiden. Naar aanleiding van reeds verspreide boodschappen heb ik daarnaast reeds de opdracht gegeven aan mijn administratie om een inspectie uit te voeren bij GetBasic vzw en Vrede vzw.
Indien mijn administratie vaststelt dat er door organisaties inbreuken worden gepleegd op deze eerdergenoemde subsidievereiste zal ze, overeenkomstig artikel 49 van het uitvoeringsbesluit bij het voormelde decreet, een ontwerp van beslissing tot sanctionering opmaken. Overeenkomstig artikel 50 van het uitvoeringsbesluit bezorgt de administratie het voormelde ontwerp binnen een termijn van veertien dagen aan de organisatie. Indien de organisatie de sanctie betwist, kan ze, overeenkomstig artikel 51 van het uitvoeringsbesluit, binnen een termijn van veertien dagen na de melding van de sanctie, een gemotiveerd bezwaar indienen. Een bezwaar is ontvankelijk als het tijdig is ingediend en gemotiveerd is. De administratie meldt binnen een termijn van veertien dagen of het bezwaar al dan niet ontvankelijk is.
Overeenkomstig artikel 52 van het uitvoeringsbesluit beslis ik binnen een termijn van 49 dagen op basis van het ontvankelijke bezwaar of de sanctie al dan niet gehandhaafd blijft of aangepast wordt. De administratie meldt mijn beslissing binnen een termijn van veertien dagen aan de organisatie.
Overeenkomstig artikel 48, §3, van het decreet kan een sanctie bestaan uit stopzetting, vermindering of terugvordering van de subsidie.
Uw tweede vraag luidt of ik van oordeel ben dat dergelijke feiten zouden moeten kunnen leiden tot een stopzetting van de subsidiëring onder het decreet sociaal-cultureel volwassenwerk. Een organisatie die zich in haar werking niet houdt aan de regels van de democratie of het EVRM heeft mijns inziens geen plaats in het decreet dat tot doelstelling heeft om een duurzame, inclusieve, solidaire en democratische samenleving te versterken. De stopzetting van de subsidie lijkt mij in dit geval een gepaste sanctie.
Daarnaast wil ik toch ook even onderstrepen dat we in het nieuwe decreet van 10 maart 2023 over de subsidiëring en erkenning van het sociaal-cultureel volwassenwerk, dat ingang zal vinden vanaf 1 april 2024, toch nog een nieuwe en striktere subsidievoorwaarde hebben ingeschreven, namelijk artikel 14, 3° – de meeste leden in deze commissie weten waarover het gaat, denk ik – stelt dat organisaties een brugfunctie moeten opnemen in de samenleving en dat organisaties die segregerend werken niet in aanmerking komen voor subsidie.
Dit is een van de redenen waarom dit artikel zo nodig is in dit decreet. Dat is nu niet toepasselijk, maar dus wel in de volgende periode. Organisaties die subsidies ontvangen in dit decreet, dienen een verbindende rol op te nemen. Dat is essentieel.
Zoals ik eerder aangaf, heb ik in verband met de vraag naar eventuele andere organisaties die een dergelijke positie innemen, mijn administratie de opdracht gegeven alle organisaties te screenen. Dit onderzoek is volop bezig, maar tot op heden heeft het departement geen andere vaststellingen gedaan. De twee vzw’s waar ik het daarnet over had, worden dus onderzocht om te kijken of zij een inbreuk hebben gepleegd tegen de principes of de regels van het Europees Verdrag inzake de Rechten van de Mens.
De heer Meremans heeft het woord.
Dank u wel voor uw antwoord, minister. Collega's, ik geef even mee dat GetBasic subsidies krijgt in het kader van sociaal-cultureel volwassenwerk, dat betekent werken op verbinding, gemeenschapsvorming en dergelijke. GetBasic is een mediaorganisatie die een website heeft: www.dewereldmorgen.be. Ik geef even een aantal titels mee. Het eerste is een opiniestuk geschreven door Lode Vanoost, een voormalig politicus van Groen, vroeger Agalev: ‘Wat de media weten maar niet durven zeggen: de enig mogelijke dader van het hospitaal in Gaza, is Israël’. Een andere titel van een artikel luidt: ‘De leugen ontkracht: Israël bombardeerde het Al-Ahli-ziekenhuis en wijzigde nadien zijn versie’. Een ander stukje in dewereldmorgen.be: ‘Gezondheidszorg en medische infrastructuur zijn doelwit van Israëlisch geweld.’
