Verslag vergadering Commissie voor Mobiliteit en Openbare Werken
Verslag
Mevrouw Mertens heeft het woord.
Voorzitter, collega's, minister, het autolandschap ondervindt ingrijpende veranderingen. Europa heeft de ambitieuze doelstelling om tegen 2050 volledig klimaatneutraal te zijn. In lijn met deze visie streeft het ernaar om de verkoop van wagens met verbrandingsmotor te verbieden vanaf 2035. Vlaanderen wil het verbod op de verkoop van nieuwe wagens met traditionele verbrandingsmotoren zelfs al in 2029 laten ingaan. Dit op voorwaarde dat er voldoende aanbod is, tegen een betaalbare prijs én dat er voldoende laadpalen voorhanden zijn.
Ondertussen is gebleken dat elektrische wagens veel duurder zijn dan wagens met een verbrandingsmotor en er maar weinig Europees aanbod is in het lagere en het middenklassensegment. Als oplossing voor het probleem van de betaalbaarheid, haalde de minister in het parlement verschillende keren aan dat er goedkopere, Chinese wagens op de markt zullen komen en zijn.
Nu zien we dat de Europese markt de laatste tijd overspoeld wordt met talloze nieuwe, goedkope of goedkopere Chinese automerken. Zo is de import van Chinese auto’s in de afgelopen vijf jaar verviervoudigd. Volgens gegevens van de China Passenger Car Association werden er in de eerste zes maanden van 2023 bijna 350.000 Chinese elektrische wagens geëxporteerd naar negen Europese landen. Dit is meer dan ze in het volledige jaar 2022 exporteerden. De Europese Commissie kondigde inmiddels aan dat ze een onderzoek zal voeren naar mogelijke oversubsidiëring van deze Chinese wagens en de verkoop van deze wagens aan dumpingprijzen op de Europese markt. Dit kan leiden tot het opleggen van hogere importheffingen, waardoor de prijs ook voor de consument zal stijgen.
Minister, hoe reageert u op dit onderzoek?
Zal de Vlaamse doelstelling om nieuwe wagens met verbrandingsmotor vanaf 2029 te verbieden, nog haalbaar zijn?
Minister Peeters heeft het woord.
Mevrouw Mertens, ik dank u voor uw vraag.
U zegt dat er maar weinig Europees aanbod is in het lagere en middenklassensegment. We hebben ook een screening gedaan, voorafgaand aan ons voorstel in het kader van het Vlaams Energie- en Klimaatplan (VEKP). Vandaag zijn er toch zo'n dertigtal wagens die in Europa worden gefabriceerd, Europese merken die voldoen aan het lagere segment. Ik vind niet dat dit zeer weinig is, voor alle duidelijkheid.
We zien dat er inderdaad heel wat Chinese goedkopere modellen naar hier komen en dat de Europese Commissie een onderzoek wil doen om na te gaan of er geen sprake is van oversubsidiëring. Ik kan daar absoluut niet tegen zijn. Als er op andere vlakken een overheidsoversubsidiëring is, moet dat ook worden gecontroleerd. Ik sta zeker achter zo'n onderzoek. Ik kijk dan ook met veel interesse uit naar de resultaten.
U vroeg ook of de doelstelling om vanaf 2029 wagens met een verbrandingsmotor te verbieden, haalbaar is. Ik zie aan welke hoge snelheid de transitie zich vandaag doorzet. Ik geef graag het voorbeeld van de vrachtwagensector en de bussector. De vrachtwagensector, de constructeurs, dacht eerst geen werk te maken van elektrificatie, maar kiest nu ook de vlucht vooruit. Men heeft ook kritiek op de Euro 7 waar men nu in Europa over praat. Veel constructeurs vragen om Euro 7 achterwege te laten omdat het een rem zal zijn op de verdere uitrol van de elektrificatie en het uitfaseren van de fossiele verbrandingsmotoren.
September was de warmste maand ooit. Ook nu zijn er nog hoge temperaturen. Ik denk dat de klimaatuitdagingen niet mogen worden miskend en dat we er absoluut werk van moeten maken. Hoe sneller we van de fossiele verbrandingsmotoren af zijn, hoe beter.
Vandaar ook onze voorstellen om werk te maken van de premies die we op tafel hebben gelegd bij de begrotingsbesprekingen. We zullen zien hoe het verder loopt, maar alleszins is de transitie volop bezig. Zowel vanuit klimaatoogpunt als vanuit luchtkwaliteit – heel veel mensen hebben problemen met de luchtwegen – is dat een goede zaak.
