Verslag vergadering Commissie voor Cultuur, Jeugd, Sport en Media
Verslag
Mevrouw Almaci heeft het woord.
Een jaar geleden was er een heel woelig debat, waarna u besliste om 25 miljoen euro vrij te maken om verschillende culturele organisaties die uit de boot vielen, alsnog te ondersteunen. Het was een ietwat onverwachte, maar in die situatie goede apotheose van een hobbelig traject van de eerste indienronde voor structurele middelen binnen het Kunstendecreet. Van de indiening van de eerste dossiers in december 2021, de beoordelingsprocedure in het voorjaar van 2022 tot de uiteindelijke beslissing van het kabinet en uzelf in juni 2022: voor sommige organisaties was het echt nagelbijten en een serieuze thriller. Thrillers zijn leuk om naar te kijken, maar niet leuk om het onderwerp van te zijn. Het is dus belangrijk dat we daaruit leren.
Eind juni werd in deze commissie dan ook beloofd dat er een evaluatie van de eerste indienronde zou volgen. In maart heeft collega Van de Wauwer nog een vraag gesteld over die evaluatie, waarop u hebt gezegd dat ze er na de paasvakantie zou zijn. Die zijn we intussen ruimschoots gepasseerd.
Daarom heb ik volgende vraag. Is die evaluatie ondertussen afgerond? En wat hebben we daaruit geleerd? Dat is eigenlijk de korte samenvatting van de vraag die ik stel. Welke conclusies kwamen daaruit en hoe zal men ermee aan de slag gaan?
Kunt u eventueel een tipje van de sluier lichten: zal dit gevolgen hebben voor het decreet ‘as is’? Voorziet u decretale wijzigingen of wijzigingen in de uitvoeringsbesluiten?
We hebben ook vastgesteld dat het Overleg Kunstenorganisaties (oKo) in zijn memorandum enkele wijzigingen in het decreet heeft voorgesteld. Er werd door de hier aanwezige collega Segers een voorstel van resolutie ingediend met betrekking tot de herziening van het Kunstendecreet. Ik heb natuurlijk geen zicht op eventuele conclusies van de evaluatie, mocht die al afgerond zijn. Maar als die met elkaar sporen, lijkt het logisch dat suggesties die vanuit oKo, vanuit de commissie, van collega's komen, als die sporen met conclusies van de evaluatie, dan ook door u ter harte genomen zullen worden. Dat is dan ook mijn laatste vraag: hoe gaat u daarmee werken, en zult u de suggesties ter harte nemen?
Minister-president Jambon heeft het woord.
Mevrouw Almaci, ik vond het niet zo’n woelig debat, moet ik eerlijk zeggen. Ik heb hier al woeligere debatten meegemaakt in het begin van de legislatuur. In die zin was dat nog tamelijk gemodereerd. Wat thrillers betreft: ik heb er onlangs een meegemaakt, en die vond ik wel plezant. Dat was de ontknoping van de Belgische voetbalcompetitie. (Gelach)
Dat volledig terzijde. Ik kom tot uw vragen.
De evaluatie door de administratie is intussen afgerond. De resultaten van de enquête en de focusgroepen die de administratie vervolgens heeft georganiseerd, zijn echter nog niet publiek beschikbaar, omdat de administratie aan de resultaten ook direct verbetervoorstellen wil koppelen. Het interne proces van afstemming en validering van deze verbetervoorstellen binnen het Departement Cultuur, Jeugd en Media (DCJM) is momenteel nog niet afgerond. De voorstellen zijn ook nog niet besproken met mijn kabinet. Dat zal ongetwijfeld de komende maanden gebeuren, en dan zullen we grondig bekijken of en op welke manier we met deze resultaten aan de slag kunnen gaan. De volgende structurele subsidieperiode start in 2028, dus er is nog enige tijd om daar vooral grondig naar te kijken.
Het is nog een beetje te vroeg om uitspraken te doen over de eventuele gevolgen voor het decreet. We wachten de resultaten van de verschillende evaluaties af – zowel het DCJM, als de Strategische Adviesraad voor Cultuur, Jeugd, Sport en Media (SARC) is de structurele ronde binnen het Kunstendecreet nog aan het evalueren – om met die dingen in de hand te bekijken of en welke wijzigingen aangebracht dienen te worden.