We kunnen het even hebben over die raket. Ik dacht deze ochtend bij mezelf wie die raket nu eigenlijk heeft afgevuurd, en hoe we dat kunnen weten. Ik heb eens gekeken naar de BBC, volgens mij is de BBC een van de grootste netwerken inzake nieuwsgaring, en die hebben experten over de hele wereld gevraagd naar hun mening op basis van de beschikbare beelden, bijvoorbeeld de krater. Ze kunnen op dit ogenblik nog niet zeggen wie de raket heeft afgevuurd. Maar dewereldmorgen.be weet dat wel, die weet dat wel. De berichtgeving is zeer divers, het is steeds de Palestine Chronicle. Ik spreek me daar niet over uit, maar je gaat mij toch niet wijsmaken dat een dergelijke site en organisatie meewerkt aan verbondenheid, gemeenschapsvorming en dergelijke.
Hetzelfde voor Vrede. Zij zijn er niet in geslaagd de aanslag te veroordelen. Dat gaat toch wel erg ver, vind ik. Ik weet dat het in een democratie belangrijk is dat we niet alleen organisaties subsidiëren waarmee we het eens zijn, een kritische noot in een maatschappelijk veld is nodig. Maar er is een verschil tussen een kritische noot en manifest polariseren. Ik wil niet dat dit conflict in onze straten terechtkomt waarbij mensen gepolariseerd tegenover elkaar staan. Als iemand die al wat ver heen is en labiel is, en deze persoon leest dergelijk artikel, dan hou ik mijn hart vast voor de eventuele gevolgen. En wiens fout gaat het dan zijn?
Ik roep de sociaal-culturele wereld op om zelf eens aan bezinning te doen en te bekijken hoe ze daarmee omgaan. We kunnen niet meer verkopen dat Vlaams belastinggeld van werkende mensen naar organisaties gaat die polariseren. Ik ben blij dat u het onderzoek voert. Dat moet rustig gebeuren, we mogen ons niet laten leiden door opjuttende taal of wat dan ook. Maar hier wil ik aanstippen dat het te ver gaat. Ik hoop dat het onderzoek iets opbrengt. Ik denk wat we in de toekomst eens goed moeten kijken naar die organisaties. Ik kom zelf uit het sociaal-cultureel werk, dat is verbindend, dat is gemeenschapsvorming, dat is bruggen slaan. Hier is het niet de juiste toonzetting.
Mevrouw D’Hose heeft het woord.
Minister-president, ik denk dat we in dezen als politici vooral een terughoudende houding moeten hebben. Ik ben daardoor blij met uw antwoord waarin u zegt dat u uw administratie dit laat onderzoeken. Dat lijkt mij de enige juiste visie daarop. Ik heb net gesurft naar de website van bijvoorbeeld Vrede vzw. Ik lees daar nergens iets over steun aan Hamas. Wat ik wel lees, is dat men voorzichtig is en zegt dat burgers nooit een doelwit mogen zijn. Ik denk dat dat een mening is die we hier met z’n allen kunnen toedragen.
Ik zou ook een beetje mijn bezorgdheid willen uitdrukken over mogelijke precedenten die dit zou kunnen scheppen naar de rol van het maatschappelijk middenveld. Collega Meremans, u zegt dat kritische stemmen moeten kunnen, maar toch wordt de vraag hier gesteld. We moeten opletten dat we die rol van dat maatschappelijk middenveld niet aantasten. Ik vind vooral dat politici zich in hun oordelen moeten beperken tot bepalingen die in het decreet staan. Als die bepalingen worden overschreden, en daar zal de administratie een onderzoek naar doen, dan zullen wij daarnaar handelen. Maar ik vind dit de bandbreedte waarin wij ons begeven.
De heer Brusselmans heeft het woord.
Ik zou opnieuw graag het woord willen doorgeven, maar wil graag nog één zinnetje zeggen. Mevrouw D’Hose, u zei dat u niets terugvindt op de site van Vrede vzw. Wel, ik zet me vandaag in de rol van assistent en ik ben het voor u even gaan opzoeken. Ik citeer: “50 jaar na de Syrisch-Egyptische oorlog tegen Israël, lanceert Hamas een grootschalige militaire verrassingsaanval op Israël. Die komt er dan ook na jaren van militaire repressie, kolonisatie en apartheidspolitiek.” Vergoelijking ‘much’? Maar goed, ik geef het woord graag door aan iemand die het ongetwijfeld beter kan.