Mevrouw Mertens heeft het woord.
Dank u, minister. Dit punt is eigenlijk ook al een stuk aangeraakt in de plenaire vergadering. Er bestaat toch wel wat discussie over het aanbod Europese wagens versus Chinese wagens, wat betreft de onderdelen. Ik las ook in een krantenartikel dat op dit moment dertien wagens van de 43 uit het lagere segment uit Europa komen. (Opmerkingen van minister Lydia Peeters)
Nee? Ik zal het opnieuw nakijken. Het is al meerdere keren gebleken, ook uit het onderzoek van de Vlaamse Automobilistenbond (VAB), dat die aankoopprijs heel belangrijk is. De gemiddelde Vlaming heeft 30.000 euro om een nieuwe wagen aan te kopen. Ik denk dat het heel belangrijk is dat we goed in de gaten houden dat die elektrische wagens ook beschikbaar zijn voor particulieren.
Ook bij de tweedehandswagens zien we dat vroeger 92 procent van de particulieren die wagens kochten, met verbrandingsmotor dan. De bedrijven kochten voor amper 6 à 7 procent tweedehandswagens. Nu zien we dat bedrijven meer dan de helft van de tweedehands elektrische wagens kopen op dit moment. Dat levert bij mij nog meer bezorgdheden op rond die betaalbaarheid voor particulieren, ook voor tweedehandswagens. Het aanbod is beperkt, de prijzen zijn vrij hoog, nu ook nog heel veel bedrijven geïnteresseerd zijn in die tweedehands elektrische wagens. Hoe gaan we er dan voor zorgen dat die prijzen gaan normaliseren voor de particulieren? Ik heb daar echt heel grote bezorgdheid bij.
De heer Bex heeft het woord.
Een paar bedenkingen. Ten eerste, minister, bevestigt u nu dat het nog steeds de Vlaamse bedoeling is – of de bedoeling van de Vlaamse Regering – om de aankoop van nieuwe wagens met verbrandingsmotor vanaf 2029 te verbieden. Dat lijkt me toch interessant.
Ten tweede denk ik dat wij niet bang moeten zijn voor de Chinezen. We moesten vroeger ook niet bang zijn voor de Japanners. Er moet natuurlijk een eerlijk speelveld zijn en daarover moet Europa absoluut waken. Maar als Japan destijds goedkopere, betere wagens kon maken dan de Europese auto-industrie, dan was het aan de Europese auto-industrie om daar een alternatief tegenover te zetten en ervoor te zorgen dat ze ook iets kon aanbieden wat de consument aanspreekt. Ik denk dat dat hier ook zal gebeuren.
Minister, u luistert naar die Europese constructeurs wanneer het gaat over de euro 7-norm. Wij betreuren dat, want er zullen inderdaad tot 2035 nog nieuwe wagens met verbrandingsmotor worden verkocht. Die zullen dus rijden tot 2050 en als we daarvoor de normen blijven hanteren van enkele jaren geleden, dan is dat gewoon te weinig op het vlak van klimaat, terwijl die auto’s voor een beperkte prijs veel milieuvriendelijker gemaakt kunnen worden. Daar zijn we het niet met u eens, maar in algemene zin – met uw vertrouwen dat ook Europese constructeurs op korte termijn in staat moeten zijn om betaalbare modellen aan te bieden op die boomende markt van elektrische auto’s – hebben we daar ook mee vertrouwen in. We denken dat de markt zich moet aanpassen. De Europese constructeurs hebben daar te lang over getwijfeld, hebben te lang op twee benen gehinkt. Maar ik denk dat ze de boodschap nu wel stilaan begrepen hebben.
De heer Meremans heeft het woord.
Wat betreft die mogelijke oversubsidiëring vanuit de Volksrepubliek China voor die auto’s, dat is Europees en moet worden onderzocht. Ik geef ook mee dat de Verenigde Staten op dit ogenblik ook enorm zwaar hun bedrijven subsidiëren. Ook dat is dan weer voor andere producten mogelijk een probleem voor Europa. Het moet allemaal inderdaad goed gemonitord worden. Het is gewoon de markt die zich aanpast, daar volg ik collega Bex. Indien er inderdaad een vraag zal komen, vanuit de consument, naar goedkopere elektrische middenklassenwagens, dan zullen er ook meer goedkopere elektrische middenklassenwagens op de markt komen, ook van Europese constructeurs. Ik heb het al eens gezegd, ik ga het niet blijven herhalen: kijk naar Duitsland, daar is dat zo. Maar ik blijf dus zeggen: dat kun je ook via fiscale stimuli, maar dat is natuurlijk meer een federaal gegeven dan een Vlaams gegeven.