Hetzelfde geldt voor de suggesties van collega Segers in haar voorstel van resolutie en de ideeën van oKo in zijn memorandum. Die worden ook geanalyseerd en mogelijk mee opgenomen in dat evaluatierapport. Mijn administratie wil dit werk grondig doen en weegt alles nu goed af om tot gerichte en gedragen verbetervoorstellen te komen. Eenmaal dat proces is afgerond, kom ik daar zeker op terug. Qua timing vermoed ik dat dat in het najaar zal zijn.
Mevrouw Almaci heeft het woord.
Ik ben blij dat er naarstig wordt gewerkt aan verbetervoorstellen. U hebt dus aangegeven – want dat was meteen de vraag die ik had opgeschreven – wanneer: het najaar. Betekent dat dat voor de volgende ronde die verbetervoorstellen – dat is dan wel mijn vraag – al meteen geïmplementeerd zullen worden? Of ben ik dan te optimistisch?
Mevrouw Segers heeft het woord.
Dank u wel, collega, voor de vraag. Dank u wel, minister-president, om mee te geven dat de enquête dus afgerond is en dat de resultaten daarvan binnenkort, begrijp ik, bekendgemaakt zal worden.
Ik ben ook zeer verheugd te horen dat de administratie ook de aanbevelingen die wij doen in ons voorstel van resolutie vanuit Vooruit, wil meenemen. Wij hadden al afgesproken dat we nog even gingen wachten met de behandeling van dat voorstel, maar ik stel voor aan de collega’s – maar dat is dan straks voor de regeling der werkzaamheden – dat we dat dan op hetzelfde moment doen, dat, wanneer we de resultaten krijgen, er een voorstel komt en het voorstel van resolutie tegelijkertijd besproken wordt, en dat we die dan met z’n allen zouden kunnen goedkeuren. (Gelach)
De heer Van de Wauwer heeft het woord.
Collega Almaci, ik deel uiteraard ook uw vraag en de interesse naar de resultaten van die evaluatie en de enquête door de administratie. Ik ben blij dat dat direct volop bezig is, maar het is dan vervolgens onze taak om als commissie hiermee aan de slag te gaan, en natuurlijk niet alleen maar naar de minister en naar de administratie te kijken.
Ik denk dat de timing die de minister voorstelt, namelijk dit najaar, de juiste timing is en dat wij dan moeten kijken hoe wij ons daarop organiseren. Ik denk dat het het interessantst kan zijn om een hoorzitting te plannen om daar ook het departement open de toelichting te horen geven over hun evaluatie en alle ideeën te capteren die vanuit onze commissie komen, van collega Segers, maar ook alle andere fracties, om vervolgens zelf als commissie onze conclusies te trekken. Ik kijk al uit naar die brede denkoefening die we dan dit najaar zullen doen.
Ik reageer even kort vanuit onze fractie.
We hebben altijd gezegd dat een evaluatie nodig was. Sowieso is die er altijd. Het wordt inderdaad wachten, zoals de heer Van de Wauwer en collega’s vertelden, tot het najaar, om dan te kijken wat en hoe, en hoe de minister daarmee aan de slag gaat.
Minister-president Jambon heeft het woord.
Wat de verbetervoorstellen betreft, zullen we eerst zien of er verbetervoorstellen zijn. Maar het is evident dat, als we denken dat er verbeteringen aan het decreet aangebracht moeten worden, we dat moeten doen voor de volgende ronde. Dat lijkt mij de logica zelve.
Wat het voorstel van resolutie van mevrouw Segers betreft, denk ik dat de eerste stap is: zien of daar een meerderheid voor is. In ieder geval neemt de administratie dat voorstel van resolutie mee in haar overwegingen, en wij zullen dat ook doen.
Mevrouw Almaci heeft het woord.
Dank u wel, minister, voor de heldere antwoorden en voor de timing. We zullen er effectief mee aan de slag moeten gaan, en dat is een belangrijke verantwoordelijkheid, gezien het feit dat dit het belangrijkste beleidskader is voor de professionele kunsten in Vlaanderen. Laat ons dus hopen dat we niet opnieuw een thriller hoeven mee te maken. In de sport is dat misschien wel leuk, maar als je er zelf onderwerp van bent, dan denk ik dat dat iets is wat je liever vermijdt.
De vraag om uitleg is afgehandeld.