Het zal u wellicht niet verwonderen dat de door collega Meremans aan de agenda gebrachte materie ook mijn bijzondere belangstelling wegdraagt. Meermaals heb ik erop gewezen dat in een bepaald segment van het sociaal-cultureel volwassenenwerk, enige, om het eufemistisch uit te drukken, begripsverwarring bestaat tussen hun kernopdracht en het platpolitiek of ideologisch geïnspireerd activisme. Activisme dat helaas met gulle hand betoelaagd wordt door de Vlaamse Regering.
Ik vond de vragen van collega Meremans eerder braaf. Waarom niet in het decreet, naast de verbodsbepaling om terug te plooien op etnische afkomst, expliciet een verbodsbepaling opnemen die het steunen of vergoelijken van organisaties die als terroristisch kunnen worden omschreven, uitsluit van erkenning en subsidiëring door de Vlaamse overheid. Dat zou pas van moed getuigen.
De heer Van de Wauwer heeft het woord.
Ik denk dat het heel belangrijk is dat die procedures die voorzien zijn in het decreet en het uitvoeringsbesluit gevolgd worden. Dat hebt u correct geantwoord, minister-president. Als – en ik zeg heel nadrukkelijk ‘als’– daar inbreuken op zijn, dan moeten die opgevolgd worden en moet daar gevolg aan worden gegeven. Ik wil er alleen niet zomaar van uitgaan dat daar inbreuken zijn.
Collega Meremans, ik denk dat we daar echt voor moeten opletten en dat we daarvoor ook niet het Departement Cultuur, Jeugd en Media gaan uitroepen tot een soort van ministerie van de waarheid dat gaat oordelen wat sociaal-culturele organisaties wel of niet mogen zeggen. Daar mogen we niet naartoe gaan.
Vanuit cd&v, en ik zeg het altijd en overal, gaan wij dat civiel perspectief blijven verdedigen. Wij passen voor een politieke inmenging. Ik vind alleen al het feit dat hier deze vraag wordt gesteld, met zo’n eenzijdige focus op twee organisaties, terwijl er evengoed andere organisaties en fora zijn die een andere positie innemen, ook zonder kritisch wederwoord, op zich al een vorm van intimidatie vanuit de politiek tegen de middenveldorganisaties. Ik vind dat heel gevaarlijk en dat wil ik heel hard benadrukken.
Nogmaals, alle organisaties moeten werken volgens het decreet, daar is geen twijfel over, dus ik hoop dat die beoordeling nu op een serene, correcte manier en zonder die sfeerschepping gebeurt, want ik heb bij Vrede vzw ook alleen maar een oproep tot het respecteren van ieders nationaal recht gezien, om ervoor te zorgen dat er geen burgerslachtoffers vallen. Ik denk dat we dat allemaal uitspreken. We hebben dat vorige week ook hier in het parlement gedaan, met de resolutie die we samen met de meerderheid en Vooruit en Groen hebben ingediend. Dat moet de lijn zijn, maar voor de rest vind ik het een heel gevaarlijk precedent dat we hier scheppen, collega Meremans.
Mevrouw Segers heeft het woord.
Ik wil zeer graag aansluiten, zeker bij de woorden van de heer Van de Wauwer.
De kracht van ons middenveld is bijzonder groot, en is essentieel voor onze samenleving. De dynamieken die in dat sociaal-cultureel veld aanwezig zijn, gericht op bonding, op ‘bridging’, op emancipatie van groepen, zijn essentieel. Als er inderdaad enkele organisaties zijn die haat zaaien of segregerend werken, zoals nu in het decreet is opgenomen, dan hebben wij altijd gezegd: “toon ze”. Als u met uw vraag wilt zeggen dat ze er zijn, laat dat dan onderzoeken. Maar het kan niet mogelijk zijn dat ons Departement Cultuur, Jeugd en Media zich moet gaan bezighouden met het intimideren van een heel veld, en eigenlijk met het stigmatiseren van het bijzonder belangrijk werk dat gebeurt in dat veld.
Ik wil zelf met twee zaken aansluiten.