We hebben ook altijd gezegd, dat is zo overeengekomen in de Vlaams Regering, dat die overgang naar volledig elektrisch – dus ook de fossiele brandstoffen weren – gekoppeld is aan een aantal randvoorwaarden die ook vervuld moeten zijn. Maar we zien heel duidelijk dat er toch wel een tendens is. We zien dat Tesla met moeite nog de vraag kan volgen. Dat geeft toch ook wat aan. Met andere woorden, ik heb ze eens opgezocht, betaalbare Europese auto’s die allemaal onder de range van 40.000 euro liggen. Dat zijn er toch een aantal. Met andere woorden, er is wel degelijk een mogelijkheid om een Europese wagen aan te schaffen die – hoe zal ik het zeggen? – tot het lagere segment behoort. Maar goed, dat gaan we moeten bekijken en monitoren. Ik zou daarover niet onmiddellijk in paniek schieten of wat dan ook.
En wat betreft de Chinese markt, dat is Europees ingegeven. Daar moeten we ook niet naïef in zijn. Dat moet allemaal goed opgevolgd worden, maar ik zeg het: voor andere zaken speelt dat ook met producten die uit de Verenigde Staten komen, waar bedrijven ook overgesubsidieerd worden op dit ogenblik.
Ik wil collega Mertens danken voor de interessante vragen. In tegenstelling tot collega Meremans maak ik me wel een beetje zorgen, in eerste instantie over de betaalbaarheid voor de consument. Het is toch niet allemaal zo goedkoop, zeker als je een elektrische wagen wilt die over de nodige autonomie beschikt. Dat is op dit moment dan weer wel moeilijker te vinden onder de grens van 40.000 euro. Het kan misschien nog veranderen, hopelijk wel.
In de tweede plaats maak ik mij ook zorgen over onze Europese autobouwers die voor elektrische wagens toch voor een groot deel de productielijnen verkassen naar China. Ik zie dat eigenlijk niet graag gebeuren. Iedereen heeft het hier altijd over de maakindustrie die bij ons moet blijven, maar dingen als dit zorgen ervoor dat die voor een groot stuk opnieuw weggaat.
De minister zei dat de transitie supersnel gaat. Dat is waar, maar het is toch vooral bij bedrijfswagens. Bedrijven worden daar ook toe verplicht, als ze nog willen genieten van een aftrek voor een bedrijfswagen of een salariswagen die men kan aanbieden aan de werknemers. Het is een beetje een verplichte transitie, een transitie die we absoluut nog niet zien bij de consument. De cijfers voor dit jaar zullen er nog niet zijn maar er werden al wel prognoses gesteld of toch cijfers tot en met augustus van de verkoop. Ik denk dat nog geen 5 procent van de wagens die aan particulieren werden verkocht, ‘full electric’ wagens waren. Ik zie het bij de consument, die nog niet helemaal gedwongen wordt, toch niet zo snel gebeuren wegens de prijs en de andere problemen die ik daarnet vermeldde.
Minister, ik heb een vraag aan u. Een andere collega heeft ze ook al gesteld. De Europese Unie stelt een verbod op wagens met een klassieke verbrandingsmotor in 2035 voorop. U hebt in het verleden 2027 geponeerd. U hebt het nu verplaatst naar 2029. Gaat u vasthouden aan die datum?
Minister Peeters heeft het woord.
Ik blijf herhalen dat de transitie heel snel gaat, zoals ook de heer Meremans zegt. Ik denk dat we moeten bekijken hoe we ervoor kunnen zorgen dat ook de particulieren mee kunnen gaan en dat we daaromtrent ook een aantal maatregelen moeten nemen.
We doen dat ook. We tonen dat door enerzijds die degressieve premie straks ter beschikking te stellen aan de particulieren. Waarom doen we dat? We zien dat de omliggende landen dat gedaan hebben en dat daar de verkoop van de elektrische wagens een boost kreeg. Het klopt dat als we kijken naar de cijfers van de eerste jaarhelft of tot augustus of september, de verkoop van elektrische wagens door particulieren een kleine 4 procent was. Als we kijken naar de verkoop van volledig elektrische wagens door de bedrijven, was die ongeveer 25 procent. Het gaat wat dat betreft wel snel met die elektrische wagens.
We moeten die wagens dan ook hier zien te houden, zeker die tweedehands voertuigen. Als we zien dat in de omliggende landen voor de tweedehandsvoertuigen een premie wordt betaald die niet in Vlaanderen geldt, dan zullen straks de tweedehands bedrijfswagens allemaal naar het buitenland worden verkast. Dat willen we niet. Vandaar dat wij naast de fiscale stimuli die federaal worden uitgevaardigd, in april van dit jaar op tafel hebben gelegd in het kader van het Vlaams Energie- en Klimaatplan dat het aangewezen is om via premies sturend te werken en ervoor te zorgen dat de particulieren ook over de streep gehaald worden om een zero-emissievoertuig te kopen.
Mevrouw Mertens, het gemiddelde budget is 30.000 euro, men hoeft geen wagen van 40.000 euro te kopen. Als ik kijk op de lijst die wij hebben van elektrische wagens tot 40.000 euro, dan staan er vandaag 47 modellen op, sommige met een kleinere range, andere met een grotere range of een grotere autonomie. Van die 47 wagens zijn er een tiental van Chinese makelij. Dat betekent ook wel dat ruim twee derde van Europese makelij is. Je kunt niet zonder meer zeggen dat het allemaal in China wordt geproduceerd. Het is wel een feit dat China tal van nieuwe modellen hier op de markt brengt. Dat hebben we ook op het autosalon gezien. Dat kun je op dit ogenblik niet voorkomen, tenzij straks bij Europa blijkt dat er een oversubsidiëring door de overheid in China zou zijn gebeurd. Dan kun je het wel een halt toeroepen. Maar het is aan Europa om dat verder te bekijken en om te zien of die wagens al dan niet kunnen worden toegelaten.
Dan kom ik tot het verhaal van 2029. In het Vlaams Energie- en Klimaatplan van eind 2021 hebben we inderdaad opgenomen dat wij er in Vlaanderen voorstander van waren om de verkoop van nieuwe fossiele verbrandingsmotoren in 2029 te verbieden. Wij in Vlaanderen kunnen niet anders dan die vraag voorleggen aan de federale overheid, met daarbij de vraag om dat ook mee op tafel te leggen bij Europa. Wat heeft Europa beslist? Europa zegt dat er een negental EU-landen zijn die dezelfde vraag gesteld hebben en die ambitieuzer willen zijn dan wat Europa op tafel had gelegd, namelijk een verbod in 2035. De Europese Commissie onderzoekt momenteel of landen ambitieuzer kunnen zijn en of het alsnog mogelijk is om vroeger de uitfasering van de fossiele verbrandingsmotoren in te voeren. Ik denk dat we het best wachten tot we het resultaat kennen van de Europese Commissie. In afwachting daarvan blijven wij bij datgene wat door de Vlaamse Regering in het Vlaams Energie- en Klimaatplan is goedgekeurd.
Kortom, ik denk dat het goed is dat Europa controleert of er een oversubsidiëring is. Verder denk ik dat het goed is dat wij in Vlaanderen proberen om ook de particulieren over de streep te trekken. Als je dat de komende jaren tijdelijk en met een degressieve premie zou kunnen faciliteren, dan denk ik dat dat een goede zaak is. Ik heb de heer Meremans horen zeggen dat als de vraag groot is, de constructeurs ook wel zullen volgen, en zeker ook de Europese constructeurs. Ik denk dat we daar volop op moeten inzetten, en dat met het oog op de immense klimaatuitdagingen. De luchtkwaliteit moet verbeteren. Hoe rapper we de transitie maken naar zero emissie, des te beter. Ik denk dat we hiermee de juiste weg zijn ingeslagen.
Minister, dank u wel voor de bijkomende antwoorden.
Mevrouw Mertens heeft het woord.
Dank u wel, minister. Ik heb nog een paar kleine opmerkingen. U haalde aan dat de er bij die goedkopere middenklassenwagens wagens zijn die een grotere range hebben. Dat hoop ik dan maar, want anders worden de verkeerde wagens gesubsidieerd. Als dat zou zijn voor iemand die alleen een auto nodig heeft om rond de kerktoren te rijden, dan zou dat helemaal verkeerd zijn.
Het gevaar van die premie heb ik ook al in de commissie aangehaald, namelijk dat die auto’s duurder worden. Dan gaat het geld naar de fabrikant en niet meer naar de particulier. Ik heb het al verschillende keren in de commissie aangehaald: cd&v is voor het klimaat en voor de luchtkwaliteit maar dat moet wel haalbaar en betaalbaar zijn voor de mensen, zonder dat het ten koste gaat van onze eigen economie.
De vraag om uitleg is afgehandeld.