We hebben hier verwezen naar het decreet, maar de twee organisaties die genoemd worden, vallen niet onder de organisaties die in het decreet beoogd worden als zijnde mogelijk segregerend. Het decreet is daar segregerend, want het zegt dat het enkel geldt voor organisaties die werken met etnisch-culturele minderheden, terwijl Vrede vzw en GetBasic twee organisaties zijn die niet onder dat element van het decreet vallen. Dat is interessant. (Opmerkingen van Marius Meremans)
Ik maak een analyse dat op basis van het decreet, het oude decreet maar ook het nieuwe, het allebei geen organisaties zijn met een etnisch-culturele doelgroep. Dat is één, dat toont dus dat er een probleem is in het decreet. De vraag is dan effectief: ofwel breid je het uit naar iedereen, maar dan komen we ook bij de Doorbraak’s van deze wereld, mijnheer Meremans. En dan kom ik op mijn tweede punt: u verwijst naar DeWereldMorgen, in verband met GetBasic. Ik heb het niet gezien, daar ben ik heel eerlijk in … (Opmerkingen)
U mag straks repliceren, mijnheer Meremans. Het punt is dat zij werken met gastbijdragen. Sommige organisaties doen dat anoniem, andere niet. In dit geval is het niet anoniem. Ik denk dat de administratie effectief gewoon haar werk moet doen, en dan zullen we het bekijken. Maar als het gaat over een term als “bezetting”, dan is dat de term die de VN gebruiken. Dat is een feitelijke term, dat is de vaststelling van een feitelijke situatie. Als organisaties vandaag bestraft zouden worden omdat ze feitelijke termen gebruiken, die internationaal erkend zijn als een situatie op het terrein, en als ze daardoor in het verdomhoekje worden geplaatst, dan wordt het wel echt problematisch.
Ik zou me dus willen aansluiten bij het pleidooi van mevrouw D’Hose. We hebben hier twee organisaties die onder het nieuwe decreet eigenlijk niet onder het criterium van segregatie zouden vallen. De vraag stelt zich dus of dat nieuwe decreet wel zo goed is, maar dat debat gaan we niet opnieuw openen. Maar op basis van het huidige decreet en het debat over het respect voor het Europees Verdrag tot Bescherming van de Rechten van de Mens en de Fundamentele Vrijheden, en de Universele Verklaring van de Rechten van de Mens (UVRM) tout court, kan de administratie altijd ingrijpen.
Naar de organisatie die vorige week in de plenaire genoemd werd en naar de organisatie die vandaag genoemd wordt, zal het onderzoek gebeuren, maar ik ben het ermee eens dat wij als politici terughoudend moeten zijn, en dat wij ons moeten houden aan de bepalingen zoals ze vandaag in het decreet staan, of morgen in het decreet zullen staan, en dat de objectieve oefening niet door ons moet gebeuren, en niet door eenzijdige benaderingen, zoals collega Van de Wauwer ook zegt, maar door degenen die daarvoor bevoegd zijn, op basis van de artikels zoals ze nu zijn. Anders moeten we een debat voeren of die artikels al dan niet nog aangepast, aangevuld of gewijzigd moeten worden. Alle andere zaken zijn geen goede manier van aanpak in een commissie zoals deze, denk ik. Dat is niet onze taak.
Minister-president Jambon heeft het woord.
Of het al dan niet de taak is van een parlementslid om in de commissie vragen te stellen over acties die een minister heeft aangekondigd, en te vragen of die ook gebeurd zijn? Ik denk dat dit wél tot de taken van een parlementslid behoort. Maar goed, daarover kunnen we van mening verschillen.
Collega’s, ik denk dat hier toch een aantal dingen op een hoopje gegooid worden. Het is misschien goed om die uit te klaren. Het nieuwe decreet, dat we recent gestemd hebben, is in dezen niet van toepassing. Dat gaat van start in april 2024. Ik heb vanmorgen nog eens naar de kalender gekeken, en volgens mijn informatie zijn we nog niet in april 2024. Ik kan me vergissen, ik ben ook maar een mens, maar dat nieuwe decreet is volgens mij in dezen niet van toepassing. Je kunt daar nog heel veel over discussiëren, maar dat is in dezen niet van toepassing.
Ten tweede, een kritische stem, of steun aan een terroristische organisatie zijn twee verschillende dingen, vind ik. Ik ben de grootste verdediger van de kritische stem. Ik heb al dikwijls tegen het Vlaams Belang gezegd om op te letten met organisaties hun subsidies af te pakken omdat ze weet ik veel welke inhoudelijke kritische stem benaderen, want morgen zit hier misschien een andere minister van Cultuur, en in zo’n systeem zouden de Vlaamse Volksbeweging, het Davidsfonds en dergelijke, misschien ook snel hun subsidies kwijt zijn. Dus: kritische stem, ja, maar steun aan terroristische organisaties is iets anders. Maar dat is opgevangen in het decreet, denk ik, door de toetssteen Europees Verdrag voor de Rechten van de Mens.
Dus, mijnheer Brusselmans, als we explicieter moeten zijn in ‘steun aan terrorism’, dan ga je met een hele reeks inbreuken moeten beginnen, niet alleen steun aan terrorisme. Er zijn ook andere inbreuken die het Europees Verdrag voor de Rechten van de Mens schenden. Het feit dat je het Europees Verdrag als toetssteen neemt is dermate ruim, dat je uitwassen zoals steun aan terroristische organisaties kunt opvangen.
Voor de mensen die nog iets kritischer zijn over dat onderzoek: wanneer organisaties – ik praat in de algemene term – beschuldigd worden van bepaalde zaken, dan kan een onderzoek voor zo’n organisatie ook ontlastend zijn. Vandaag worden hier twee vzw’s genoemd, als morgen uit het onderzoek van de administratie blijkt dat er geen overtreding is gebeurd, dan zijn die organisaties ‘off the hook’. Een onderzoek is dus à charge en à décharge. Voor alle duidelijkheid: als er elementen zijn die niet stroken met het Europees Verdrag voor de Rechten van de Mens, dan zullen we optreden. Maar dat ligt eerst en vooral in de handen van de administratie, want ik denk dat de politiek daar kies mee moet omgaan.
Die twee vzw’s zijn nu al genoemd, maar ik heb daarnet in mijn antwoord gezegd dat er een screening gebeurt van heel de sector. Als er organisaties zijn die in het andere bedje ziek zijn, dan worden die natuurlijk ook gescreend, en wordt er ook nader onderzoek op gedaan.
Mevrouw Almaci, ik wil toch zeggen dat Doorbraak geen sociaal-culturele organisatie is die gesubsidieerd wordt. (Opmerkingen van Marius Meremans en Filip Brusselmans)
Ik zeg het net, het is geen sociaal-culturele organisatie die gesubsidieerd wordt. Maar dat zeg ik louter ter rechtzetting.
De heer Meremans heeft het woord.
Collega’s, vorige week, als ik mij niet vergis, – ik was hier toen niet, ik zat in een andere commissievergadering – is er gesproken over ’tScheldt en waren daar vragen over. Kan iemand mij straks zeggen wat het verschil is tussen ‘tScheldt en DeWereldMorgen? Dat zijn twee maten en twee gewichten. Zo werkt het niet. ‘tScheldt wordt niet gesubsidieerd, voor alle duidelijkheid, dit wel.
Mevrouw D’Hose, mijnheer Van de Wauwer, en mevrouw Segers, jullie zeggen dat wij als politiek terughoudend moeten zijn. Ik noem dat niet terughoudend zijn. Dat is je kop in het zand steken als een struisvogel, en niet zien wat er aan het gebeuren is. Dat is onze taak niet. Mijn taak is om de minister te controleren, en te zien of organisaties beantwoorden aan dat decreet. Ik stel mij vragen of deze organisaties wel nog in aanmerking komen voor de doelstelling van artikel 3 van het huidige decreet. Wij kiezen daar geen kant in. Ik wil gewoon oproepen dat sociaal-cultureel volwassenwerk gericht is op verbinding, bonding en ‘bridging’. In ‘bridging’ staat het woord ‘brug’, bruggen slaan. Dat gebeurt hier niet, en daarom wil ik ook dat onderzoek. We gaan dat moeten afwachten, en zien wat de administratie daarmee als besluit treft. Wij gaan ons daar ook bij moeten neerleggen.
Ik roep ook De Federatie op – De Federatie is de belangenbehartiger van die organisaties – om eens goed in het rond te kijken in hun eigen landschap. Wees ook eens kritisch voor jullie zelf, check dat eens. Dat zijn de vragen die ik stel. Langs de andere kant wil ik toch oproepen dat polarisatie gevaarlijk is. We leven in een gespannen situatie met diverse gemeenschappen. Er is een ruime diversiteit in onze grootsteden. Ik wil niet dat dat daar ontploft door een aantal mensen, dat geldt langs alle kanten. Ik zie overal fake news opduiken, er worden zomaar dingen gezegd. Er is vrijheid van pers, van mij mag iedereen dingen schrijven en zeggen wat hij wil, maar organisaties die wij subsidiëren, verbinden zich aan een decreet. Dat betekent dus dat wij als parlementslid het recht hebben om dat te controleren.
De vraag om uitleg is afgehandeld.